• No results found

Checklist Hoofdfase 1 4.2.1 Initiatief

4.4.2 Verzamelen en verwerken informatie

Verzamelen

In ons project hebben we ons beperkt tot reeds gerealiseerde projecten. Bij het verzamelen van de informatie hebben we ons primair gericht op de informatie die bij de terreinbeheerders en DLG beschikbaar was. De achtergrond van deze uitsnede is dat wij met name informatie over Hoofdfase 1 wilden verzamelen en de aanname dat bij het opzetten van een landelijke monitoring van natuurontwikkelingsprojecten de beheerders en DLG een sleutelrol zullen hebben. Het zal duidelijk zijn dat deze aanpak bepalend is voor de compleetheid van de door ons verzamelde informatie. Het contact leggen met de locale beheerders (al of niet na introductie door de vertegenwoordiger van de betreffende organisatie in de begeleidingscommissie) is in stappen gebeurd: in kennis stellen van project, verzoek info verzamelen over het natuurontwikkelingsproject, afspraak maken om gegevens te bespreken en beschikbaar te stellen. De beheerders waren allen positief en bereid om mee te werken. Zij waren goed op de hoogte waar de informatie was en ook van de stukken die zij niet in bezit hadden. Daarvoor werden we doorverwezen naar het hoofdkantoor van hun organisatie dan wel naar DLG.

Verwerken

De aldus verzamelde informatie is op drie niveaus verwerkt. Allereerst is per casus op het niveau van de hoofdonderdelen de compleetheid van het monitoringsdossier vastgelegd in de vorm van een zogenaamde kruisjestabel. Daaraan is ook een overzicht van de bronnen toegevoegd. Op deze wijze is per hoofdonderdeel in één oogopslag te zien welke informatie beschikbaar is en op welke aspecten evaluatie in beginsel mogelijk is.

Naam provincie Natuurdoel betrokkenheid DLG start inrichtin

g beheerder omvang natuurontw in:

Maashorst

Noord-

Brabant Zandboslandschap Niet 1978 SBB 140 best.reservaat Lentevreugd Zuid-Holland Duinlandschap Wel 2002 SBB 95 landbouw gebied

Banisveld

Noord- Brabant

Natte & droge

heide Niet 1996 NM 15 best.reservaat Mantinge

Groote veld Drenthe Beek- en zandboslandschap Niet 1994 NM 71 landbouw gebied Nooitgedacht

Zuid-

Holland Laagveenlandschap Wel 1999 ZHLndsc

Het tweede niveau waarop de informatie is verwerkt is dat van een beknopte beschrijving van de verzamelde projectinformatie. Hierbij worden dezelfde hoofdonderdelen onderscheiden en, waar relevant, ook subcategorieën. In zeer beknopte bewoordingen wordt de informatie beschreven. Hiermee wordt het natuurontwikkelingsproject op hoofdlijnen gekarakteriseerd. Het doel hierbij is tweeledig: de lezer kan zich van het project een beeld vormen en tegelijkertijd heeft hij een indruk van de kwaliteit van het projectdossier.

Het derde niveau is dat van de beknopte evaluatie, waarbij is gefocussed op de vraag in hoeverre de natuurdoelen van het project zijn gerealiseerd. Hiermee wordt dus een inhoudelijk beeld gegeven van de natuureffecten. Voor deze inhoudelijke evaluatie hebben we naast de informatie van de beheerder en DLG ook gebruik gemaakt van andere gemakkelijk beschikbare informatie (voorhanden zijnde inventarisatie- gegevens e.d.).

Tijdsinspanning

Voor de benodigde tijdsinspanning moet onderscheid worden gemaakt tussen de al gerealiseerde en nog te realiseren objecten. Voor de gerealiseerde projecten is een schatting gemaakt aan de hand van de vijf casussen van de tijd die nodig was om de nodige informatie te vergaren. De schatting kon niet anders dan grof zijn, aangezien in dit project de gehele systematiek nog ontwikkeld moest worden: de aanloop- verliezen kunnen aanzienlijk zijn. Het is denkbaar dat na verloop van tijd de tijdbehoefte kan worden teruggebracht. Veldwerk is buiten beschouwing gelaten. De geschatte benodigde tijd per casus wordt geschat op 12-28 uur(kruisjestabel) , 16- 34 uur (beknopte karakterisering) en 24-58 uur (beknopte evaluatie). In hoeverre de geselecteerde casussen in dit opzicht representatief zijn voor alle natuurontwikkelingsobjecten (omvang, complexiteit, kwaliteit archivering e.d.) is weinig te zeggen. Van deze casussen was er vooraf het vermoeden dat er redelijk wat informatie was die goed toegankelijk zou zijn. In dat opzicht mag worden verwacht dat deze schattingen voor benodigde tijd aan de lage kant zijn.

Gaan we gemakshalve uit van een gemiddelde van 0,5 - 1 week per object dan wordt duidelijk dat met het op landelijk schaal achterhalen en ordenen van de informatie veel tijd zal zijn gemoeid. Voor de objecten die reeds zijn gerealiseerd (circa 750, zie hoofdstuk 4) betekent dat een tijdsinspanning in grootte orde van 10-20 mensjaar. Wanneer deze inhaalslag grootschalig, systematisch wordt ingezet is wellicht een aanzienlijke tijdsbesparing mogelijk.

Voor de nog te realiseren objecten (700 à 950) kan de het verzamelen en archiveren van de informatie in het lopende werk worden opgenomen. Van de benodigde hoeveelheid tijd hiervoor hebben we geen schatting gemaakt.

Tabel 4. Benodigde tijd (per project) voor verzamelen en interpreteren van informatie tbv dossieraanleg en verwerking tbv beknopte evaluatie van reeds gerealiseerde natuurontwikkelingsprojecten. Reistijd, ontwikkelings- tijd, opslag in geautomatiseerde systemen e.d. zijn niet opgenomen.

Activiteit Tijd (uur) Opmerking

Lichten archieven beheerder,

DLG 2-6 Tijd sterk afhankelijk van kwaliteit archivering en organisatiegeheugen Toelichting beheerder

terreinbeheerder 1-4 Gaat om achterhalen niet gearchiveerde info die voor interpretatie verzamelde info van belang is.

Bezoek DLG,

archief/bibliotheek derden 2-4 Betreft projectrelevante info, die niet in beheerderarchief, maar centraal of bij DLG is opgenomen. Nagestreefde diepgang is sterk bepalend voor tijdsduur. Gegeven tijdschatting zit aan de

onderkant van range.

Klassificeren verzamelde info 3-6 Het gaat om het ‘thuisbrengen’ van de info in termen van de checklist Opstellen kruisjestabel 4-8 Omvang dossier bepalend voor

benodigde tijd

SUBTOTAAL 12-28