• No results found

Broeikasgasbalans van stroom uit rijststro

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Broeikasgasbalans van stroom uit rijststro"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BO-12.05-002-002

Biobased Economy infosheet

Food & Biobased Research (www.fbr.wur.nl) Ronald Poppens, 0317-480174

Ronald.poppens@wur.nl Rob Bakker, 0317 - 481167 Robert.bakker@wur.nl

Postbus 17, 6700 AA Wageningen

Broeikasgasbalans van stroom uit rijststro

In Egypte wordt op grote schaal rijststro op het land

verbrand. Deze praktijk gaat gepaard met enorme luchtverontreiniging en uitstoot van broeikasgassen. Door inzet van (rijst)stro als brandstof in energiecentrales kan veel milieuwinst worden geboekt en negatieve

klimaateffecten worden voorkomen. Dit is de uitkomst van een studie uitgevoerd in samenwerking met de

Nederlandse Ambassade in Caïro, naar nuttige

toepassingen voor miljoenen tonnen rijststro die jaarlijks vrijkomen in Egypte als bijproduct van de rijstteelt. Verwerking van rijststro tot biomassapellets en transport naar Nederland voor bijstook in kolencentrales lijkt een ruime besparing aan broeikasgasemissies op te kunnen leveren.

De broeikasgasbalans

De broeikasgasbalans is een belangrijke pijler in de beoordeling van duurzaamheid. Hierbij wordt over de gehele keten vastgesteld welke netto-besparing aan broeikasgasemissies wordt bereikt bij inzet van biomassa. Een belangrijk uitgangspunt in de berekening is de specifieke toepassing van de biomassa. In deze studie wordt Egyptische rijststro ingezet ter vervanging van kolen in

energiecentrales. Dit levert een grote besparing op omdat bij vervanging van steenkool relatief veel broeikasgasemissies worden voorkomen ten opzichte van bijvoorbeeld aardgas.

Methode van berekening

De berekeningsmethode van de broeikasgasbalans is gebaseerd op de Renewable Energy Directive van de EU. In een formule, bestaande uit emissiefactoren (emissiebronnen), worden de totale emissies voortkomend uit gebruik van brandstoffen in de

biomassaketen berekend. Voor onze case studie zijn drie daarvan relevant: oogst van rijststro in balen (EEC), transport van de strobalen en distributie van pellets (ETD) en de productie van pellets (EP). Deze factoren worden verder toegelicht. De tabel vermeldt de emissies per emissiefactor en de besparing door inzet van rijststropellets in kolencentrales.

Oogst van rijststro in balen (EEC)

Emissies zijn in deze studie het gevolg van de inzet van een tractor met balenpers. Dit levert een emissie op van 2.14 gram CO2 equivalenten per megajoule elektriciteit (zie tabel factor EEC). Aangezien rijststro wordt beschouwd als bijproduct van rijstteelt, tellen de teelt en het dorsen van rijst niet mee in de

broeikasgasbalans.

Transport van strobalen en distributie van pellets (ETD)

Deze factor bestaat uit drie deelfactoren: vervoer van balen naar de pelleteermachine, pelletvervoer over land naar de haven in Alexandrië (250 km) en pelletvervoer per boot naar Rotterdam. Uit onderstaande tabel blijkt dat biomassatransport over land relatief zwaar drukt op de broeikasgasbalans. Daarom is in de studie uitgegaan van kleinere pelleteermachines die optimaal draaien bij niet al te grote strovolumes. Hierdoor werd het mogelijk de afstand tot de pelleteermachine op maximaal 60 kilometer te houden.

Pelleteren van rijststro (EP)

Pelleteren is een energie-intensieve activiteit met een

stroomverbruik van ongeveer 140 kilowattuur elektriciteit per ton pellets. Dit komt overeen met een emissie van ruim 12 gram CO2 per megajoule elektriciteit uit rijststropellets.

Mogelijkheid voor NTA 8080 certificering?

Uit de studie blijkt dat het gebruik van rijststro in een Nederlandse kolencentrale een emissiebesparing geeft van 85% ten opzichte van het gebruik van kolen. Dit wordt berekend door het verschil tussen kolenemissies (EF) en de biomassa-emissies (EB) te delen op de kolenemissies (EF). Deze besparing valt ruim binnen de eis van 70% gesteld in de Nederlandse NTA 8080

duurzaamheidsnorm. Hiermee lijkt certificering mogelijk van agrarische reststromen uit Egypte, maar daarvoor moet ook aan andere duurzaamheidscriteria worden voldaan.

Bron: Poppens, R.; Bakker, R. (2011). GHG emission analysis of an Egyptian rice straw biomass-to-energy chain. Technical and economic feasibility of environmentally safe rice straw disposal and utilization methods for Egypt. Wageningen UR–Food & Biobased Research.

Emissies en -besparing door inzet van rijstro in kolencentrales

Rijststro-voor-energie ketenactiviteiten Factor Gram CO2-e/MJ

Balenpersen van rijststro Eec 2.14

Balentransport naar pelleteermachine Etd 3.44

Pelleteren van rijststro Ep 12.05

Transport van pellets naar Alexandrië Etd 14.40

Verschepen van pellets naar Rotterdam Etd 8.18

Totale CO2 equivalente emissies Eb 40.22

Fossiele vergelijkingsfactor Ef 264.95

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De roggemonsters werden afzonderlijk onderzocht op het 1000-korrel- gewicht, de korrelopbrengst en het aantal aren per monster (de standdichtheid). Het aantal korrels per aar kon

Het werd ontwik- keld door de Algemene Directie Humanisering van de Arbeid van de FOD Werkge- legenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, met de steun van het Europees Sociaal Fonds, in

After a general clini- cal examination, venous blood gas analysis, biochem- istry, ultrasonographic and radiographic examination, all cases were referred for surgical treatment of

Het hoofddoel van de onderhavig projectidee is om de ontwikkelde innovatieve techniek om fosfaat terug te winnen uit dierlijke (vergiste) mest (TKI-AF 12178) te integreren

Gezien de ervaring met polypropeen buizen-- vanaf 1963 tot heden -, onder­ zoek samenstelling materiaal (2) en de resultaten van deze toetsing kunnen zowel buis van 110 mm als 90

After this there will be looked at whether the traits of a transformational leader can be found back in speeches, interviews and weekly addresses of climate related

Engaging non-specialist History teachers to dispense History courses is tantamount to undermining the procedural component of historical knowledge and accordingly promoting a

Defects of the Ir{111} substrate – a result of carbon residues after the formation of the graphene flakes – are nucleation sites for the growth of rami fied structures consisting