F.1
Field & Context
Persoon 1: Familie, gezinPersoon 2: Mensen in de woonomgeving
Persoon 3: We kunnen ook nog zeggen, mensen vanaf 65 die fysiek in orde zijn. En een bepaalde leeftijd vanaf wanneer fysiek achteruit gaat.
Persoon 2: Als je gezond bent en in ieder geval mobiel bent en ouderen die niet mobiel meer zijn. Persoon 3: Dat zijn kenmerken en geen personen.
Persoon 3: Best een beetje ironisch als het gaat om eenzaamheid. Als er namelijk iets mankeert dan komen er vanuit ziekenhuizen en doktoren allemaal mensen over de vloer voor je thuiszorg en andere hulp. Terwijl als je gezond bent moet je zelf alles thuis regelen. Dan komen de mensen niet aan de deur.
Persoon 1: Dat ligt eraan als je thuis woont en je hebt dagelijkse hulp nodig, bijvoorbeeld thuiszorg. Persoon 2: Verpleegkundigen dan?
Persoon 3: Zorgaanbieders.
Persoon 2: Hebben we dan nog vrienden in de binnenste cirkel? Persoon 2: Zullen we anders even die could be involved doen?
Persoon 3: Nou de gemeente in ieder geval, mensen die bij de gemeente werken. Persoon 4: Hadden wij al iemand die in de buurt woont?
Persoon 1: Dat kunnen bedrijven zijn, dat kan het onderwijs zijn. Persoon 4: Lotgenoten
Persoon 3: Ik zou het er buiten doen
Persoon 2: Sociale media kunnen we er best bij zetten.
Persoon 4: De buiten is toch de bedoeling voor degene die er baat bij hebben? Persoon 2: Ja
Persoon 4: Sociale media heeft er op zich geen baat bij, dat is meer de bedrijven niet het medium. Persoon 3: Je ontmoet toch mensen via sociale media?
Persoon 4: Ja
Persoon 2: Die hebben er zeker baat bij als ze een nog groter bereik hebben. Persoon 2: Vrijwilligers.
Persoon 2: Als we nu kijken naar bedrijven?
Persoon 4: Er is een schreeuwend tekort aan mensen natuurlijk. Persoon 2: Kunnen we dat specifieker maken?
Persoon 2: Misschien uitzendbureaus?
Persoon 3: In het onderwijs zie je het heel erg, in de gezondheidszorg zie je het. En het gaat in andere sectoren ook komen.
Persoon 2: Sport misschien?
Persoon 2: Ik zat ook te denken de buurt? Het is wel interessant, je had vroeger de melkboer en de kaasboer en nu hebben je die karren van picnic die terugkomen. Zullen we die gewoon opschrijven? Persoon 4: Ja, AH bezorgservice bijvoorbeeld ook. Persoon 2: Tafeltje dekje.
Persoon 1: Bij de gemeente heb je tegenwoordig ook van die huizen waar je nog wel zelfstandig woont, maar dan heeft het wel een soort van community.
Persoon 2: Ik fiets nu iedere dag langs de hoek van de Amstel, zit een sociteit voor ouderen. Persoon 4: Community services.
Persoon 3: Je bedoelt beschermd wonen?
Persoon 1: Ja je hebt wel je eigen huis, maar je hebt wel een huismeester. En je doet activiteit samen.
Persoon 2: Je hebt in Amsterdam heb je bijvoorbeeld ouderen die hun boot niet kunnen onderhouden dan zoeken ze jongeren die voor geld die boot kunnen onderhouden. Om het dan toch mogelijk te maken dat het onderhoud gedaan wordt.
Persoon 1: Best veel toch?
Persoon 3: Ja de 50 plus partij.
F.2
Values of stakeholders
Persoon 2: We moeten er dus 3 a 4 van binnen en van buiten selecteren? Persoon 4: Ja.
Persoon 2: Ik zet er eerst 4 voor binnen cirkel. Persoon 1: Ik doe dan wel buiten de cirkel.
F.3
Clusters
Persoon 4: Hebben we maar 2 clusters?
Persoon 3: Ja we moeten meer splitsen, we simplificeren te veel. Persoon 2: Ja, we maken het te algemeen, zorg is ook een cluster. Persoon 2: Werkgelegenheid kan ook een cluster zijn.
Persoon 1: Als we dit nou familie doen en we doen dit sociaal. Persoon 2: Ja dit is allemaal sociaal.
Persoon 2: We kunnen hier gewoon geld zetten. Persoon 4: Dit is de inner circle.
Persoon 3: Deze laatste 4 kunnen we niet plaatsen. Persoon 2: Participatie kan nog wel bij sociaal toch? Persoon 3: Ja.
Persoon 2: Passende zorg valt wel onder gezondheid. Persoon 4: Ja dit is een opvallend thema.
Persoon 3: Ja als het over ouderen gaat is dat wel een belangrijk thema.
F.4
Ideation
Persoon 3: Deze themas zijn allebei sociale problemen.
Persoon 2: Hier hebben we ook een duidelijk probleem, mensen stoppen met werken en er is een tekort aan arbeidskracht.
Persoon 4: Er is een tekort aan capaciteit en kwaliteit. Persoon 2: Hebben we nog een derde?
