• No results found

Ruimtelijke planning van Meerstad

In document Meerstad, meer duurzame energie (pagina 42-48)

Zeer complex

4.4 Ruimtelijke planning van Meerstad

Meerstad is door VROM (2007 d) gekenmerkt als voorbeeldproject ontwikkelingsplanologie, onder andere vanwege het open planproces en de gebiedsgerichte aanpak. Daarnaast heeft VROM Meerstad gedefinieerd als pilot-project PPS. In deze paragraaf wordt het planproces van Meerstad behandeld, waarbij een link wordt gelegd met de behandelde planningtheorie. De ontwikkeling van Meerstad is gefaseerd verlopen, waarbij verschillende plannen zijn opgesteld. Het proces is begonnen met de Regiovisie Groningen – Assen uit 1999. In dit document worden toekomstige ontwikkelingen aangeduid voor de regio rond de as Groningen – Assen, waarbij grensoverschrijdend wordt samengewerkt (Gemeente Slochteren en Groningen, 2006). Het document is opgesteld door de provincies Groningen en Drenthe en dertien gemeenten rond de voornoemde as. In deze Regiovisie wordt Meerstad (toen nog Groningen-Oost) genoemd als oplossingsrichting voor de groei van de gemeente Groningen en voor de groene en blauwe doelstellingen uit de Regiovisie. Het eerste Provinciaal Omgevingsplan (POP) Groningen uit 2000 gaat verder in op de ontwikkeling van Groningen-Oost. In het POP staat dat ten oosten van de stad Groningen een aantrekkelijk waterrijk woon- en recreatiegebied moet worden gerealiseerd. Daarvoor moet de procedure van een streekplanuitwerking worden gevolgd, waarbij de volgende uitgangspunten in acht moeten worden genomen (Provincie Groningen, 2000, p. 37):

- “ontwikkelen van een hoogwaardig woongebied door opwaardering van het landschap met bos en water;

- realiseren van woningen in het midden- en hoge segment van de woningmarkt; - woningbouw moet passen in het provinciaal woningbouwbeleid;

- mogelijkheden bieden voor recreatie, natuurontwikkeling en werken; - mogelijkheden voor waterberging nagaan;

- goede aansluitingen maken op de stad Groningen en het natuurontwikkelingsgebied Midden-Groningen.”

In maart 2001 hebben de betrokken publieke partijen een intentieovereenkomst voor de ontwikkeling van Meerstad getekend. Dit waren de provincie Groningen, gemeente Groningen en Slochteren, het ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), de Dienst Landelijk Gebied en het waterschap Hunze en Aa’s. Er is besloten tot het opstellen van een masterplan. Daarnaast werd besloten te onderzoeken of er mogelijkheden waren om samen te werken met private partijen. De doelstellingen van de intentieovereenkomst zijn (Ministerie van LNV, 2007):

- “de bouw van op termijn 8.000 woningen in het middensegment en het hogere segment; - de aanleg van een groot meer, gericht op buffering en berging van water;

- het creëren van een recreatieve trekker, onder meer in de vorm van het genoemde meer; - de ontwikkeling van een robuuste verbindingszone ter versterking van de ecologische

(hoofd)structuur van stad en regio;

- de aanleg van een nieuw, kwalitatief hoogwaardig landschap van substantiële omvang (GIOS13).”

Het samenwerkingsprotocol is in mei 2002 getekend, waardoor de deelname, van zowel de publieke als private partijen, aan het project officieel werd. Daarmee was de publiek-private samenwerking (PPS) een feit. De betrokken private partijen waren AM Grondbedrijf BV, Koop Holding b.v.14, Heijmans IBC Vastgoedontwikkeling B.V. en BPF Bouwinvest B.V. De doelstellingen uit de intentieovereenkomst zijn gehandhaafd in het samenwerkingsprotocol. Figuur 4.6, Positionering van Meerstad

Bron: Naar voorbeeld van De Roo (1999)

Voor de ontwikkeling van Meerstad zijn, zoals hiervoor vermeld, van elkaar afhankelijke doelen opgesteld. Wonen, werken en recreëren moeten samen gaan in een gebied waar natuur

13

Groen in en om de stad. GIOS is een programma uit het groenbeleid van de ministeries van VROM en Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).

14

Koop Holding b.v. is inmiddels vervangen door Hanzevast ontwikkeling bv.

