• No results found

5.1.1

Nationale coördinatie

Een werkgroep heeft zich gebogen over de evaluatie van het Faraoplan dat in 2003 werd opgemaakt door toenmalig staatsecretaris Kathleen Van Brempt en door de daaropvolgende ministers verder werd opgenomen in hun beleidsplan. De werkgroep heeft op basis van een aantal analyses zelf een aantal conclusies geformuleerd en voor een aantal vragen werd een vragenlijst overgemaakt aan de regionale directiehoofden.

Deze evaluatie had zowel tot doel de interne werking van de algemene directie als de reali- satie van het nationaal plan op het terrein na te gaan. Voor de belangrijkste conclusies zie punt 5.1.3.

Op vraag de regionale directiehoofden werden 3 deskundigen aangesteld voor een bijko- mend onderzoek van een ernstig arbeidsongeval. Hiervoor werd rekening gehouden met de verzochte specialisatie en de locatie van het onderzoek. De databank van de deskundigen werd systematisch geactualiseerd.

In het kader van de verdere uitwerking van het ontwerp KB over “verzwaard risico” en “het bonusmalus systeem” werden 10 vergaderingen bijgewoond samen met de beleidscel van de minister, Assuralia (wetverzekeraars), FOD Economie en het Fonds voor Arbeidsongeval- len.

In 2007 werd de vertegenwoordiging in het Technisch comité van het Fonds Arbeidsonge- vallen aangepast.

Voordrachten in de bijscholing preventieadviseurs te Malle en voor Cresept te Brussel en te Malle

5.1.2

Kwantitatieve analyse van het proces in de afdeling regionaal

toezicht

5.1.2.1

Aantal dossiers EAO

Er zijn 6.285 dossiers geopend.

5.1.2.2

Verdeling van de dossiers volgens de initiator

Aantal

Werkgever 3.359 Fonds voor arbeidsongevallen 1.798

Auditeur 388 Interne dienst voor preventie en bescherming 278

Andere 192 Inspecteur 136 Externe dienst voor preventie en bescherming 134

Onder “andere” is verstaan: uitzendkantoren, werknemers gebruikers, onderaannemers, werkgeversorganisaties, werknemers, vakbonden, externe diensten voor technische contro- le, hoofdbestuur, andere directies en andere.

5.1.2.3

Gemiddeld aantal dagen tussen de datum van het ongeval

en het ontvangen van het omstandig verslag

Van de 6.285 geopende dossiers zijn er slechts 4.253 dossiers weerhouden om dit gemid- delde te berekenen (dossiers zonder ongevaldatum en zonder ontvangen omstandig verslag en waarvan de data onwaarschijnlijk waren zijn geschrapt)

Het gemiddeld aantal dagen dat het omstandig verslag is binnengekomen na het ongeval is 41 dagen

5.1.2.4

Kwaliteitsbeoordeling van het omstandig verslag door de

inspecteur

De inspecteurs beoordelen het initieel ontvangen omstandig verslag op hun kwaliteit en dit geeft onderstaande verdeling.

%

Bijkomend onderzoek vereist 1%

Onaanvaardbaar 1% Aanvaardbaar 42%

Minder goed 7%

Goed 43%

Zeer goed 6%

Bij deze beoordeling is gekeken naar de duidelijkheid en de diepgang van de gevonden oor- zaken en van de voorgestelde maatregelen door de preventiedienst, alsook naar het actie- plan van de werkgever.

5.1.2.5

Kwaliteitsbeoordeling van het omstandig verslag door de

inspecteur in functie van de opsteller (EDPB of IDPB)

Van de ontvangen omstandige verslagen zijn 38% afkomstig van een EDPB en 62% van de IDPB.

Beoordeling EDPB IDPB

Bijkomend onderzoek vereist 0,7% 1,0%

Onaanvaardbaar 0,7% 1,0% Minder goed 4,0% 10,6% Aanvaardbaar 37,6% 44,0% Goed 50,8% 38,6% Zeer goed 6,2% 4,8% Conclusies:

o De ontvangen omstandige verslagen van de EDPB worden iets beter beoordeeld dan

deze afkomstig van de IDPB;

o Onze diensten ontvangen veel te weinig verslagen vanuit de EDPB omdat het merendeel

van de ongevallen gebeuren bij kleine ondernemingen waar het ongevalonderzoek dient te gebeuren door een preventieadviseur van de EDPB. Op dit ogenblijk zijn de EDPB niet altijd op de hoogte van het ernstige ongeval of kiezen bepaalde ondernemingen om de meerkost voor het onderzoek van het ongeval door de EDPB niet op zich te nemen en dus geen omstandig verslag te laten opmaken.

