• No results found

The leader of the free world : een comparatieve studie naar het gebruik van het concept Leader of the Free World in Amerikaanse media

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "The leader of the free world : een comparatieve studie naar het gebruik van het concept Leader of the Free World in Amerikaanse media"

Copied!
59
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

THE LEADER OF THE FREE WORLD

EEN COMPARATIEVE STUDIE NAAR HET GEBRUIK VAN HET CONCEPT

L

EADER

OF THE

F

REE

W

ORLD IN

A

MERIKAANSE

M

EDIA

Naam: Robert Peters Studentnummer: 10688218 Vak: Bachelor scriptie ASW Opleiding: Algemene Sociale Wetenschappen Locatie: Universiteit van Amsterdam Scriptiebegeleider: Sander Mensink Tweede lezer: Anouk Kootstra Datum: 28-2-2018 Aantal woorden: 17.161 “Let every nation know, whether it wishes us well or ill, that we shall pay any price, bear any burden, meet any hardship, support any friend, oppose any foe to assure the survival and the

success of liberty”

(2)

1

Inhoudsopgave

Voorwoord ... 2 Abstract ... 3 1. Inleiding ... 4 2. Theoretisch kader ... 6

2.1 Exceptionalisme en Amerikaanse nationale identiteit ... 7

2.2 Internationale bemoeienis ... 9

2.3 Hoe Leader of the Free World wordt vormgegeven door de media ... 12

2.4 De media & Free World leadership begin 21e eeuw ... 17

2.5 Media narratieven uit de theorie ... 19

2.6 Interdisciplinariteit ... 21 3. Probleemstelling ... 22 Hoofdvraag ... 23 Deelvragen... 23 Relevantie ... 24 4. Methode ... 25 4.1 Design ... 25 4.2 Doelgroep en Sampling ... 26 4.3 Dataverwerking en Analyse ... 28 4.4 Validiteit en betrouwbaarheid ... 29 5. Resultaten ... 30 5.1 Overeenkomstige bevindingen ... 30

5.2 Opvallende resultaten tijdsperiode Obama ... 38

5.3 Opvallende resultaten tijdsperiode Trump ... 40

6. Conclusie ... 43

Discussie ... 45

Bibliografie ... 46

Bijlagen ... 51

Bijlage 1: Aantal krantenartikelen per krant per tijdsperiode... 51

Bijlage 2: Lijst van codes ... 52

Bijlage 3: Interpretatie van de theoretische narratieven ... 54

(3)

2

Voorwoord

Het schrijven van een scriptie is niet alleen een zware opgave voor mij geweest maar ook voor mijn directe omgeving. Zonder de onvermoeibare steun van mijn van vriendin Birte, die mij door de moeilijkste momenten heeft gesleept en mij geholpen door middel van emotionele steun. Ook wil ik mijn ouders, Lex en Ellen, bedanken voor hun steun en hun eindeloze pogingen mij te blijven motiveren door te gaan.

Voor het eindproduct van mijn scriptie ben ik heel blij geweest met mijn scriptiebegeleider Sander, die mij heeft voorzien van uitgebreide en inhoudelijke feedback op mijn werk en door zijn enthousiasme een inspirerende mentor is. Ook wil ik mijn tweede lezer, Anouk, bedanken voor haar rol in de uitgebreide en inhoudelijke feedback.

Als laatste wil ik ook mijn externe scriptiebegeleider Ivar en Studiemeesters bedanken voor het ondersteunen bij mijn scriptie en faciliteren van een plek om te studeren.

(4)

3

Abstract

Het concept Leader of the Free World wordt sinds de aanstelling van Donald Trump veelvuldig gebruikt in de Amerikaanse media. Historisch gezien komt dit concept voort uit de tijd van de Koude Oorlog, waarin het concept vaak gebruikt werd om te refereren naar de Verenigde Staten en hun rol in het enerzijds beschermen van bondgenoten tegen de communistische bedreiging, en anderzijds om op te treden als een voorbeeldnatie en een verspreider van Amerikaanse (liberale) waardes. Deze definitie van het concept werd verankerd in de Amerikaanse identiteit doordat deze narratieven in de media geamplificeerd werden. In dit onderzoek naar het gebruik van de term Leader of the Free World in drie grote Amerikaanse dagbladen komt naar voren dat het gebruik van het concept is verschoven en nu ruimte biedt voor andere naties en wereldleiders. Het onderzoek is gedaan naar twee tijdsperiodes, 2008-2009 en 2016-2017, de verkiezingen, inauguratie en eerste maanden van het presidentschap van Barack Obama en Donald Trump.

De President zelf, en niet de Verenigde Staten als entiteit, wordt in de geanalyseerde artikelen aangewezen als Leader of the Free World. Daarnaast hebben leiderschapskenmerken ook hun intrede gedaan als dimensie van het Leader of the Free World concept. Naast een verandering in het gebruik in de Amerikaanse media (met de intreding van deze nieuwe dimensie) is het narratief nog wel sterk verbonden aan de voorbeeldfunctie en het hard optreden tegen Rusland. In de geanalyseerde artikelen van 2016-2017 werd het concept Leader of the Free World losgehaald van zijn historische context en werden andere wereldleiders genoemd als Leader of the Free World.

(5)

4

1. Inleiding

“Angela Merkel is the Most Important Leader in the Free World” Zo kopt de Huffington Post op 24 september 2017 (Huffington Post, 2017). De Huffington Post is zeker niet de enige die de positie van de Amerikaanse President als Leader of the Free World in twijfel trekt. Ook het Amerikaanse tijdschrift Politico Magazine refereert aan Angela Merkel als “the new leader of the free world” (Politico, 2017), wanneer ze haar op nummer 10 zetten van de meest invloedrijke personen in de Amerikaanse politiek.

Sinds de verkiezingen in de Verenigde Staten en het aantreden van Donald Trump als president, wordt het concept Leader of the Free World door de Amerikaanse media steeds vaker gekoppeld aan andere wereldleiders/landen. In de niet-Amerikaanse media is dit al langer zichtbaar maar nu is het loskoppelen van de Verenigde Staten van het concept Leader of the Free World voor het eerst ook in de Amerikaanse media zichtbaar. Dit lijkt af te wijken van het gebruik van het concept door de Amerikaanse media in vergelijking met de berichtgeving over de vorige president. Het doel van deze scriptie is te onderzoeken waar dit ogenschijnlijke verschil vandaan komt. Dit wordt gedaan door te kijken naar het gebruik van dit concept in de Amerikaanse media tijdens de tijdsperiode van Barack Obama en de tijdsperiode van Donald Trump.

Om een concept dat zo sterk aan interpretatie onderhevig is als Leader of the Free World te kunnen duiden, moet gekeken worden naar de context en associaties van dit concept. Wanneer gekeken wordt naar de huidige politieke ontwikkeling in de Verenigde Staten en dit gekoppeld wordt aan het concept Leader of the Free World, lijken verschillende nieuwsoutlets te anticiperen op een verandering na de verkiezingen van november 2016. Kijkend naar de uitspraken van Trump en de communicatie van het campagneteam, is de retoriek gericht op een rigoureus andere aanpak dan zijn voorganger. Acht jaar eerder, onder zijn voorganger Barack Obama, was de retoriek gefocust op Amerikaans geleid globalisme en samenwerking. Met de campagne van Donald Trump lijkt de focus meer te liggen op isolationisme en nationalisme. Kijkend naar de verkiezingsoverwinning van Trump kan gesteld worden dat, op dit moment, een ander narratief wederhoor vindt in de Amerikaanse samenleving dan acht jaar eerder.

Wanneer een vergelijking wordt gemaakt tussen de narratieven ten tijde van de verkiezingstijd van Obama (2008-2009) en ten tijde van de verkiezingstijd van Trump (2016-2017), lijkt het concept van Leader of the Free World lastig verenigbaar met dit isolationistische betoog van Trump. Voor een analyse van de ogenschijnlijke snelle verandering van het narratief van Leader of the Free World, doe ik in deze scriptie onderzoek naar het gebruik van dit concept door Amerikaanse media. Daarbij breng ik in kaart hoe er in de periode 2008-2009, een tijd waarin het Leader of the Free World concept nog onderdeel leek uit te maken van de Amerikaanse identiteit, over de rol van de Verenigde Staten als

(6)

5 Leader of the Free World bericht werd. Een overzicht hiervan zet ik af tegen eenzelfde analyse van de periode 2016-2017, om zo te kijken naar de verschillen in het gebruik.

Om een goed beeld te krijgen van de verschuiving dient gekeken te worden naar waar de term vandaan komt en hoe deze is vormgegeven door de jaren heen. Aan de hand hiervan kan een overzicht worden gemaakt van het gebruik van het concept in de periode Obama. De volgende stap is een analyse van het gebruik van dit concept in de twee tijdsperiodes. Hierbij zal ik niet kijken naar de

invloed die de media hebben op de opinievorming en de rechtmatigheid van het gebruik refererend naar de Verenigde Staten. Ook zal ik niet kijken naar welke president (Obama/Trump) zich meer identificeert met een historische definitie van Leader of the Free World. In dit onderzoek zal ik wel een vergelijking trekken hoe deze term in de nieuwsmedia in 2008-2009 gebruikt werd, en hoe dit gebruik zich verhoudt met het gebruik in 2016-2017.

