• No results found

DE VRIJWILLIGE VIERDAGENWEEK

Artikel 1

Onverminderd de bepalingen van artikel 8 van dit reglement heeft het personeelslid, zowel het vast aangestelde statutaire personeelslid als het contractuele personeelslid, maar uitgezonderd het statutaire personeelslid op proef; het recht om in de vierdagenweek te stappen bij toepassing van onderhavige artikelen mits de hiernavermelde voorwaarden vervuld zijn:

1. Titularis zijn van een voltijdse betrekking.

2. De voorziene mogelijkheden van loopbaanvermindering hebben uitgeput of er geen aanspraak op kunnen maken (cfr. Artikel 10bis van de wet van 10 april 1995 en artikel 102 van de herstelwet van 22 januari 1985)

3. Het OCMW-bestuur moet minstens drie maanden voor de ingangsdatum schriftelijk in kennis gesteld worden van de bedoeling om in de vierdagenweek te stappen. Deze termijn kan door het bestuur ingekort worden op vraag van het personeelslid.

De aanstellende overheid beschikt over een termijn van een maand vanaf de dag volgend op de indiening van de aanvraag voor de vrijwillige vierdagenweek om zich te beroepen op artikel 8, laatste lid van dit besluit.

Na het verstrijken van deze termijn wordt de aanvraag van het personeelslid als definitief beschouwd.

4. Een periode van vrijwillige vierdagenweek begint steeds op de eerste dag van een maand en eindigt steeds aan het einde van een maand.

5. Geen winstgevende bedrijvigheid uitoefenen.

Artikel 2

De personeelsleden die gebruik maken van het recht bedoeld in artikel 1 leveren 80 % van de prestaties die zij normaal moeten verrichten. Zij verdelen deze prestaties over vier dagen per week.

Artikel 3

De personeelsleden die in de vrijwillige vierdagenweek stappen ontvangen 80 % van hun wedde, aangevuld met een weddecomplement van 80,57 EUR per maand aan spilindex 117,19 en gekoppeld aan het

indexcijfer van de consumptieprijzen.

Dit bedrag is onderworpen aan de afhouding sociale zekerheidsbijdrage en is eveneens belastbaar.

De overige geldelijke voordelen o.m. haard- of standplaatstoelage, diplomabijslag, vakantiegeld,... worden verhoudingsgewijze verminderd.

Voor het berekenen van de eindejaarstoelage evenwel, wordt rekening gehouden met de effectieve wedde, verhoogd met de premie.

Artikel 4

De instap in de vrijwillige vierdagenweek geldt voor tenminste één jaar. Het personeelslid heeft de mogelijkheid om, met een vooropzeg van minstens drie maanden, een einde te stellen aan deze arbeidsregeling, tenzij het bestuur akkoord gaat met een kortere periode.

Artikel 5

Wanneer een personeelslid in de vierdagenweek stapt, wordt automatisch een einde gesteld aan elke lopende periode van verminderde prestaties.

Artikel 6

a) voor de statutaire personeelsleden die in de vrijwillige vierdagenweek stappen, wordt de periode van afwezigheid als verlof beschouwd en met dienstactiviteit gelijkgesteld.

Voor de vastbenoemde personeelsleden houdt dit tevens in:

1. dat de periode van afwezigheid in de vrijwillige vierdagenweek in aanmerking genomen wordt voor de berekening van het pensioen binnen de bestaande wettelijke bepalingen;

2. dat de berekening van het pensioen gebeurt op basis van de gemiddelde wedde die de betrokken personeelsleden gedurende de laatste vijf jaar zouden ontvangen hebben indien zij voltijds zouden gepresteerd hebben.

b) Voor de contractuele personeelsleden wordt gedurende de afwezigheid de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst.

Zij behouden hun aanspraken op een bevordering tot een hogere wedde.

