• No results found

3 Het prijsvraagtraject

3.3 De voorbereidingsfase van de zevende EO Wijersprijsvraag 2004 (2004 november 2005)

3.3.3 Uitwerking prijsvraagopdracht en opzetten organisatie

In het verlengde van de werkconferenties heeft het pro- jectteam in de tweede helft van 2005 een concrete prijsvraagopgave geformuleerd, inclusief een daarbij behorende organisatie. Al snel werd duidelijk dat de ontwikkelprijsvraag wellicht op Europese regelgeving en allerlei juridische aspecten zou stuiten. Daarom werd ervoor gekozen af te zien van de derde fase van de ontwikkel- prijsvraag, de concrete uitvoering als hoofdprijs. Wel bleef het nadrukkelijk de bedoeling het winnende ontwerp uit te (laten) voeren, indien mogelijk, door de prijswinnaar. Voor veel respondenten bleef echter het beeld bestaan dat de toekomstige winnaar de uitvoering van het winnende ont- werp als hoofdprijs zou winnen, en werd pas laat duidelijk dat dit niet automatisch het geval zou zijn. De uiteindelijke opgave voor deze ideeënprijsvraag is ondertekend door de Reconstructiecommissie Beerze Reusel (Ideeënprijsvraag

Beerze Reusel; Robuuste ecologische verbinding langs de Beerze – december 2005). Het document bevat ondermeer

een beschrijving van de verschillende functies en (te ontwik- kelen) waarden in het gebied, de ontstaansgeschiedenis van het landschap, de beleidskaders (reconstructieopgaven) en de mede daarop gebaseerde opgaven voor de REV (zie §2.2), uitgewerkt op drie niveaus: het stroomgebied van de Vijfde werkconferentie (27 mei 2005, Wageningen)

Met een grote (bestuurlijke) delegatie was ‘Brabant’ afgereisd naar Wageningen: Watergraaf Peter Glas was aanwezig, Sjef Jonkers werd vervangen door vice-voorzitter Frits Pijnenburg en gedeputeerde Paul Rüpp had een video- boodschap laten opnemen. De reacties waren positief. Er was een breed gedragen beeld dat Beerze Reusel door kon gaan met het organiseren van de prijsvraag (de prijsvraag- aanpak voor het IJmeer werd trouwens ook gehonoreerd). Het was tekenend toen Hans Leeflang aan het eind van de conferentie aan beide winnaars (IJmeer en Beerze Reusel) een fles champagne wilde overhandigen. Zonder aarzeling nam vice-voorzitter Pijnenburg die fles in ontvangst – een bewijs van het helder uitgekristalliseerde meervoudig profes- sionele opdrachtgeverschap voor de regio Beerze Reusel, vertelden veel betrokkenen achteraf – terwijl voor het IJmeer niemand op leek te willen staan.

Al na de derde werkconferentie – toen de vakjury vol lof was geweest over de aanpak van Beerze Reusel, had Sjef Jonkers de trots verwoord door te zeggen dat ‘Beerze Reu- sel de EO Wijersprijsvraag heeft gewonnen’ – en dat ge- voel was na de vijfde werkconferentie alleen maar sterker. Het gebied kon nu echt aan de slag.

Het prijsvraagtraject (BMF). Voorzitter was Noud Janssen van Waterschap De Dommel.

Jurering

Stichting en streek hebben –eveneens in het najaar van 2005- een ‘formule’ ontwikkeld voor de (organisatie van de) jurering. De werkgroep had in een eerder stadium al aangegeven grote waarde te hechten aan inbreng c.q. jurering vanuit de streek. Ook de vakjury had aangegeven grote waarde te hechten aan inbreng vanuit de streek. Om aan die wensen tegemoet te komen werd besloten naast de vakjury een streekjury in het leven te roepen. Daarbij werd de volgende formule bedacht:

• In de ideeënfase brengt de streekjury een advies uit aan de vakjury, waarbij de streekjury met name kijkt naar de mate waarin de inzendingen aansluiten bij lopende planvorming, kunnen rekenen op draagvlak in de streek en naar meer concrete uitvoeringsaspecten. De vakjury beoordeelt de inzendingen vooral op vakin- houdelijke aspecten. De vakjury is eindverantwoorde- lijke.

• In de uitwerkingsfase worden de rollen omgedraaid: de vakjury adviseert de streekjury. De streekjury heeft de eindverantwoordelijkheid voor de aanwijzing van de uiteindelijke winnaar. De verdeling van de aan- Beerze, de REV en vier sleutelprojecten, De Groote Beerze,

De Kleine Beerze, Bovenloop Grote Beerze en Dorpen aan de beek.

In de voorbereidingsfase was al in kaart gebracht welke partijen belangen in het gebied hadden, en welke kansen en bedreigingen zij voor het prijsvraagtraject zagen (zie bijlage 4) – en ook dat was input voor de inzenders. Op basis van dit document is samen met vertegenwoordi- gers van de EO Wijers Stichting een wervende prijsvraag- tekst opgesteld voor de prijsvraagkrant, die eind december 2005 door de stichting is gepubliceerd.

Organisatie

De projectorganisatie bestond aanvankelijk (en volgens de prijsvraagopgave) uit:

• de Reconstructiecommissie Beerze Reusel (de feitelijke meervoudige opdrachtgever);

• het projectteam Prijsvraag Beerze Reusel;

• de Bestuurlijke Werkgroep de Beerze (een subcom- missie van de Reconstructiecommissie Beerze Reusel en verantwoordelijk voor de uitvoering van REV de Beerze). De werkgroep bestond verder uit wethouders en ambtenaren van de gemeenten Eersel, Bladel en Oir- schot en ambtelijke vertegenwoordigers van de ZLTO, Brabants Landschap en de Brabantse Milieufederatie

Tegen de sTroom in

46

kennis zouden kunnen inbrengen. En in hun bijdrage minder vanuit belangen en meer vanuit de te realiseren kwaliteiten zouden redeneren, zodat ontwerpkwaliteit en kansen voor het gebied in de beoordeling van de streekjury beter gewaarborgd zouden zijn.

In het tweede besloten deel van het prijsvraagtraject zijn twee (ambtelijke) werkgroepen ingesteld voor de ondersteu- ning van de streekjury (begeleidingsgroep en expertteam). Bijlage 3 geeft een overzicht van de samenstelling van de verschillende jury’s en werkgroepen.

Ondertussen: gangbaar planvormingstraject gestart voor Kleine Beerze

Inmiddels was het waterschap datzelfde najaar gestart met een intensief traject van interactieve planvorming voor de herinrichting van De Kleine Beerze, waarin ook de opgave voor de REV werd meegenomen (zie §2.3).

3.4 Fase 1: Ideeënfase (december 2005 – juni