Het gezin ziet zich door de ontwikkelingen in onze moderne
maatschappij gesteld voor specifieke vragen en dilemma's, dit geldt
met name voor allochtone opvoeders. De cultuurschok door
mi-gratie wordt vaak verergerd, doordat instituties zich gaan mengen
in de opvoeding, en migranten hun eigen waarden en normen hier
vaak niet in weerspiegeld zien. Gezinsgerichte preventie en
onder-steuning van allochtone gezinnen moeten zich richten op
cultuur-behoud, integratie in het onderwijs en het overbruggen van de
afstand tussen ouders en instellingen die een rol spelen in de
op-voeding.
H
et gczin al'> cllldcrdecl hehben dit domein JllJng betreden. van cenau-tMki,chc lcclccnlwid, dcc uitccnlopcndc tunctic'>
vcrcnigdc zoa].., zorg,
or-vocding, ondnricht, con-trolc c11 arhcid hchoort in Nederland inmiddel'> tot een ver vcrlcdcn. J)c
toe-ncnlcndc lndu-.,Lriali...,cring
en modcrni'>cring hedt er-toe gclcid dat vee! van
dc-ze tunctie'> door in<,titutic'>
Dr TVM Pels
Llit het bnvenstaande volgt dat het begrip 'ge-zin'. en du<> ook
'opvoe-ding' en
'opvocding<..,-ondersteuning', voor <;terk uitccnlopcnde inhouden kan <,taan. We wetcn vonrl'>. dat vi<,ic'> op hct gezin '>tnk ondcrhcvig kunnen zqn aan de trend VJn de tijd Zo gold het
gezin in de jt1rcn zc-;tig als
ccn benauwd keur'>lijf, buiten hct gezin ziin overgenomcn.
Zcll., de zoc·g en opvocdcng hehorcn ncet mecr uit'>luitcncl lot hct
privc-do-me in van hct bmilieverhand Cc.,pecial"ccrdc cmtitutie<; op het ge-bied van de gezondheid.,zorg, kindcr-he,cherming, JU<,lilic, vriJetiJd'>hc-'tcding, welzijn en uiteraard onderwiJ'>
\Vaaraan ccn jongere zo gauw rnogcli_jk mnc-.t zien te ontkomen om zich onhe-lcmmcrd individueel te kunnen
ont-plooicn. Tcgcn\voordig horcn we weer de rocp on1 ccn gczin dJt grcnzen aan
de vrijheid <;telt en onderlingc vcrant-woordclijkhcid aankweekt, ohvel een gezin dat normen ec1 waarden client
r
r.
z
z
V:·0
,.
I,
z
Nu
z
u...over te dragcn. Ecn roep die ovcrigens door vee! allochtone ouders van harte wordt onderschreven. Daarovcr straks meer.
Zoals in de jaren zcstig krijgen de op-vocders ook nu echter tcveel in hun schoencn geschoven. De huidige nor-men- en waardcncrisis is immers inver-hand te brengen met vee! bredere culturclc ontwikkelingen Voor hct be-vclethos, dat vroeger de
maatschappc-lijke verhoudingcn kenmerkte, is
gelcidelijk ecn onderhandelingsethm in de plaats gekomcn. Het gezin i' in de-zc ontwikkelingen mccgegrocid,. het 1s er heslist niet de aanstichter van' In ecn
autoritaire ~an1cnlcving gelden norrncn
en waarden als onwrikhaar en het
op-lcggen ervan als vanzeltsprckcnd.
Tcgenwoordig zijn normen en waarden onderhandelbaar en staan opvoeders voor de taak een balans te vinden tus-sen autonomic en contormiteit, tus-,en ontplooiing en heschaving. Overigens hliJken de mee<,te Nederland-,e opvoe-der'>, volgens recent opvoedingsondcr-zoek, daarin goed te slagen; er hedt zich een gezinspatroon ontwikkeld dat met de term 'autoritatiel' wordt aange-duid, open verhoudingen en
onderhan-deling gaan daarin gepaard met
grenzcn en verantwoorJelijkheden.
