• No results found

4.1

Inleiding

De volume-ontwikkeling van de industrie wordt zowel bepaald door de vraag in Nederland als daarbuiten en door de concurrentiepositie van Nederland ten opzichte van het buitenland. De concurrentiepositie van Nederland ten opzichte van het buitenland wordt bepaald door de gunstige ligging (locatie aan zee), goede transportmogelijkheden (onder andere waterwegen) naar het achterland, de loonkosten en een hoog technologisch kennisniveau. Ook het stabiele politieke klimaat van Nederland speelt een rol. Deze aspecten, samen met de grote

investeringen die nodig zijn om nieuwe basisindustrie-bedrijven neer te zetten, zullen er voor zorgen dat een grootscheepse verplaatsing van de basisindustrieën in welk scenario dan ook niet waarschijnlijk is.

De autonome reductie van de milieudruk door vervanging van afgeschreven installaties - vooral in de periode 2015-2025- kan aanzienlijk zijn. Dit zal zich ondermeer manifesteren bij de basismetaal waarin het hoogovenproces vervangen zal worden door een nieuwe

technologie, welke de emissies flink zullen reduceren. Ook de N2O emissies van de

salpeterzuurfabrieken zullen bij vervanging van de afgeschreven fabrieken flink dalen. Tussen 2030 en 2050 kan de milieudruk gereduceerd worden door de introductie van waterstof (H2) technologie in de grote industrie-sectoren. Hoe dat er kwantitatief uit zal zien

is nu nog niet in te schatten.

4.2

Mondiale Markt (A1)

De bevolking groeit naar ruim 20 miljoen mensen en de vraag naar luxe en comfort

(wegwerpgoederen), transport en gebouwen zal flink toenemen. Dit zal leiden tot een grotere vraag naar energie, brandstoffen en basisgoederen.

De concurrentieverhouding ten opzichte van zowel Europese als niet Europese landen blijft stabiel vanwege de gunstige ligging (locatie aan zee), bevaarbare waterwegen naar het achterland, een hoog technologisch kennisniveau en voldoende arbeidsaanbod door beroepsimmigratie. Een fors grotere vraag en een concurrentieverhouding die niet verslechtert zal leiden tot een forse toename van het productievolume van de industrie, ondermeer in de chemie. Om het locatievoordeel te behouden wordt er na 2010 een Derde Maasvlakte gebouwd voor de uitbreiding van de raffinageprocessen en bulkchemie. De Maasvlakte en andere grote infrastructurele projecten, zijn naast de gestage uitbreiding van het wegennet, kantorenbouw en woningbouw reden voor een bovengemiddelde groeiende bouwmaterialenindustrie. De basismetaal zal nog wel groeien, maar omdat staal (te zwaar, te ouderwets) steeds meer vervangen wordt door kunststoffen en in mindere mate aluminium, zal de groei minder zijn dan de gemiddelde volumegroei van de industrie. Ook de

productenindustrie (vooral de metaalelektro) zal door de vraag naar luxe goederen (nieuwtjes) groeien. De rest van de sectoren volgen de gemiddelde volumegroei van de industrie. Ondanks dat milieu en natuur van ondergeschikt belang zijn, zal er vanuit

kostenbesparing toch aandacht zijn voor energiebesparing en technologie-ontwikkeling. Na 2030 wordt dit effect versterkt vanwege stijgende energieprijzen. Hierdoor en door de

autonome ontwikkeling zal de toename van de milieudruk minder zijn dan de (grote) volumegroei.

4.3

Veilige Regio (A2)

De consument is materialistisch en op luxe en comfort ingesteld, wat zal leiden tot een stijgende vraag per individu. De groei van de bevolking naar bijna 18 miljoen is echter lager dan in het Mondiale Markt-scenario. De handelsblokken zorgen voor een beperkter

afzetmarkt dan in Mondiale Markt. De gunstige ligging, de infrastructuur en het kennisniveau in Nederland zorgen voor een relatief goede positie ten opzichte van de rest van Europa. Hierdoor blijft de concurrentiepositie behouden waardoor de energie-intensieve

basisindustrie in Nederland blijft. Daarentegen verdwijnt de arbeidsintensieve productie (onder andere de metaalproducten-industrie) vanwege de schaarste op de arbeidsmarkt (vergrijzing) steeds meer naar lage lonen landen in Oost-Europa. Gezien bovenstaande groeit de productie van de traditionele industrietakken in Nederland wat minder snel dan het bbp. Ook in dit scenario zal de groei van de basismetaal vanwege minder vraag naar staal lager zijn dan de gemiddelde groei. ICT en aan ICT verwante diensten vertonen echter een

bovengemiddelde groei. Omdat de overheid een relatief passieve rol heeft, worden geen grote infrastructurele projecten gestart (geen grote uitbreiding rijksgebouwen, rijkswegen, Derde Maasvlakte etcetera). De bouwmaterialenindustrie merkt dit door een geringere nationale vraag. Omdat milieu en natuur van ondergeschikt belang zijn en de technologische ontwikkeling niet gericht is op milieu zal de milieudruk ten opzichte van 2000 toenemen maar iets minder dan de volumegroei door de in de inleiding genoemde autonome

ontwikkelingen. De ruimteclaim is vanwege de geringere groei beperkter dan in Mondiale Markt.

