Welke barrières ervaren burgers bij het nemen van adaptatiemaatregelen?

Er zal nu gekeken worden naar de resultaten van de enquête die verspreid is in de wijk Morsdroog. Hierbij zal er eerst gekeken worden naar de algemene gegevens van de respondenten. Vervolgens zal per cluster van barrières gekeken worden naar de scores binnen Morsdroog. Hierna zal er gekeken worden of de besproken algemene gegevens invloed hebben op als hoe (on)belangrijk de clusters ervaren worden. Tenslotte zal een korte conclusie volgen over de belangrijkheid van de clusters.

4.3.1 Algemene gegevens van de respondenten.

Voor Morsdroog zijn er 14 respondenten zie bijlage 4 voor de tabellen met algemene gegevens. Hiervan zijn er 10 mannen en 4 vrouwen. Hier is dus sprake van een enigszins scheve verhouding. Wat de leeftijd betreft valt op dat er slechts twee respondenten zijn van onder de 40 en dat het grootste deel van de respondenten tussen 45 en 65 jaar oud is.13 van de respondenten woont in een particuliere koopwoning en 1 respondent woont in een sociale huurwoning. In de enquête was ook een vraag opgenomen over hoe vaak de

respondenten hemelwateroverlast ervaren hadden in de afgelopen twee jaar. Een op de drie respondenten gaf aan geen overlast gehad te hebben ook de overige respondenten gaven aan niet vaak overlast te hebben gehad. Deze cijfers geven een nuance op het beeld van veel en vaak overlast dat in de eerdere stukken geschetst is. Toch hadden 7 van de 14 respondenten wel maatregelen genomen tegen hemelwateroverlast en/of

grondwateroverlast. Bij de genomen maatregelen valt te denken aan onder andere het plaatsen van regentonnen en het plaatsen van pompen. Tenslotte waren er twee algemene vragen over hoe vaak ze aanwezig zijn geweest bij inloopavonden en/of ontwerpsessies. Van de 14 respondenten zijn er 3 bij geen van de inloop avonden geweest. 4 respondenten waren er bij 1 aanwezig, 2 respondenten waren er bij 3 aanwezig en 3 respondenten waren er bij 3 aanwezig. Circa 80% van de respondenten is dus bij een, of meer van de inloop avonden aanwezig geweest. Van de 14 respondent zijn er 6 bij geen ontwerpsessie

aanwezig geweest. 4 Respondent zijn bij 1 ontwerpsessie geweest en 2 respondent zijn bij 3 ontwerpsessies geweest. Circa 50% van de respondenten zijn dus aanwezig geweest bij een of twee van de ontwerpsessies.

4.3.2 De gemiddelde scores per cluster.

In het komende stuk zal gekeken worden naar de one-sample T-test voor het project Morsdroog. Hierbij wordt er enkel gekeken naar de clusters van barrières waarbij in het survey voldoende vragen stonden en er genoeg responsie was. De gemiddelde score voor de cluster en de significanties zijn te zien in tabel 19.

Voor het cluster Tijdschaal is de gemiddelde score 3,79 met een significantie van 0,00. Dit wil zeggen dat de score bij het cluster Tijdschaal significant afwijkt van 3. Een score van 3 zou betekenen dat het cluster als niet belangrijk maar ook niet als onbelangrijk wordt gezien. Op het cluster Tijdschaal is de score 3,79 dit wil zeggen dat de respondenten het cluster tijdschaal als een belangrijk barrière ervaren.

Voor het cluster Onzekerheid is de gemiddelde score 1,97 met een significantie van 0,00. Er is dus een significant verschil. Aangezien de score 1,97 is vinden de respondenten het cluster onzekerheid een onbelangrijke barrière.

Voor het cluster Bewustzijn en Communicatie is de score 2,69 met een significantie van 0,02. Dit betekent dat het cluster Bewustzijn en Communicatie als een iets onbelangrijke barrière gezien wordt.

Voor het cluster Cognitie is de score 3,79 met een significantie van 0,01. Dit betekent dat het cluster Cognitie als een belangrijke barrière ervaren wordt.