Len andere belangri)ke nntwikkeling die her gezin be'i!wloedt, is die van de-seculari<,ering en rationalisering van de <,amenlcving. Fr i'> toenemend sprake van een 'heer<,chappij van de tn'>tru-mentele redc'. Zingevings- en morele vraagstukken zijn naar de marge ver-drongen. Deze ontwikkeling vinden we weerspicgeld in de moderne kindertijd, zoals dezc vorm krijgt in her gezin en op school en be-,tudecrd wordt in de
wcsterse ontwikkcl i ngsp<,ychologie. Ook hierin i'> sprake van rationali,e-ring. Zo is hct bewust stimulcren van
de (cognitieve) ontwikkeling van kin-deren steeds vanzelfsprekender gewor-den, niet aileen huiten het gezin in kinderopvang en nnderwijs, maar ook binnen het gezin De laahte jaren zijn de projecten voor ondersteuning en in-terventic aan (allochtone) gezinnen dan ook als paddestoelcn uit de grond gcschoten. -Deze situatie heeh onge-twijkld te maken met het toegenomen belang van onderwijs voor een latere maatschappelijke carriere. Het is steeds moeilijker geworden om zonder ondcr-wijskwalificatics een goed heenkomen te vinuen op de arheidsmarkt.
Het voorgaande maakt duidelijk dat hct gczin niet lo<, staat van de culturelc en maatschappclijke context, maar er JUi'>t in voortdurende wissclwcrking mee verkeert. Daarbij moeten wij voor ogen houden dat er zich lu'>'>en en b111ncn
grocpcringcn, en zclf-, hinncn ccn en
hctzeltde geztn, aanmcrkeliJke vcrschil-lcn voordoen in de crvaringen die men opdoet en de wqze waarop men met nieuwc uitdagingcn en mogeliJkhcden omgaat. Naast de culturclc en religieu-zc achtergrond speclt ook de sociaal-ecnnomische situatic een helangrijke rol, en natuurlqk ook de individuele kenmerken van gezinslcden. Lr valt
te-gcnwoordig dan ook ecn grotc
(opvoc-dings)diver<,iteit te zicn. Dit geldt voor
Nedcrland-;c gczinncn, en vaak nog
stcrker voor allochtnne gezinnen
Behoeften en dilemma's van
allochtone opvoeders
Allochtonen ziJn veelal alkom'>tig utt Ianden met ee11 lager
ontwikkelingsni-vcau, \Vaar hct gezin nog ccn grotcrc
autonomic hedt als hct om zorg- e11
opvocdingqakcn gnat. In <;JJncnhang
claarmee kent men ook vaak eer1 andere 'werkvcrclcling' Zo is het niet
ongc-hn11keliJk dat lamilieleden en huurtgc-noten een vee! grntcre rol in de zorg en opvoeding spelen en dat ook oudere kinderen meer gezinwcrantwoordelijk-hcckn dragen De migratic hrengt een acute vcrandcring mee in deze van huis uit hekende patronen; daarbovenop komt de confrontatie mct een wirwar aan nieuwc imtitutie-. en hijhchorende regelingen. !)eels leert men die sncl
ac-ccptercn cn waardercn. Dit geldt
hij-voorhecld voor de uitstckende
gczondhcid-.zorgvoorzien i ngcn voor
kindcrcn. Deck crvaart men die echter
ook a]-; ongc\vcnstc inn1cnging. I)it
hcclt zcker ccn culturclc achtcrgrond. Allochtone opvocder-, hechten, vooral indien zij alkomstig zijn uit samcnle-vingcn waar het proccs van
industriali-~cring en n1odcrniscring later op gang
kwam. in hct algemeen mecr aan het beschavcn van hun kindcren dan aan hun autonomic Waarden als respect voor ouderen, conlormitcit en onder-lingc verantwoordelijkheid staan hoog in het vaandel 1\len i' heducht voor het aldwalcn van het 'rcchtc pad' door opgroeicndc kinderen, onder invloed van de naar verhouding grntc vrijheden dic de Ncderland-,e maatschappij haar jongeren toekent. De cultuurschok die men ervaart doordat allerlei in-.titutics zich mengen in de opvocding, worclt dan ook verhevigd doordat men de
ci-gcn norn1cn en \VaJrdcn niet in dczc
in-<,titutics wcer-.piegeld zret. /\len vree<,t
cr, intcgcndccl. cen
gczag-;ondcrnlij-nende en 'demoraliserende' invloed van. l:llijkens hct opvoedingsonderzoek on-der allochtonen waarbij ik betrokkcn ben, zoeken ook allochtone opvocdcrs
lltltlf'-;tig naar een nicu\vc halans.1 Zij
er-kennen dat de tijden verandcrcn en om andere gczi n~vcrhoudi ngcn vragen. Zo zr)n in vee! gezinncn de onderlinge ver-houdingcn opener geworden. Len
an-(I lV ~ s%
dere indicatie vormt het feit dat vrou-wen en meisjes in stcrk toenemende mate het publicke domein hetreden. Hct zal evenwel niet vcrhazcn dat aan deze veranderingen vaak de nodige hoofdhrekens tc pas komen. En er zijn ook gezinnen die mccr ambivalent of zelfs afhoudend staan tegenover de in-vloeden van buiten, zoals het regulicre onderwijs. Zij kiezen andere wegen. Zo zijn bijvoorheeld door islamitische
ou-der<, eigcn ba'.i'.scholcn opgcricht.
