• No results found

Om de tweede onderzoeksvraag, ‘wat zijn de verwachtingen en meningen van de ondernemers ten aanzien van de economische effecten van de Regiotram in zowel in alle tramstraten in de Groningse binnenstad als in de Herestraat, Oosterstraat en de Gelkingestraat’, te beantwoorden is gekozen voor het afnemen van verschillende focus groepen en een enquête. De onderwerpen die gebruikt zijn bij de stellingen van de focus groepen en de vragen van de enquêtes zijn op elkaar afgestemd, zodat ze binnen dit onderzoek op elkaar aansluiten.

Focus groepen

Een focus groep is een methode die gebruikt wordt onderzoek om te doen naar de manier waarop mensen hun omgeving begrijpen en welke interactie deze mensen met hun omgeving hebben. Het voordeel van het gebruik van focus groepen ten opzichte van interviews is dat uitspraken van participanten binnen een focus groep in een sociale context geplaatst kunnen worden. Het gaat namelijk niet om de mening van één ondernemer, maar om het begrijpen en inzicht verkrijgen in het spectrum van de verschillende visies die een groep van individuen kan hebben over een bepaald onderwerp. De intentie van focus groepen is het creëren van voorwaarden en omstandigheden waarin debatten en discussies ontstaan, op basis van eigen ervaringen. Het gaat er hierbij om inzicht te krijgen in waarom men zo denkt als men denkt. De nadruk ligt in een focus groep dus in de eerste plaats op de interactie van de participanten onderling en niet op de interactie met de onderzoeker (moderator). Een beperking van deze methode is dat niet iedereen altijd evenwichtig aan het woord is over een bepaald onderwerp, het is de taak van de onderzoeker om dit zoveel mogelijk in goede banen te leiden, zonder dat er een inhoudelijke bijdrage wordt geleverd. Een tweede beperking is dat het moeilijk is het perspectief van elk individu te bepalen. De meerwaarde van het gebruik van focus groepen zit juist in de interactie tussen participanten. Een discussie kan gevoeligheden binnen het onderzoeksthema aan het licht brengen.

Binnen dit onderzoek zal er gebruik worden gemaakt van stellingen om discussie op gang te brengen. Deze stellingen zijn ingedeeld in verschillende thema´s.

Tracékeuze:

- De tram moet door de Oosterstraat / Gelkingestraat / Herestraat komen

- De tram kan beter door de binnenstad dan buiten de stad om (westrand / Diepenring) Inrichting straat:

- Een halte voor de deur is goed voor de klandizie

- Trams zijn veiliger dan bussen Imago straat en stad:

- De tram versterkt het imago van de stad

- De tram bevordert de klandizie en verhoogt de omzet

- Trams hebben een positieve invloed op het uiterlijk van de straat Bouwperiode:

- De voordelen van de tram wegen op tegen de overlast tijdens de aanlegperiode

Er is voor deze thema´s gekozen, omdat ze naar verwachting het brede scala van de bezorgdheden op het schaalniveau van de ondernemers beslaan. Deze stellingen zijn tijdens de avonden gebruikt als onderwerpen om het gesprek te leiden, maar zijn niet als stelling naar voren gebracht.

Verder is het van wezenlijk belang dat de primaire rol van de gespreksleider het faciliteren van de gehele conversatie tussen de deelnemers is en niet het interviewen van de participanten. De focus groepen zullen worden opgenomen zodat de dynamiek en de interactie van de discussie vastgelegd is.

Tenslotte is er besloten om de nadruk van de bijeenkomst meer te liggen op het betrokken maken en creëren van bewustzijn bij de ondernemers wanneer de opkomst niet hoog genoeg blijkt te zijn. Opzet focus groepen

Binnen dit onderzoek zal de focus liggen op het Binnenstadtracé (welke nader wordt toegelicht in hoofdstuk 4, omdat dit tracé de meeste gevolgen heeft voor het hart van de stad Groningen. Vervolgens is ervoor gekozen focus groepen te houden met ondernemers uit de Gelkingestraat, de Herestraat en de Oosterstraat. Dit zijn drie winkelstraten met elk een eigen uitstraling gelegen tussen het Zuiderdiep en de Grote Markt. De focus ligt op straten ten zuiden van de Grote Markt in plaats van straten ten noorden van de Grote Markt, omdat dit het meer dynamische deel van de binnenstad is (Gemeente Groningen, 2008a). Hiernaast is in de visie Binnenstad Beter (Gemeente Groningen, 1992) al gesproken over de aanleg van een tram in de Oosterstraat, wanneer de vervoersvraag dat zou toestaan.

