• No results found

3 Koude en Warmte Opslag in overheidsbeleid

4.4 Toetsingskader casestudies

Voor het onderzoeken van de cases is een toetsingskader opgesteld waarin de volgende dimensies, criteria en indicatoren zijn geformuleerd.

Systeem

Bij het systeem speelt een aantal technische aspecten een rol. De grootte van het systeem is belangrijk omdat er gekozen kan worden voor één groot systeem of meerdere kleine systemen. Bij grote systemen wordt gebruik gemaakt van grote bronnen die weinig warmte verliezen en de warme en koude bronnen kunnen in een groot systeem zo geplaatst kunnen worden dat ze elkaar niet beïnvloeden. Kleine systemen hebben minder ruimte nodig. Maar vele kleine systemen maken minder efficiënt gebruik van de ondergrond dan één groter systeem.

Omdat alle projecten zich in de stad bevinden kan de ruimte in de grond beperkt zijn. Er wordt dan ook gekeken of er, tijdens de ontwikkeling van het systeem, rekening gehouden is met andere vormen van grondgebruik. Daarnaast wordt gekeken of het systeem zuiniger met energie omgaat dan een conventioneel systeem, in hoeveel jaar het systeem terugverdiend is en of het in de toekomst mogelijk is het systeem te koppelen aan een ander systeem. Deze eigenschappen moeten een duidelijk beeld geven of het ‘duurzame’ KWO-systeem ook op een duurzame manier toegepast wordt.

Proces

Bij het opstarten van een project worden de verschillende actoren voor de start van het project geïnventariseerd. Als alle actoren duidelijk zijn is de volgende stap deze op tijd bij het project te betrekken. De mate waarin actoren geïnventariseerd en betrokken worden kan verschillen van een klein aantal betrokken bedrijven, tot het raadplegen van de omwonenden en verschillende overheidsinstanties. De manier en het tijdstip waarop actoren worden betrokken, heeft ook invloed op de kennis waarmee actoren kunnen bijdragen aan het project.

Voor het verdere verloop van het project is er vaak één partij die het proces gaat leiden. Dit kan de provincie, de gemeente of een marktpartij zijn, maar ook een samengestelde projectorganisatie is mogelijk. Vaak zal het een grotere partij zijn, zoals de betrokken provincie, gemeente of een woningbouworganisatie. Wanneer een duidelijke projectleider of projectleiding ontbreekt, bewust of onbewust, kan dit leiden tot vertragingen. Dan ontstaat de mogelijkheid dat partijen, buiten het project om, zaken gaan regelen.

De mate van samenwerking tussen de actoren en de beschikbaarheid van informatie hebben invloed op de kwaliteit van het samenwerkingsproces. Onderdeel hiervan is dat er informatie achtergehouden, of juist verschaft kan worden, waardoor de keuzes van andere partijen beïnvloed kunnen worden.

Rol van de overheid

De provinciale overheid is bij KWO-projecten altijd betrokken als vergunningverlener voor het grondwatergebruik. Daarnaast wordt KWO bij een groot project vaak opgenomen in gemeentelijke en provinciale plannen. Soms zijn de projecten door de grootte van het systeem ook verplicht een m.e.r.18-procedure te doorlopen. Wanneer de plannen en vergunningen op tijd geregeld worden, kan dat latere vertragingen voorkomen. Ook wordt

18 Milieueffectrapportage; dit is een procedure voor het inzichtelijk maken van de (milieu)gevolgen van een voorgenomen activiteit (Voogd, 1999, p. 164).

voorkomen dat achteraf plannen tegenstrijdig zijn of synergetische voordelen over het hoofd worden gezien.

Vaak hebben subsidies en andere beleidsinstrumenten die gebruikt worden, het doel om de toepassing van bijvoorbeeld duurzaam opgewekte energie te stimuleren. Wanneer deze subsidies verleend worden, is het de bedoeling dat hierdoor het aantal gebruikers van KWO toeneemt. Het aantal toepassingen van KWO is dus mede afhankelijk van de verstrekte subsidies en of die efficiënt zijn toegepast.

Daarnaast speelt de overheid een rol in de projectontwikkeling. Hierbij zijn vooral de provinciale en gemeentelijke overheid betrokken, maar in sommige gevallen ook de rijksoverheid in de vorm van het Ministerie van VROM. In paragraaf 3.3 zijn verschillende modellen besproken. Bij de cases zal daarom onderzocht worden met welk model de rol van de overheid overeenkomt. Vanuit deze rol zal gekeken worden naar de verschillende overheden die soms slechts een toetsende, maar vaak juist een participerende rol in de projecten vervullen. Ook wordt onderzocht welke instrumenten worden ingezet

Deze verschillende aspecten moeten een beeld geven van de betrokkenheid van de overheid. Ook moet duidelijk worden of dit op een efficiënte, integrale manier gebeurt.

Evaluatie

Voordat een KWO-systeem aangelegd kan worden moet voor de vergunningaanvraag al een ex-ante evaluatie plaatsvinden. Dit is verplicht onderdeel van de vergunningaanvraag omdat de ondergrond geen nadelige effecten mag ondervinden van het systeem. Daarnaast kan een uitgebreider onderzoek, dat naast nadelige effecten ook mogelijke synergetische effecten onderzoekt, uitgevoerd worden. Hierdoor kan inzicht verkregen worden in de mogelijkheid om kleinere systemen te vervangen door één groot systeem of juist andersom. Ook kan gekozen worden voor andere veranderingen die tot een beter gebruik van de ruimte en het systeem leiden.

Na afloop van het project is het voor veel partijen interessant om de resultaten te evalueren. Omdat KWO nog steeds een nieuwe techniek is zal onderzocht moeten worden of het wel op de meest efficiënte manier wordt toegepast en wat de gevolgen zijn voor de omgeving. Ook het evalueren van het proces kan nuttig zijn voor toekomstige projecten.