Soms gaat men er zelfs toe over, zij het met hloedend hart, de kindcren naar het land van herkomst te sturen, om cultuurverlies in een vroeg stadium te voorkomen. Een andere reactic komt op vee! grotere schaal voor, en deze zicn wij ovcrigcns ook hij de jongere gencratic oudcrs en diegenen die ope-ncr staan voor de Nedcrlandse samen-lcving en school: een meerderheid doet de kinderen, mee<,tal tusscn hun zeven-de en twaaltzeven-de jaar, op een moskee-school of Arabische moskee-school. Kinderen hrengen daar een tot vijf dagdelen van hun vrije tijd door. Het gaat er de ou-ders niet aileen om dat zij zich de eigen taal en Koran cigcn maken, maar dat zij
r m
z
Nz
Vl vtcgcnwicht krijgen tegen de
-normloosheid die men in de
Het maakt, ook
buitenwcrcld ervaart.
Naa<,t de cultuurschok en de inspanningcn die de adapta-tie vergt, Iaten allochtone opvoedcrs zich ook onder-scheiden van autochtone op-vocders in de mate waari n men Nederland a!-, thuisbasis
voor de opvoeding
van kinderen, nogal
uit of men kwam om
te blijven of met
een perspectief van
terugkeer.
ziet. Het maakt, ook voor deopvoeding van kinderen, nogal uit of men kwam om te hlijven of met een per<,pectief van tcrugkcer In het laatste gcval zal men zich sterker (hlijven) re-tereren aan de eigen gcmeenschap.
I
I
l.L l.L -:J)z
:---.J :..:J r ', vz
:....:J l.L - l L. <o:: ...;...Bovcndicn dclcn migrJtllcn de crvaring,
hevc<,ttgd in opinie-onderzoek, van een dalende acceptatie in de media en in
hun dircctc on1gcving. (Jok hccr-..t
zdgc-mcen de vree-, dat kindercn hct btcr op de arhcid'>minkt zullcn allcggen tegen autochtone lcdtiJd'>genoten, ondank, hun dtploma'-,_ Lkze vtTC'> i-, cvencem niet ongegrond, zoal, omkrzock hcr-haald hectt uitgewezen. 1'-:aa'>t de cultu-rele hedreigingen die men crvaart.
kunncn ook dczc crvaringcn ccn
\Van-trouwende houding van opvocder'> in de hand werken die de inll'gratie van kin-deretl kan helcmmeren.
Andnzijd-; i'> het zeker zo, dat alloch-tone opvoeder<, vee!al hoge onderwiJ'>-a<,piratic'> voor hun kinderen koe-,teren. Dit geldt overigens steed-; mccr voor meisjes, vnnr wic zcll' i-;lamiti-,che nu-der-; in toencmende mate een toekom<,t
zicn waari n gezi n~taken gecon1bi nccrd
worden met buitcmhui-; werken. In '>a-menhang hiermee zien we dat ook de houding )egens het onderwijs opener wordt. llij gezinnen van de ccrste migra-tie spclcn hierbij nogal eens
tekurstel-lende ervaringen met de oudste
kindcren een rol. terwijl de laatsten zich op hun beurt ook actid inzetten voor een bctn lot van hun J<Jilgerc broers c11 zusJe'>. Zeker moedcr, die op Jongere ledtqd naar Nederland kwamen ol hier geboren ziJil, en du-, in Nederland op ,chool hehben gezeten, willcn hun ktn-deren heter vnorbcrciden en mecr steu-nen dan hun eigen ouder'> deden en vcrschqnen veel vakn up school De hehocfte aan voodichting en in'>tructic ten aanzien van de mogelijke rol van ouder'> i'> duidelijk toegenomen.
