• No results found

Als we echt een euro voor de huidige lidstaten willen, dan zal de politiek

In document De oudere als burger (pagina 116-120)

het project niet aan de daadkracht van

technocraten moeten overlaten

bedriegen is geen blijk van je uiterste best doen, dus steun is niet aan de orde.

Deze verschillen in cultuur zullen niet snel verdwijnen en ook niet binnen een paar generaties convergeren. Van Laer trekt hieruit de conclusie dat de euro weer moet worden ontmanteld. Ikzelf ben van mening dat zijn idee voorbijgaat aan de enorme kosten die een dergelijke ontmanteling met zich meebrengt. Wel deel ik zijn mening dat deze verschillen groot zijn. Als we echt een euro voor de huidige lidstaten willen, dan zal de politiek hier gigantisch veel meer in moeten investeren, en het project niet aan de daadkracht van de technocraten van de

ecb

moeten overlaten. Doet de politiek dat niet, dan knalt de euro een keer op een brexitachtige manier uit elkaar en is de schade niet te overzien.

Hoewel de boodschap in beide boeken sterk overeenkomt, hebben ze een heel verschillend karakter. Van Laer heeft per hoofdstuk een duidelijke boodschap en methode, en verwijst geregeld naar wetenschappelijke literatuur. Na lezing bleef bij mij zijn boodschap goed hangen. Bakker schrijft een essay en heeft geen literatuurlijst opgenomen, al noemt hij zo nu en dan een boek in de tekst. Bovendien beweert hij soms dat een onderwerp nooit is uitgezocht, terwijl ik zeker weet dat dat in enkele gevallen wél is gebeurd. Ook elders vraag ik me weleens af of hij op onderdelen gelijk heeft, of zou ik graag

lezen waarop een bewering is gebaseerd. Door deze werkwijze bekruipt twijfel mij. Het deel over de verklaringen die volgens Bakker niet voldoen, overtuigt ook niet altijd. Soms wordt het

standpunt niet uitgebreid uitgelegd, laat staan bestreden.

Twee manieren van samenwerken

Beide boeken bevatten een belangrijke boodschap voor de Europese politiek. Binnen Europa bestaan twee manieren om samen te werken: een waarbij veel van de leiders wordt verwacht, en een waar in eerste instantie het individu zelf aan zet is. Denken dat het verschil hiertussen wel zal verdwijnen of kleiner worden, is een illusie; daarvoor zitten beide ‘mentaliteiten’ te diep ingebakken in de nationale cultuur. Het is daarom van levensbelang om bij de verdere vormgeving van de

eu

met deze verschillen rekening te houden. Op sommige terreinen hebben de landen elkaar zo nodig dat samenwerken ondanks de cultuurverschillen nodig is, maar op andere terreinen is het verstandig elkaar in zijn waarde te laten en niet een bepaald model aan de ander op te dringen. Hiermee zijn de boeken van Van Laer en Bakker verplichte literatuur voor eenieder die bij het verkiezingsprogramma en de campagne voor de Europese verkiezingen betrokken is.

115

Fixatie op jong plaatst ouderdom buiten samenleving

In een drie jaar durende briefwisseling bespreken Gertrude Klinkhamer (68) en Joke Roeleveld (73) hoe ze tegen ouder worden aankijken. Minstens zo waardevol is het essay in het eerste deel van het boek. Klinkhamer beschrijft daarin hoe ouderdom in de loop van de geschiedenis is gewaardeerd en welke invloed oudheid, christendom, verlichting, romantiek en het neoliberale denken hebben gehad. De huidige maatschappij met haar nadruk op jeugdigheid en individualisme heeft ouderen in een isolement geplaatst, constateert ze. Er is zelfs sprake van ‘gerontofobie’ (angst voor oud worden). Zolang mensen na hun pensioen nog vitaal zijn, richten ze zich op ‘het grote genieten’, maar zodra het verval definitief inzet, voelen ouderen zich op een zijspoor staan. Het huidige debat over hulp bij zelfdoding bij een ‘voltooid leven’ kan hiervan niet los worden gezien. Deze discussie ‘maakt de kloof tussen de groep ouderen en de rest van de geïndividualiseerde samenleving, die weinig waardering heeft voor de ouderdom, pijnlijk zichtbaar’. De generatie babyboomers wordt volgens Klinkhamer vooral gedreven door een geloof in maakbaarheid, beheersbaarheid en onafhankelijkheid, terwijl juist acceptatie van verlies en vergankelijkheid mensen een goede oude dag kunnen bezorgen.

