• No results found

H. Wetenschappelijk onderzoek

I. Theater en film

Ik heb geen training of erkend talent op dit vlak.

Ik heb opgetreden in het theater of in een film gespeeld.

Mijn acteerprestaties hebben lokale publiciteit gehad.

Ik heb een toneel -of filmproductie geregisseerd of geproduceerd.

Ik heb een prijs gewonnen voor mijn acteerprestaties in een toneelstuk of film.

Ik ben betaald om in een toneelstuk of film te acteren.

Ik ben betaald om een toneelstuk of film te regisseren.

Mijn werk heeft nationale publiciteit gehad.*

J. Koken

Ik experimenteer vaak met recepten.

Mijn recepten hebben lokale publiciteit gehad.

Mijn recepten zijn gebruikt in restaurants of andere openbare gelegenheden.

Er is mij gevraagd om eten te bereiden voor beroemdheden of VIP's.

Mijn recepten hebben een prijs gewonnen.

Ik heb een graad in gastronomie of culinaire kunsten.

Mijn recepten hebben nationale publiciteit gehad.*

K. Beschrijf andere creatieve prestaties die in de voorgaande vragen niet naar voren zijn gekomen:

Deel III.

Vink de zinnen aan die op jou van toepassing zijn.

1. Een van de eerste dingen die mensen over me zeggen als ze me voorstellen aan anderen is dat ik getalenteerd ben in een van de bovenstaande disciplines.

2. Mensen merken mij regelmatig aan als iemand met een 'artistiek temperament'.

Appendix B

A Dutch translation of the O-Life, by C. Veldkamp

Deze lijst bestaat uit een aantal uitspraken waarmee je het eens of oneens kunt zijn. Lees iedere uitspraak zorgvuldig en geef dan aan of de uitspraak op jou van toepassing is of niet. (yes/no answer)

1. Zie je in het donker wel eens vormen of figuren, terwijl die er eigenlijk niet zijn?

2. Zijn je gedachten wel eens zo sterk dat je ze bijna kunt horen?

3. Heb je wel eens gedacht dat je speciale, bijna magische krachten bezit?

4. Heb je wel eens een kwade geest om je heen gevoeld, ook al kon je die niet zien?

5. Denk je dat je zou kunnen leren om de gedachten van anderen te kunnen lezen?

6. Heb je wel eens dat je in de spiegel kijkt en je gezicht er anders uit lijkt te zien dan gewoonlijk?

7. Gaan je ideeën en inzichten soms zo snel dat je ze niet allemaal uit kunt drukken?

8. Kunnen sommige mensen, door enkel aan jou te denken, ervoor zorgen dat je aan hen denkt?

9. Lijkt een vluchtige gedachte wel eens zo echt dat je er bang van wordt?

10. Heb je het gevoel dat ongelukken worden veroorzaakt door mysterieuze krachten?

11. Heb je wel eens een onheilspellend gevoel zonder dat je begrijpt waarom?

12. Heb je het idee dat je reukvermogen af en toe ongewoon sterk is?

13. Vind je het gauw verwarrend als er teveel tegelijk gebeurt?

14. Heb je vaak moeite om te beginnen met dingen?

15. Heb je vaak stemmingswisselingen?

16. Zie je er tegenop om een ruimte binnen te gaan waar andere mensen al met elkaar aan het praten zijn?

18. Heb je vaak moeite je gedachten onder controle te houden?

19. Word je gemakkelijk door dagdromen van je werk afgeleid?

20. Heb je wel eens het gevoel dat mensen het moeilijk vinden om te begrijpen wat je zegt, omdat je woorden door elkaar haalt en ze je niet kunnen volgen?