In het volgende hoofdstuk zal ik aan de hand van het theoretisch kader een beeld schetsen van de (historische) context van het concept Leader of the Free World, waarin dit gekoppeld wordt aan de Amerikaanse identiteit. Met behulp van deze historische context volgt een uiteenzetting van de narratieven die gebruikt werden bij het ontstaan van de term Leader of the Free World. Aan de hand hiervan zal gekeken worden in hoeverre deze nog terug te zien zijn in de tijdsperiode 2008-2009 om zo een beeld te geven van het concept Leader of the Free World vóór Trump. Tezamen met theorieën over de invloed van media op het vormen van een narratief zal gekeken worden naar het huidige gebruik van het concept.

(7)

6

2. Theoretisch kader

In het theoretisch zal ik eerst kijken naar de context van het concept Leader of the Free World door naar het ontstaan te kijken. Als tweede wordt de rol van de media behandeld door te kijken naar hoe het concept vormgegeven wordt. In het laatste gedeelte zal deze contextuele analyse en het mediagebruik samenkomen in een analyse van het huidige gebruik van het concept dat zal dienen als theoretisch kader voor de analyse.

Om te onderzoeken hoe het gebruik van het concept Leader of the Free World is veranderd, schets ik in het eerste deel van het theoretische kader een overzicht van de historische context waarin het concept heeft kunnen ontstaan. Dit concept is altijd onlosmakelijk verbonden geweest met de Verenigde Staten en de historische context is hierom van wezenlijk belang. Belangrijke aspecten in het ontstaan van het concept Leader of the Free World is het Amerikaanse Exceptionalisme en het liberalisme geweest. Deze twee aspecten zorgden samen met een combinatie van internationale machtsverschuivingen dat de Verenigde Staten zich een leiderschapsrol kon toebedelen.

In het geven van betekenis aan een interpretabel concept als Leader of the Free World spelen, zowel in het heden als in het verleden, de media een instrumentele rol. Doordat het concept zo onlosmakelijk is verbonden met de Verenigde Staten, is het een onderdeel van de Amerikaanse Identiteit geworden. De media hebben sterk bijgedragen aan het vormen van een narratief rondom het concept Leader of the Free World. Dit werd voornamelijk gedaan door kaders te geven aan de verantwoordelijkheden van een Leader of the Free World.

De kaders van het concept Leader of the Free World worden in de media vooral onderverdeeld in de concepten Global Responsibility en anti-communism. Deze twee concepten zijn de constante factor geweest in het betekenisgeven van het concept Leader of the Free World en zijn heden ten dage nog sterk terug te zien in de berichtgeving door de Amerikaanse media. Het feit dat dit nog steeds sterk aanwezig is in de Amerikaanse media zou doen vermoeden dat het Leader of the Free World concept nog steeds onlosmakelijk met de Verenigde Staten verbonden is.

(8)

7

2.1 Exceptionalisme en Amerikaanse nationale identiteit

Om te begrijpen waarom het concept Leader of the Free World onderdeel is geworden van de Amerikaanse identiteit, zal ik allereerst kijken naar het ontstaan van de Amerikaanse nationale identiteit en het gevoel van nationalisme en exceptionalisme. Benedict Anderson (1991) schrijft in zijn boek ‘Imagined Communities’ over het ontstaan van nationalisme in de Verenigde Staten. Anderson stelt dat de rol van de drukpers essentieel is geweest in het creëren van een nationaal bewustzijn omdat de drukpers leidde tot het ontstaan van massamedia. Massamedia geven de mogelijkheid om bepaalde waardes en narratieven te verspreiden over het ontstaan en de ontwikkeling van een natie. Deze historische narratieven geven vaak een geromantiseerd beeld waarbij bepaalde aspecten van het verleden verheerlijkt worden en op deze manier een gevoel van verbondenheid creëren (Anderson, 1991, p. 204).

Historisch gezien is het gevoel van nationalisme in de Verenigde Staten moeilijk te plaatsen vanwege het relatieve korte bestaan van het land en het immigratieverleden van bijna de gehele bevolking. Voor het verklaren van de nationalistische gevoelens in de Verenigde Staten is de Imagined Communities theorie van Anderson belangrijk. In zijn boek heeft hij speciaal aandacht voor de Amerikaanse cultuur omdat deze een relatief korte gedeelde historie heeft. Anderson stelt dat de binding die het Amerikaanse volk voelt, niet zozeer is gebaseerd op een gedeeld verleden, maar op gedeelde idealen en het geloof in de waardes van de Amerikaanse constitutie. Hierin staan met name de idealen van het Liberalisme en de Verlichting centraal (Anderson, 1991, p. 65).

Dit gevoel van verbondenheid, waarbij de bindende factor het gedeelde geloof in politieke principes is, wordt door meer theoretici aangehaald als een van de basisprincipes van het Amerikaanse gevoel van nationalisme. Een van de bekendste theoretici over nationalisme begin twintigste eeuw is Hans Kohn. In zijn boek American Nationalism, stelt hij “[The United States of America] was not founded on the common attributes of nationhood – language, cultural tradition, historical territory or common descent – but on an idea which singled out the new nation among the nations of the earth.” (p. 4). Hierin betoogt Kohn dat individuele vrijheden, samen met de idealen uit de Verlichting een set waardes vormden welke als universele waardes werden gezien in de Verenigde Staten.

Dit gevoel van verbondenheid in combinatie met militaire overwinningen wordt in een artikel van Jasper Trautsch over Amerikaans nationalisme (2015) verder doorgetrokken naar Amerikaans exceptionalisme, het gevoel van verhevenheid boven andere naties. Trautsch combineert het nationalisme in dit artikel met de interventies die gedaan zijn in de Eerste en Tweede Wereldoorlog, en concludeert dat deze overwinningen het gevoel van onschendbaarheid in de hand werkten. Hiermee werden de hoekstenen van het nationalisme niet alleen verbonden met de waardes van de

(9)

8 constitutie maar ook met militaire overwinningen. De Verenigde Staten raakten bij zowel de Eerste als de Tweede Wereldoorlog betrokken en relatief kort na het ingrijpen kwamen beide oorlogen ten einde. Door deze duidelijke overwinningen ontstond het geloof dat de Verenigde Staten uitverkoren waren om de wereld te leiden gezien de doorslaggevende rol in beide oorlogen (Trautsch, 2015, p. 301). Dit gevoel werd versterkt in de media doordat deze overwinning gedeeld kon worden en zo onderdeel werd van het narratief rondom de verheven natie (Trautsch, 2015, p. 303).

Het gedeelde geloof in de constitutionele waardes en de val van de asmogendheden in 1945, gaven in de Verenigde Staten een gevoel van onoverwinnelijkheid wat het land verenigde (Fousek, 2000, p. 46). Historicus en politicoloog John Fousek ziet naar aanleiding van het einde van de Tweede Wereldoorlog een trend in de media waarin de Verenigde Staten als een verheven natie wordt afgeschilderd, dit concludeert hij uit een toename van het gebruik van terminologie als “the greatest country in the world” in kranten en toespraken (Fousek, 2000, p. 62). Deze nationale trots en het verder ontwikkelde gevoel van exceptionalisme is volgens Fousek een essentiële voorwaarde voor het ontstaan van het Leader of the Free World concept na de Tweede Wereldoorlog. Naast de verheerlijking van de Verenigde Staten en de Amerikaanse identiteit werd na de Tweede Wereldoorlog ook een beeld geschetst waarin de rest van de wereld de Verenigde Staten nodig had om het van chaos te weerhouden (Fousek, 2000, p. 35).

Dat de media instrumenteel zijn geweest in het creëren en versterken van het gevoel van exceptionalisme in de Verenigde Staten, wordt door veel academici onderschreven. Dit gevoel van exceptionalisme wordt door Fousek, Trautsch en Ikenberry tevens aan Free World Leadership gekoppeld door het belang van de internationale politieke verandering te onderschrijven. In de periode van militaire overwinningen ontstond ruimte voor de Verenigde Staten om zich meer en meer te bemoeien met de internationale politiek.

Het uitkristalliseren van het concept Leader of the Free World vindt plaats na de Tweede Wereldoorlog. Zowel naar binnen- als buitenland profileren de Verenigde Staten zich als ‘redder in nood’. Dit wordt onderschreven door Elizabeth Heffelfinger (2008), zij stelt in haar studie naar het gebruik van media in het profileren van het Marshall Plan (het project dat na de Tweede Wereldoorlog door de Verenigde Staten werden ontwikkeld om Europa te helpen opbouwen), dat deze hulp breed uitgemeten werd in de media. Aan de ene kant werd het plan in Europa gepresenteerd als een plan voor wederopbouw, waar het in de Verenigde Staten vooral gepresenteerd werd als reddingsplan voor een regio die niet meer voor zichzelf kon zorgen (Heffelfinger, 2008). De toon in deze berichtgeving beschrijft Heffelfinger als betuttelend en ouderlijk (2008, p. 14). Ook wordt er veel gesproken over het versterken van de Free World om bescherming te bieden tegen de dreiging van andere ideologieën.