Het aanbod:
opvoedingsondersteuning
We hehben gezicn dat de oorzaken van prohlcmetl en '>panningen lang nietal-lcmoal h1nncn de gcz1nncn liggcn: de
ervMen culturelc hedreiging speelt een helangrijke rol ev'Cnal-, vooroot-delcn
en uit-..lutting VJJ1Ltit de on1gcving. l)un
heh tk het nog ntet eem gehad over de
onguJhtigc <..,ocit~Jl-cu>nomi'-.chc
...,Jtu-atic waarin relatiel vcel allochtone
ge-ztnnen verkcrcn; zo " het
oplci-ding-,nivcau van oudcr<.., en jongcrcn
gc-middcld veel lager en het percentage werklozen aanzienli1k huger dan ondet· autochtonen. Fen en andcr houdt in. cbt preve11tieve maatregelcn ntet tot het geztn beperkt kunnen bli1ven.
Bepalcn we om vcrder tot
nwgelijkhe-den van gezin~gcrichte prcvcntic en
ondc:r'>kuning, dan valt bij allochtonc opvoeder'> een utteenlopend scab aan vragen en behodten te "gnalcren. Om
tc hcginncn -,taan zij voor de taak ccn
nicuwc halam tc zocken in de: opvoe-ding Velcn Iaten de zekerheden VC\n de bevelhui,houcling varen, tcrwijl de al-ternaticvcn hen nog niet duideliJk voor oge11 '>taan e11 zeli'> als bedreigend voor kunnen komen. Vorll·al oucler' van de ecrste generatie kampen met het
dtlem-1113, dat bclangri_jkc opvncding.;;v~'aardcn
en -opvattingcn wcinig wccrklank
vin-den in imtitutie'> die in Nederland
mee-opvocden Zi_j Ieven in ang~t voor
cultuurvcdics c11 ccn daaraa11 gepC~Jrd
mot-eel vnval bij hun kindcren Len
dcel van de h~trokken ouclcr' lijkt
hter-door eerder te kiczcn voor cultuurhe-houd bij de kindcrcn dan voor hun integratie in Nederland. Daartegenovcr groeit de groep van ouder-, die het
he-lang inziet van ccn grotcrc
hctrokkcn-hcid hij het ondcrwiJ'> van hun
kinderen; er valt dan ook ccn toene-mende hehodte aJn onder-,teuning en educatie ten hchoeve hicrvan waar tc
ncn1cn
he'>taJn-de voorzicningcn attn he'>taJn-de gcnocn1dc
uit-ccnlopende hchodten'
Om te heginnen moct worden hena-drukt. dat van qructurelc lilagdrempeli-ge nwgciiJkheden voor opvocding-,hulp in Nederlilnd nog nauv,-clijk, <,prake i-,, voor autochtonen en al helemaal niet voor allochtonen. Len voorziening al-, de rn vcr<,chillendc grote <;teden func-tioncrcnde 'opvoeding<;]IJn'. die hiJ uit-<;tck ge,chikt lijkt voor allochtone moedn<;, I<; vooral gericht op autochto-nen
;\], cr <,prake 1'- van gedrag<;prohlemen van kindcren. zoeken <;omnllge nuder<; hun toevlucht tot tradit1onelc genee<;-WIJZell In veel gevallcn hecft de migra-lle tot een vcrmindcrd gehruik ervan gelcid Dat wil echter niet zeggcn, dat men z1ch nu wendt tot Ncderland.,e tweedc liJnwomzieningcn AI-, het tot een hezock aa11 hl)voorheeld het RIACC komt. wordt het contact vaak eercb· a]<; hcla<;tcnd dan <;leunend erva-ren e11 niet zclden voortl)dig hecindigd Dit i<; tc verklaJ-cn dnm wat aangcduid wordt al<; een ver<;chil 111 'klinl<;chc reali-telt', olwel een vcr<;chil in inzicht lu<;-<;en de hetrokkenen en de protc<;<,iona]<; over de aard en oorzaak Villl prohlcmen en over de be<;te manieren om ze op te lo.,.,en. De lililt'ile )arcn vindcn her en dcr act1viteiten plaat<; om de hetrokken imtell111gen tc 'lllterculturali<;cren'. maar in het algemee11 hlijken de profc<;<;io-nill, <;tcrk gcneigd va<;t te houden aan hun geli1k. dat veelal op we<;ter<;e Hrddlc di111-ke<;t ge<;clweid i<;_