21. Word je gemakkelijk afgeleid als je aan het lezen bent of met iemand praat?

22. Vind je het moeilijk om beslissingen te maken?

23. Vind je het vaak moeilijk om een gesprek te volgen als je in een drukke ruimte bent?

24. Zijn er maar weinig dingen die je leuk vindt om te doen?

25. Ben je te onafhankelijk om betrokken te zijn bij andere mensen?

26. Vind je het fijn als je rug gemasseerd wordt?

27. Vind je het leuk om naar de heldere lichten van een stad te kijken?

28. Voel je een intieme band met je vrienden?

29. Heeft dansen je altijd al een saaie of suffe bezigheid geleken?

30. Meng je je graag tussen de mensen?

31. Hou je ervan nieuw eten uit te proberen?

32. Vind je het vaak ongemakkelijk als vrienden je aanraken?

33. Ga je liever een avond alleen televisie kijken in plaats van uitgaan met andere mensen?

34. Zie je jezelf min of meer als een gemiddeld persoon?

35. Zou je het fijn vinden als andere mensen bang voor je zouden zijn?

36. Voel je vaak de neiging om geld uit te geven, terwijl je je dat niet kan veroorloven?

37. Ben je meestal in een soort gemiddelde/doorsnee stemming?

38. Heb je wel eens de behoefte om iets schadelijks of shockerends te doen?

40. Ga je je vaak te buiten aan alcohol of eten?

41. Heb je wel eens de behoefte om iets kapot te maken of stuk te slaan?

42. Heb je ooit de behoefte gehad om jezelf te verwonden?

43. Heb je vaak zin om het tegenovergestelde te doen van wat anderen zeggen, ook al weet je dat ze eigenlijk gelijk hebben?

Appendix C

A Dutch translation of the AQ, by R. Hoekstra

Deze lijst bestaat uit een aantal uitspraken waarmee je het eens of oneens kunt zijn. Lees iedere uitspraak zorgvuldig en kruis dan het antwoord aan dat het meest op jou van toepassing is. (four answering possibilities, ranging from ‘totally agree’ to ‘totally disagree’)

1. Ik doe dingen liever met anderen dan alleen.

2. Ik doe dingen het liefst steeds weer op dezelfde manier.

3. Als ik me iets probeer voor te stellen, kan ik me makkelijk een beeld voor de geest halen.

4. Ik word vaak zo door iets in beslag genomen, dat ik andere zaken uit het oog verlies.

5. Ik merk vaak geluidjes op die anderen niet opvallen.

6. Mijn aandacht wordt vaak getrokken door nummerplaten van auto’s, of soortgelijke rijtjes.

7. Andere mensen zeggen me vaak dat het onbeleefd is wat ik heb gezegd, terwijl ik zelf denk beleefd te zijn.

8. Als ik een verhaal lees, kan ik me gemakkelijk voorstellen hoe de personages eruit zouden kunnen zien.

9. Ik word gefascineerd door jaartallen en data.

10. In een groep mensen kan ik gemakkelijk verschillende gesprekken tegelijk volgen.

11. Ik vind sociale situaties gemakkelijk.

12. Mij vallen vaak details op die anderen niet zien.

13. Ik zou liever naar een bibliotheek gaan dan naar een feest.

14. Ik vind het gemakkelijk om verhalen te verzinnen.

15. Ik voel me meer aangetrokken tot mensen dan tot dingen.

16. Ik neig ernaar zeer sterke interesses te hebben, en ik raak van streek als ik die niet kan naleven.

18. Als ik praat, is het voor anderen niet altijd gemakkelijk om er een woord tussen te krijgen.

19. Ik word gefascineerd door getallen.

20. Als ik een verhaal lees, vind ik het moeilijk om achter de bedoelingen van de personages te komen.

21. Ik ben niet echt een liefhebber van het lezen van romans.

22. Ik vind het moeilijk om nieuwe vrienden te maken.

23. Ik merk steeds patronen op in dingen die ik zie.

24. Ik zou liever naar het theater gaan dan naar een museum.

25. Ik raak niet van streek als mijn dagelijkse routine wordt verstoord.

26. Ik merk vaak dat ik niet weet hoe ik een conversatie gaande moet houden.

27. Ik vind het gemakkelijk om ‘tussen de regels door te luisteren’ als iemand tegen mij praat.

28. Gewoonlijk concentreer ik me meer op het hele beeld dan op de kleine details.

29. Ik ben niet erg goed in het onthouden van telefoonnummers.

30. Kleine veranderingen in situaties, of in hoe iemand eruit ziet, merk ik meestal niet op.

31. Ik kan merken wanneer iemand die naar me luistert, verveeld raakt.

32. Ik vind het gemakkelijk om meer dan één ding tegelijk te doen.

33. Als ik telefoneer, ben ik er niet zeker van wanneer het mijn beurt is om iets te zeggen.

34. Ik vind het leuk spontaan iets te ondernemen.

35. Ik ben vaak de laatste die de clou van een grap begrijpt.

36. Ik vind het gemakkelijk om erachter te komen wat iemand denkt of voelt, alleen door naar zijn of haar gezicht te kijken.

37. Na een onderbreking kan ik heel snel terugschakelen naar waar ik mee bezig was.

38. Ik ben goed in praten over koetjes en kalfjes.

40. Toen ik klein was, vond ik het leuk om ‘doen-alsof’-spelletjes met andere kinderen te spelen.

41. Ik vind het leuk om informatie te verzamelen over bepaalde categorieën van dingen (bijv. automerken, vogel-, trein-, plantensoorten, etc.)