De eerste stap van de focus groep was het uitnodigen van ondernemers uit de drie straten. Om contact te kunnen leggen met de ondernemers werd een zogenaamde bemiddelaar benaderd, via wie dit contact gefaciliteerd zou kunnen worden. De ‘Groninger City Club’ heeft een aantal actieve ondernemers aangedragen, die waarschijnlijk zouden willen participeren in een focus groep. In de Herestraat en in de Oosterstraat zijn elk tien ondernemers op persoonlijke titel uitgenodigd, in de Gelkingestraat waren dit er acht. Voor zover mogelijk zijn deze uitnodigingen persoonlijk

overhandigd. De eerste reeks avonden vonden plaats op 2 en 4 juni 2008 en waren gepland vóór de Publieksmanifestatie van de RegioTram op 5, 6 en 7 juni 2008. Dit omdat de ondernemers op deze manier het voorrecht zouden hebben eerder geïnformeerd te zijn dan de overige burgers, deze avonden vonden plaats in de Oosterboog, het kantoor van Project RegioTram. Voor drie bijeenkomsten waren er twee avonden beschikbaar, twee bijeenkomsten vonden plaats om 18:30 en één om 20:30. Achteraf bleek dat het late tijdstip niet goed aansloot bij de ondernemers en diens werktijden.

De opzet van de focus groep was als volgt, de ondernemers, de onderzoeker en de projectleider (dhr. Rob van Vliet) zullen zich met een korte introductie aan elkaar voorstellen. Vervolgens zal er een presentatie door de onderzoeker plaatsvinden waarin wordt verteld over de aanleiding van Project RegioTram en waar al snel gefocust wordt op de straat van de aanwezige ondernemers. Na de presentatie zal er een discussie op gang worden gebracht aan de hand van eerder genoemde stellingen die door de onderzoeker zijn voorbereid om de meningen en verwachtingen van de ondernemers inzichtelijk te maken. Aan het einde van de avond wordt geïnventariseerd of de ondernemers een dergelijke avond graag willen herhalen met meer ondernemers uit de straat. De hele focus groep wordt vastgelegd (audio) om later uitgewerkt te worden tot een uitgebreid verslag, waarin de dynamiek en issues van de participanten duidelijk naar voren komt.

De uitvoering

Uiteindelijk bleek de opkomst bij de alle drie avonden onder verwachting. Bij de Herestraat was een ondernemer aanwezig, waardoor er geen mogelijkheid bestond tot discussie met andere ondernemers. Bij de Oosterstraat betrof de opkomst vier ondernemers en bij de Gelkingestraat waren het er twee. Omdat dit aantal niet voldoende was voor een kwalitatief goede focus groep is besloten deze avonden als bijeenkomsten met ondernemers te beschouwen1. De nadruk verschoof naar het informeren van de ondernemers per straat over de ontwikkelingen rondom de tram en werden de ondernemers in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen. Verder is er meer nadruk komen te liggen op het betrekken van de ondernemers bij het project en het creëren van draagvlak tijdens deze avonden. Het academisch belang van deze avonden heeft het daarom uiteindelijk afgelegd tegen het politieke en is zo minder wetenschappelijk verantwoord geworden.

Tijdens de avond zijn de stellingen niet expliciet naar voren gebracht, maar gebruikt als leidraad voor het lopende gesprek. Ook is de verslaglegging achteraf gezien de lage opkomst uiteindelijk meer gericht op de meningen van de ondernemers, dan op de dynamiek van wat zich tussen de deelnemers plaats vond. Desondanks heeft dit nuttige resultaten opgeleverd. De onderzoeker en projectleider waren op deze avonden voor zover mogelijk begeleiders van het gesprek, al was er zo nu en dan ook sprake van participatie, terwijl dat in de eerste instantie niet de intentie was. Aan het einde van de eerste avonden is er voor de Herestraat besloten geen gevolg te geven aan deze bijeenkomsten. De ondernemers uit de Oosterstraat waren zeker geïnteresseerd in een tweede avond, het uitnodigen van medeondernemers hebben de aanwezige ondernemers zelf opgepakt. Project RegioTram heeft voor deze vervolgavond wederom de ruimte ter beschikking gesteld. Deze tweede avond verliep vergelijkbaar met de eerste bijeenkomst, de opkomst was vijftien ondernemers.

1

De ondernemers van de Gelkingestraat hadden reeds een afspraak met werknemers van ROEZ en vijftien ondernemers wat betreft de plannen voor de straat op de korte termijn (tot dat de aanleg van de tram gaat beginnen). Bij deze avond is de onderzoeker aanwezig geweest om kort het project toe te lichten en vragen van de ondernemers te kunnen beantwoorden. Het was niet mogelijk om van deze bijeenkomst alsnog een focus groep te maken, omdat deze avond met een volledig ander doel was geïnitieerd door de Gemeente Groningen, de tram maakte hier een onderdeel van uit. De ervaring met deze bijeenkomsten is dat de aanwezige ondernemers erg geïnteresseerd zijn in de ontwikkelingen en zich erbij betrokken voelen. De meningen waren vaak verdeeld, waardoor de discussie goed op gang bleef. Het algehele gevoel van deze avonden is, met uitzondering van de Herestraat, dat het vruchtbare bijeenkomsten zijn geweest. Na deze vijf avonden heeft er geen bijeenkomst meer plaatsgevonden in het kader van dit onderzoek. Wel hebben alle aanwezige ondernemers hun namen doorgegeven, om ze op de hoogte te houden over het project, deze ondernemers hebben reeds een participatie verslag ontvangen.