In het algelopen deccenium is cen <,cal a
aan voorzicningcn tot ontwikkcl1ng
gc-komen die gcricht zijn op ecn
voor--,pocdigcr intcgrJtic von kindcrcn in
hct omlcrwil' lkze voorzieningen ko-men tegemoet aan de grociende he-hoelte van oudcr<; hun kindercn voor tc here1der1 op en te onder<;tCLrrl<:ll 111 het
onderwiJ'>. Ook hij deze voorzieningen i<; even wei mcestal <;prake van eenrich-tingsverkeer waarbij doelen en midde-len vonr·namcliJk door de prolc">ional'i worden hepaald Dit geldt bijvoorhceld voor de programma's die heogen op-voeder<; kennis tc Iaten nemen van edu-catieve ( <;pel)matcrialcn en hen te leren hun kinderen te <;limulcrcn, en voor de projccten die de relatie tuS'ien nuder<; en <,chool heogen te vcrheteren. lnmiddcl-, is er op dn vlak vcel activiteit voor allochtonen gaande, maar slecht<, incidentcel ncht men zich up het vcr-betcrcn van de communicatie en af-'>temming tu<;<,en oudcr<;/leerlingen en de <;c]wol. Bchodtenonderzoek onder oudcrs behoort tot de zeldzaamheden. Zo wordt aan de grote behoelte aan onder<;teuning a]<; hct gaat om de morc-lc ontwikkeling van kindcren ten
enen-Tlltllc voorhijgcgJon.
Oudcr<; uiten vooral klachten over het
gcbrek oon autoriteit en gezag dat
tunc-tionarissen in het onderwij-;, in de hulp-vcrlening en hij politic en ju'>titic uihtralcil en ovn het kit dat kindercn vcrlcid worden mel allcrlei 'vrijheden' in morele en relationelc zin. ,'v1et name over de hulpverlcning aan jongeren i<; men zecr slecht te spreken. Deze hena-clert hen a]<; individu en niet als gezin<,-ol groep<;]id en wcekt hen daarmee los van de ouders Deze klacht wordt zeer algemeen door ouder<; gcdet'ld. In ecn grocp<;gesprek met Marokkaansc vadcrs en mocder<, hclui<;tcrde ik de volgcnde noodkrcct:
".!\]-, jc ten crndc racHJ bent, JXaat JC met
Ll-miiic en vncndcn. J)czc <.,tJan altl)d achtcr JOLt, zc zullcn zcggcn Jullic zijn gocd a]o..,
ou-dcrs. In r\!Jrokko is dn gcmJkkclrikcr, omdJt
JC daJr nict mctccn ccn hclchocl mcrhcn hcht VJ.Il politic, kindcrhc...,chcrmillg en
lllJat-,chappcll)k vvcrk, d1c mctccn zo'n k1nd :n :n
z
m Nz
Vl m r :nji Q I..U ...J :..:J
""'
Vlz
N u..; l ]z
:..:J :..:J ...J ~ <( u...gaan helpen. De oudcrs doen hun hc'->t, maar
de kindcrcn kriJgen al snel hulr. Die mensen denken dat ziJ hctcr zijn dan de ouders; de ouders zip1 dan slecht. Als oudcrs heb 1e die hulp nict, cr wordt samcn met het kind
tc-gcn Je ingcgaan. De steun van famdie en vriendcn (ook als 1ntcrmcdiaircnJ werkt dan
niet mccr. Er moet mecr hulp ZIJil achter de oudcrs. Fr IS ecn kindcrtclefoon, allcs voor de kindercn. Maar waar v111dcn de ouders
hulp en hcscherming~"
De laatste tijd ontstaan her en der
