Hoofdstuk 4 Gebruik
4.4 Sensormenu
De onderstaande tabel toont het sensormenu voor de AN-ISE sc-sensor, AISE sc-sensor SENSORSTATUS
AN-ISE sc of AISE sc of NISE sc
ERROR LIST (Foutenlijst) Toont alle huidige foutmeldingen.
WARNING LIST
(Waarschuwingslijst) Toont alle huidige waarschuwingen.
22
Het laatst gebruikte menu wordt weergegeven.
De op dit moment actieve correcties worden weergegeven in Informatie.
NONE (GEEN) Geen MATRIX CORR. is geactiveerd
MATRIX 1 1-punts matrixcorrectie
NH4 + NO3 1 1-punts matrixcorrectie voor ammonium en nitraat
NH4 1,2 1-punts matrixcorrectie voor ammonium
NO3 1,3 1-punts matrixcorrectie voor nitraat
NH4 + K 1,2 1-punts matrixcorrectie voor ammonium en kalium
NO3 + CL 1,3 1-punts matrixcorrectie voor nitraat en chloride
NH4+K NO3+CL 1 1-punts matrixcorrectie voor ammonium, kalium, nitraat en chloride NEEM DIRECT EEN MONSTER EN
ANALYSEER DEZE OP HET LAB
Informatievenster: Wanneer dit venster verschijnt, moet het monster onmiddellijk worden genomen en in het laboratorium worden geanalyseerd.
WAARDECORR. 1
Voer 1-punts waardecorrectie uit
Het laatst gebruikte menu wordt weergegeven.
De op dit moment actieve correcties worden weergegeven in Informatie.
NH4–N 1
Parameter voor de 1-punts waardecorrectie selecteren NO3–N 1
WAARDE PUNT
Voer de waarden in voor de 1-punts waardecorrectie
Opmerking: Het onderstaande voorbeeld toont de invoerwaarde bij gebruik van een AN-ISE sc-sensor voor ammonium: Bij gebruik van de AISE sc-sensor geldt dezelfde invoerwaarde. Bij gebruik van de NISE sc kunnen alleen de nitraat- en chloridewaarden worden ingevoerd.
AN-ISE SC NH4–N Weergegeven ammoniumwaarde invoeren AN-ISE SC K Weergegeven kaliumwaarde invoeren
LAB NH4–N Laboratorium-ammoniumwaarde invoeren
INVOER COMPLEET Ingevoerde waarden bevestigen CORR. RESULT. Correctieresultaten weergeven
WAARDECORR. 2 Voer de 2-punts waardecorrectie uit
NH4–N 1
Parameter voor de 2-punts waardecorrectie selecteren NO3–N 1
WAARDE PUNT 1
Voer de waarden in voor de 2-punts waardecorrectie (eerste punt) Opmerking: Het onderstaande voorbeeld toont de invoerwaarde bij gebruik van een AN-ISE sc-sensor voor ammonium: Bij gebruik van de AISE sc-sensor geldt dezelfde invoerwaarde. Bij gebruik van de NISE sc kunnen alleen de nitraat- en chloridewaarden worden ingevoerd.
AN-ISE SC NH4–N Weergegeven ammoniumwaarde invoeren AN-ISE SC K Weergegeven kaliumwaarde invoeren
LAB NH4–N Laboratorium-ammoniumwaarde invoeren
INVOER COMPLEET Ingevoerde waarden bevestigen
SENSORMENU
WAARDE PUNT 2
Voer de waarden in voor de 2-punts waardecorrectie (tweede punt).
Opmerking: Het onderstaande voorbeeld toont de invoerwaarde bij gebruik van een AN-ISE sc-sensor voor ammonium: Bij gebruik van de AISE sc-sensor geldt dezelfde invoerwaarde. Bij gebruik van de NISE sc kunnen alleen de nitraat- en chloridewaarden worden ingevoerd.
AN-ISE SC NH4–N Weergegeven ammoniumwaarde invoeren AN-ISE SC K Weergegeven kaliumwaarde invoeren
LAB NH4–N Laboratorium-ammoniumwaarde invoeren
INVOER COMPLEET Ingevoerde waarden bevestigen CORR. RESULT. Correctieresultaten weergeven
VOLGENDE CORR. Overige matrixcorrectie-opties
GEEN Geen VOLGENDE CORR. is geactiveerd
MATRIX 2 Hier kunt u een 2-punts matrixcorrectie uitvoeren
NH4 1
Parameterselectie voor de MATRIX2-correctie.
