• No results found

Vergelijking van de verschillende categorieën

3 De toestand van de bodem in Nederland

3.4 Vergelijking van de verschillende categorieën

In deze paragraaf worden de gemeten gehalten aan zware metalen categoriegewijs besproken. De categorieën worden benoemd per jaar waarin deze zijn bemonsterd (zie paragraaf 2.1, Tabel 1). In de volgende figuren wordt steeds de relatieve concentratie weergegeven, waarbij op de y-as het verloop van het categoriegemiddelde ten opzichte van de streef-/achtergrondwaarde is af te lezen. Een waarde boven de 1 betekent hier een overschrijding van de streef-/achtergrondwaarde.

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 1999-1 1999-2 2000-1 2000-2 2001-1 2001-2 2002-1 2002-2 2003-1 2003-2 re lat ie f g e halt e Zn /S W en Zn /AW ( -)

Average of Zn/SW Average of Zn/AW

Figuur 3.1 Concentratie zink 0-10 cm, relatief t.o.v. de streef-/achtergrondwaarde

Streefwaarde zink = 140 mg/kg (tot 2008).

Voor alle categorieën geldt dat de categoriegemiddelde waarden lager zijn dan de streefwaarde, bij 2003-2, diversen/löss, is de categoriegemiddelde waarde precies gelijk aan de streefwaarde. Er zijn enkele individuele bedrijven die de streefwaarde overschrijden:

- 2001-2 grasland/veen, overschrijding op 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,02 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 3,0 - 2003-2 diversen/löss, overschrijding op 35% van de locaties, maximum relatieve waarde 2,15. Achtergrondwaarde zink = 140 mg/kg (vanaf 2008).

Aangezien de streefwaarde en achtergrondwaarde gelijk zijn, geldt bovenstaande ook voor de achtergrondwaarde.

Interventiewaarden voor zink worden op geen enkel individueel bedrijf overschreden. Volgens Tabel 9 is zowel IW/SW als IW/AW gelijk aan 5,14 en dit is hoger dan de maximale waarde van 3,0 die in categorie 2002-2 waargenomen werd.

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 1999-1 1999-2 2000-1 2000-2 2001-1 2001-2 2002-1 2002-2 2003-1 2003-2 re latief geh a lt e Cu /S W en Cu /AW ( -)

Average of Cu/SW Average of Cu/AW

Figuur 3.2 Concentratie koper 0-10 cm, relatief t.o.v. de streef-/achtergrondwaarde

Streefwaarde koper = 36 mg/kg (tot 2008).

Voor alle categorieën geldt dat de categoriegemiddelde waarden lager zijn dan de streefwaarde. Er zijn een aantal individuele bedrijven die de streefwaarde overschrijden:

- 2000-1 intensieve veehouderij/zand, overschrijding op 5% van de locaties, max. relatieve waarde 1,01 - 2001-1 bouwland/zand, overschrijding op 10% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,28 - 2001-2 grasland/veen, overschrijding op 25% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,28 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding 10% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,07. Achtergrondwaarde koper = 40 mg/kg (vanaf 2008).

Aangezien de achtergrondwaarde minder streng is dan de streefwaarde kan het aantal overschrijdingen dalen. De categoriegemiddelde waarden overschrijden nergens de achtergrondwaarde.

Er zijn nog wel een aantal individuele bedrijven die de achtergrondwaarde overschrijden: - 2001-1 bouwland/zand, overschrijding op 5% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,15 - 2001-2 grasland/veen, overschrijding op 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,15. Interventiewaarden voor koper worden op geen enkel individueel bedrijf overschreden. Volgens Tabel 9 geldt tot 2008 IW/SW = 5,28 en vanaf 2008 geldt IW/AW = 4,75. Deze getallen zijn hoger dan de maximale waarde van 1,28 die in categorieën 2001-1 en 2001-2 waargenomen werden.

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 1999-1 1999-2 2000-1 2000-2 2001-1 2001-2 2002-1 2002-2 2003-1 2003-2 rel a ti ef g e h a lt e Cr /SW e n Cr/ A W ( -)

Average of Cr/SW Average of Cr/AW

Figuur 3.3 Concentratie chroom 0-10 cm, relatief t.o.v. de streef-/achtergrondwaarde

Streefwaarde chroom = 100 mg/kg (tot 2008).