55 Voor het cluster Ideologie is de score 3,25 met een significantie van 0,141. Hier is de significantie groter dan 0,05 dus wijkt voor dit cluster de score niet significant af van de nulhypothese. Dit houdt in dat het cluster Ideologie als niet onbelangrijk maar ook niet als belangrijk wordt gezien.

Voor het cluster Vergelijken met Anderen is de score 1,76 met een significantie van 0,00. Dit betekent dat het cluster Vergelijken met Anderen als een onbelangrijke barrière gezien wordt.

De vragen in het cluster Risico Perceptie zijn voor Morsdroog maar door 3

respondenten in gevuld. Dit is een te laag aantal respondenten om de t-Test te gebruiken. Hierdoor zal er dus niet verder naar dit cluster gekeken kunnen worden.

Voor het cluster Hulpbronnen is de score 2,21 met een significantie van 0,00. Dit betekent dat het cluster Hulpbronnen gezien wordt als een onbelangrijke barrière.

Tabel 19: One sample T-test voor Morsdroog.

4.3.3 Invloed van algemene gegevens.

In het komende stuk zal er gekeken worden naar of de eerder besproken algemene

gegevens invloed hebben op, als hoe (on)belangrijk de onderzochte clusters ervaren worden door de respondenten. Hiervoor zal de independent samples t-Test gebruikt worden.

56 Voor het geslacht geldt dat bij geen van de clusters er een significant verschil is tussen de gemiddelde score van de mannen en de vrouwen. Dit betekent dat zowel mannen als vrouwen voor de onderzochte clusters even (on)belangrijk vinden.

Voor de leeftijd is de groep gesplitst in een groep tot 54 jaar en een groep van 55 jaar of ouder. Ook voor de leeftijd is er geen significant verschil in een van de clusters. Dit

betekent dat zowel de groep tot 54 jaar als de groep van 55 jaar of ouder de onderzochte clusters even (on)belangrijk vinden.

Voor het woningtype is de groep gesplitst in een groep van koopwoningen en een groep van huurwoningen. Ook voor de leeftijd is er geen significant verschil in een van de clusters. Dit betekent dat zowel de eigenaren van koopwoningen als de huurders de onderzochte clusters even (on)belangrijk vinden.

Voor het aantal keer hemelwateroverlast is de groep gesplitst in een groep die aangegeven heeft geen hemelwateroverlast in de laatste twee jaar te hebben gehad en een groep die dit één keer of vaker heeft gehad. Ook bij deze splitsing is er geen significant verschil in een van de clusters. Dit betekent dat het al dan niet last gehad hebben van

hemelwateroverlast geen invloed heeft op de (on)belangrijkheid van de onderzochte clusters. Voor het aantal bezochte inloopavonden is er een splitsing gemaakt in een groep die niet bij de inloopavonden is geweest en een groep die er 1 keer of vaker is geweest. Ook bij deze splitsing is er geen significant verschil in een van de clusters. Dit betekent dus dat het al dan niet bezoeken van inloopavonden geen invloed heeft op de (on)belangrijkheid van de onderzochte clusters.

De laatste splitsing is gedaan op basis van aanwezigheid bij de ontwerpsessies. Hierbij is er een groep gemaakt die niet aanwezig is geweest bij de ontwerpsessies en een groep die één keer of vaker aanwezig is geweest. Ook hier zijn er geen significantie

verschillen in een van de clusters. Dit betekent dus dat het al dan niet bezoeken van de ontwerpsessies geen invloed heeft gehad op de (on)belangrijkheid van de onderzochte clusters.

4.3.4 Conclusie over de belangrijkheid van de barrières.

Op basis van de voorgaande analyse kan geconcludeerd worden dat, van de onderzochte clusters, de barrières die te maken hebben met de Tijdschaal en Cognitie als belangrijk werden ervaren door de respondenten. Het Cluster Ideologie als niet onbelangrijk maar ook niet als belangrijk ervaren. Het cluster Bewustzijn en Communicatie als iets onbelangrijk werd ervaren. Tenslotte worden de clusters Onzekerheid, Vergelijken met Anderen en Hulpbronnen als onbelangrijk ervaren. Hierbij geldt dat geen van de algemene vragen een significante invloed had op hoe belangrijk de verschillende barrières ervaren werden. Binnen Morsdroog waren er geen verschillen gevonden op basis van de algemene gegevens.

57