(10)

9 Een van de (door de Amerikaanse overheid gesponsorde) documentaires over het werk van de Verenigde Staten heette ‘Strength for the Free World’ en bevatte een analyse van hoe de Amerikaanse idealen een plek kregen in de Europese samenleving (2008, p. 17). In deze studie wordt geconcludeerd dat via de media een beeld werd geschapen dat de superioriteit van de Verenigde Staten ook verantwoordelijkheid met zich meebracht om de wereld ‘op te voeden’ (2008, p. 20).

In de Amerikaanse identiteit zit een sterk gevoel van exceptionalisme en nationale trots wat samenkomt met een geloof in liberale waardes die als universeel worden gezien. Door het geloof in deze waardes en een sterk media narratief rondom deze ideologie, ontstond een basis voor het idee dat de Verenigde Staten zich als Leader of the Free World konden opwerpen. In de twintigste eeuw heeft de Verenigde Staten ook veel gedaan aan het bevestigen van dit beeld door middel van internationale interventies en sturing. In 2.2 zal dieper ingegaan worden op hoe de Verenigde Staten vorm gaf aan het concept Leader of the Free World.

2.2 Internationale bemoeienis

Internationale bemoeienis door de Verenigde Staten: Eerste helft 20e eeuw

Instrumenteel in het verkrijgen van de titel Leader of the Free World is het internationaal verspreiden van dit idee. Het Amerikaans Exceptionalisme was echter met name een nationaal gevoel waarvan de rest van de wereld tot aan het einde van de Tweede Wereldoorlog relatief weinig meekreeg (Trautsch, 2015). Doordat massamedia in de beginjaren vooral nationaal invloed hadden, was er ook internationale invloed nodig om het concept van Free World leadership verder vorm te geven. Naast het gevoel van verhevenheid boven andere naties kregen de Verenigde Staten in de twintigste eeuw ook daadwerkelijk de ruimte om invloed uit te oefenen op andere naties door het opzetten en leiden van internationale instituties. Vanuit een politicologisch perspectief zijn er verschillende zienswijzen om naar de wereld en de verhoudingen tussen landen te kijken. Er zijn vele (sub-)stromingen binnen de studie van Internationale Betrekkingen maar er bestaat redelijke consensus dat Realisme, Liberalisme en Constructivisme de voornaamste drie stromingen van de twintigste eeuw zijn geweest (Walt, 1998) (Snyder, 2004). Het buitenlandse beleid van de Verenigde Staten in de eerste helft van de twintigste eeuw kan het beste verklaard worden vanuit de liberalistische stroming (Ikenberry, 2011). Dit beleid focuste zich vooral op de filosofie achter het idealisme; een stroming binnen het liberalisme waarin de waardes van samenwerking, duurzame internationale relaties opbouwen en het stichten van supranationale instituties centraal stonden (Ikenberry, 2017).

Door het oprichten van internationale instituties zoals de Volkerenbond, de Verenigde Naties en de NATO kregen de Verenigde Staten een grote invloed in het leiden en het sturing geven aan deze

(11)

10 instituties. In het boek van Ikenberry, Knock, Slaughter en Smith (2008), wordt betoogd dat in de

Fourteen Points van Woodrow Wilson (het plan uit 1918 met 14 punten dat erop gericht was om de

vrede in de wereld, na de Eerste Wereldoorlog, te waarborgen) een belangrijk voorbeeld was van hoe Amerikaanse belangen en idealen geïncorporeerd werden in internationale instituties (In

Internationale bemoeienis van de Verenigde Staten: Tweede helft 20e eeuw zal ik verder ingaan op

deze Amerikaanse liberale waardes). In dit plan zijn duidelijke Amerikaanse (liberale) waardes terug te vinden zoals het terugbrengen van handelsbarrières (punt 3) en het oprichten van een supranationaal orgaan (Volkerenbond) dat zich richt op het maken van internationale afspraken ten behoeve van territorialiteit, vrede en handel (punt 14) (Yale Law School, 2017). Deze focus op het verspreiden van traditionele Amerikaanse waardes door middel van sturing in internationale instituties werd later zelfs vernoemd naar president Wilson en werd bekend onder de term Wilsonianisme (Baylis, Smith, & Owens, 2017).

Kijkend naar de eerste helft van de twintigste eeuw, heeft het Wilsonianisme een grote rol gespeeld in het internationale beleid van de Verenigde Staten. Waar het verder ontwikkelen van dit beleid vanaf 1963 afnam, bleef het actief verspreiden van de liberale idealen en de interventie in de internationale politiek door middel van deze instituties bestaan. Dit gebruik van internationale instituties door de Amerikaanse overheid om sturing te geven aan de internationale ontwikkeling en daarmee actief verspreiden van Amerikaanse waarden is volgens Fousek (2000) en Ikenberry (2011) een belangrijke randvoorwaarde van Free World Leadership. Fousek stelt dat om in de internationale politieke arena invloed uit te oefenen op andere natiestaten er een bepaalde afhankelijkheid moet worden gecreëerd alvorens dit kan. De Verenigde Staten dwongen dit af door het oprichten van instituties als de VN en de NATO (2000, p. 144).

Naast dat de Verenigde Staten zichzelf zagen als een verheven natie die voorbestemd was om de wereld te leiden, had het nu ook de mogelijkheid om internationale politieke invloed uit te oefenen. Met de oprichting van de internationale instituties hadden de Verenigde Staten zowel de wil als de middelen om Leader of the Free World te worden.

Internationale bemoeienis van de Verenigde Staten: Tweede helft 20e eeuw

Politicoloog Forsythe (2011) analyseert het beleid onder het presidentschap van Barack Obama kijkend naar de filosofie achter de keuze van de Verenigde Staten om te interveniëren. Hierin onderscheidt hij drie verklaringen voor de internationale bemoeienis in de geschiedenis van het Amerikaanse buitenlands beleid. Volgens Forsythe geeft dit een verklaring voor de interventies uitgevoerd door de Verenigde Staten.

(12)

11 - De eerste verklaring is het klassieke liberalisme, hierin staan de Verlichtingsidealen van individuele vrijheid, eigendomsrecht en marktvrijheid (en de bescherming van deze idealen) centraal in het binnenlandse en het buitenlandse beleid.

- De tweede verklaring wordt Manifest Destiny genoemd, hierin wordt benadrukt dat de Verenigde Staten zichzelf zien als leider van de wereld vanuit een filosofie dat het voorbestemd is om ‘beschaving’ te verspreiden zoals dit gebeurde in de kruistochten in Europa.

- De derde verklaring kenmerkt zich meer door de opkomst van het structureel realisme, waarin machtsrelaties een sterke rol gingen spelen in de keuzes die werden gemaakt in het binnenlandse en buitenlandse beleid. Dit was volgens Forsythe duidelijk te zien in het ontstaan van de Koude Oorlog, machtsrelaties werden leidend voor het defensiebudget en de keuzes om te interveniëren in conflicten als Korea en Vietnam, om de ideologische macht te behouden buiten het territorium van de Verenigde Staten (Forsythe, 2011, p. 778).

Forsythe benadrukt in zijn artikel het overlappende aspect van deze verklaringen. Meerdere van deze verklaringen kunnen worden gebruikt om internationale interventies te analyseren maar er is wel een duidelijke opkomst te zien van het structureel realisme vanaf 1960. Deze stroming heeft zich bij de verklaringen van interveniërend beleid gevoegd voor de Verenigde Staten. Hierdoor kwam er nu naast de idealistische verklaring (het beschermen van mensenrechten) en de exceptionalistische verklaring (Manifest Destiny, een verheven natie die beschaving verspreid) een nieuwe verklaring voor internationale bemoeienis: de structureel realistische verklaring die zich vooral richt op bescherming en zelfbehoud door te kijken naar de verdeling van macht in de internationale politieke arena (Forsythe, 2011).

Na de periode van het Wilsonianism, waarin een liberale idealistische koers gevaren werd, ontstond er vanaf 1960 een meer realistische kijk op internationale betrekkingen in de Verenigde Staten. Volgens Ikenberry (2009) heeft deze realistische kijk, tot aan de val van De Muur in 1989, de boventoon gevoerd in zowel binnenlands- als buitenlands beleid. Hierbij was de Koude Oorlog het meest zichtbare voorbeeld hiervan. Een gevolg van deze visie op internationale betrekkingen was dat de Verenigde Staten moesten zorgen dat zij behoorden bij het grootste machtsblok tegenover de Sovjet-Unie. Als economisch sterkste natie, werd de rol als leider van dit machtsblok door de Verenigde Staten op zich genomen (Ikenberry, 2009). De natiestaten die zich bij dit machtsblok aangesloten hadden (of wilden aansluiten) hadden het recht beschermd te worden tegen de gevaren van het andere machtsblok (en het bijbehorende Communisme) en dienden dezelfde ideologische (liberale) waardes na te streven. Als leider van dit machtsblok dienden de Verenigde Staten niet alleen haar

(13)

12 bondgenoten te beschermen maar alle wereldburgers. In deze ideologie hadden alle wereldburgers recht op dezelfde vrijheden die de Amerikanen bezaten (Forsythe, 2011).