Voor alle categorieën geldt dat de categoriegemiddelde waarden lager zijn dan de streefwaarde. Er zijn slechts bij een categorie individuele bedrijven die de streefwaarde overschrijden: - 2003-2 diversen/löss, overschrijding op 40% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,05. Achtergrondwaarde chroom = 55 mg/kg (vanaf 2008).

Aangezien de achtergrondwaarde strenger is dan de streefwaarde kan het aantal overschrijdingen stijgen. Er zijn nu 4 categorieën waarvan de categoriegemiddelde waarden de achtergrondwaarde overschrijden.

Er zijn nu ook meer individuele bedrijven die de achtergrondwaarde overschrijden:

- 1999-1 grasland ext/zand, overschrijding op 10% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,08 - 1999-2 grasland int/zand, overschrijding op 10% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,18 - 2001-1 bouwland/zand, overschrijding op 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,62 - 2001-2 grasland/veen, overschrijding op 35% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,30 - 2002-1 bouwland/zeeklei, overschrijding op 85% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,37 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding op 95% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,40 - 2003-1 grasland/zeeklei, overschrijding op 100% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,34 - 2003-2 diversen/löss, overschrijding op 100% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,90. Interventiewaarden voor chroom worden op geen enkel individueel bedrijf overschreden. Volgens Tabel 9 geldt tot 2008 IW/SW = 3,8 en dit is hoger dan de maximale waarde van 1,05 die in categorie 2003-2 waargenomen werd. Voor de periode vanaf 2008 is geen interventiewaarde voor chroom bekend.

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 1999-1 1999-2 2000-1 2000-2 2001-1 2001-2 2002-1 2002-2 2003-1 2003-2 re lat ie f g e halt e C d /SW e n Cd /AW ( -)

Average of Cd/SW Average of Cd/AW

Figuur 3.4 Concentratie cadmium 0-10 cm, relatief t.o.v. de streef-/achtergrondwaarde

Streefwaarde cadmium = 0,80 mg/kg (tot 2008).

Alleen de categoriegemiddelde waarde van categorie 2003-2, diversen/löss, overschrijdt de streefwaarde. Er zijn ook individuele bedrijven die de streefwaarde overschrijden:

- 2000-1 intensieve veehouderij/zand, overschrijding op 10% van de locaties, max. rel. waarde 1,47 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding op 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 2,47 - 2003-2 diversen/löss, overschrijding op 90% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,79. Achtergrondwaarde cadmium = 0,60 mg/kg (vanaf 2008).

Aangezien de achtergrondwaarde strenger is dan de streefwaarde kan het aantal overschrijdingen stijgen. Er zijn nu 2 categorieën waarvan de categoriegemiddelde waarden de achtergrondwaarde overschrijden.

Het aantal individuele bedrijven die de achtergrondwaarde overschrijden, is met slechts 10% gestegen: - 2000-1 intensieve veehouderij/zand, overschrijding op 10% van de locaties, max. rel. waarde 1,96 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding op 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 3,29 - 2003-2 diversen/löss, overschrijding op 100% van de locaties, maximum relatieve waarde 2,39. Interventiewaarden voor cadmium worden op geen enkel individueel bedrijf overschreden. Volgens Tabel 9 geldt tot 2008 IW/SW = 15,0 en vanaf 2008 geldt IW/AW = 21,7. Deze getallen zijn hoger dan de maximale waarde van 3,29 die in categorie 2002-2 waargenomen werd.

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 1999-1 1999-2 2000-1 2000-2 2001-1 2001-2 2002-1 2002-2 2003-1 2003-2 rel a it ef g e h a lt e P b /S W en Pb/A W (- )

Average of Pb/SW Average of Pb/AW

Figuur 3.5 Concentratie lood 0-10 cm, relatief t.o.v. de streef-/achtergrondwaarde

Streefwaarde lood = 85 mg/kg (tot 2008).

Voor alle categorieën geldt dat de categoriegemiddelde waarden lager zijn dan de streefwaarde. Er zijn een aantal individuele bedrijven die de streefwaarde overschrijden:

- 2001-2 grasland/veen, overschrijding op 20% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,86 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding 10% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,49. Achtergrondwaarde lood = 50 mg/kg (vanaf 2008).

Aangezien de achtergrondwaarde strenger is dan de streefwaarde kan het aantal overschrijdingen toenemen. Alleen de categoriegemiddelde waarde van 2001-2, grasland/veen, overschrijdt nu de achtergrondwaarde.