4.4

Mondiale solidariteit (B1)

Door milieubewuste consumenten zal de vraag naar luxe en comfort afnemen en de vraag naar duurzame producten toenemen. Bovendien zal er meer gebruik gemaakt gaan worden van het openbaar vervoer. Toch zal de vraag naar energie, brandstoffen en basisproducten licht stijgen door de matige economische groei en de groei van de bevolking naar ruim 19 miljoen inwoners. Internationaal klimaatbeleid drukt echter de groeiende vraag naar energie. De concurrentieverhouding ten opzichte van zowel Europese als niet Europese landen blijft stabiel. Door de lichte stijging van de vraag en een gelijkblijvende

concurrentieverhouding

zal de volumegroei van de industrie toch nog wat minder zijn dan de groei van het bbp. Door de vraag naar duurzame producten, ondermeer biologisch geteeld voedsel, zal het

kunstmestgebruik en de productie hiervan dalen. De basismetaal zal net zoals in de overige scenario's achter blijven in groei. De rest van de chemie, evenals de productie van de raffinaderijen en de overige sectoren volgen de gemiddelde volumegroei van de industrie. Door de aandacht voor het milieu en natuur, zal er aandacht zijn voor energiebesparing en technologie-ontwikkeling. Na 2030 wordt dit effect versterkt vanwege stijgende

energieprijzen. Hierdoor en door de autonome ontwikkelingen zal de milieudruk in absolute zin dalen. De ruimteclaim is beperkt, omdat compact bouwen ook het devies van de industrie is.

4.5

Zorgzame Regio (B2)

De consument vraagt naar duurzame goederen (streekeigen en met een lange levensduur). De Europese productie moet hiervoor zorgen; Europa streeft naar zelfvoorziening. Bovendien zorgen ook in dit scenario de handelsblokken voor een beperktere afzetmarkt dan in

Mondiale Markt. Voor de industrie in Europa betekent dit stabilisatie, hooguit beperkte groei. Ook zal er meer gebruik gemaakt gaan worden van het openbaar vervoer. Omdat de

bevolking licht daalt naar circa 15 miljoen inwoners zal de totale vraag naar energie, brandstoffen en basisproducten dalen.

Door de gunstige ligging van Nederland in vergelijking met andere Europese landen zal de concurrentiepositie behouden blijven. Door de lichte stijging van de vraag, een

gelijkblijvende concurrentieverhouding binnen de EU en de beperktere afzetmarkt zal de volumegroei van de industrie nagenoeg nihil zijn. Door de vraag naar duurzame producten, ondermeer biologisch geteeld voedsel, zal het kunstmestgebruik en de productie hiervan dalen. De basismetaal zal net zoals in de overige scenario's achter blijven bij de andere sectoren. Dit geldt ook voor de bouwmaterialen. De rest van de chemie, evenals de productie van de raffinaderijen en de overige sectoren zullen vrijwel stabiel blijven. In dit scenario worden regionale en Europese milieuproblemen aangepakt, ook door producenten. Er is oog voor schone technologieën, maar door de relatief kleine en gereguleerde markt is de

innovatieve kracht van de economie matig. Mondiale problemen (klimaat) zijn beduidend minder prominent onder de aandacht. Er is geen uitbreiding van duurzame energiebronnen. Hierdoor en door de autonome ontwikkeling zal de milieudruk in absolute zin dalen.

4.6

Overzicht Industrie

Overzicht Industrie

Mondiale Markt Veilige Regio Mondiale solidariteit Zorgzame Regio BBP groei NL 2000 – 2020 2020 – 2040 (CPB; 2004) +++ 2,9%/jaar 2,3%/jaar ++ 2,2%/jaar 1,6%/jaar + 1.8%/jaar 1,4%jaar 0 1,0%/jaar 0,4%/jaar Volume Industrie ++ + +/0 0 Verplaatsing basisindustrie 0 0 0 0 Vraag energie en grondstoffen +++ ++ 0 0/- Efficiency Verbetering t.o.v. trend + - ++ 0 Basis –chemie +++ ++ + 0 Kunstmest + 0 - - Basismetaal + 0 - - Aluminium- kunstoffen +++ ++ + + Metaal-electro ++ + +/0 0 Bouwmaterialen ++++ + + - Overige industrie +++ ++ + 0 Bedrijfsterrein en infrastructuur ++ + 0 -