• No results found

Verdiencapaciteit Stad en Tuinbouw

Ambitie

De ambitie van de Greenport is het bedienen van de lokale en regionale markt in aanvulling op de nationale en inter- nationale markt. Het rechtstreekse (nabije) contact met de eindconsument leidt tot nieuwe ervaringen en inzichten die ook relevant zijn voor de positie van de ondernemers in de lange ketens. De lokale of regionale thuismarkt is een test locatie voor nieuwe producten en diensten. Ook is aan de orde de verwevenheid van voedselproductie met andere functies zoals zorg en educatie. De maatschappelijke waar- de van deze activiteiten heeft een uitstraling op de hele sector en zorgt bijvoorbeeld ook voor toestroom van nieuwe werknemers en/of ondernemers uit de nabij gelegen stad. Randvoorwaarden

Om de ambitie te kunnen realiseren moet ten aanzien van de verschillende bouwstenen aan een aantal randvoorwaarden worden op gebied van:

• Ruimtelijke ordening: verbreding assortiment (polycultu- res), verscheidenheid aan productiesystemen (ten behoeve van educatie), toelaten van andere functies naast produc- tie, aantrekkelijk vormgegeven kassen en buitenruimte, plaatsen waar producent en consument elkaar direct kunnen ontmoeten (markten, beurzen, enzovoort)

• Infrastructuur: fijnmazig wegen en paden netwerk, zo mo- gelijk gescheiden van vrachtverkeer en snelverkeer, goede bewegwijzering, openbaar vervoer

Randvoorwaarden

• Mag oud glas zijn, 2-4ha; • Groente en kruiden kas, 4 ha; • Bloemistenkas, 10ha;

• Verschillende uitvoeringen;

• Demonstratie tuinders en open field; • In en op gebouwen (high-tech, zoals LED).

• Directe leveranciers (25-40 km); • Fijnmazige stadsdistributie (last mile)

• Randstedelijke groothandelsmarkten (bijv. ABC Westland, Spaanse polder, Forepark Den Haag);

• Centrale markten (openlucht en/of overdekt); • Webshop verdeel centra.

• Lightrail/people mover; • Recreatieve (fiets)routes;

• Flexibele planologische bestemmingen.

• Crossovers met ander sectoren (Cambridge Innovation

Center);

• Markt en organisatie innovaties door samenwerking met stedelijke partijen inclusief eindconsumenten;

• Alternatieve financieringsmodellen (crowdfunding, etc.); • Stedelijke reststromen o.a. water en nutriënten, energie.

• Wonen tussen of vlakbij de productie;

Stad en Tuinbouw PRODUCTION INFRASTRUCTUUR KENNIS EN INNOVATIE LOGISTIEK HANDEL EN TOELEVERING ENERGIE EN WATER WONEN

Kansen

De directe ligging van de Greenport tussen stedelijk gebied geeft kansen voor korte ketens. Korte ketens vragen om een fijnmazig netwerk. De verdeelpunten dichtbij de stad kunnen binnen dit fijnmazig netwerk knopen van distribu- tie en handel zijn. Voor Den Haag denken we dan aan ABC Westland en voor Rotterdam aan het Groothandelsterrein in de Spaanse polder. De vraag uit de stad geeft ook kansen voor meer diversiteit in de productie. Bestaande kassen die te klein of verouderd zijn kunnen een tweede leven krijgen door ze te benutten voor kleinschalige en niche producten. Ze sluiten daarmee aan op een (soms nog latente) markt- vraag uit het stedelijke gebied. Snel schakelen tussen consument en teler is daarvoor van belang (customer inti- macy). Door snelle directe verbindingen met de grootstede- lijke agglomeraties in de Euregio (London, Parijs, Berlijn) kan deze vraag opgeschaald worden waardoor er een nieuw economisch model ontstaat.

De opgedane kennis rond het organiseren van de korte ke- ten kan internationaal tot waarde gebracht worden in sterk verstedelijkte gebieden waar men lokale productie capaci- teit ontwikkelt voornamelijk voor de lokale vraag (stedelij- ke zelfvoorzieningsgraad vergroten).

Een groot aantal projecten op het gebied van natuur en recreatie zijn in uitvoering of gepland, onder andere ten aanzien van de vaarrecreatie, ruiter- en fietsrecreatie en ecologische verbindingszones. Versterking van dit systeem voor fiets en ov geeft nieuwe kansen. Leegstaande tuin- derswoningen zijn in deze verdiencapaciteit niet perse een belemmering, maar vormen zelfs een kans vanwege de veelheid aan functies die hierin zou kunnen plaatsvinden. Knelpunten en opgaven

De schaal van de huidige productie is dermate groot dat een uitsluitende focus op de regionale of lokale markt niet genoeg omvang zal hebben om het complex als geheel in stand te houden (bijvoorbeeld de zelfvoorzieningsgraad van tomaten is 290%, ofwel ongeveer een derde van de tomaten wordt momenteel in Nederland geconsumeerd, Terluin 2011, p.8). Het gaat dus om een (nieuwe) balans tussen lokale en internationale afzet. De doorsnee tuinder is echter productie georiënteerd en heeft (nog) geen affiniteit met afzet en eindconsument.

Vaak zijn juist ook grootschalige bedrijven met keten verkorting bezig, omdat zij de meerwaarde hiervan inzien voor productontwikkeling en diepgaande kennis van de markt. Het optimaliseren van de logistiek is een uitdaging omdat het (vooralsnog) om relatief kleine stromen gaat via afzetkanalen die relatief veel handling vragen (mark- ten, webshop, enzovoort). Er is afgelopen tientallen jaren relatief weinig geïnvesteerd in de groothandel en consu- menten markten, de groothandelsmarkt ABC Westland is een uitzondering. Het vernieuwen en uitbreiden van de korte keten infrastructuur vergt investeringen, die de indivi- duele bedrijven te boven gaat. Er moet ruimte komen in de bestemming van het glas, om naast productie ook recreatie, educatie, zorg en/of zelfs horeca te kunnen toelaten. Het creëren van synergie tussen verschillende functies is een uitdaging, evenals het bemensen van de diverse functies met voldoende personeel (als een ondernemer alles zelf wil blijven doen leidt dit tot spanningen in de arbeidsorgani- satie).

Rol overheden

Aanpassing van bestemming leegstaand glas en leegstaande tuinders woningen. Mede investeren (naast bijvoorbeeld EU EFRO- en/of POP3-budgetten) in korte keten infrastruc- tuur. Meehelpen in het expliciteren van de stedelijke vraag naar het lokale product (grootverbruik, retail). Voorkomen van wildgroei in distributie hubs en logistieke oplossingen, waardoor ladingstromen verwateren en het voor niemand rendabel is.

10