NO3 1
MEET CONC 1 Slaat het huidige meetresultaat voor het eerste punt op
DATUM Geeft de datum van de huidige correctie weer van het eerste punt CONC. LABVALUE 1 Invoer en weergave van referentiewaarde voor het eerste punt MEET CONC 2 Slaat het huidige meetresultaat voor het tweede punt op
DATUM Geeft de datum van de huidige correctie weer van het tweede punt CONC. LABVALUE 2 Invoer en weergave van de referentiewaarde voor het tweede punt VORIGE CORR. Selectie van een van de laatst uitgevoerde correcties
SENSORCODE De sensorcode kan hier worden geactiveerd of ingevoerd
ACTIVATION (Activering) Activeert de sensorcode voor de afzonderlijke kanalen NH4 + K 1 Sensorcode voor ammonium en kalium activeren NO3 + CL 1 Sensorcode voor nitraat en chloride activeren
NH4+K NO3+CL 1 Sensorcode voor ammonium, kalium, nitraat en chloride activeren FACTORY CALIBRATION
(fabriekskalibratie) Activeert fabriekskalibratie
INPUT Invoer van de sensorcode
ENTER CORR. (corr. invoeren) De laboratoriumwaarden van de laatste matrixcorrectie kunnen worden gewijzigd
GEEF LABWAARDE (wordt weergegeven wanneer MATRIX 1 of MATRIX 2 wordt uitgevoerd)
Voer de laboratoriumwaarden in als MATRIX 1 of MATRIX 2 zijn geselecteerd
AMMONIUM 1,2 Invoer van ammonium-laboratoriumwaarde
NITRAAT 1,3 Laboratoriumwaarde voor nitraat invoeren
24
SENSORMENU
INFORMATIE Informatie over de per parameter gebruikte matrixcorrectie
NH4–N 1,2 Voor ammonium gebruikte matrixcorrectie
NO3–N 1,3 Voor nitraat gebruikte matrixcorrectie
K+ 1,2 Voor kalium gebruikte matrixcorrectie
CL 1,3 Voor chloride gebruikte matrixcorrectie
CONFIGUREREN
WIJZIG NAAM Naam invoeren of wijzigen.
Tot 10 alfanumerieke tekens
MEAS UNITS (MEETEENHEDEN) Selecteer mg/L of ppm als meeteenheid
PARAMETERS Selecteer NH4–N of NH4 en/of NO3–N of NO3
TEMP UNITS (TEMPERATUUREENHEDEN) Selectie van °C of °F als temperatuurseenheid
TEMP OFFSET Temperatuurafwijking invoeren
RESPONSTIJD Invoer van de responstijd (30 tot 300 sec)
DATALOG INTRVL Selecteer het dataloginterval (OFF, 30 sec, 1 min, 2 min, 5 min, 10 min, 15 min en 30 min), 5 min is de fabrieksinstelling
K+ COMPENSATE 1,2
Selectie automatische kaliumcompensatie:
Aan Uit
0 = compensatie UIT
0,1–2000 mg/L CL = vaste compensatiewaarde
SET K+ CONC 1,2 Alleen getoond als K+ COMPENSATIE is uitgeschakeld
CL COMPENSATIE 1,3
Selectie automatische chloridecompensatie:
Aan Uit
0 = compensatie UIT
0,1–2000 mg/L CL = vaste compensatiewaarde
SET CL CONC 1,3 Alleen getoond als CL COMPNSATE is UIT
FABRIEKSCONFIG Stelt de configuratie opnieuw in op de fabrieksinstellingen DIAG/TEST
SENSOR INFO Informatie over de aangesloten sensor
SENSORNAAM Naam van de aangesloten sensor
WIJZIG NAAM Serienummer of naam van de meetlocatie
SERIAL NUMBER (APP.NUMMER) Serienummer van de aangesloten sensor
SENSOR TYPE Instrumentaanduiding van de aangesloten sensor
CODE VERS Softwareversie
CAL DATA Gegevens van de geselecteerde MATRIX-correctie en informatie
over hoek en afwijking van de afzonderlijke kanalen, bijvoorbeeld
NH4–N 1,2 Voor ammonium geselecteerde matrixcorrectie
NO3–N 1,3 Voor nitraat geselecteerde matrixcorrectie
K+ 1,2 Voor kalium geselecteerde matrixcorrectie
CL 1,3 Voor chloride geselecteerde matrixcorrectie