• No results found

Voortgang wet DBA

In document Schijnzelfstandigheid (pagina 34-38)

Hoofdstuk 4: De wet DBA en zijn nieuwe maatregelen

4.5 Voortgang wet DBA

Hierboven is beschreven waarom het noodzakelijk was om de VAR te vervangen en de wet DBA te introduceren. Daarna werd er uitgelegd hoe de wet DBA is ontstaan en wat de modelovereenkomsten inhouden. Vervolgens is ingegaan op hoe de Belastingdienst deze modelovereenkomsten beoordeelt. Hieronder wordt de voortgang van de wet DBA beschreven en waarom de wet DBA vervangen wordt

n-in-plaats-van-var/modelovereenkomst-zoeken/modelovereenkomst-zoeken

130 Professionals in flex; Wet DBA: http://professionalsinflex.nl/wet-deregulering-beoordeling-arbeidsrelaties-wet-dba/ 131 Visser & Van Eck; De verklaring Arbeidsrelatie: https://www.visservaneck.nl/artikelen/verklaring-arbeidsrelatie/ 132 Professionals in flex; Wet DBA: http://professionalsinflex.nl/wet-deregulering-beoordeling-arbeidsrelaties-wet-dba/ 133 De Belastingdienst; uw eigen overeenkomst laten beoordelen:

https://www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/bldcontentnl/belastingdienst/zakelijk/ondernemen/modelovereenkomste n-in-plaats-van-var/modelovereenkomst-zoeken/modelovereenkomsten-branches-beroepsgroepen-downloaden

door nieuwe maatregelen. De voorgang van de wet DBA kan in drie verschillende fases worden omschreven. Deze fases worden hieronder toegelicht.

4.5.1 Eerste fase wet DBA

Op 19 september 2016 heeft de voormalige Staatssecretaris Eric Wiebes de eerste

voortgangsrapportage over de wet DBA voorgelegd aan de Tweede Kamer. Eric Wiebes schrijft hierin dat de periode vanaf 1 mei 2016 tot 1 mei 2017 geldt als een implementatietijd voor de wet.135 Implementatietijd is de periode waarin een bepaalde wet wordt ingevoerd.136 De eerste fase van de implementatie stond vooral in het kader van bewustwording van een andere manier van werken rondom de wet DBA bij opdrachtgevers en opdrachtnemers.

Echter is er in de eerste fase veel onduidelijkheid en vragen vanuit opdrachtgevers en opdrachtnemers. De ZZP’ers vroegen zich af of het nog wel mogelijk was om buiten dienstbetrekking te blijven werken en op welke manier dat mogelijk was. Daarbij vrezen vele ZZP’ers dat er meer administratieve handelingen voortkomen uit de wet DBA. Daarnaast moeten opdrachtgevers in de eerste fase van de wet DBA bewust worden dat zij medeverantwoordelijk zijn voor de kwalificatie van de arbeidsrelatie. De totale vrijwaring die onder de VAR mogelijk was, is namelijk volledig verdwenen. Deze verantwoordelijkheid riep bij opdrachtgevers de vragen op ‘’welk risico zij daarbij lopen’’? Voormalige Staatssecretaris Eric Wiebes wilde de tweede fase gebruiken om deze onrust en onzekerheid weg te nemen bij

opdrachtgevers en ZZP’ers.137

Doordat er nog veel onduidelijkheid heerst bij opdrachtgevers en ZZP’ers, wilde de voormalige Staatssecretaris in gesprek gaan met de Belastingdienst en vertegenwoordigers van bedrijven en organisaties. Daarbij moet de Belastingdienst een voorlichtende en dienstverlenende rol vervullen. Deze voorlichtende en dienstverlenende rol ziet erop toe dat de Belastingdienst opdrachtgevers en ZZP’ers, waarvan de arbeidsrelatie onzeker is, aangeven hoe het wel of anders zou kunnen, zodat partijen op een fiscaal veilige manier buiten dienstbetrekking konden werken. Als partijen onbewust in dienstverband werkzaam waren, dan zal de Belastingdienst hen adviseren op wat voor manier zij moeten werken om buiten dienstverband te mogen werken en welke aanpassingen daarvoor moeten worden gedaan. Tevens houdt dit in dat er in de eerste fase geen boetes en naheffingen worden uitgedeeld aan opdrachtgevers en opdrachtnemers die onbewust een arbeidsrelatie waren

aangegaan.138 Naar aanleiding van de eerste fase van de wet DBA, heeft Wiebes een agenda opgesteld met de volgende onderwerpen:

 Geen boetes en naheffing voor goedwillende ondernemers;

 De Belastingdienst opent een meldpunt voor opdrachtgevers en opdrachtnemers om meldingen te kunnen doen van onbedoelde effecten van de wet DBA;