Het laatste narratief, het structureel realisme, heeft sinds de Tweede Wereldoorlog de boventoon gevoerd. Naar buiten toe werd op politiek en militair vlak de realistische kijk verheerlijkt; zelfbehoud stond hoog in het vaandel vanwege het duidelijke vijandbeeld van de Sovjet-Unie (Ikenberry, Knock, Slaughter, & Smith, 2008). Echter, in het Vrije Westen focuste de Verenigde Staten zich nog steeds op het verspreiden van de liberale idealen, waarin het klassieke Liberalisme vanaf 1980 plaats moest maken voor het meer rigide neoliberalisme wat zich meer op de economische kant van het liberalisme focuste (Ikenberry, 2009). De neiging van de Verenigde Staten om hun ideologie op te leggen aan hun bondgenoten bleef echter een onderdeel van hun buitenlands beleid en door de veelal Amerikaans geleide internationale instituties vond dit ook veel gehoor (Forsythe, 2011). Op deze manier werd de rol van Leader of the Free World op twee manieren ingevuld; aan de ene kant diende het vanuit een realistisch oogpunt de grootste krijgsmacht te hebben om weerstand te bieden aan de Sovjetdreiging, aan de andere kant namen de Verenigde Staten het voortouw in het verspreiden van het liberalisme en de daarmee verbonden Amerikaanse waardes.

Door de grote rol die de Verenigde Staten naar zich toe hebben getrokken in de internationale arena ontstond er een narratief waarin deze nieuwe realistische en neoliberale kijk ingepast werd. Met de scheiding van de wereld op basis van ideologische verschillen diende de Amerikaanse trots verdedigd te worden door middel van een duidelijk beeld van de vijand en een goed verhaal van wat de Verenigde Staten als natie te bieden hadden. Op deze manier kon er draagvlak gecreëerd worden voor het rechtvaardigen van het de positie als Leader of the Free World.

2.3 Hoe Leader of the Free World wordt vormgegeven door de media

Het gebruik van het concept Leader of the Free World kwam op in de jaren na de Tweede Wereld Oorlog en werd voor het eerst gebruikt door Barbara Ward, een Britse econome en schrijfster, in de New York Times in 1948 (Tierney, 2017). Dit werd toentertijd gebruikt in een artikel over een mogelijk Westerse machtsblok die een gevaar vormde voor landen die niet bij deze strijd betrokken wilden raken. De term sloeg echter aan en kreeg al gauw een bredere definitie en het verenigde de Westerse landen in de tijd van de Koude Oorlog onder de noemer ‘Free World’ en gaf het Amerikaanse exceptionalisme extra kracht door het ‘leader of the’ aspect (Fousek, 2000).

Twee belangrijke aspecten waarmee het concept Leader of the Free World historisch gezien geassocieerd wordt zijn: het verspreiden van de Westerse/Amerikaanse idealen van individuele vrijheid, eigendomsrecht en marktvrijheid, én het beschermen tegen de communistische bedreiging

(14)

13 vanuit een structureel realistische optiek. Het bevestigen van het beeld van de Verenigde Staten als Leader of the Free World was hierin afhankelijk van een narratief over het goede werk van de Verenigde Staten wereldwijd, dit narratief noem ik het Global Responsibility narratief; en een

anticommunistisch /anti-Russisch narratief dat zich richt op het vijandbeeld van de Russen. De

aspecten waarmee Leader of the Free World in verband wordt gebracht lijken tot nu toe weinig veranderd in de berichtgeving. In recent onderzoek naar Amerikaanse media en het concept Leader of the Free World komen nog steeds het anticommunistisch / anti-Russisch en het Global Responsibility narratief naar voren als gebruik wordt gemaakt van het concept Leader of the Free World.

Anti-communism

Anticommunisme heeft een belangrijke rol gespeeld in het ontwikkelen van het Leader of the Free

World concept. De bipolaire wereld waarbij er één duidelijk vijand aangewezen kon worden, die een directe bedreiging vormde voor de Amerikanen, werkte volgens Yuval Feinstein (2016) een Rally-around-the-flag effect op. Dit effect stelt dat in tijden van crisis het land zich verenigt, meestal rond een gedeeld ideaal of een leider. In de tijd van de nucleaire dreiging van het communistische blok verenigden de Verenigde Staten zich tegenover de fysieke en symbolische dreiging van de Sovjet-Unie en het communisme. Door deze tweedeling in ideologieën werden de naties verder uit elkaar gedreven en werd er vanuit de overheid door vele opinieleiders in de Verenigde Staten een anticommunistische campagne gevoerd (Fousek, 2000).

Tsygangov (2017) zoekt in zijn onderzoek naar anticommunisme in de hedendaagse Amerikaanse media ook naar een historische verklaring hiervan. Hij stelt dat, doordat er aan de ene kant de dreiging van het communisme heerst en aan de andere kant de nationale trots van de Amerikaanse waardes, er een dualistisch narratief van goed en kwaad ontstond. Hierin werd het communistische regime en de bijbehorende waardes afgeschilderd als het kwaad, en de Amerikaanse maatschappij en bijbehorende waardes als goed (Tsygankov, 2017, p. 30). In zijn onderzoek stelt Tsygankov dat het anti-Russisch narratief nog altijd sterk aanwezig is in Amerikaanse media: “The AR [Anti-Russian] narrative remains instrumental in confirming the identity of a ‘free’ American nation-state that is also the leader of ‘free world’ abroad.” (Tsygankov, 2017, p. 31). Aan de ene kant wordt dit anti-Russische narratief gebruikt als reden tot zelfbescherming maar aan de andere kant ook als zelfverheerlijking (Tsygankov, 2017, p. 22). De media spelen een belangrijke rol bij het in stand houden van dit narratief door de overwegend negatieve berichtgeving. Tsygangov onderstreept dit historisch gezien, door te stellen dat het anticommunistische / anti-Russische narratief zijn oorsprong vindt in de

(15)

14 Koude Oorlog en de bipolaire wereld van het vrije westen tegenover de communistische bedreiging, waarvan Rusland het hart was (Tsygankov, 2017, p. 34).

Thomas Ambrosio (2017) deed onderzoek naar de representatie van Russisch nieuws in de Amerikaanse media. In zijn studie vindt hij veel berichtgeving waarbij de focus ligt op de negatieve aspecten van Rusland en noemt dit “disguised narratives” (Ambrosio, 2017, p. 112) ofwel verborgen narratieven: De berichtgeving wordt in eerste instantie gepresenteerd als objectief nieuws over ontwikkelingen in Rusland maar voeden door de negatieve ondertoon en de referenties aan de Koude Oorlog de anticommunistische / anti-Russische gevoelens (Ambrosio, 2017). Hij noemt dit verborgen narratieven omdat hij concludeert dat hier een verschuiving heeft plaatsgevonden in de tijd: waar in de tijd van de Koude Oorlog letterlijk het gevaar het communisme werd benoemd, en daarmee niets aan de verbeelding over gelaten werd, is het narratief nu veel minder duidelijk doordat het nieuws als objectief wordt gepresenteerd.

In relatie tot Leader of the Free World speelt het anticommunistisch / anti-Russisch narratief een grote rol in het bevestigen van de constante bedreiging van de vrijheid die zo essentieel is in de Amerikaanse identiteit. Ook wordt het gebruikt om het handelen van de Verenigde Staten te rechtvaardigen en zich op te werpen als beschermer van zwakkere landen die de vrijheid niet zelf kunnen verdedigen. Waar dit in het verleden bleek uit het beschermen van landen als Korea en Vietnam, is het vijandbeeld in de jaren na de Koude Oorlog verschoven naar conflicten waarin de Verenigde Staten en Rusland niet direct tegenover elkaar stond maar indirect wel (Bayulgena & Arbatlib, 2013). In de Syrische burgeroorlog, de twee Golfoorlogen en de oorlog in Afghanistan steunden de Verenigde Staten en Rusland niet dezelfde kant van het conflict. Na de annexatie van de Krim door Rusland leek was dit vijandbeeld weer sterk zichtbaar in de Amerikaanse media en werd er zeer kritisch bericht over de pogingen van Barack Obama om een betere relatie met Rusland op te bouwen (Tsygankov, 2017).

Global Responsibility

Naast een duidelijk vijandbeeld komt in de Amerikaanse media ook een duidelijke trots en verantwoordelijkheid naar voren wanneer het concept Leader of the Free World gebruikt wordt. In de theorie van Forsythe (2011) kwam naar voren dat er al een lange tijd in de Amerikaanse geschiedenis een vorm van Global Responsibility een rol speelt in de Verenigde Staten. Hierbij lag de focus ofwel op de ‘Verlichtingsidealen’, of op het verspreiden van ‘beschaving’. In de jaren na de Tweede Wereldoorlog werd hier nog actiever vorm aan gegeven door projecten zoals het Marshall Plan en het oprichten en leiden van internationale instituties dat in de Amerikaanse media breed uitgemeten werd

(16)

15 als de altruïstische daad voor een wereld die leiderschap nodig had, want: ‘with great power comes great responsibility’ (Fousek, 2000, p. 64). In zijn boek geeft Fousek voorbeelden van overheidscampagnes en toespraken waarin het beeld van Amerika als “Redeemer” (verlosser) duidelijk naar voren komt. Fousek onderstreept hier sterk het belang van de Amerikaanse overheid om dit beeld ontwikkelen en in stand te houden om interventies in Korea en Vietnam te verantwoorden.