Artikel 7

De overstap naar de vrijwillige vierdagenweek kan uitgesteld worden tot de voorwaarde vervuld is om in de vervanging te voorzien. Van zodra minimum twee personeelsleden op hetzelfde tijdstip instappen in de vierdagenweek wordt uiterlijk binnen de 3 maanden het verlof toegestaan.

Artikel 8

De hiernavermelde personeelsleden kunnen geen gebruik maken van hun recht op de vrijwillige vierdagenweek :

- de decretale graden - diensthoofden

- verplegend en verzorgend personeel

De aanstellende overheid kan op advies van de algemeen directeur, in de gevallen waarin de goede werking van de dienst dit toelaat, de personeelsleden bedoeld in het vorig lid, die er om verzoeken het recht op vrijwillige vierdagenweek toestaan.

Indien de aanstellende overheid het nodig acht een personeelslid voltijds tewerkgesteld te houden vanwege zijn specifieke kennis, capaciteiten of vaardigheden of vanwege het belang van de opdracht waarmee het belast is, kan het recht op de vrijwillige vierdagenweek laten ingaan op een latere datum dan die welke door het personeelslid gekozen werd, zonder dat de periode tussen de door het personeelslid gekozen datum en de datum die het college vaststelt langer mag zijn dan zes maanden.

Artikel 9

Het ziekteverlof en de disponibiliteit wegens ziekte of invaliditeit stellen geen einde aan het stelsel van vrijwillige vierdagenweek.

Tijdens de vrijwillige vierdagenweek kan het personeelslid geen aanspraak maken op één de andere stelsels van verminderde prestaties, behoudens verminderde prestaties wegens ziekte of invaliditeit.

De vrijwillige vierdagenweek wordt tijdelijk onderbroken tijdens de periode van:

* bevallingsverlof en opvangverlof

* verlof voor opvang met het oog op adoptie of pleegvoogdij.

* verlof voor onderbreking van de beroepsloopbaan teneinde palliatieve zorgen te verstrekken of ouderschapsverlof.

* onbetaald verlof van lange duur (meer dan één maand).

Het personeelslid is in voorkomend geval niet langer meer onderworpen aan de bepalingen inzake de vrijwillige vierdagenweek, maar aan die van het verlof waarvan het op dat moment geniet.

De vrijwillige vierdagenweek is cumuleerbaar met volgende verloven:

* jaarlijks vakantieverlof

* omstandigheidsverlof

* onbetaald verlof van korte duur Artikel 10

Wanneer een personeelslid zijn arbeidsprestaties vermindert bij toepassing van onderhavig besluit, wordt het vakantieverlof waarop het recht heeft verhoudingswijze verminderd.

Artikel 11

Wanneer een vastbenoemd personeelslid zijn arbeidsprestaties vermindert bij toepassing van onderhavig besluit, wordt het aantal dagen ziekteverlof verhoudingsgewijze verminderd.

Artikel 12

Vanaf het ogenblik dat meer dan één personeelslid gebruik maakt van de vrijwillige vierdagenweek gebeurt de vervanging door werklozen die deeltijds of voltijds in dienst worden genomen onder

arbeidsovereenkomst.

Artikel 13

Uiterlijk tegen 31 maart van elk kalenderjaar maakt het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter van het hoog overlegcomité een staat over waaruit blijkt welke arbeidsherverdelende maatregelen werden genomen en hoeveel personeelsleden hiervan gebruik hebben gemaakt.

Artikel 14

Dit besluit treedt in werking op 01.01.1999.

Met ingang van 01 januari 2012 kan geen gebruik meer worden gemaakt van het recht op de vrijwillige vierdagenweek.

De op 31 december 2011 lopende stelsels blijven echter van kracht.

In de toekomst zal telkens wanneer bij koninklijk besluit de uitvoeringsdatum van bovenstaande regeling wordt verlengd, dit automatisch van toepassing zijn voor het personeel van categorie 3.