inl-tiaticvcn vanuit de Marokkaanse gc-meenschar om aan noodkreten als deze tegemoet te komen, initiatieven die ge-richt ziJn or hct overbruggen van de afstand tussen ouders en instellingen die mede een rol srclcn in de
opvoe-ding. Deze bev~'cging is in gang gczct,
nadat de /J;wssc aan herichten over drofJ
oul en criminaliteit onder j"v\arokkaansc
jongeren voor een interne schokgolf had gezorgd. Tijdens bijeenkomsten in de moskce, of in andere voor de ouders
tocgankclijke lokaties, komen een
groot aantal opvoedingsthema's aan de ordc. Men wisselt van gedachten met bijvoorbccld lcerkrachten, functionaris-scn van politie en kinderbescherming en ook i'>lamitische theologen De ou-ders krijgcn nieuwe kennis en handel-wijzcn aangereikt, maar men tracht hun stem ook te Iaten horen in de gevestig-de institutics, hetgeen ovcrigens met gevestig-de nodige weerstanden gcpaard gaat. len weerkerende klacht van oudcrs is dater nauwclijks naar ze wordt geluistcrd. Niettemin lijkt deze benadering juist onder die ouders een groot bereik te hebben die meer ambivalent en afhou-dend staan ten orzichte van integratie en veelal niet participeren in de be-staande voorzieningen en/ol projecten. Wat betrcft de behoelte aan cultuurbe-houd, ook hieraan wordt tocnemend
voldaan door middcl van eigen particu-lier initiaticf. Wat dit bctrcft i'> sprake van een inhaalslag ten opzichtc van de andere Ncdcrlandse zuilcn. Wei moet opgcmcrkt worden dat de laatste aan-zienlijk sterkcr gefundeerd zijn Uit oogpunt van gelijkheid en emancipatie, en medc gezien de gemiddeld !age in-komen<,positie van allochtone orvoe-ders, verdienen de nieuwc zuilen dan ook zekcr structurele ondersteuning vanuit de ovcrhcid.
Conclusies
We hebben gczien, dat de onder<,teu-ningsbehoeften van allochtone opvoe-der'> zowel liggen op het vlak van cultuurbehoud, van integratie van hun kinderen in het onderwijs en van
over-brugging van opvocdingsver~chillen.
Zowel wat betreft de behodte aan cul-tuurbehoud enerzijds en ondcr<,teuning ten behoeve van integratie anderzijds zijn steeds mecr voorzieningen voor-handen.
Als het om de opvoeding<,rroblemen op het psychosocialc en morelc vlak gaat, liggen de kaarten cchter anders In dat geval is de af-,tand tussen vraag en aanbod veelal aanzicnliJk groter. Het blijft vooral eenrichtingwerkeer, ouder'> vinden weinig lh lerkenning van behoeftcn die buiten hct rcferentieka-der van rrolcssionals vallen en hun
in-vlocd op de voorzicningen i.:; gering
Het gegevcn van pcdagogische diversi-teit dringt slcchts moeizaam door in de professionele praktijk. luist dcze diver-'>iteit maakt de aandacht voor de
pro-blcemdelinities en
oplossingsstrate-gieen van ouders en de wisselwerking, de interactie, tusscn ouder'> en deskun-digcn steeds urgentcr. Op basis van dc-ze wi>'>elwerking kunncn aanpassingen plaatsvindcn aan lokale vragcn, hchod-tcn en ideeen. l\1ijns inziem kunnen
onder.;,tcuning~voorzicningcn aileen op dezc wiJZC biJdragcn aan het opheHen
van de normen- en waardencrisis.
Vanuit de prok"ionelc ivoren loren zal dat nict gaan.