Yuval Feinstein (2016), een Israëlische socioloog, heeft onderzoek gedaan naar het Rally-around-the-flag effect in Amerika op basis van historische data van 1950 tot 2006. Hierin stelt Feinstein dat het Leader of the Free World concept veelvuldig gebruikt werd om te refereren aan de verantwoordelijkheid die de Verenigde Staten droegen om deze ‘wereldburgers’ te beschermen tegen bedreiging van buitenaf en onderdrukking. Een belangrijke kanttekening die Feinstein hierbij maakt is dat de interpretatie van Free World leadership in de Verenigde Staten sterk verschilt, het kan aan de ene kant resoneren bij idealisten, die het zien als een manier om de wereldburger te helpen, maar aan de andere kant kan het ook resoneren bij nationalisten die dit enkel zien als bevestiging van de Amerikaanse superioriteit (Feinstein, 2016, p. 308). Het Global Responsibility narratief wordt hier extra benadrukt wanneer de Verenigde Naties de Verenigde Staten aanwijzen als hoofdverantwoordelijk voor een interventie, dit wekt een gevoel van morele autoriteit en militaire dominantie op. Het is verplicht dat de president deze VN-interventie aankondigt en hierbij voert het Global Responsibility narratief de boventoon, Feinstein zegt hierover: “[In this speech] nationalist rhetoric is suppressed because it would interfere with the “leader of the free world” rhetoric, which demands a different self-representation in the global arena.” (Feinstein, 2016, p. 309). Omdat hier bewust wordt gestuurd in de media en daarmee het narratief zichtbaar is voor de lezers, noem ik dit het zichtbare narratief. Hiermee wordt dit tegenover het anticommunistisch / Anti-Russisch narratief geplaatst maar zijn beide narratieven verantwoordelijk voor het bevestigen van het Leader of the Free World concept.

Dit wordt ondersteund door de theorie van Fousek. Hij onderstreept dat de overheidsbelangen, en hoe een interventie gepresenteerd wordt in de media, belangrijk is in het begrip van Free World leadership. Deze Global Responsibility houdt niet alleen in dat de Verenigde Staten dienen te interveniëren waar de universele rechten van de mens geschonden worden, maar betekent ook dat er financiële en morele steun moest zijn voor landen die hierom vroegen. Fousek (2000) voegt nog een dimensie toe die in de binnenlandse media veel gebruikt werd: leading by example of practice

what you preach. Hierbij wordt ook kritisch gekeken naar het binnenlandse beleid met betrekking tot

de Global Responsibility. Fousek stelt dat het Leader of the Free World concept ook vaak door Amerikaanse groepen, voornamelijk African-American belangengroepen en vakbonden, in de media werd gebruikt om kritiek te uiten op het eigen beleid en de Amerikanen aan te spreken op de verantwoordelijkheid die gedragen moest worden (Fousek, 2000, p. 84).

(17)

16 Het Leader of the Free World concept krijgt hiermee (naast de politieke connotatie uit een Internationale Betrekkingen perspectief) ook een connotatie met een kritische blik op eigen gedragingen en hoe dit overkomt op de rest van de wereld. Leader of the Free World wordt in dit perspectief uit de politieke context gehaald en breder getrokken in het spectrum van de ethische kwesties (Slaughter, 2011). Anne-Marie Slaughter, Director of Policy Planning tijdens het presidentschap van Obama, stelt in haar theorie over de toekomst van de Verenigde Staten dat gedurende de Koude Oorlog een duidelijke vijand hielp bij het verenigen van het land onder een concept als Free World leadership, maar dat in de huidige tijd morele superioriteit het voornaamste stokpaardje is van de Verenigde Staten om hun Leader of the Free World status te legitimeren (Slaughter, 2011). Dit is een belangrijke verschuiving geweest in de berichtgeving over het concept Leader of the Free World en kenmerkt de nieuwe betekenisgeving na de val van de Sovjet-Unie.

Het Global Responsibility narratief is een zichtbaar narratief dat de nadruk legt op de verantwoordelijkheden die de Verenigde Staten draagt als leider. Dit geldt zowel voor het interveniëren in het buitenland als voor het geven van het goede voorbeeld in het binnenland. Waar het exceptionalisme de fundering vormt voor het Leader of the Free World concept zijn de dreiging van het communisme en het narratief van Global Responsibility instrumenteel geweest om de steun van het grote publiek te krijgen voor het idee dat de Verenigde Staten de Leader of the Free World moet zijn. De idealisten scharen zich achter het idee dat zij de verlosser zijn van de onderworpen wereldburger die bevrijd moest worden. De Koude Oorlog werkte het anti-Russische sentiment in de hand, wat de kapstok werd om de Verenigde Staten te profileren als Leader of the Free World. Historisch gezien werd dit versterkt door het Wilsonianistische beleid van het opzetten en sturen van internationale instituties, wat de mogelijkheid gaf invloed uit te oefenen op meerdere facetten van de internationale politieke arena. Door middel van deze samenvoeging kunnen de liberale waardes van individuele vrijheid, eigendomsrecht en marktvrijheid verspreid worden en kunnen de Verenigde Staten zich profileren als een moreel leider die ingrijpt als er misstanden zijn, een Leader of the Free

World.

Hieronder staat een grafische weergave van de manier waarop deze twee narratieven verankerd worden in de Amerikaanse identiteit. Het Global Responsibility narratief is zichtbaar in de media en bevestigt het beeld dat de Verenigde Staten als moreel leider moeten optreden. Daaronder is het verborgen narratief van de anticommunistische / anti-Russische berichtgeving, hierin wordt het vijandbeeld in stand gehouden wat de noodzaak van een Leader of the Free World bevestigt. Door de aanwezigheid van deze twee dimensies wordt het beeld van de Verenigde Staten als Leader of the Free World in stand gehouden en het beeld van een verheven natie bevestigd.

(18)

17

2.4 De media & Free World leadership begin 21e eeuw

Hoewel de val van De Muur in 1989 het officiële einde van de Koude Oorlog inluidde, bleef het anti-Russische narratief sterk aanwezig in de Amerikaanse media. Kijkend naar de huidige staat van dit concept lijkt deze nog terug te vinden in de berichtgeving. Vooral in de campagne en het begin van het presidentschap van Donald Trump is het anti-Russische sentiment sterk terug te zien in de Amerikaanse maatschappij. Een groot aantal krantenartikelen zijn reeds verschenen over de mogelijke bemoeienis van Rusland met de Amerikaanse verkiezingen, wat suggereert dat de angst voor de Russen nog steeds diepgeworteld is in de Verenigde Staten. Thomas Ambrosio (2017), een Amerikaanse politicoloog, onderzocht hoe de perceptie van de Verenigde Staten ten opzichte van Rusland is veranderd tussen 2008 en 2016. Hierin concludeert hij dat van 2008 tot 2014 de media heel voorzichtig begonnen om Rusland wat minder negatief weer te geven. Hierin werd, vooral door Barack Obama, veel gewezen op het hebben van vergelijkbare economische belangen. Hierdoor werd volgens Ambrosio (2017, p. 106) een mildere toon aangeslagen in de berichtgeving. Na de annexatie van de Krim in 2014 veranderde deze perceptie sterk. Hiermee kwam Rusland weer op nummer een van veiligheidsbedreigingen van de Verenigde Staten te staan en was de vertrouwensband opnieuw geschonden (Ambrosio, 2017, p. 110).

(19)

18 Dat het anti-Russische narratief in 2017 nog steeds een belangrijke plaats heeft in de huidige Amerikaanse samenleving is niet alleen te zien in de studie van Tsygangov (2017) en Ambrosio (2017) maar wordt ook onderschreven door Bayulgena & Arbatlib (2013) in een studie naar media framing van Rusland na de Koude Oorlog. Hierin is een discoursanalyse uitgevoerd op een aantal grote Amerikaanse kranten waarin de berichtgeving werd geanalyseerd over het ingrijpen in de eerste Golfoorlog (1990), Bosnië (1994), Kosovo (1998), Afghanistan (2001), de tweede Golfoorlog (2003) (als onderdeel van de War on Terror). In deze studie vinden ze niet alleen een continu negatief beeld van Rusland, maar ook een sterke correlatie met het eigen beeld van de Verenigde Staten. Wanneer vanuit de Verenigde Staten gerefereerd wordt aan een interventie wordt vooral gerefereerd aan de legitimiteit die gekregen is van de NATO om de vrede te herstellen en de missie te leiden waar bij berichtgeving over Rusland de intenties en de legitimiteit vaak in twijfel worden getrokken. In sommige gevallen wordt dit in verband gebracht met het hinderen van het goede werk van de Verenigde Staten (Bayulgena & Arbatlib, 2013, p. 521).

In de analyse van Bayulgena & Arbatlib, Tsygangov en Ambrosio komt het Global Responsibility narratief in eigen land ook weer naar voren, wanneer dit geholpen wordt door het anti-Russische sentiment. In de berichtgeving over de door de Verenigde Staten geleide interventies, worden vaak verbanden gelegd met de rol van Rusland in dit conflict, ook als de rol van Rusland verwaarloosbaar is (Bayulgena & Arbatlib, 2013).