Evaluatie

Het is mogelijk dat de lage opkomst te maken heeft met het tijdstip van de bijeenkomst. Zeker voor de ondernemers die om 20:30 waren uitgenodigd kan dit een ongelukkige tijd zijn, omdat het niet direct aansluit op de werkdag. Maar ook voor de ondernemers die om 18:00 zijn uitgenodigd kan het een verlenging van de werkdag betekenen. Dit is mogelijk een drempel geweest om naar de bijeenkomst te komen. Verder is het mogelijk dat ondernemers niet geïnteresseerd genoeg waren in het project, aangezien het nog redelijk onbekend was. Ook kan het zijn dat de visie van de ondernemers voornamelijk op de korte termijn is gericht in plaats van op de lange termijn ontwikkelingen. De urgentie van participatie kan daardoor niet goed genoeg zijn overgekomen bij de ondernemers. Verder moesten de focus groepen uit praktisch oogpunt op een zeer korte termijn gepland worden, wat de opkomst negatief beïnvloed kan hebben.

Van tevoren is bepaald dat het doel van de bijeenkomsten bereikt zou zijn wanneer er inzicht zou zijn in de verschillende verwachtingen en meningen van de ondernemers uit de drie mogelijke tramstraten over de komst van de RegioTram. Verder was het van belang dat het verhaal over de tram duidelijk bij de ondernemers zou aankomen. Tenslotte ging het erom dat de ondernemers de urgentie van het betrokken zijn bij Project RegioTram zouden inzien. Deze doelen zijn door de bijeenkomsten gehaald, zeker wanneer de uitkomsten worden gecombineerd met de afgenomen enquêtes onder de ondernemers. Er is een beter inzicht gekomen in de verwachtingen die de ondernemers hebben over de komst van de tram en wat ze van het hele project vinden. Ook bleken de ondernemers zich meer betrokken te voelen bij de ontwikkelingen rondom te komst van de tram die mogelijk door de eigen straat komt.

Enquêtes

Naast de focus groepen zijn er 213 bruikbare enquêtes afgenomen als onderdeel van dit onderzoek. De thema’s die hierin behandeld zijn de waardeveranderingen van vastgoed, de verwachtingen wat betreft omzet, de mogelijkheden voor laden en lossen, de bereikbaarheid voor voetgangers en fietsers, het uiterlijk van de straat, de verkeersveiligheid, het algemene effect dat de tram kan hebben op de onderneming en de voorkeuren voor de verschillende tracé’s.

Doel is om de meningen en verwachtingen van zoveel mogelijk ondernemers in de mogelijke tramstraten in de binnenstad inzichtelijk te maken. Enquêtes zijn hiervoor een goede methode, want het voordeel is dat het onderwerp breed kan worden benaderd. Nadeel is dat het niet goed mogelijk is dieper op de antwoorden van de respondenten in te gaan. Deze enquêtes zijn afgenomen door bij de ondernemers in de straten langs te gaan. Het voordeel hiervan is dat veel meer ondernemers te bereiken zijn dan door schriftelijke enquêtes. Het kost tijd en moeite, maar uiteindelijk zijn de resultaten direct beschikbaar, omdat niet gewacht hoeft te worden tot de formulieren zijn geretourneerd. Per saldo levert dit voordelen op en kan hierdoor het aandeel respondenten hoger liggen dan bij schriftelijke enquêtes.

De enquêtes zijn uitgevoerd door studenten van de Hanzehogeschool Groningen, in samenwerking met dit onderzoek. Binnen dit onderzoek is een aantal deel- en onderzoeksvragen opgesteld, waarna de studenten van de Hanzehogeschool Groningen deze vragen hebben gebruikt als basis voor het opstellen van de vragen voor de enquêtes. Op deze manier kunnen de twee onderzoeken beter met elkaar vergeleken worden. In de eerste plaats was het de bedoeling dat de enquêtes een deel uit zou maken van dit onderzoek. Bij nader inzien bleek dat het voor beide onderzoeken niet gunstig uit zou pakken wanneer de onderzoeker de verantwoordelijkheid voor de enquêtes zou dragen. Het zou er onder andere op neer komen dat de aanpak en uitvoer van de enquêtes volgens dezelfde wetenschappelijke methoden zouden moeten zijn. Ook bleek dat het de werkbaarheid van beide onderzoeken niet zou bevorderen, nog los van het feit dat het begeleiden van de studenten van de Hanzehogeschool te ver af ligt van het doel van het onderzoek. Daarom is ervoor gekozen de enquêtes door de studenten in een opzichzelfstaand onderzoek ‘Ondernemers over de RegioTram’ (2008) te verwerken, In de analyse naar de verwachtingen van de ondernemers is er gebruik gemaakt de gerealiseerde data uit dit onderzoek, dit is door de onderzoeker tot grafieken verwerkt.

H 4 Analyse literatuurstudie