42. Ik vind het moeilijk om me voor te stellen hoe het zou zijn als ik iemand anders was.

43. Ik vind het prettig om alle activiteiten, waaraan ik deelneem, zorgvuldig te plannen.

44. Ik geniet van sociale gebeurtenissen.

45. Ik vind het moeilijk om achter de bedoelingen van anderen te komen.

46. Nieuwe situaties maken me angstig.

47. Ik vind het leuk om nieuwe mensen te ontmoeten.

48. Ik ben een goede diplomaat.

49. Ik ben er niet erg goed in de geboortedata van anderen te onthouden.

Appendix D

A Dutch translation of the SQ-R, by I. Volman

Lees elke stelling aandachtig en geef aan in welke mate je het met de stelling eens bent door de bijbehorende antwoordmogelijkheid aan te vinken. Er zijn geen juiste of foute antwoorden. Er zijn geen strikvragen. Let erop dat je elke vraag beantwoordt, anders is de test niet geldig! (four answering possibilities, ranging from ‘totally agree’ to ‘totally disagree’)

1. Ik vind het erg gemakkelijk om de dienstregeling van treinen te gebruiken, zelfs met meerdere aansluitingen.

2. Ik vind muziekwinkels en boekwinkels prettig, omdat ze duidelijk georganiseerd zijn.

3. Ik zou het niet leuk vinden om evenementen zoals benefieten, feesten en conferenties te organiseren.

4. Als ik iets lees vallen grammaticale fouten mij altijd op.

5. Ik merk dat ik mensen altijd in categorieën indeel (in mijn hoofd).

6. Ik vind het moeilijk om kaarten te lezen en te begrijpen.

7. Als ik naar een berg kijk denk ik aan hoe deze berg precies gevormd is.

8. Ik ben niet geïnteresseerd in de details van wisselkoersen, beursnoteringen, rentes en aandelen.

9. Als ik een auto zou kopen, zou ik specifieke informatie willen krijgen over de capaciteit van de motor.

10. Ik vind het lastig om te leren hoe ik videorecorders moet programmeren.

11. Als ik iets leuk vind, verzamel ik graag veel verschillende voorbeelden van dat type voorwerp, zodat ik kan zien hoe ze van elkaar verschillen.

12. Als ik een taal leer, raak ik geïntrigeerd door de grammaticale regels.

13. Ik vind het leuk om te weten hoe commissies georganiseerd zijn: wie de verschillende commissieleden zijn en wat hun functie is.

14. Als ik een verzameling had (bijvoorbeeld: cd's, munten of postzegels) zou deze hoogst georganiseerd zijn.

15. Ik vind het moeilijk om instructiehandleidingen voor het monteren van apparaten te begrijpen.

16. Als ik naar een gebouw kijk, ben ik benieuwd naar de manier waarop het precies gebouwd is.

17. Ik ben niet geïnteresseerd in begrijpen hoe draadloze communicatie werkt (bv. mobiele telefoons).

18. Als ik met de trein reis vraag ik me vaak af hoe het spoorverkeer precies gecoördineerd is.

19. Ik vind het leuk om catalogi van producten te bekijken, de details van elk product te zien en producten met elkaar te vergelijken.

20. Wanneer ik thuis iets niet meer heb, schrijf ik het altijd op een boodschappenlijst.

21. Ik weet, met redelijke precisie, hoeveel geld er op mijn bankrekening is binnen gekomen en uitgegaan.

22. Toen ik jong was vond ik het niet leuk om verzamelingen aan te leggen van bijvoorbeeld stickers, voetbalplaatjes, etc.

23. Ik ben geïnteresseerd in mijn familie stamboom en ik wil begrijpen hoe iedereen binnen mijn familie met elkaar verbonden is.

24. Als ik me met historische gebeurtenissen bezig houd, richt ik me niet op precieze data.

25. Ik vind het gemakkelijk te begrijpen hoe het kanssysteem werkt bij gokken.

26. Ik vind spellen die een hoge mate van strategie vereisen (bijvoorbeeld schaken en Risk) niet leuk.

27. Als ik over een nieuwe categorie leer, vind ik het leuk om in detail de kleine verschillen tussen de verschillende leden van die categorie te begrijpen.

28. Ik vind het niet vervelend als mensen waar ik mee leef mijn routines verstoren.

30. Ik kan grote hoeveelheden informatie onthouden over een onderwerp dat me interesseert, bv. wereldvlaggen of logo’s van vliegtuigmaatschappijen.