Het Global Responsibility aspect is in deze tijd tevens terug te zien in ingrijpen in Syrië en Libië, als beschermer van mensenrechten. Onder de noemer van de War on Terror heeft de Verenigde Staten in 2011 en 2014 hier militair ingegrepen. In het onderzoek Bayulgena & Arbatlib (2013, p. 520) wordt het voorbeeld van Libië aangehaald als een voorbeeld van recent ingrijpen waarin de berichtgeving zich focuste op rol van de Verenigde Staten als bevrijder en beschermer van onschuldige burgers. In het onderzoek van Feinstein (2016) wordt tevens het Klimaatakkoord van Parijs aangehaald als demonstratie van het moreel leiderschap dat de Verenigde Staten toont. Feinstein geeft aan dat ondanks de kritiek dat dit akkoord negatieve economische gevolgen zou hebben, het narratief van moreel leider toch de boventoon voerde (Feinstein, 2016, p. 332).

De dimensies die het Leader of the Free World concept verbinden met de Amerikaanse identiteit zijn nog duidelijk zichtbaar in de Amerikaanse media ten tijde van het presidentschap Barack Obama (2008 – 2016). Desondanks lijkt er in de media een verschuiving van de betekenisgeving te zien waar het concept Leader of the Free World wordt toegeschreven aan andere landen of leiders. Aan de hand van de onderstaande media narratieven zal worden gekeken naar hoe het concept Leader of the

(20)

19 Free World in de Amerikaanse media wordt weergegeven, om te onderzoeken of er een verandering heeft plaatsgevonden in begrip van Leader of the Free World.

2.5 Media narratieven uit de theorie

Vanuit de theorieën over Free World leadership zijn twee narratieven geabstraheerd die het concept

Leader of the Free World verankeren in de Amerikaanse identiteit en daarmee het Amerikaanse

exceptionalisme bevestigd. Het Amerikaans exceptionalisme is hierin een belangrijk onderdeel van Leader of the Free World omdat deze de leiderschapsrol legitimeert. Hieronder staan de gevonden narratieven voor het verankeren van het concept Leader of the Free World in de Amerikaanse identiteit:

- Het anti-Russisch of anti-communistisch narratief

Historisch gezien is dit een belangrijk concept omdat het concept Leader of the Free World opkwam in de tijd van een bipolaire wereld. In de huidige tijd is de Koude Oorlog retoriek nog steeds te zien in Amerikaanse nieuwsoutlets, en is dit nog steeds een belangrijk onderdeel van het bevestigen van de legitimiteit van de Verenigde Staten als Leader of the Free World (Tsygankov, 2017). Indicatoren van dit narratief in de media zijn volgens Ambrosio, Tsygangov en Fousek: Een focus op negatieve aspecten van Rusland of het communisme; Een vergelijking van het Amerikaanse politieke, economische of sociale systeem met het Russische; Referenties aan historische gebeurtenissen die niet meer relevant zijn in het huidige Rusland; Referenties aan de Koude Oorlog.

- Het Global Responsibility narratief

De theorieën van Fousek (2000), Ikenberry (2009) (2017), Tsygangov (2017), Ivie (2009), Slaughter (2011) en Feinstein (2016) stellen dat in dit narratief de focus wordt gelegd op ideële waardes die beschermd moeten worden en de voorbeeldfunctie die de Verenigde Staten hierin hebben. Dit narratief wordt door veel theoretici aangeduid als het meest zichtbare narratief rondom het Leader of the Free World concept. Hierin wordt veelal gefocust op een bewijsdrang van de legitimiteit. Het beschermen van waardes betekent niet alleen dat de Verenigde Staten het recht en de verplichting hebben om te interveniëren als de universele rechten van de mens in gevaar komen (externe verantwoordelijkheid), maar ook de verantwoordelijkheid heeft om het goede voorbeeld te geven als het gaat om mensenrechten en het beschermen van deze vrijheden in eigen land (interne

(21)

20 verantwoordelijkheid). De Verenigde Staten wordt neergezet als een verlosser en moreel leider in dit narratief. Wanneer gekeken wordt naar huidig gebruik van dit narratief is dit terug te vinden wanneer Free World leadership in verband wordt gebracht met: het beschermen van universele (Amerikaanse liberale) waardes in het buitenland; het beschermen van universele (Amerikaanse liberale) waardes in het binnenland (vaak in verband gebracht met institutioneel racisme of uitbuiting); Beschermen van wereldburgers; Bevrijden van dictaturen; Right to Protect; Klimaatverandering.

(22)

21

2.6 Interdisciplinariteit

Het concept Leader of the Free World wordt vaak geduid vanuit een politicologisch perspectief. De reden hiervoor is dat er een sterke connotatie is met de internationale politieke verhoudingen rondom dit concept, en dit beperkt zich daarmee tot een analyse van de machtsverhoudingen en de (al dan niet historisch geleide) verschuivingen hierin. Dit begrip is hierdoor niet fluïde en gaat uit van een vaste machtsverhouding waarbij de houder van de titel enkel kan verschuiven doordat een andere natie deze titel overneemt.

Door vanuit een sociologisch en historisch perspectief te kijken naar het concept van Leader of

the Free World kan meer betekenis worden gegeven aan het ontstaan en de connotaties die hieraan

gegeven zijn in het verleden. Door het hedendaags gebruik te analyseren kan de transformatie van het concept onderzocht worden. Hierin is het ook belangrijk mee te nemen dat het concept Leader of the

Free World niet een omschrijving is van een liberale en kapitalistische hegemoniale macht, maar ook

een sociologisch en cultureel aspect heeft dat verankerd is in de Amerikaanse cultuur en identiteit.

In dit onderzoek zal ik zowel de politicologische aspecten als de maatschappelijke aspecten van het concept Leader of the Free World meenemen. Dat er een ogenschijnlijke verschuiving is in de betekenis van dit concept moet ook verklaard worden door te kijken naar de verschuiving in hoe de Amerikaanse bevolking zichzelf ziet. Door middel van een onderzoek naar dit maatschappelijke aspect van een ogenschijnlijk politicologisch concept zal ik meer diepte geven aan het begrip van dit concept.

(23)

22

3. Probleemstelling

Het doel van deze scriptie is het in kaart brengen van het narratief rondom het concept Leader of the Free World in de Amerikaanse Media. Met het presidentschap van Donald Trump lijkt er te worden gebroken met de twee kerndimensies van het Leader of the Free World concept. Met het verdedigen van Russische inmenging, en het zoeken van toenadering tot de Russische overheid lijkt Trump lijnrecht tegenover het klassieke vijandbeeld van de Verenigde Staten te staan. Daarnaast ligt met slogan ‘Make America great again’ en zijn primaire focus op nationale belangen in zijn retoriek, de focus meer op eigen land dan op de historische verantwoordelijkheid van de Verenigde Staten als moreel leider en beschermer van de liberale waardes. Om dit te onderzoeken is het volgens de theorie belangrijk om niet alleen te kijken naar hoe het concept gebruikt wordt, maar welke narratief er gebruikt wordt om Free World leadership een plaats te geven in de Amerikaanse identiteit. Hiervoor kijk ik naar recent gebruik van de term in de media.

Vanuit het theoretisch kader komt een beeld naar voren dat in de tijd van het presidentschap van Barack Obama de term Leader of the Free World een plaats heeft in de Amerikaanse media, en dat dit idee verankerd wordt in de Amerikaanse identiteit. De beginperiode van het presidentschap van Barack Obama lijkt relatief goed te verenigen met het concept Leader of the Free World. De communicatie vanuit zijn campagne richtte zich sterk op verbindende factoren en internationale problematiek zoals terrorisme en global warming. Waar er scepsis heerste over zijn bereidheid om hard op te treden tegen Rusland, was de focus van de campagne met name gericht op de voorbeeldfunctie die de Verenigde Staten had, en hoe deze de rest van de wereld kon leiden naar meer welvaart.

In dit onderzoek wil kijken naar de periode van de campagne en aanstelling van Barack Obama om deze vervolgens te vergelijken met het narratief ten tijde van Donald Trump. In de verkiezingen van 2008 en de verkiezing van 2016 was dezelfde roep om verandering te horen maar deze wordt in de 2016 campagne gecombineerd met een hang naar het verleden, een tijd waarin Amerika groots was, een tijd waarin Amerika de beste natie ter wereld was, een Leader of the (Free) World. De hang naar het verleden lijkt goed te verenigen te zijn met het theoretische kader maar aan de andere kant lijken de uitspraken en standpunten moeilijk verenigbaar met de definitie van Leader of the Free World. Ondanks het ontbreken van deze twee hoekstenen van het Leader of the Free Wold concept, richt Trump zich toch op de Amerikaanse trots met referentie naar ‘greatest nation on earth’.

Om de ogenschijnlijke discrepantie te verklaren tussen het concept volgens het theoretisch kader en de huidige plaats die dit heeft in de Amerikaanse samenleving, zal ik kijken naar het gebruik van de term in de Amerikaanse media.

(24)

23

Hoofdvraag

Hoe verschilt het gebruik van het concept Leader of the Free World in de Amerikaanse media rondom de aanstelling van Donald Trump, vergeleken met het gebruik rondom de aanstelling van Barack Obama?