Er zijn nu ook veel meer individuele bedrijven die de achtergrondwaarde overschrijden:

- 2000-1 intensieve veehouderij/zand, overschrijding op 5% van de locaties, max. relatieve waarde 1,43 - 2002-2 bodemlaag bos/zand, overschrijding op 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,68 - 2001-1 bouwland/zand, overschrijding op 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,68 - 2001-2 grasland/veen, overschrijding op 40% van de locaties, maximum relatieve waarde 3,16 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding op 20% van de locaties, maximum relatieve waarde 2,53 - 2003-1 grasland/zeeklei, overschrijding op 5% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,24 - 2003-2 diversen/löss, overschrijding op 10% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,13. Interventiewaarden voor lood worden op geen enkel individueel bedrijf overschreden. Volgens Tabel 9 geldt tot 2008 IW/SW = 6,23 en vanaf 2008 geldt IW/AW = 10,6. Deze getallen zijn hoger dan de maximale waarde van 3,16 die in categorie 2001-2 waargenomen werd.

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 1999-1 1999-2 2000-1 2000-2 2001-1 2001-2 2002-1 2002-2 2003-1 2003-2 re la ti ef geh a lt e Ni/S W en Ni/AW ( -)

Average of Ni/SW Average of Ni/AW

Figuur 3.6 Concentratie nikkel 0-10 cm, relatief t.o.v. de streef-/achtergrondwaarde

Streefwaarde nikkel = 35 mg/kg (tot 2008).

Alleen de categoriegemiddelde waarde van categorie 2002-2, grasland/rivierklei, overschrijdt de streefwaarde. Er zijn ook individuele bedrijven die de streefwaarde overschrijden:

- 2001-2 grasland/veen, overschrijding op 5% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,07 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding op 50% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,11 - 2003-2 diversen/löss, overschrijding op 5% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,04. Achtergrondwaarde nikkel = 35 mg/kg (vanaf 2008).

Aangezien de streefwaarde en achtergrondwaarde gelijk zijn, geldt bovenstaande ook voor de achtergrondwaarde.

Interventiewaarden voor nikkel worden op geen enkel individueel bedrijf overschreden. Volgens Tabel 9 geldt tot 2008 IW/SW = 6,0 en vanaf 2008 geldt IW/AW = 2,86. Deze getallen zijn hoger dan de maximale waarde van 1,11 die in categorie 2002-2 waargenomen werd.

0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 1999-1 1999-2 2000-1 2000-2 2001-1 2001-2 2002-1 2002-2 2003-1 2003-2 re la ti ef geh a lte Hg /S W en Hg /A W (-)

Average of Hg/SW Average of Hg/AW

Figuur 3.7 Concentratie kwik 0-10 cm, relatief t.o.v. de streef-/achtergrondwaarde

Streefwaarde kwik = 0,30 mg/kg (tot 2008).

Voor alle categorieën geldt dat de categoriegemiddelde waarden lager zijn dan de streefwaarde. Er is slechts een categorie waar individuele bedrijven de streefwaarde overschrijden:

-2001-2 grasland/veen, overschrijding op 10% van de locaties, maximum relatieve waarde 2,04. Achtergrondwaarde kwik = 0,15 mg/kg (vanaf 2008).

Aangezien de achtergrondwaarde strenger is dan de streefwaarde kan het aantal overschrijdingen stijgen. Alleen de categoriegemiddelde waarde van 2001-2, grasland/veen, overschrijdt nu de achtergrondwaarde.

Er zijn nu ook veel meer individuele bedrijven die de achtergrondwaarde overschrijden:

- 2001-1 bouwland/zand, overschrijding op 20% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,52 - 2001-2 grasland/veen, overschrijding op 30% van de locaties, maximum relatieve waarde 4,08 - 2002-2 grasland/rivierklei, overschrijding op 15% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,67 - 2003-1 grasland/zeeklei, overschrijding op 5% van de locaties, maximum relatieve waarde 1,59. Interventiewaarden voor kwik worden op geen enkel individueel bedrijf overschreden. Volgens Tabel 9 geldt tot 2008 IW/SW = 33,3 en dit is hoger dan de maximale waarde van 2,04 die in categorie 2001-2 waargenomen werd. Voor de periode vanaf 2008 is geen interventiewaarde voor kwik bekend.