5.1.2.6

Aantal dossiers met een uitzendkracht als slachtoffer

Er zijn 8,5% van de omstandige verslagen die betrekking hebben op een slachtoffer dat te werk gesteld is als uitzendkracht.

5.1.2.7

Onderzoeken ter plaatse

Aantal

Evaluatie van omstandig rapport 498

Opvolging maatregelen 94

Vraag van de auditeur 39

Onmiddellijk: blijvende ongeschiktheid 39 Onmiddellijk: dodelijk ongeval 21

Onderzoek ter plaatse 691

Geen onderzoek ter plaatse 889

Leeg 3.102

Geen onderzoek ter plaatse 3.991 Totaal 4.682

Onderzoek ter plaatse 15%

Geen onderzoek ter plaatse 85% 5.1.2.8

Vragen voor bijkomende inlichtingen bij gesloten dossiers

Administratieve inlichtingen Totaal Geen bijkomende inlichtingen nodig 4.492 Bijkomende inlichtingen nodig 190

Totaal 4.682

4%

Administratieve inlichtingen: datum ongeval, naam van de werkgever, …

Inhoudelijk inlichtingen Totaal Geen bijkomende inlichtingen nodig 4.419 Bijkomende inlichtingen nodig 263

Totaal 4.682 6% Inhoudelijke inlichtingen: omschrijving van het ongeval, primaire, secundaire en tertiaire

oorzaken (indien relevant), preventiemaatregelen, actieplan werkgever, …

5.1.2.9

Aantal ingediende voorlopige verslagen bij gesloten dossiers

Totaal Geen voorlopig verslag 4517

Voorlopig verslag 165

Totaal 4682 4%

5.1.2.10

Overzicht van de opsteller van het omstandig verslag

Totaal EDPB 1130 IDPB 1843 Geen info 1709 4682 EDPB 38% IDPB 62% Deze verdeling is gebaseerd op de 2.973 omstandige verslagen waarvan de opsteller gere-

gistreerd is.

5.1.2.11

Positieve evaluatie (in percentage) van de verschillende

punten door het administratief personeel

Totaal

Identificatie van het slachtoffer 72%

Gedetailleerde beschrijving van de plaats van het ongeval 72% Gedetailleerde beschrijving van de omstandigheden 72% Vaststelling van primaire, secundaire en tertiaire oorzaken 70%

Aanbevelingen van IDPB/EDPB 70%

Lijst van personen betrokken bij de ongevallenonderzoek 67% Identificatie van degene die het verslag heeft opgemaakt 70% Lijst van personen aan wie een afschrift van het verslag werd opgestuurd 65% Beslissingen van de werkgever in verband met te nemen maatregelen 65% Actieplan voor de uitvoering van de maatregelen 62%

Advies van het comité PB 37%

5.1.2.12

Percentage van positieve evaluatie door de inspecteur van

het omstandig verslag van de verschillende punten

Totaal Uit de gedetailleerde beschrijving van de plaats van het ongeval kan een goed

beeld worden gevormd van de normale werkwijze 60%

Uit de gedetailleerde beschrijving van de plaats van het ongeval kan een goed

beeld worden gevormd van wat is misgelopen 60%

Het feitenmateriaal is concreet 60%

Het feitenmateriaal is objectief 59%

Akkoord met de vermelde primaire oorzaken 56%

Akkoord met de vermelde secundaire oorzaken 51%

Akkoord met de vermelde tertiaire oorzaken 29%

De aanbevelingen van de IDPB/EDPB zijn concreet 55%

De aanbevelingen van de IDPB/EDPB omvatten materiële maatregelen 44% De aanbevelingen van de IDPB/EDPB omvatten organisatorische maatregelen 55%

Totaal De aanbevelingen van de IDPB/EDPB omvatten een voorstel van planning en een

kostenraming 30%

Het comité PB, resp. de syndicale delegatie, is akkoord met het onderzoek uitge-

voerd door de IDPB/EDPB 28%

Het comité PB, resp. de syndicale delegatie, is akkoord met de aanbevelingen van

de IDPB/EDPB 27%

De werkgever houdt rekening met de door de IDPB/EDPB en het comité PB voor-

gestelde maatregelen 48%

Het actieplan van de werkgever houdt rekening met de aanbevelingen van de

IDPB/EDPB 52%

Het actieplan vermeldt duidelijk wie verantwoordelijk is voor de uitvoering van de

maatregelen en legt een duidelijke timing op 45%

5.1.2.13

Aantal en percentage van opgemaakte processen-verbaal