1. Achtergrond bedrijf
2. Het samenwerkingsverband dat u met uw partners heeft, wordt gedefinieerd als Vendor Managed Inventory. Kunt u uitleggen wat VMI volgens u is (definitie / doel)?
3. Wat zijn volgens u de belangrijkste aspecten van VMI?
4. Waarom heeft u voor VMI gekozen?
5. Hoe past u VMI toe in praktijk?
6. Wat zijn uw ervaringen met VMI?
7. Kunt u uw belangrijkste waardetoevoeging aan het proces aangeven?
8. Kunt u voor de volgende punten aangeven of dit bewerkstelligd wordt door het samenwerkingsverband:
• Logistieke / financiële efficiëntieverbeteringen
• Klanttevredenheid
• Marketingvoordelen
• Winstgroei / stabilisatie
9. Welk van deze punten is volgens u het meest belangrijk?
Het gebruikte model voor integratie in de Supply chain
10. Uitleggen wat het model is, hoe het werkt (niet de gehele werking, dit pas aan het eind).
11. Nu u bekend bent met het model, ziet u dit terug in uw toepassingen?
12. Herkent u de vier facetten van het model? Waarin?
13. Zijn volgens u alle facetten van toepassing op uw samenwerkingsverband?
14. Als u een volgorde zou moeten aangeven in deze vier modes, hoe zou u deze dan toepassen voor uw samenwerkingsverband?
56 | P a g e
Incentive alignment
15. Wat zijn volgens u de belangrijkste voordelen van dit samenwerkingsverband? En de nadelen?
16. Kunt u aangeven op welke wijze u dit aspect (incentive alignment) aangepakt heeft in uw samenwerkingsverband?
17. Hoe is volgens u de verhouding tussen risico’s en de voordelen die met een handeling te halen zijn?
18. Hoe is volgens u de verhouding tussen beloning en de kosten die met een handeling gemoeid gaan?
19. Welke voordelen haalt u uit het samenwerkingverband? En uw partner? Staat dit volgens u in verhouding?
20. Heeft u de voor- en nadelen besproken met uw partner, vóórdat u het samenwerkingsverband aanging?
21. VMI kan gezien worden als een supply chain samenwerkingsverband. Kunt u aangeven uit welke partners uw supply chain bestaat?
22. Hoe heeft u de keuze van uw partners voor dit samenwerkingsverband bepaald?
23. Kunt u bij bovengenoemde partners aangeven wat hun core activiteiten/processen zijn? Is dit in kaart gebracht met uw partner?
24. Kunt u aangeven wat uw specifieke klantdoelgroep is?
25. Wat verwacht u dat uw klanten eisen/wensen van uw producten en diensten?
26. Is bij het aangaan van het samenwerkingsverband overeenstemming bereikt aangaande deze klantdoelgroep met haar eisen/wensen?
27. Is overlegd hoe deze klant bereikt zal gaan worden?
28. Zijn de voor- en nadelen die hiermee gemoeid gaan, besproken en evenredig verdeeld?
29. Denkt u dat dit van belang is voor VMI?
30. Zijn er zaken die u vóór deze gestelde vragen nog eerder zou willen weten?
31. Wat vind u van de volgorde van het ontwikkelde stappenplan m.b.t. incentive alingment?
57 | P a g e
Information sharing
33. Maakt u gebruik van een informatie-uitwisselingsysteem? Zo ja, welke? (omvat dit ook informatie over orders, vraag, transport, voorraadplanning/warehouse, ERP, EDI, etc).
34. Hoe verloopt het uitwisselingsproces van informatie met uw partner (voorbeeld vragen)?
35. Kunt u aangeven op welke wijze u dit aspect (information sharing) aangepakt heeft in uw samenwerkingsverband?
36. Maakt u onderscheid/een schifting in welke informatie er wel/niet doorgestuurd wordt?
37. Wordt er onderscheid gemaakt tussen informatie op korte termijn en lange termijn?
38. Zo ja, welke informatie wisselt u op korte termijn uit en welke op lange termijn?
39. Kunt u een tijdsindicatie aangeven per wanneer er informatie uitgewisseld wordt? (korte/lange termijn)
40. Is de afgegeven informatie gesynchroniseerd/gestandaardiseerd? Zijn hier afspraken/protocollen voor gemaakt?
41. Is er overleg geweest bij de keuze van het te gebruiken uitwisselingssysteem?
42. Vindt u dat er genoeg, teveel of te weinig informatie van uw partner wordt afgegeven? (bij teveel of te weinig, navragen welke informatie)
43. Vind u dat er een goede aansluiting is tussen u en uw partners door het informatiesysteem?
44. Wat zou er beter kunnen bij het informatiesysteem?
45. Wat vindt u van de volgorde van het ontwikkelde stappenplan m.b.t. information sharing?
46. Heeft u nog overige opmerkingen omtrent het uitwisselen van informatie?
Logistics synchronization
47. Zijn bij het aangaan van het samenwerkingsverband de diverse processen gedefinieerd en verdeeld?
48. Kunt u aangeven op welke wijze u dit aspect (logistic synchronization) aangepakt heeft in uw samenwerkingsverband?
58 | P a g e
50. Zijn de processen verbeterd door het samenwerkingsverband?
51. Zijn de processen beter op elkaar afgestemd door het samenwerkingsverband?
52. Zijn er door het herdefiniëren van de processen overtolligheden/verspillingen geëlimineerd? Welke zijn dat?
53. Hebben er door het herdefiniëren van de processen nieuwe waardetoevoegingen plaatsgevonden? Welke zijn dat?
54. Wat is volgens u de belangrijkste waardecreatie door het samenwerkingsverband?
55. Wordt er nog steeds gekeken hoe de processen verbeterd kunnen worden? Hoe wordt dit bewerkstelligd?
56. Wat vindt u van de volgorde van het ontwikkelde stappenplan m.b.t. logistics synchronization?
57. Heeft u nog overige opmerkingen omtrent het synchroniseren van de logistieke processen?
Collective Learning
58. Heeft u dit aspect (collective learning) opgenomen in uw samenwerkingsverband? Zo ja, hoe?
59. Wat is volgens u de belangrijkste kennis van u en uw partner?
60. Wordt deze kennis vrij gedeeld/uitgewisseld?
61. Zijn er regels m.b.t. het misbruiken van andermans kennis?
62. Zou u nieuwe kennis snel met uw partners delen?
63. Wat zijn volgens u de sterkste kanten /het vermogen van u en uw partner?
64. Zou dit versterkt kunnen worden door het samenwerkingsverband?
65. Zijn hieromtrent al nieuwe ideeën naar voren gekomen?
66. Wat vindt u van de volgorde van het ontwikkelde stappenplan m.b.t. collective learning?
67. Heeft u nog overige opmerkingen omtrent collective learning?
Samenvattend
59 | P a g e
69. Zou u het model gebruiken voor de integratie van uw (toekomstige) samenwerkingsverbanden?
70. Wat mist er volgens u aan het model?
71. Zijn er elementen die volgens u eruit gelaten kunnen worden