• No results found

Een g rote verscheiden heid aan gebru ikers, lawaai, conflicten, vandalisme, onveiligheidsgevoelens, inbraak en soms brandstichting zijn slechts en kele ken merken va n wijkcentra en a ndere soortgelijke mu ltifunctionele gebouwen. Ontwerpers va n d it soort gebouwen ku n nen door ontwerp en detailleri ng een efficiënt beheer mogelijk maken en mede daardoor veel schade voorkomen.

Mu Itifu n cti o n e e l

Wijkcentra worden gebruikt voor zeer uiteenlopende activiteiten . Zij kunnen onderdak bieden aan: bibliotheek, peuterspeelzaal, vergaderruimte, ontmoeti ngsru imte, podiu mzaal, medlsch/ maatschappelijke ru imte, ka ntoor, kerk, horeca, jongerencentru m, educatieve rUimte en sport-, spel- en rn u zl e k r u i mten

De activiteiten vaneren per gebouw en per plaats en zIJn ook In de tijd aan ver­

andering onderheVig Hoewel de gebou­

wen on derling sterk ku n n en versch illen, hebben ze twee essentlele kenm erken gem een de mu ltifunctionaliteit en het

multigebruik (het gebruik van één ruimte voor verschillen de activiteiten).

Deze kenmerken stellen extra eisen aan het beheer van de betreffende gebou­

wen . Wijkcentra ondervinden vaa k last va n veel voorkomende crimi nal iteit.

Bijzondere aandacht verdienen ook de interne overlast (tussen gebruikers­

groepen onderling) en de externe over­

last. Ook de sociale veiligheid (het voor­

kómen van onveiligheidsgevoelens bij bezoekers en omwonenden) speelt bij druk bezochte gebouwen als wijkcentra een belangrijke rol. In het programma van eisen en in het ontwerp dienen alle aspecten van de te verwachten proble­

men uitdru kkelijk te worden betrokken.

Daardoor kunnen deze problemen en eventueel later noodzakelijke dure -aa npassingen zoveel m ogelijk worden voork o m e n .

De pro bl em e n

D e verscheidenheid van d e gebruikers van een wijkcentrum kan gemakkelijk aanleiding geven tot interne overlast. E én groep wil lawaai m aken, de andere wenst stilte. De aanwezigheid van een bar en het drempelverlagende en ontremmende effect van alcohol verho­

gen de kans op problemen. De ontwer­

per van een wijkcentrum zal voorwaar­

den moeten scheppen voor een situatie waarin (rui mtelijke) conflicten gem inima­

liseerd kun nen worden . Ook het hetero­

gene karakter van het gebruik, dat gemakkelijk kan leiden tot strijd tussen de gebruik ersgroepen, verdient aan­

dacht. Vooral de interne routing, goede looplijnen en een du idelijke functie­

scheidin g vorm en belang rijke

ontwerp-aspecten. De grote mate van toeganke­

lijkheid maakt binnenkomen met kwade bedoelingen en ook insluiping eenvou­

dig.

Daarom zijn veel en goed afslu itbare ! -bergruimten absoluut vereist; zowel voor de k ostbare inventaris, sportartikelen en cursusmaterialen als voor kleding en and ere bezittingen van gebruikers.

Problemen voor de omgeving van een wijkcentrum k unnen worden b eperkt door een goed gekozen locatie en h ierbij goed doordachte looproutes, die zijn voorzien van een doelmatige verlichting.

Het feit dat ouderen en vaak ook Qonge) vrouwen zich in de buurt van een wijk­

centrum onveilig voelen, is niet alleen een persoonlijk probleem van de betrok­

kenen. De ontwerper dient het aspect sociale veiligheid altijd in het ontwerp te b etrek k e n .

Preventie

Voor de totstandkoming van een nieuw wijkcentrum wordt doorgaans een b ouw­

team gevormd, dat is belast met het opstellen van het programma van eisen, waarin concrete wensen en eisen moeten worden opgenomen m et betrekking tot de risico's van criminaliteit, vandalisme en het aspect sociale veiligheid. E nkele aspecten vragen daarbij om specifieke aandacht. Zo moeten de ruimten in het gebouw worden toegesneden op de te hu isvesten activiteiten. Zijn dat er ver­

schillende, dan moeten kE!uzes worden gemaakt om onduidelijk, sfeerloze ruim­

ten te vermijden . Het belang van een goede routing werd reeds genoemd.

Functies die elkaar storen moeten wor­

den afgeschermd. Dit kan een kwestie zijn van geluidsisolatie, maar ook van strikte ruimtelijke scheiding. Omdat acti­

viteiten in het wijkcentrum in de loop van de tijd zullen veranderen is een flexibele en met beperkte middelen aanpasbare indeling van groot belang. Het u iterlijk van het gebouw (niet open, maar toch vriendelijk), de sociale controle (in de na­

bijheid van woningen , maar op vol­

doende afstand om geluidsoverlast te vermijden), de sociale veiligheid en het b uitenterrein (goede afscheidingen, vandalism e-bestendige speeltoestellen) vormen belangrijke aspecten bij het ont­

werp. Bij sportzalen moeten de kleed­

kam ers tegen diefstal en insluiping

wor-den beveiligd. Mu ziekru imten vereisen een goede geluidsisolatie en goed afslu it­

bare lokalen voor de grote instrumenten en bergingen voor de klein ere instru men­

ten en apparatuur. Een inbraakwerende kast of kluis in de ruimte van de beheer­

der is meestal gewenst. In de garderobe, de kleedkamers bij sportzalen en de bibliotheek verdient het aanb rengen van kleine afsluitbare kastjes ('lockers') aan­

b evel i n g .

Uitgever: StIChting Bouwresearch, Rotterdam.

Tel.:0 1 0 - 4 1 1 72 75 /412 35 28 Titel: Beveiliging van gebouwen deel 7: wqkcentra. ISBN nummer: 90-5357-055-3

I n houdsopgave deel 7: wij kcentra

Inleiding en leeswijzer

M u ltifu n ctionele wijkc entra

De p roblemen

Preventie door ontwerp en beheer Drie soorten gebruik Pra ktijkvoorbeeld

Risico-verhogende factoren

Ve�1 voorkomende criminaliteit en overlast Sociale onveiligheid

De ontwerpprocedure Programma van eisen

Aa ndachtspunten voor de ontwerper Aa ndachtspunten per functie Dagelijks beheer en beleid

Aa ndachtspunten voor de beheerder Preventiestrategieën

Een geïntegreerde aanpak

Gevels Luifels en dergelijke

Leidingen en ruimten voor apparatuur Deta ils rond de hoofdingang

Terreinafscheidingen Tuinen

Bestrating

Objecten, bouwsels en gebouwtjes rond een wijkcentrum Beveiligingsverlichting

Sfeer en veiligheid

Glas en veiligheid B ra n dveiligheid

1 Organisaties en instellingen 2 E lektronische detectiesystemen

3 Particuliere alarmcentrales en bewa kingsdiensten 4 Anti-kladmiddelen tegen gráffiti

5 Wie bergt wat waarin op?

6 Inhoudsopgaven deel 1 tot en met 7