 Capaciteitsuitbreiding voor modelovereenkomsten;

 Regelmatig contact met branches, opdrachtgevers en opdrachtnemers;  Verbetering website Belastingdienst;

 Openstellen van register voor goedgekeurde modelovereenkomsten;

135 Eerste voortgangsrapportage DBA; Auteur: Eric Wiebes, datum: 19 september 2016 136 Encyclo.nl: Implementatie: https://www.encyclo.nl/begrip/implementatie

137 Eerste voortgangsrapportage DBA, Eric Wiebes

 De Belastingdienst ontwikkelt een bijsluiter over het gebruik van de algemene modelovereenkomsten.139

De Belastingdienst heeft in zijn eerste periode (juni 2016 tot en met september 2016) ongeveer 60 verschillende modelovereenkomsten gepubliceerd, waardoor ZZP’ers aan het werk konden gaan met een passende modelovereenkomst. Vanaf mei 2016 zijn er totaal 4700 modelovereenkomsten ter beoordeling ingediend bij de Belastingdienst. Hiervan zijn er ongeveer 450 modelovereenkomsten goed gekeurd. Over ongeveer 1100 modelovereenkomsten kon er geen duidelijk oordeel worden gegeven of er sprake was van een dienstbetrekking of niet.140

4.5.2 Tweede fase wet DBA

Op 18 november 2016 kwam de tweede voortgangsrapportage van de voormalige Staatssecretaris. In dit voortgangsrapportage kwam wederom naar voren dat er veel onrust en onzekerheid heerst bij opdrachtgevers en ZZP’ers. Opdrachtgevers zijn namelijk huiverig om ZZP’ers in te huren. Daarentegen zijn ZZP’ers bang om hun opdrachten kwijt te raken. Dit leidt tot zorgen en onzekerheid over werk en inkomen. Om die reden heeft Eric Wiebes de handhaving van de wet DBA opgeschort tot 1 januari 2018. In de tijd tot 1 januari 2018 moeten de knelpunten rondom de wet DBA worden opgelost. Deze knelpunten werden door opdrachtgevers en opdrachtnemers doorgegeven aan het meldpunt die de Belastingdienst had opgezet voor de wet DBA. In de tweede fase van de wet DBA zijn er totaal 1800 meldingen geweest van opdrachtgevers en opdrachtnemers waar zij tegenaan lopen. Hieronder worden drie knelpunten die het meest naar voren kwamen, kort toegelicht.

1. Opdrachtgevers zijn terughouden in het inhuren van ZZP’ers.

2. Het onderscheid tussen ondernemerschap en dienstbetrekking sluit niet overal aan in de praktijk.

3. Opdrachtgevers ervaren de arbeidswetgeving als knellend.

Opdrachtgevers zijn terughouden in het inhuren van ZZP’ers.

Onder de VAR waren opdrachtgevers gevrijwaard. Doordat deze vrijwaring is afgeschaft onder de wet DBA, zijn opdrachtgevers bang dat zij overeenkomsten sluiten met ZZP’ers die niet voldoen aan de eisen van de modelovereenkomsten, waardoor opdrachtgevers de kans lopen op boetes en naheffingen.

Het onderscheid tussen ondernemerschap en dienstbetrekking sluit niet overal aan in de praktijk.

Het onderscheid tussen ondernemerschap en dienstbetrekking wordt bepaald door het Burgerlijk Wetboek 7 en de daarbij behorende jurisprudentie. Dit is uitvoerig besproken in hoofdstuk 2. Het onderscheid tussen ondernemerschap en dienstbetrekking was nog niet voor alle partijen even duidelijk. De vrijwaring van de VAR heeft ervoor gezorgd dat veel opdrachtgevers en opdrachtnemers zich niet verdiept hebben in de arbeidswetgeving en de ontwikkelingen hiervan. Dit leidt ertoe dat zij niet op de hoogte waren welke criteria er gelden voor bijvoorbeeld een overeenkomst van opdracht. Volgens de voormalige Staatssecretaris Eric Wiebes komt dit zowel aan de onderkant als aan de bovenkant van de arbeidsmarkt voor.

Opdrachtgevers ervaren de arbeidswetgeving als knellend.