Sarnenvattend concludcer ik, dat cr <,prake i-, van een ver<,nippering van op zorg en opvoeding in en buiten het ge-zin gericht beleid. Voorts '>temmen de bebngen, denkbeelden en behoeften van de gezinnen underling, noch die van gezimlcden en de imtituties waar-mec zij te maken hebben, niet noodza-kelijkerwij<, overeen. Tcnslotte draagt de modernisering van de sarnenlcving en de toenemende culturele diversitcit crtoe bij, dat zowel opvoeders a], op-vocding<,protcs-,ionals <,teeds minder kunnen bogen op vaste zckcrheden. Om al deze redenen is er vecl te zeg-gen voor een samenhanzeg-gend gezinsbe-lcid, waarvan laagdrempelige opvoe-dingsonderstcuning deel uitmaakt. Dit vraagt wei om een overkoepelendc visie op hct gezin. lk heb betoogd dat het gezin ecn dynamiscbe lccfeenheid is, die zich steed-, ontwikkelt in interactie met de culturelc en economi'>chc con-text waarin hct is 111gcbed. In mijn ogen dicnt cen gczin'>beleid dan ook deze culturclc diversitcit tot centraal uit-gang<.punt te nemen, uiteraard binnen de door de Ncderland-,e wetgeving ge-stclde grcnzen Ecn dergelijk helcid schept cen kader voor de ondcrlinge zorg e11 steun, maar laat de concrete uitvv'Crking over aan de vragcr:-, en bie-dcr<, Een hclangrijke cis aan de laatstcn is daarhq, dat ZiJ respon<.iviteit en adap-tatie tot een wezenli1k onderdeel van hun wc1-kwiJZC makcn.
IJ1 TI'AI
Pels
is tPclrllschof>/>ri>Jk o11drrzockrr Poor hct fl!Ojlcl '( lfll>ordw i11 Pc-rsclllllr11dr cul-lurrll' hi) l>rt lllsllluu/ Poor Sociolo<}isc!J(I lV 7 s%
Eco11omisc h ( l11derzoek ( JSE()). Erasmus l!lliPersiteit Rotterdam
No ten
VJn de voor<,tudic VJ!l cht onderzock I'> VCI'->Iag
gcdoJn 111 Tree<:. Pel..,' red ' ( )fll'odur,; n: ( lm1c'c
;\ Lrrtlkbwll~e c~: Su nn,/dlll'-( "rcotll5c ~~~·zn1rru1
ISE( ).'l.rJ<,!llu<;unlvcr'->ltCit, RottcrdLtm 1 ~)CJ.J
J)czc puhl1kJtJc 10., gebJ<,ccrd op ccn overz1cht
VLI.Il de hc-.ch1kbarc lllerotuur en (l,lnvullend on-derzock over gcz1nnen en <;]eutclllltormzmrcn
.r-.v11Jn Jrt1kel1<:. 111 hclangnJkc lllJle gcho<>eerd op
cleze <:.lucile. d1e vcrkrl)ghJJr 1<; h11 hct ISLC ),
teletoon 01 0-..+08277(}
Literatuur
Hoek,). van der, Soeialisdlic in llliljranlw-_gezim1CI1:
Em
basis uoor oJwoedillgsolldersteu-IJ/111}, Utrecht, De Tijdstroom 1994. I11 ge~prck mel Marokkamm ouders: 1){111 slacht-offers tot aclieve hurgers, Utrecht, CBMN 1995.Leij,
A
van der (red ) , Tttrkse kmdm11 i11o11derwi)S 111 opvodi11g: Alwinge11 & en>11ri11ge11 vcm Tttrkse hasisschoo/ki11dere11, hu11 ouders e11 leerkrachte11, Amsterdam 1991
Pels, T ;\ Iarokkamm k/mters e11 lnm culturele
kaptlcwl: Upvoede11 e11 leren in het gezi11 e11 op school, Amsterdam/Lisse1 Swets & Zeitlinger 1991.
Pels, T (red.) Opuoedi11g in Chinese,
A1arokkacmse en Surillllilllis-( 'rcoolse i}eZi1111en, Rotterdam, lnstituut voor Sociologisch-Economisch Onderzoek (!SEC)) 1994. Pels, T 'Cezin<.interventie vanuit inter-cultureel perspecticf', in OI'STAP
01'-NIF.UW: Em modem
geZi11sstilliitlc-rilli}S-proqrammll POOl' kindemt in llchtc-rsllllldssilu-11/tes, Utrecht Rijksuniversiteit 1995, 37-4Y.
Pels, T 'Opvoeding, ondersteuning en educatie in allochtonc gezinnen' in Cur1us e/11lse!Jc ljmeflell, Open Universiteit, Heerlcn, te verschijnen in l9<J6. :n :n