• No results found

Verlagen van Minas-overschotten door leerervaringen van ondernemers

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verlagen van Minas-overschotten door leerervaringen van ondernemers"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Actuele informatie over land- en tuinbouw

VERLAGEN VAN MINAS-OVERSCHOTTEN DOOR LEERERVARINGEN VAN ONDERNEMERS

Wim de Hoop en Co Daatselaar

Uit verschillende projecten is gebleken dat ondernemers vooral in beweging komen en leerervaringen op-doen indien ze worden gestimuleerd tot een integrale keuze van hun bedrijfsstrategie. Daarbij dient een balans te worden gevonden tussen economische duurzaamheid en randvoorwaarden die de overheid en de maatschappij aan de ondernemers in de landbouw stellen. Dat evenwicht kan worden omschreven als een vorm van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het bereiken van dit evenwicht vergt aanpassingen en leertijd van de ondernemers maar ook van andere belanghebbenden, bleek uit discussies in de maatschap-pelijke en wetenschapmaatschap-pelijke adviesgroepen die voor dit project zijn geformeerd. De vorm van communicatie en een professionele interactie blijken belangrijke succesfactoren voor het welslagen van beleid.

Melkveehouderij

In de melkveehouderij zijn forse reducties in mineralenoverschotten gerealiseerd (figuur 1). In 1986 was het stikstofoverschot nog ongeveer 400 kg per hectare, terwijl dat in 1999 nog maar krap 250 kg per hectare bedroeg. Deze daling kwam vooral tot stand onder invloed van het gevoerde beleid, dat noodzaakte tot ver-andering. Het leertraject van de ondernemers heeft vervolgens geleid tot de bewustwording dat reductie van het overschot mogelijk is, zonder dat dit gepaard gaat met extra kosten. Aanpassingen van het manage-ment op Minas-plichtige melkveebedrijven met in de uitgangssituatie hoge overschotten hebben in 1998 en 1999 zelfs tot positieve economische effecten geleid. Ook bleek er op deze Minas-plichtige bedrijven een veel grotere dynamiek op te treden dan op de niet-Minas-plichtige bedrijven. Bovendien was er een grote verscheidenheid in aanpassingen binnen de groep van Minas-plichtige bedrijven. De grote verschillen in mi-neralenoverschotten tussen melkveebedrijven die niet samenhangen met de intensiteit van de bedrijven, geven aan dat er nog kansen voor een verdere reductie zijn.

Er zijn ook grote verschillen in economische resultaten tussen vergelijkbare melkveebedrijven, zo blijkt uit diverse mineralenprojecten. De keuze van een duidelijke bedrijfsstrategie waarbij integraal rekening gehou-den wordt met economie en randvoorwaargehou-den vanuit overheid en maatschappij is hierbij een kritische factor. Deze keuze vergt, zoals reeds benadrukt, wel leertijd en leerervaringen. Vaak is ook een ander type bege-leiding door adviseurs noodzakelijk.

0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 1986 1987 1988 1989 1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 N-overschot (kg/ha) akkerbouw

sterk gespecialiseerd melkvee gemengd melkvee/hokdier overige graasdiercombinaties

Figuur 1 Ontwikkeling van het stikstofove schot naar bedrijfs ype (kg N/har t )

Bron: Bedrijven-Informatienet van het LEI.

(2)

Actuele informatie over land- en tuinbouw

LEI, Agri-Monitor, april 2002 pagina 2

Akkerbouwbedrijven

Op bedrijven met open teelten blijkt het stikstofoverschot per hectare in de loop van de tijd gemiddeld ge-nomen niet te zijn gedaald maar zelfs licht gestegen. Dit geldt zeker in enkele specifieke regio's. Er is de afgelopen jaren dan ook nauwelijks sturing vanuit de overheid geweest tot mineralenreducties bij deze be-drijven. En mogelijk daarmee samenhangend, was er nog weinig noodzaak tot leerervaringen. Gezien ervaringen in mineralenprojecten blijken er ook voor bedrijven met open teelten nog vele kansen tot reductie van mineralenoverschotten om aan toekomstige verliesnormen te kunnen voldoen. Dit alles met nog aanzien-lijke dieraanzien-lijke mestgiften, zodat de economisch aantrekkeaanzien-lijke acceptatie van dieraanzien-lijke mest uit de intensieve veehouderij mogelijk blijft. Wel zullen de kunstmestgiften dan op veel bedrijven aangepast moeten worden.

Intensieve veehouderij

Een belangrijke leerervaring voor de intensieve veehouderij kwam tot stand uit de sturing op het gehalte fosfaat in veevoer. Met name in het begin van de jaren negentig heeft dat tot forse reducties van fos-faatexcreties geleid (figuur 2). Wat betreft het gehalte stikstof, waarop niet bewust werd gestuurd vanuit beleid, is die reductie uitgebleven.

0 10 20 30 40 50 60 70 1986 1987 1988 1989 1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 Excretie (kg fosfaat) per zeug per 10 vleesvarkens per 100 leghennen per 100 vleeskuikens

Figuur 2 Ontwikkeling van de excretie van fosfaat naa die soo t (kg fosfaat/die /jaa ) r r r r r

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Daar is met hierdie empiriese studie gepoog om meer inligting in te win rakende die maatskaplike werker se bydrae tot die sukses van die pleegsorgproses en

Bij verbrede landbouw is de agrarische productie minder intensief, waardoor er meer speelruimte is voor adaptatiemaatregelen zoals flexibel peil- beheer en peilverhoging in

De chloride distributie bij aanvang van uitspoeling en het ge- middelde vochtgehalte van het profiel tijdens uitspoeling, alsmede de chloride concentratie van het water

3.2 Gevolgen zout getij Grevelingen Volkerak – Zoommeer voor schelpdierkweek Om de effecten van gewijzigd waterbeheer te kunnen analyseren is het van belang de karakteristieken van

Na de derde vlucht gaat de ontwikkeling nog wel door, maar doordat er in de tweede helft van de zomer veel minder groeipunten zijn, en er dus veel minder mogelijkheden zijn voor

Door middel van het opbouwen van kennismodellen per thema wordt bepaald wat belangrijke termen zijn voor het zoeken naar relevante nieuwsberichten.. De gevonden berichten en

Op de drie proefplaatsen werd het 100 kropgewicht bepaald en op twee proef- plaatsen werd het percentage afval berekend (in Naaldwijk niet). De resultaten van de beoordelingen staan

toevoegen of verwijderen. De computer vraagt de gebruiker het minimum percentage op te ge- ven dat de huisbedrijfskavel van de bedrij fsoppervlakte moet in- nemen. - De gebruiker