In de afgelopen maanden waarin de wet DBA is geïntroduceerd, kwamen veel opdrachtgevers erachter dat zij opdrachtnemers eigenlijk in vast dienstverband hadden in plaats van geen vast dienstverband. Volgens deze opdrachtgevers is de arbeidswetgeving niet flexibel genoeg. Zij zien graag dat het mogelijk is om geen vast dienstverband aan te gaan met arbeidskrachten. Volgens hen ambiëren deze arbeidskrachten ook geen vast dienstverband. Echter door de ketenbepaling in de Wet werk en zekerheid kunnen zij wel tegen de verplichting van vast dienstverband aanlopen.141

139 Dirkzwager legal & tax; Wet DBA: https://www.dirkzwager.nl/kennis/artikelen/eerste-voortgangsrapportage-wet-dba/ 140 Eerste voortgangsrapportage DBA: Eric Wiebes

In de tweede fase van de wet DBA is er in april 2016 door de voormalige Staatssecretaris een commissie ingesteld, namelijk commissie Boot. Deze commissie moest onderzoek doen naar de beoordeling van de modelovereenkomsten door de Belastingdienst. Deze commissie kwam tot advies dat de implementatietermijn van de wet DBA moet worden verlengd. Deze moet worden verlengd om de problemen en onzekerheden die hierboven zijn besproken, kan worden opgelost. De voormalige Staatssecretaris heeft daarom toen ook besloten om deze implementatietermijn tot 1 januari 2018 op te schorten. Voor kwaadwillende geldt deze opschorting niet. In hoofdstuk 3 is beschreven wie onder kwaadwillende worden gezien. Deze opschorting gaf het kabinet-Rutte II de ruimte om de

arbeidswetgeving te moderniseren. Volgens de commissie is het hierin van belang dat de begrippen ‘’gezagsverhouding’’ en ‘’vrije vervanging’’ specifieker moeten worden onderzocht en aangepast.142 4.5.3 Derde fase van de wet DBA

Op 20 april 2017 kwam de voormalige Staatssecretaris, Eric Wiebes, met de derde rapportage over de voortgang van de wet DBA. In dit rapport wordt aangegeven dat de termijn van handhaving bij

kwaadwillende nog steeds doorloopt. De Belastingdienst heeft tien opdrachtgevers in beeld waarbij er feitelijk sprake is van een dienstbetrekking, terwijl dit niet de bedoeling was. Daarnaast lag er voor de Belastingdienst nog 811 modelovereenkomsten die moesten worden beoordeeld. Wel is er in de loop van de tijd minder modelovereenkomsten ingediend. Zoals we hierboven zagen waren er in de eerste fase van de wet DBA nog 4700 modelovereenkomsten ingediend. In tegenstelling tot de derde fase waarin er 811 modelovereenkomsten waren ingediend. De reden voor de afname van de

modelovereenkomsten is dat er minder modelovereenkomsten worden aangegaan die ter beoordeling worden doorgestuurd naar de Belastingdienst.143

Het vervolg voor de verdere invoering van de wet DBA is afhankelijk van de beslissingen van het kabinet-Rutte III. Dit komt doordat er op 15 maart 2017 Tweede Kamerverkiezingen plaatsvonden. Dit had voor de wet DBA tot gevolg dat na de Tweede Kamerverkiezing en na de formatie van het kabinet, de wet DBA verder wordt onderzocht en welke nieuwe maatregelen er komen. Deze nieuwe

maatregelen worden in het volgende hoofdstuk beschreven.144

4.6 Tussenconclusie

In deze deelvraag is beschreven wat de wet DBA inhoudt en hoe deze tot stand is gekomen. De volledige naam van de wet DBA is dus de wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelatie. Deze wet is vanaf 1 mei 2016 ingegaan en het doel van deze wet is om de arbeidsrelaties te beoordelen. We hebben gezien dat het noodzakelijk was om de wet DBA in te voeren en de VAR te vervangen. Dit was noodzakelijk, omdat onder de VAR veel schijnzelfstandigheid kon plaatsvinden. Dit kwam doordat alleen de ZZP’ers verantwoordelijk waren tot informatieverstrekking en de uitvoering van de overeenkomst. De opdrachtgevers waarin hierin volledig gevrijwaard.

De wetgever beoogt met de wet DBA dat schijnzelfstandigheid tegen wordt gegaan. Dit moet tegen worden gegaan door middel van modelovereenkomsten die door de Belastingdienst zijn opgesteld en goed worden gekeurd. Echter geeft de wet DBA tot nu toe ook niet de duidelijkheid en rust. Er zijn nog verschillende knelpunten waar opdrachtgevers en ZZP’ers tegen aan lopen. Om deze redenen heeft de voormalige Staatssecretaris drie voortgangsrapportage opgesteld om deze knelpunten weg te nemen. Dit betekent voor opdrachtgevers en ZZP’ers dat er geen handhaving plaatsvindt van de wet DBA. Alleen kwaadwillende kunnen worden gestraft door middel van boetes en naheffingen.

142 Commissie (model)overeenkomsten in het kader van de wet DBA, auteur: prof. mr. G. Boot 143 Derde voortgangsrapportage DBA, Eric Wiebes s

Hoofdstuk 5: Nieuwe maatregelen ter vervanging wet

In document Schijnzelfstandigheid (pagina 34-38)