• No results found

Verdere benutting van de mogelijkheden die samenwerking biedt

Allereerst kan de samenwerking met de opsporingsdiensten (nog) verder worden benut. Opsporingsdiensten zijn veelal actief in voor de NMa relevante sectoren en kunnen - nog meer dan nu al gebeurt - een

signaleringsfunctie vervullen door onregelmatigheden met betrekking tot mededinging te identificeren en door te geven aan de NMa. Dit is toegenomen in de afgelopen jaren, maar het bewustzijn bij opsporingsdiensten dat ze van waarde kunnen zijn voor de NMa kan nog verder worden ontwikkeld (en vice versa). De NMa dient hierbij rekening te houden met het feit dat haar samenwerkingspartners een andere scope hanteren en niet altijd met een ‘mededingingsbril’ naar hun sectoren (kunnen) kijken.

Een ander aandachtspunt is het beter benutten van mogelijkheden tot informatie-uitwisseling binnen de huidige juridische kaders. Zowel binnen als buiten de NMa bestaat soms nog te veel het beeld dat het uitwisselen van informatie met andere partijen, bijvoorbeeld opsporingsdiensten die opereren onder het strafrechtelijke regime, als gevolg van de doelbeperking in de Mededingingswet (op basis van artikel 90 en 91) juridisch in zijn geheel niet mogelijk is. Echter, sommige informatie, zoals marktinformatie, kan wel degelijk worden gedeeld.

117

Ook zou een verdieping van de samenwerking op strategische onderwerpen de doelmatigheid en

doeltreffendheid nog verder kunnen vergroten. Samenwerkingspartners betrekken elkaar in toenemende mate bij visie- en agendavorming, maar dit gebeurt in een groot aantal bilaterale relaties nog in beperkte mate. Tot slot noemen we hier het belang van het van het vasthouden van de aandacht voor de internationale beleidsontwikkeling (naast de nationale beleidsuitvoering). Die internationale participatie en samenwerking met internationale collega-toezichthouders en andere partners is belangrijk omdat steeds meer vraagstukken internationaal worden geregeld.

118

BIJLAGE 1:GLOBAL COMPETITION REVIEW

De Global Competition Review (GCR) vergelijkt jaarlijks de belangrijkste mededingingsautoriteiten in de zogenaamde ‘Rating Enforcement’.76 In 2000 werd de eerste editie uitgebracht, en in 2009 werden inmiddels 38 landen vergeleken.

De Rating Enforcement komt tot stand op basis van informatie die de autoriteiten zelf aanleveren en op basis van de meningen van experts uit een geselecteerd panel van academici, economen, mededingingsadvocaten en bedrijfsjuristen.Iedere mededingingsautoriteit wordt gevraagd een vragenlijst in te vullen. De vragen hebben betrekking op onder andere het aantal medewerkers van de autoriteit, het budget, de activiteiten en de uiteindelijke resultaten zoals outcome-effecten binnen een specifieke markt.

De top-4 van de GCR wordt sinds 2004 gevormd door de UK’s Competition Commission, US Department of Justice Antitrust Division, US Federal Trade Commission en het DG Competition van de Europese Commissie, in de range van 4,5 tot 5 sterren.77 In 2004 kende de GCR aan de NMa vier sterren toe, in 2005 3,75 sterren en in 2008 en 2009 werd de NMa met 3,5 sterren gewaardeerd.78 Daarmee staat de NMa net als in 2008 op de 9e positie van de ranglijst en staat daarbij net in het eerste kwartiel.

Waarde van de GCR

Op de vraag hoe de score van de NMa moet worden gewaardeerd is geen eenduidig antwoord te geven. De rating positioneert de verschillende toezichthouders ten opzichte van elkaar, en is gebaseerd op zowel kwantitatieve als kwalitatieve gegevens, en op zowel output als outcome. GCR geeft hierbij aan dat een vergelijking op absolute schaal onmogelijk zou zijn. Een lage ranking betekent dan ook niet dat een autoriteit ineffectief zou zijn op mededingingsgebied, zo stelt de GCR. Maar ook bij de vergelijking van NCA’s ten opzichte van elkaar dient een aantal belangrijke kanttekeningen gemaakt te worden bij zowel de aanpak als de

uitkomsten van de rating:

• Een eerste kanttekening betreft de interpretatieruimte van de definities en vragen in het onderzoek. Bijvoorbeeld: wat wordt bedoeld met ‘aantal blocked mergers’? Gaat het dan om een volledige ‘block’ of tellen de gevallen waarin remedies zijn geformuleerd (of als partijen hun melding hebben

ingetrokken) ook mee? Het is niet duidelijk hoe de verschillende NCA’s deze vraag in de afgelopen jaar geïnterpreteerd hebben. Ook is er de afgelopen jaren verschillende input met betrekking tot ‘budget’ aangeleverd. Zo werd in 2004 ook overhead meegerekend, maar bevat het genoemde budget op dit moment uitsluitend ‘personeel en onderzoek’ van de specifieke mededingingsafdelingen.

• Verder is de vragenlijst bijna elk jaar aangepast. Soms door toevoeging van extra vragen (bijvoorbeeld met betrekking tot strafrecht), soms door toevoeging van een toelichting op de vragen, onlangs door de restrictie van het aantal woorden per antwoord. Een vergelijking van de uitkomsten van de Ratings door de jaren heen is daardoor niet zomaar te maken. Ook bestonden voorheen geen restricties ten aanzien van het beantwoorden van de vragenlijst. Dit betekende dat de GCR soms hele lange antwoorden ontving van de NCA’s en soms uiterst beperkte antwoorden. Dit is de vergelijkbaarheid van de antwoorden niet ten goede gekomen. Sinds 2010 dient een vraag daarom in maximaal 300 woorden te worden beantwoord.

• Ook zijn de organisatiestructuren van de verschillende NCA’s door jaren heen veranderd. Bijvoorbeeld door de komst van de Energiekamer en Vervoerkamer in het geval van de NMa. Ook in andere landen geldt dat organisatorische veranderingen plaats hebben gevonden. Inmiddels wordt daarom in de vragenlijst niet meer naar totaalbudgetten gevraagd, maar alleen naar mededingingsgerelateerd budget. En tenslotte is een objectieve beoordeling van de aangeleverde gegevens moeilijk te maken. Voor outputcijfers geldt dat bijvoorbeeld het ‘aantal meldingen’ weinig zegt over de aard en de

76 Introductie van de Rating Enforcement 2009.

77

In totaal kunnen vijf sterren worden toegekend.

78

119

kwaliteit van die meldingen. Ook hangt de inbreng van de verschillende NCA’s sterk samen met de werkwijze van de medewerker die belast is met het invullen van de vragenlijst. Een nieuwe GCR-verantwoordelijke binnen de NCA betekent vaak een nieuwe aanpak. De NMa heeft een aantal richtlijnen opgesteld om dit verschil te voorkomen in de toekomst.

Genoemde kanttekeningen maken het onvoldoende mogelijk om op basis van de GCR uitspraken te doen over het functioneren van de NMa in vergelijking tot haar internationale counterparts. De beoordeling van

internationale partners over de rol en inbreng van de NMa in internationale overleggremia (zie ook het hoofdstuk over samenwerkingsrelaties) zijn in dit opzicht meer betekenisvol.

120

BIJLAGE 2:LIJST GEÏNTERVIEWDEN

In totaal zijn 140 gesprekspartners geïnterviewd. De interviews zijn zowel binnen de NMa als bij partijen en personen buiten de NMa gehouden.

Interviews binnen NMa