Persoon 4: De financile situatie zou je kunnen aanpakken door de ouderen in te zetten.
Persoon 1: Het probleem ontstaat dan wel dat ze het misschien fysiek niet aankunnen of ze kunnen niet mee met de technologie.
Persoon 3: Zouden we misschien kunnen teruggaan naar het begin? Want ik ben even de draad kwijt.
Persoon 2: Ja ik ook. Want volgens mij is het wel interessant wat je doet. Persoon 4: We kunnen themas combineren om het probleem te herdefiniren.
Persoon 1: Waarom moeten die mensen allemaal alleen wonen in zon groot huis? Wat nou als we ze samen voegen in zon groot huis.
Persoon 2: Ouderen online bereiken zouden we kunnen gebruiken. Persoon 4: We kunnen de communitys samenbrengen.
Persoon 3: Een soort platform creren?
Persoon 4: Ja dat zou kunnen, een soort marktplaats. Persoon 2: Ik denk dat we twee hele goede hebben zo.
Persoon 2: We kunnen ook nog wat verzinnen wat heel origineel is.
Persoon 4: Ik denk in de onderwijs sfeer, zouden we kennis deling kunnen bevorderen. Persoon 2: Een denktank voor het onderwijs.
Persoon 2: Of coaching.
Persoon 1: Levenslessen delen voor jongeren, ouderen advies. Levenslessen.
Persoon 4: Een soort carrireplanning voor jongeren die begeleid worden door ouderen. Ideaal voor de HR afdeling.
Persoon 1: Zouden de IT bedrijven de technologie het makkelijker kunnen maken? Mijn vader was laatst zijn DigID wachtwoord kwijt, wat voor stappen je daarvoor moet doorgaan is belachelijk. Persoon 2: Het vervelende is dat de mensen die belazerd worden met bankzaken dat zijn ouderen. Die zijn het makkelijkste te phishen. Als je het dus makkelijk maakt levert dat veiligheidsproblemen op.
Persoon 4: We moeten zo snel mogelijk over na de biometrics dus. Persoon 2: Zouden we voor IT jongeren aan ouderen kunnen koppelen? Persoon 3: Wat jij zegt over die DigID klopt wel. Die drempel is er. Persoon 4: Ja dat is wel een probleem voor ouderen inderdaad.
Persoon 4: Ik denk dat ouderen heel snel het overzicht kwijt zijn. Waar moeten ze nou online hun informatie vinden. Wat dat betreft zou een ouderen startpagina ook een idee zijn.
Persoon 1: Misschien moeten we een student aan huis in verzorgingstehuis zetten.
Persoon 1: Er is niemand die je kan bellen als je problemen hebt met je DigID wachtwoord. Persoon 4: Maar dan moet hij er wel fysiek zitten.
Persoon 2: Helpdesk voor IT vragen dus? Persoon 3: Ja
F.5
Feasibility & Viability
Persoon 2: Wat zijn de sterke en zwakke punten van het probleem? Persoon 4: Ja hoe match je de jongeren en de ouderen?
Persoon 1: Misschien matcht het wel qua expertise maar niet qua persoonlijke click. Persoon 4: Eigenlijk moet je dus een soort dating app hebben, hoe zet je zoiets op? Persoon 2: Daar zit dus nog de zwakte in?
Persoon 3: Ja, wie kom je tegen?
Persoon 2: Wat kost het om zoiets op te zetten? Persoon 4: Ja is dit een sociaal of financieel iets? Persoon 1: Ja sociaal.
Persoon 4: Ja maar hoe verdien je er dan wat aan.
Persoon 1: Maar er bestaat toch al een soort buddy project.
Persoon 2: Is het niet interessant, om de kennis van die dating app toe te passen op zon buddy systeem los.
Persoon 3: Ja inderdaad.
Persoon 2: Wat moeten we nog onderzoeken of de innovatie feasible of viable is? Persoon 4: Is het er niet al?
Persoon 4: Ik zou het ook gaan prototypen of een pilot runnen. Persoon 2: Ik zit ook te denken, zit iedereen op te wachten. Persoon 4: Je kan dan toch een pilot draaien?
Persoon 2: Maar je kan ook zonder pilot dat doen, gericht onderzoek naar je doelgroep. Persoon 4: Is het financieel haalbaar?
Persoon 2: Matching en selectie moeten we onderzoek naar doen.
Persoon 1: Dat is wel heel anders, het is een bestand concept op een nieuw probleem toegepast. Persoon 2: Wat zijn nog meer onze doelen? Stel je voor jullie zijn buddys, jij gaat hem coachen op project x, y of z.
Persoon 4: Ja je wilt dus een community bouwen die elkaar in stand houdt. Een soort linkedin waarin mensen kunnen connecten.
Small summary:
This group was able to do most of the phases with relative ease. There was a clear division within the group. One person was clearly the discussion leader. Another person wrote down everything on the templates. The other two individuals came up with ideas for the different templates. The ideation phase, was a phase this group clearly struggled with. At a certain point, one of the members says that he does not understand the meaning and the explanation of this exercise. After the instructor answered some questions of the individuals of the group, the exercise became more clear. The group had several solutions, and their best idea was the application of a solution from a different domain to this case study.