Omdat de Trump regering pas kort aan de macht is, kan er geen één-op-één vergelijking getrokken worden wat betreft de tijdsperiodes. Om te compenseren voor eventuele effecten die de verkiezingen hebben op berichtgeving, en om een vergelijkbare tijdsperiode te onderzoeken, is er gekozen om de onderzoeksperiodes af te bakenen. Deze afbakening is gesteld voor Obama op 1 september 2008 tot en met 1 september 2009 en voor Trump op 1 september 2016 tot en met 1 september 2017. Deze afbakening bevat dan een periode waarin de campagne, de verkiezing, de inauguratie en de eerste 6 maanden van het presidentschap vallen.

Deelvragen

De deelvragen zijn opgesplitst in de twee tijdsperiodes en een deel over de overeenkomsten om de vraag zo compleet mogelijk te kunnen beantwoorden. Door in eerste instantie te kijken naar de bevindingen die gelden voor beide tijdsperiodes wordt een overzicht gegeven van de onderwerpen waarin het concept verschilt en overeenkomt met de gevonden theorie. Daarna zal ik separaat kijken naar de twee tijdsperiodes en analyseren waar deze verschillen van elkaar.

1. Welke overeenkomsten zijn er te vinden in de berichtgeving over Leader of the Free World in de tijdsperiode Obama en de tijdsperiode Trump?

In deze vraag zal ik met de gevonden concepten en narratieven een overzicht geven van de overeenkomsten in de analyse ten opzichte van de theorie om een aanvulling te geven op de context uit het theoretisch kader.

2. Hoe wordt het concept Leader of the Free World gebruikt in de Amerikaanse media rondom de aanstelling van Barack Obama?

In deze deelvraag wil ik kijken naar het narratief in de periode 1 september 2008 tot en met 1 september 2009. Op basis hiervan kan een overzicht gemaakt worden van de belangrijkste concepten die in verband worden gebracht met Free World leadership in deze tijdsperiode.

3. Hoe wordt het concept Leader of the Free World gebruikt in de Amerikaanse media rondom de aanstelling van Donald Trump?

(25)

24

In deze deelvraag wil ik kijken naar het narratief in de periode 1 september 2016 tot en met 1 september 2017 op dezelfde manier als in de eerste deelvraag.

Relevantie

Als gekeken wordt naar de huidige politieke situatie in de Verenigde Staten, lijkt het concept Leader of the Free World lastig verenigbaar met het beeld dat de huidige regering uitdraagt. Toch wordt het concept nog veel gebruikt in de Amerikaanse media, wat suggereert dat het concept nog steeds een belangrijke rol speelt in de Amerikaanse samenleving. Veel van de berichtgeving vindt zijn oorsprong in de internationale betrekkingen en analyses over het huidige internationale politieke systeem. Hierin wordt vaak gekeken of het niet een onofficiële titel is, iets wat als een spreekwoordelijk marathonstokje overgedragen kan worden aan een ander land die vervolgens de verantwoordelijkheid voor het leiden van de “Free World” op zich neemt. Dat het concept in de berichtgeving vaak wordt losgekoppeld van de Verenigde Staten, en daarmee van de Amerikaanse identiteit, lijkt een breuk met het verleden. Het concept Leader of the Free World heeft lange tijd deel uitgemaakt van de Amerikaanse identiteit en daarmee gebruikt als legitimering van hun handelen. Wanneer veelvuldig de koppeling tussen de Verenigde Staten en het concept Leader of the Free World wordt losgelaten, kan dit een blijvende impact hebben op hoe de Amerikanen hun eigen positie zien in de wereld.

Het concept Leader of the Free World is echter breder dan alleen een titel en de verantwoordelijkheid, de term is verankerd in de Amerikaanse identiteit en is onlosmakelijk verbonden met het gevoel van exceptionalisme in de Verenigde Staten. Daarmee geeft de term ook legitimering van hun handelen in de internationale politieke arena. De ogenschijnlijke loskoppeling van de Verenigde Staten van het concept geeft hiermee aan dat er wellicht een machtsverschuiving op gang komt. Vanuit een politicologisch oogpunt is dit onderzoek relevant, omdat het niet alleen internationale machtsverschuivingen lijkt bloot te leggen maar ook een polarisatie binnen de Amerikaanse maatschappij. Het ambiëren van een positie als Leader of the Free World is een groot onderdeel van het uiteindelijk wel of niet handelen op bepaalde momenten. Wanneer deze ambitie afneemt zal dit een eventuele machtsverschuiving in de internationale politieke arena in de hand werken.

(26)

25

4. Methode

In het onderzoek wordt gekeken naar het concept Leader of the Free World. Uit verschillende theorieën is naar voren gekomen dat het concept een kapstok is die gebruikt kan worden om bepaalde politieke keuzes aan op te hangen. Omdat het concept Leader of the Free World geen eenduidige definitie kent, is het in het verleden vaak gebruikt als construct waarmee keuzes werden verdedigd onder het mom van ‘Global Responsibility’. Wat de precieze invulling hiervan was, werd hierin overgelaten aan de verbeelding van de ontvanger (Fousek, 2000). In dit onderzoek is daarom uitgegaan van een constructivistische ontologie waarbij de realiteit niet los gezien kan worden van het individu omdat deze zelf betekenis geeft aan zijn omgeving (Bryman, 2012).

Hoe een construct als Leader of the Free World beleefd wordt, wordt niet alleen bepaald door het individu maar ook door het grootschalig gebruik in mediaberichtgeving. Anderson (1991) stelt dat het ‘nationale verhaal’ gecreëerd wordt door berichtgeving in de media. Voor het concept Leader of the Free World betekent dit, dat de berichtgeving hierover een grote invloed heeft op de betekenisgeving en de verankering in de nationale identiteit.

Door middel van open coderen van krantenartikelen is interpretatief gezocht naar narratieven die aan het Leader of the Free World concept gelinkt konden worden. Deze codes zijn daarna ondergebracht in verschillende dimensies waarna gezocht is naar raakvlakken met de betekenisgeving uit het theoretisch kader.

4.1 Design

Het doel van dit onderzoek is om een overzicht te geven van het hedendaags gebruik van de term

Leader of the Free World in de Amerikaanse media. In onderzoek waar gezocht wordt naar de

interpretatie en betekenisgeving van een concept past een kwalitatieve onderzoeksstrategie het best (Bryman, 2012). Omdat gezocht wordt naar hoe het huidige mediagebruik van het concept verschilt, is er gekozen voor een exploratieve onderzoeksvraag. Dit onderzoek is gebaseerd op het uitgangspunt dat de Leader of the Free World een sociaal construct is zoals in het theoretisch kader naar voren kwam. Blootleggen hoe de berichtgeving over dit concept het concept zelf verandert, kan enkel gedaan worden wanneer aangenomen wordt dat sociale realiteit vormgegeven wordt door interactie (Bryman, 2012).

Uit de theorie van Fousek (2000) en van Ambrosio (2017) komt naar voren dat er een zichtbaar en een onzichtbaar narratief is dat betekenis geeft aan Leader of the Free World. Hieruit kwam naar voren dat een narratief niet altijd zichtbaar is en er daarom interpretatie nodig is om verbanden te kunnen leggen. Hierom is er gezocht naar het narratief in berichtgeving vanuit een interpretatieve

(27)

26 epistemologie waarin is aangenomen dat de kennis meer is dan een optelsom van delen en iets pas betekenis krijgt door de interpretatie van-, en de interactie met- mensen (Bryman, 2012). Door middel van een interpretatieve epistemologie kunnen tevens nieuwe verbanden worden blootgelegd die niet uit de theorie naar voren zijn gekomen.

Om te kunnen begrijpen hoe het narratief rondom Leader of the Free World is veranderd, is gekozen om naar de berichtgeving in de media te kijken om zo een beeld te krijgen van het huidige narratief. Door de ogenschijnlijke tegenstelling in verschillende tijdsperiodes, is er in dit onderzoek gekozen voor een comparatief design in een multiple case-study naar het gebruik van het concept Leader of the Free World. Hierin wordt de periode vanaf de nominatie van Barack Obama tot en met de eerste 6 maanden van zijn presidentschap, en eenzelfde periode van het presidentschap van Donald Trump. De reden dat deze tijdsperiode is gekozen is om een evenredige vergelijking te trekken met het presidentschap van Donald Trump met dat van Obama om zo eventuele verschillen bloot te kunnen leggen. Op deze manier is er gekeken naar twee tijdsperiodes om eventuele verschuivingen ook mee te kunnen nemen in het begrijpen van de rol van het Leader of the Free World concept.

Er is gekozen voor een discoursanalyse op dagbladen omdat dit de mogelijkheid geeft het gebruik van het concept Leader of the Free World te onderzoeken in een medium dat, zowel nu als in het verleden, een grote rol speelt in het geven van betekenis aan dit concept. Zoals uit het theoretisch kader naar voren kwam, hebben de media een grote invloed op de publieke opinie en de perceptie van concepten zoals Leader of the Free World. Bij deze discoursanalyse wordt gezocht naar de associaties die worden gemaakt in de berichtgeving en hiermee wordt een context gegeven aan een begrip dat ogenschijnlijk onderhevig is aan verandering.