Preventieve controle helpt het ouder worden niet

Oud genoeg om dood te gaan is bedoeld als ontmaskering van de

zelfhulpindustrie en het enorme aanbod aan preventieve screenings en middelen die een gezond en lang leven beloven. Volgens immunoloog en socioloog Barbara Ehrenreich is het een illusie dat we zo ons leven onder controle hebben. Het lichaam kent een autonoom proces waarin verval en zelfs moedwillige aanvallen van ons eigen immuunsysteem op lichaamscellen toch wel doorgaan. Controles hebben als nadeel dat we op ons lichaam zijn gefixeerd en ons allerlei geneugten ontzeggen. Sterker: bepaalde onderzoeken zijn zelfs gevaarlijk, omdat ze eerder ziekte dan genezing

veroorzaken.

In plaats van gefixeerd te zijn op vitaal en gezond ouder worden, kunnen we ons beter richten op de goede kanten die volgens Ehrenreich aan ouderdom verbonden zijn: ‘Je wordt bijvoorbeeld minder ambitieus, prestatiegericht en wellustig.’ En: ‘Uit eigen ervaring weet ik dat ouder worden gepaard gaat met de verkwikkende weigering in te gaan op elke potentiële verplichting of kans die op mijn pad komt.’

Barbara Ehrenreich Oud genoeg om dood te

gaan. Over de vragen die iedereen zich ooit moet stellen Amsterdam/Antwerpen: Atlas Contact | 2018 | 236 pp. | ¤ 19,99 Gertrude Klinkhamer en Joke Roeleveld Mooi oud zijn, mooi oud

worden. Een zoektocht

Soesterberg: Aspekt | 2017 | 286 pp. | ¤ 19,95

Mark Nelissen Eindelijk oud. Wat Darwin

ons vertelt over het nut en de schoonheid van ouder worden

Tielt: Lannoo | 2017 | 288 pp. | ¤ 19,99

Barbara van Beukering Kruip nooit achter een

geranium

Houten: Spectrum | 2018 | 208 pp. | ¤ 19,99

Het verhaal van de autonome oudere

Dit boek is een aansporing om met het ouder worden op allerlei manieren actief te blijven. Barbara van Beukering, oud-hoofdredacteur van Het Parool, heeft een tiental dames die ze altijd al bewonderde, geïnterviewd over hoe zij met ouder worden omgaan. Dit levert geen afzonderlijke interviews met Hedy d’Ancona (80), Neelie Kroes (76), Wouke van Scherrenburg (71) en Gerdi Verbeet (66) op, maar een vlot geschreven boek waarin Van Beukering de verhalen van deze vrouwen knap verweeft met eigen waarnemingen en de levensgeschiedenis van haar moeder en beide oma’s.

Allerlei thema’s passeren de revue. Want hoe ga je om met seks, ooglidcorrecties, make-up, religie, reizen, werken, de dood, eten, relaties, roken, het moederschap en dreigende dementie als je ouder wordt? De meeste geïnterviewden proberen zo lang mogelijk midden in de maatschappij te staan, zien er nog steeds elegant uit, maar hoeven zich niet meer te bewijzen. En rimpels, die zijn niet erg, meent Neelie Kroes. ‘Dat vond ik trouwens al als klein kind. Zo’n schilderij van Rembrandt van oude vrouwtjes met die appel. Toen dacht ik al: wat moet die een interessant leven hebben gehad.’ Over dementie zijn de meesten helder: ze willen het niet meemaken en beroepen zich conform de tijdgeest op hun autonomie. Als de wet over ‘voltooid leven’ het niet haalt, neemt Van Scherrenburg desnoods het heft in eigen hand.

En hoe kijkt de auteur na alle interviews tegen ouder worden aan? Niet zeuren, geen ellenlange monologen houden, maar geïnteresseerd blijven in jongeren, is haar devies.

Ouderdom vanuit de evolutie bekeken

Ouderen hun waardigheid teruggeven. Dat is het doel van gedragsbioloog Mark Nelissen. Ouderen staan er volgens hem in onze samenleving ten onrechte niet best op. Gelukkig levert kennis van de evolutie genoeg op om dit tegen te gaan. Een belangrijk signaal is al dat ouderen in andere culturen veel meer gewaardeerd worden. Ze blijven niet alleen wonen in de familiekring, maar hebben ook een vooraanstaande positie vanwege hun wijsheid en levenservaring. Hier heeft de evolutie voor gezorgd. Allereerst doordat vrouwen op een bepaald moment geen eisprong meer hadden en dus geen kinderen konden krijgen, waardoor ze zich aan de zorg voor de kleinkinderen konden wijden. Maar ook vanwege de lichamelijke aftakeling. Want terwijl het lichaam minder wordt, is het brein op latere leeftijd juist beter in staat om analyses te maken en verbanden te leggen. Hierdoor hoefden ouderen zich niet meer met jagen en verzamelen bezig te houden, maar konden ze zich als bron van kennisoverdracht in dienst stellen van de samenleving.

117

Als we niet meer

In document De oudere als burger (pagina 116-120)