• No results found

Uitwerking woord(velden)

Getuigen, getuigenis ​(Noordergraaf, 2011 pp. 207-211)

● Geloofstaal en cultuurtaal: bekend uit onder andere de wet in de vorm van rechtspraak zoals: Gij zult geen vals getuigenis spreken. Toch is het in onze cultuur meer een woord uit de geloofstaal. In de Bijbel komt het veelvuldig voor.

● OT: getuigen komt voor in juridische zaken of in de vorm van Israël als Gods getuige (van Gods daden in de geschiedenis) maar ook de wet wordt soms getuigenis genoemd.

● NT: getuigen in een proces, zowel juridisch alsook het doorvertellen van feiten die iemand gezien heeft. In het NT is deze term bij uitstek een missionaire term in relatie tot verkondiging van Jezus Christus, maar ook hier op de achtergrond het juridische: het verkondigen van een waarheid die de verteller gezien heeft. Ook Gods Geest getuigt en werkt zo. Getuigen is dus een samenwerking tussen Gods Geest en ons als mensen. In Johannes komt het woord vaak voor. Alles getuigt dat Jezus God is met als doel mensen tot geloof te brengen (te overtuigen). In de tweede eeuw wordt getuige (​martus​) ook martelaar. Lijden om het getuigenis.

Gods volk is geroepen om te getuigen en heeft betrekking op: wat je zegt, wat je doet, wie je bent. ● Kern: Getuigen is een zeer belangrijk middel voor het verbreiden van het evangelie. We moeten getuigen van Gods daden en niet van onze eigen inzichten en emoties. Vertel welke grote daden God heeft gedaan (in de geschiedenis en in je persoonlijk leven).

Evangeliseren, (in)winnen, overtuigen ​(Noordergraaf, 2011 pp. 142-146)

● Geloofstaal en cultuurtaal: winnen wordt vandaag niet meer gebruikt als term voor overtuigen. Alleen nog in negatief zin zoals: ‘zieltjes winnen’. Evangeliseren is typisch christelijk. Het is het verspreiden van het evangelie: het goede nieuws van Jezus.

● Woorden: winnen wordt beperkt gebruikt, overtuigen komt iets meer voor in vooral het NT. Evangeliseren betekent: brengen van goede boodschap en komt van Hebreeuwse basar en Griekse euangelizein.

● OT: hier komt deze woordgroep vooral voor als het goede nieuws in Jesaja waarin God Zijn volk zal verlossen uit de ballingschap.

● NT: in het NT komen deze woorden veelvuldig voor in de volgende vormen:

○ Verkondiging van het Koninkrijk van God; concreet door de komst van Jezus en zichtbaar in tekenen. Zeer groot nieuws omdat er zolang naar uitgekeken was.

○ Evangeliseren door Jezus en de apostelen; Jezus overwon de dood en dat veranderde alles. God was naar deze wereld gekomen en een absoluut nieuwe tijd brak aan. Dit moest verkondigd worden door toespraken en lesgeven, iedere dag, zowel in tempel als thuis. Opvallend is de kernboodschap aan de heidenen namelijk dat Jezus heer is van alle volken en dat door Hem iedereen geoordeeld zal worden (Hand 10:36, 13:32 en 14:15).

○ Winnen en redden; Jezus noemt dit woord als Hij het heeft over een afgedwaalde broeder die teruggewonnen moet worden. Dit doe je onder vier ogen waardoor dit aspect ook breder wordt dan alleen prediken voor een groep. Winnen staat hier in de context van iemand redden. Er moet dus iets volgen op de verkondiging. Dit woord heeft meer actie in zich.

○ Overtuigen; dit is niet alleen intellectueel en heeft niet alleen betrekking op een discussie. Heeft ook iets in zich van ontmaskeren. Wie is iemand echt (overtuigen van zonde)

● Kern: evangeliseren is verkondigen dat Gods regering is aangebroken in Jezus Christus. Het doel is mensen winnen voor dit Koninkrijk zodat ze niet geoordeeld worden.

Gemeenschap, deel hebben aan ​(Noordergraaf, 2011 pp. 188-191)

● Geloofstaal en cultuurtaal: bijbelse gemeenschap gaat heel diep in op de tere relatie met God. In onze huidige cultuur heeft het woord een seksuele betekenis of heeft het betrekking op groepen. ● Woorden: in het OT komt het niet voor, in NT wel bij zowel Paulus als Johannes.

● OT: gemeenschap staat in relatie tot God als koning met een speciale relatie met Zijn volk die gerelateerd is aan een liefdeshuwelijk.

● NT: het woord komt voor in het gebed van Jezus waarin Hij bidt om de eenheid tussen de gelovigen. Deze wordt vergeleken met de gemeenschap tussen Jezus en de Vader. Lukas beschrijft deze gemeenschap in Handelingen als hij schrijft over de eerste christengemeenten. De gelovige waren één van hart, ze volharden in gemeenschapsbeoefening en dat was zeer wervend. Paulus spreekt en beveelt zowel horizontale gemeenschap (emoties en materie met elkaar delen, maar ook het ontvangen geloof delen buiten de gemeenschap) als verticale gemeenschap aan (de eenheid met Christus). Het verticale staat wel voorop. Gemeenschap in Christus (dood en opstanding) en met de Heilige Geest.

● Kern: De gemeenschap met God (Vader, Zoon en HG) en met elkaar is zowel een geloofs- als liefdesgemeenschap. Deze gemeenschap is zowel een gave als een opgave en dus een opdracht!

Navolging, volgen ​(Noordergraaf, 2011 pp. 407-411)

● Geloofstaal en cultuurtaal: ondanks een sterk Bijbels fundament binnen de westerse protestantse kring heeft dit begrip weinig invulling gekregen binnen het protestantisme. Binnen de Rooms-Katholieke Kerk is dit begrip meer vertaald als imitatie van de menselijke Jezus.

● Woorden: het komt vooral voor bij de evangeliën in het NT (Volg Mij, als opdracht)

● OT: in het OT wordt navolgen vooral in verband gebracht met achternalopen van andere goden. Voor de rest amper in combinatie met het navolgen van de Heere of JHWH. Dit komt wel voor bij de keuze van het volk Israël op de berg Karmel en in een iets minder duidelijke vorm in de context van de wolk/vuurkolom. Wel worden rabbi’s gevolgd. Als thema komt het wel veel voor in het Oude Testament, maar in de zin van ‘in Gods wegen wandelen’ niet. Als vorm van dankbaarheid zien we de oproep tot navolging wel in de context van God die redding bracht en daarom gehoorzaamheid vraagt.

● NT: het begrip navolging komt in het NT veel voor en wordt in direct verband gebracht met het volgen van Jezus op de aarde. Toch is er een verschil tussen de schare die Jezus ‘volgt’ en de discipelen die alles verlaten en Jezus volgen. In de zendbrieven roept Paulus op Christus te volgen, maar hij sluit met dit begrip ook aan bij de Hellenistische tijd waarin een voorbeeldig en goed persoon zoveel mogelijk na gedaan moest worden(imitatie). Zo moet Gajus het goede van Demetrius volgen. Maar Paulus roept ook vaak op hem zelf na te volgen. Met als doel, net als in Oude Testament en net als Jezus, navolgers van God te worden. Doe aan andere goed zoals God, Jezus en Paulus (wandelen in de liefde).

● Kern: Navolging is een term die niet zo leeft in de huidige westerse kerk. Autonomie staat voorop. Toch is navolging, zelfs in een slaafse vorm, een kern van discipelschap.