4.2 Doelgroep en Sampling

Om het narratief rondom Leader of the Free World in de Amerikaanse media bloot te leggen, is in dit onderzoek gekozen voor een discoursanalyse van dagbladen om antwoord te geven op de hoofdvraag. De discoursanalyse is uitgevoerd op de drie grootste Amerikaanse dagbladen op basis van totale circulatie. Er is gekozen voor dagbladen vanwege de toegang hiertoe en de transparantie. De grootste drie dagbladen in circulatie in de Verenigde Staten zijn respectievelijk: USA Today, The New York Times en The Wall Street Journal. Deze drie kranten hebben respectievelijk een dagelijkse oplage van 2.301.917, 2.101.611 en 1.337.376, los van de digitale abonnees (Agility PR, 2017).

In het maken van de selectie van kranten is rekening gehouden met de eventuele politieke bias van de krant door middel van de rating van Allsides.com (2017). Dit project tracht door middel van een vijftraps-ratingsysteem inzicht te geven in de politieke voorkeuren van nieuwsoutlets. Hierin maken zij

(28)

27 onderscheid tussen ‘Left’, ‘Lean left’, ‘Center’, ‘Lean right’ en ‘Right’. De keuze is gemaakt om de drie grootste kranten te selecteren die als gemiddelde classificatie ‘Center’ hebben gekregen om zowel een groot publiek aan te spreken als een de politieke bias in de berichtgeving van beide kanten mee te nemen. Omdat de derde en vierde grootste krant in circulatie erg weinig van elkaar afweken is de Allsides.com rating doorslaggevend geweest in de keuze voor de Wall Street Journal. Omdat The New York Times een ‘lean-left’ beoordeling kreeg is gekozen voor de Wall Street Journal omdat deze een ‘lean-right’ beoordeling kreeg.

Een eerste selectie van de te analyseren nieuwsartikelen is gemaakt op het voorkomen van de volgende voorwaarden:

- Het artikel bevat de letterlijke tekst “Leader of the Free World”

- Het is gepubliceerd binnen de tijdsperiode 1-9-2008 tot en met 1-9-2009 of 1-9-2016 tot en met 1-9-2017

De resultaten van het aantal krantenartikelen per krant in de gekozen tijdsperiode is te vinden in “Bijlage 1: Aantal krantenartikelen per krant per tijdsperiode”. Op basis van deze criteria zijn er in de onderzoeksperiode van Obama (1-9-2008 tot en met 1-9-2009) in totaal 76 artikelen gevonden. In de onderzoeksperiode van Trump (1-9-2016 tot en met 1-9-2017) zijn er in totaal 151 artikelen gevonden.

In verband met de haalbaarheid is ervoor gekozen om 10 artikelen per krant per tijdsperiode te selecteren. Hiermee zijn 30 artikelen per tijdsperiode en 60 artikelen in totaal meegenomen voor dit onderzoek. Om deze selectie te maken zijn de artikelen met meer dan 1 vermelding van het concept Leader of the Free World en vermelding in de titel te prioriteren:

- In de tijdperiode Obama was er 1 artikel met meer dan 1 vermelding in de tekst en 0 artikelen hadden het concept in de titel

- In de tijdsperiode Trump waren er 2 artikelen met meer dan 1 vermelding en 1 artikel had het concept in de titel.

De overige artikelen 29 artikelen uit de tijdsperiode Obama en de overige 27 artikelen it de tijdsperiode Trump zijn vervolgens onderverdeeld in 2 periodes: September – Februari en Maart –

Augustus om artikelen uit de periode van de verkiezingen en artikelen uit de periode van de eerste

maanden van het presidentschap te hebben. Per krant ontstond hierdoor een overzicht van het aantal artikelen per periode. Vervolgens zijn door middel van aselecte keuzes de overige artikelen geselecteerd per krant waarbij een zo gelijk mogelijke verdeling tussen de tijdsperiodes is nagestreefd.

(29)

28 Door middel van LexisNexis kon makkelijk inzichtelijk worden hoe vaak de The New York Times en USA Today hadden bericht over het concept; The Wall Street Journal was niet toegankelijk via LexisNexis maar bood een uitgebreide zoekfunctie op de website om door het archief van de geprinte artikelen te bladeren.

4.3 Dataverwerking en Analyse

De analyse van de geselecteerd artikelen is gedaan door middel van gericht zoeken op woorden die een interpretatief verband hielden met het Leader of the Free World concept. Door middel van open coderen is interpretatief gezocht naar woorden en omschrijvingen die vaker terugkwamen in de artikelen en in verband werden gebracht met het concept. Veelal werd er in de artikelen verwezen naar wat het een Leader of the Free World was of wat de verantwoordelijkheden van een Leader of the Free World waren. Bij het open coderen zijn deze referenties opgenomen als codes om zo een overzicht te creëren waar het concept mee in verband wordt gebracht.

Met behulp van de Wordcloud functie (Atlas Ti) is ook een overzicht gemaakt van veel voorkomende woorden om zo naar kernwoorden te zoeken. De meest voorkomende woorden in de artikelen die een interpretatief verband hielden met het concept zijn opgezocht in de originele tekst om te kijken in welke relatie deze woorden gebruikt werden. In het selecteren van citaten voor het resultatendeel is hier ook zoveel mogelijk gebruik gemaakt van citaten die de term Leader of the Free World bevatten, om de interpretatie zo inzichtelijk mogelijk te maken. Wanneer dit niet het geval is wordt de referentie en de context toegelicht.

Het coderen is gedaan in meerdere stappen waarbij in de eerste stap open coderen is geweest. Een overzicht van de codes die is te vinden in Bijlage 2: Lijst van codes. In totaal zijn er 57 codes gevonden. De gevonden codes zijn daarna ondergebracht in verschillende dimensies door middel van axiaal coderen. Hierbij konden alle codes ondergebracht worden in dimensies. Het onderverdelen van codes in de twee dimensies die voortkwamen uit het theoretisch kader is gedaan door middel van

Bijlage 3: Interpretatie van de theoretische narratieven. Hierin is een overzicht te vinden van de (uit de

theorie geabstraheerde) narratieven. Alle codes die volgens het theoretisch kader een interpretatief verband hielden met het concept zijn teruggevonden in de teksten. Een deel van de gevonden codes is ondergebracht in nieuwe dimensies omdat deze:

- Een verband hielden met de theorie maar in betekenis afweken van hoe het in de theorie naar voren kwam; of

- Niet naar voren is gekomen in de theorie maar wel verband houdt met de betekenisgeving van Leader of the Free World

(30)

29 De codes konden in vier overkoepelende dimensies ondergebracht worden. Deze zullen in het hoofdstuk 5. Resultaten verder besproken worden. Als antwoord op elke deelvraag is op basis van deze vier gevonden dimensies een overzicht gemaakt wat de hoofdpunten in de berichtgeving rondom Leader of the Free World waren, en hoe en waarom deze bijdroegen aan het betekenisgeven van het concept Leader of the Free World.

4.4 Validiteit en betrouwbaarheid

Om de validiteit en betrouwbaarheid van dit onderzoek te vergroten zijn alle data en een voorbeeld van een gecodeerd artikel toegevoegd om verder inzicht te geven in de manier waarop onderzoek gedaan is. Hierin zijn ook de instrumenten toegevoegd om inzicht te geven in het coderen en analyseren. Omdat dit onderzoek een groot deel om interpretatie van data gaat zijn ook zo veel mogelijk illustrerende citaten aan het resultatendeel toegevoegd om mijn gedachtegang en interpretatie inzichtelijk te maken. Ook is een lijst van alle krantenartikelen die gebruikt zijn voor de analyse beschikbaar in Bijlage 4: Lijst van artikelen per krant en zijn deze artikelen vrij toegankelijk via internet. Door middel van het prioriteren van artikelen met meerdere vermeldingen, of het gebruik van het concept in de titel, heb ik geprobeerd de artikelen die wellicht meer diepgang over de betekenis nastreven, voorrang te geven.

In het theoretisch kader is tevens getracht een thick description te geven. Door het concept in zijn historische context te plaatsten en zijn plek in de Amerikaanse identiteit te onderzoeken kan een gewicht aan een concept als Leader of the Free World worden gehangen. Door deze context te geven kan ook waarde gegeven worden aan een eventuele verandering van het gebruik van dit concept.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3.2.3 Departures from any other International Standard or other anti-doping rule or policy set forth in the Code or in an Anti-Doping Organization’s rules shall not

… In de varkenshouderijpraktijk zijn ook initiatieven bekend die kans bieden op een welzijnsverbetering voor varkens binnen het

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

The environmental non-linearity provided in ‘open world’ games, offers uniquely strong possibilities to embed this second narrative layer in the environment, as they

The relationship between feedback receiving and self-enhancement is moderated by a leader’s performance orientation in such a way that for leaders high on

Information, documents, articles and reports on the Dutch and South African culture and institutions have been used in order to research the similarities and differences between

Break free of this world wide delusion..

Maar blijkbaar zijn er in Nederland veel leiders en verschillen de opvat- tingen over wat de leider nu precies moet gaan doen na zijn of haar verkiezing.. Een leider in Nederland