• No results found

Stijlboeken over persoonlijk gebruik social media

In document Online journalistieke etiquette (pagina 34-37)

4. Resultaten inhoudsanalyses

4.2 Overeenkomsten en verschillen in de stijlboeken van het AD, de NOS en het NRC

4.2.1 Stijlboeken over persoonlijk gebruik social media

In het stijlboek van het AD zijn geen topics met betrekking tot het persoonlijk gebruik van social media opgenomen (zie: tabel 4). De verklaring hiervoor is dat deze topics zeer specifiek geformuleerd zijn en het AD geen specifieke regels voor social media heeft opgesteld. Voor de gedragsregels voor iemands persoonlijke account heeft ook de NOS geen expliciete regels opgesteld. Alleen het NRC heeft bij zowel de topics over iemands account als de topics over de content die iemand plaatst, enkele lemma’s opgenomen.

Tabel 4: Gedragscodes persoonlijk gebruik

AD NOS NRC

Account

1. Verplichte vermelding van werkgever.

2. Op persoonlijke accounts verboden te vermelden dat je een journalist van een organisatie bent.

3. Gebruik je eigen naam op social media. 

32 5. Maak duidelijk of je posts op eigen naam of vanuit de

organisatie zijn.

6. Maak onderscheid tussen je persoonlijke en professionele account.

7. Gebruik één account voor persoonlijke en professionele doeleinden.

8. Plaats geen persoonlijke berichten op je professionele account.

± 9. Een verbod op het gebruik van social media tijdens

werkuren.

10. Verander je privacy- en profielinstellingen. 11. Houd je vriendengroep klein en beperkt.

Content

12. Blijf objectief als het gaat om politieke of maatschappelijke problemen.

13. 13.Pas op met het mengen van feiten en meningen. 

14. Geef persoonlijke belangen aan indien van toepassing. 15. Geef geen meningen over controversiële onderwerpen.

16. Breng de organisatie niet in diskrediet.  

17. Wees ervan bewust dat je de organisatie representeert.  

18. Verbod op het rechtstreeks retweeten (Twitter) of delen (Facebook) van berichten.

19. Controleer de betrouwbaarheid van een bron voordat je iets post.

 

Persoonlijk account

De eerste overeenkomst tussen het AD, de NOS en het NRC is dat alle drie de organisaties geen verplichting opleggen als het gaat om het in je bio vermelden van de werkgever. Een verbod op het vermelden van je functie en je werkgever, zoals voorheen bij ABC Australia (Opgenhaffen & Scheerlink, 2014) is eveneens niet opgenomen in de stijlboeken. Het NRC is het enige medium dat expliciet heeft vastgelegd dat redacteuren hun eigen naam gebruiken en hun functie in hun bio vermelden. Kanttekening is dat in specifieke gevallen onder pseudoniem mag worden meegekeken, maar deelnemen aan gesprekken mag alleen onder eigen naam:

“Luisteren en lezen op social media kan tot op zekere hoogte (dat wil zeggen zonder een complete valse identiteit te bouwen en exploiteren) onder pseudoniem. Actief deelnemen aan gesprekken of uitspraken ontlokken dient te gebeuren onder eigen naam.” – Stijlboek

33

Topic 8, over een verbod persoonlijke berichten op je professionele account, wordt ten dele onderschreven in het stijlboek van het NRC. Niet zozeer vanuit het oogpunt dat het verwarrend kan zijn voor volgers of lezers, maar vanwege een ander gevaar:

“We zijn terughoudend met publiceren over privé-informatie (hobby’s, voorkeuren) op openbare social media. Het kan leiden tot vervelende situaties en kwetsbaar of zelfs chantabel maken.” – Stijlboek NRC

Persoonlijke content

In het stijlboek van het AD en van de NOS komt topic 13, ‘pas op met het mengen van feiten en meningen’, niet voor. Een meer algemene variant is wél opgenomen in het stijlboek van het NRC:

“Wij hanteren een scheiding tussen feiten en commentaar (…). In de berichtgeving staan feiten centraal (en de context daarvan in duiding en analyse), niet de mening of persoonlijke voorkeur van de auteur. In opinies gaat het om persoonlijke standpunten.” – Stijlboek NRC

Hoewel het aannemelijk is dat alle gedragsregels in de stijlboeken zijn opgesteld om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen en eventuele blunders en imagoschade te voorkomen, heeft alleen de NOS expliciet gemaakt dat activiteiten op social media schadelijk kunnen zijn. De organisatie lijkt zich ervan bewust te zijn altijd onder een vergrootglas te liggen, aangezien ze onderdeel is van het publieke bestel:

“Ook al post je een bericht als privépersoon, door de buitenwereld wordt de mening van een NOS’er al heel snel als de mening van de NOS beschouwd. Vergelijk het met een NOS-collega die optreedt als gast in een tv-programma: die zit er nooit alleen namens zichzelf. Die beeldvorming blijkt in de praktijk lastig te corrigeren en kan een negatieve impact hebben op het imago van de NOS als neutrale, onbevooroordeelde nieuwsorganisatie. (…) NOS- medewerkers onthouden zich derhalve in alle media (inclusief social media) van mededelingen over en/of commentaar op interne NOS- en publieke omroep aangelegenheden, waarbij het niet uitmaakt of deze aangelegenheden bij het publiek reeds bekend zijn. Ook over zaken die in het publieke debat spelen en die een relatie hebben met de publieke omroep en/of de NOS, laten NOS-medewerkers zich niet in het openbaar uit.” – Stijlboek NOS

34

De laatste topic van tabel 4 gaat over het controleren van de betrouwbaarheid van een bron voordat je iets post. Met een beetje goede wil kun je de regel van het NRC ook onder dit topic scharen. Uit de formulering van de NOS kun je opmaken dat dit een ‘open deur lemma’ is. Het is een journalistieke basisprincipe, dat alleen het AD niet expliciet heeft gemaakt:

“Feitelijke informatie die niet ‘on the record’ is, staven wij zoveel mogelijk met een tweede of derde, schriftelijke of mondelinge bron.” – Stijlboek NRC

“Overbodig, maar voor de zekerheid toch genoemd, die snelheid mag natuurlijk nooit gaan boven de check en het op orde hebben van de feiten: Online ligt de journalistieke lat even hoog als bij al onze andere uitingen.” – Stijlboek NOS

In document Online journalistieke etiquette (pagina 34-37)