31. Thuis berg ik niet alle belangrijke documenten (zoals garantiebewijzen en verzekeringsdocumenten) goed op.

32. Ik ben gefascineerd door de werking van machines.

33. Als ik naar een meubelstuk kijk merk ik de details van de constructie niet op.

34. Ik weet erg weinig over de verschillende fases van wetgeving van mijn land.

35. Ik kijk meestal niet naar wetenschappelijke documentaires op de televisie en ik lees geen artikelen over wetenschap of de natuur.

36. Als iemand mij aanhoudt om de weg te vragen, kan ik de route naar elke plek in mijn woonplaats geven

37. Als ik naar een schilderij kijk, denk ik in het algemeen niet na over de gebruikte schildertechnieken.

38. Ik geef de voorkeur aan sociale interacties die gestructureerd zijn rondom een duidelijke activiteit.

39. Ik controleer mijn bonnetjes e.d. niet altijd met mijn bankafschrift.

40. Ik ben niet geïnteresseerd in hoe de regering is georganiseerd in verschillende ministeries en afdelingen.

41. Ik ben geïnteresseerd in het kennen van het pad dat een rivier volgt van zijn bron naar de zee.

42. Ik heb een grote collectie van bv. boeken, cd's, video’s.

43. Als er een probleem was met de elektrische bedrading in mijn huis, dan zou ik dit zelf kunnen oplossen.

44. Mijn kleding is niet gesorteerd op type kledingstuk in mijn garderobe.

46. Ik kan gemakkelijk visualiseren hoe de autowegen in mijn regio met elkaar verbonden zijn.

47. Als een verkiezing wordt gehouden ben ik niet geïnteresseerd in het resultaat van elk kiesdistrict.

48. Ik vind het niet bijzonder leuk om kennis te verwerven over historische feiten en personen.

49. Ik ben niet geneigd om de verjaardagen van mensen te onthouden (op welke dag en in welke maand ze jarig zijn).

50. Als ik door een landschap wandel ben ik benieuwd hoe de verscheidene soorten bomen van elkaar verschillen.

51. Ik vind het moeilijk om de informatie te begrijpen die de bank me stuurt over verschillende investeringen en spaarsystemen.

52. Als ik een camera zou kopen zou ik niet goed letten op de kwaliteit van de lens.

53. Als ik een computer zou kopen zou ik de precieze details willen weten over de capaciteit van de harde schijf en de snelheid van de processor.

54. Ik lees officiële documenten niet erg zorgvuldig.

55. Als ik bij de kassa van de supermarkt kom berg ik verschillende categorieën producten in aparte tassen.

56. Ik heb geen vaststaand systeem bij het schoonmaken van mijn huis.

57. Ik houd niet van diepgaande politieke discussies.

58. Ik ben niet uiterst nauwkeurig als ik in of om mijn huis klus.

59. Ik zou het niet leuk vinden om een bedrijfsplan te maken dat van begin tot eind de bedrijfsvoering beschrijft.

60. Als ik een stereo zou kopen zou ik de precieze technische eigenschappen hiervan willen weten.

61. Ik heb de neiging om dingen te bewaren die andere mensen misschien weg zouden gooien, voor het geval dat ze misschien bruikbaar zijn in de toekomst.

62. Ik vermijd situaties die ik niet kan controleren.

63. Ik vind het niet belangrijk om de namen te weten van planten die ik zie.

64. Als ik de weersvoorspelling hoor ben ik niet erg geïnteresseerd in de meteorologische kenmerken.

65. Ik vind het niet vervelend als dingen in het huis niet op hun vaste plaats staan.

66. Met betrekking tot wiskunde ben ik geïntrigeerd door de regels en patronen met betrekking tot nummers.

67. Ik vind het lastig om de weg te vinden in een onbekende stad.

68. Ik zou uit mijn hoofd de titels en auteurs van mijn 10 favoriete boeken op kunnen noemen.

69. Als ik de krant lees word ik aangetrokken door informatieve tabellen, zoals de voetbalcompetitie of de beursberichten.

70. Als ik in een vliegtuig zit denk ik niet aan de aerodynamica.

71. Ik houd geen huishoudboekje bij.

72. Als ik veel boodschappen moet doen vind ik het fijn om te plannen welke winkels ik ga bezoeken en in welke volgorde.

73. Als ik kook denk ik niet aan de precieze bijdrage van de verschillende bereidingswijzen en ingrediënten aan het uiteindelijke product.

74. Als ik naar een muziekstuk luister valt de structuur me altijd op.

75. Ik zou uit mijn hoofd een lijst van mijn favoriete tien liedjes kunnen maken, inclusief de titel en de naam van de artiest van elk liedje.

GERELATEERDE DOCUMENTEN