Simpel

Complex

Zeer

complex

Enkelvoudig en vaststaand doel

Meervoudig samengestelde en afhankelijke doelen Participatieve interactie Centrale sturing

M

Meeeerrssttaadd

Communicatieve rationaliteit Technische rationaliteit

en water even belangrijk zijn (Bureau Alle Hosper, KCAP, 2005 a). Tevens zijn er veel publieke en private partijen betrokken bij de ontwikkeling. Dit betekent dat het project Meerstad een zeer complex planningsvraagstuk is, waardoor de geschikte aanpak er een is van communicatieve rationaliteit (zie figuur 4.6). Dit zal binnen de PPS tot stand moeten komen. Bij Meerstad is een PPS met een open planproces gehanteerd, waarbij plannen naar buiten worden gebracht om betrokken actoren te laten participeren in de planvorming. Om zoveel mogelijk duidelijkheid te creëren voor de betrokken actoren is er voor gekozen om de procedures en formele inspraak- en overlegmomenten van het masterplan, de streekplanuitwerking en het milieueffect rapport (MER) te combineren. De streekplanuitwerking legt de uitgangspunten voor Meerstad juridisch vast (Bureau Alle Hosper, KCAP, 2005 a). Het masterplan is gedetailleerder in de beschrijvingen en is als planontwerp leidend (Provincie Groningen, 2003 a). Gelijktijdig met het masterplan wordt een milieueffectrapportage (m.e.r.) gedaan. Een m.e.r. maakt de te verwachten (milieu)gevolgen van een voorgenomen activiteit inzichtelijk (Voogd, 2001). Via een ex post evaluatie kan worden nagegaan of de verwachtte gevolgen daadwerkelijk zijn opgetreden (Arts, 1996). De inzichten die bij het maken van het milieueffect rapport zijn verkregen, zijn integraal verwerkt in het masterplan. Het masterplan is vastgesteld in maart 2005. Naar aanleiding van het masterplan worden bestemmingsplannen opgesteld. Deze gedetailleerde plannen voor de deelgebieden van Meerstad worden getoetst aan de streekplanuitwerking. Ze leggen de verdere ontwikkeling van het deelgebied juridisch vast. Het eerste bestemmingsplan is opgesteld voor Meerstad-Midden. In figuur 4.7 zijn de verschillende genomen stappen in de ontwikkeling van Meerstad opgenomen.

Naar aanleiding van het POP is het ontwerp streekplanuitwerking Meerstad vastgesteld in juni 2003. Hierbij staat de integratie van functies centraal. De vermenging en verweving die op deze manier ontstaat, voldoet aan de eisen van het pluriforme leefgebied dat Meerstad moet krijgen (Provincie Groningen, 2003). Na een periode van inzage en inspraak is de streekplanuitwerking definitief vastgesteld in maart 2004. Het masterplan is een gedetailleerde uitwerking van de streekplanuitwerking. Hiervoor is vrijwillig een MER opgesteld. In de MER worden verschillende alternatieven geschetst voor de ontwikkeling van Meerstad. Zo wordt een goed inzicht verkregen in de milieueffecten. Er is een Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA) gemaakt en een Voorkeursalternatief (VKA). Het MMA houdt rekening met de fysieke aspecten, terwijl het VKA ook rekening houdt met de sociale en economische aspecten. Het VKA wordt verder uitgewerkt in het masterplan (Bureau Alle Hosper, KCAP, 2005 a). Om het publiek te betrekken bij Meerstad is een discussiemodel van het masterplan uitgebracht voordat het concept masterplan klaar was. Het publiek kon door inspraak commentaar geven op het plan. De reacties zijn bij elkaar gebracht in een inspraakrapport en verwerkt in het definitieve masterplan dat in maart 2005 is vastgesteld door de gemeente Groningen en Slochteren.

Figuur 4.7, Stappen in de ontwikkeling van Meerstad

Het masterplan wordt verder uitgewerkt in bestemmingsplannen. Het eerste bestemmingsplan dat is opgesteld, is voor het gebied Meerstad-Midden (zie figuur 4.8). Het is verplicht om een m.e.r. uit te voeren voor een bestemmingsplan om de milieueffecten te beschrijven. De MER voor het bestemmingsplan vult de MER voor het masterplan aan met de nieuwste ontwikkelingen en onderzoeken (Gemeente Slochteren en Groningen, 2006).

Streekplanuitwerking 6-2003: Vaststelling Ontwerp 9-2003: Tervisielegging Ontwerp 9-2003: Hoorzitting Ontwerp 12-2003: Besluitvorming Ontwerp 3-2004: Vaststelling Streekplanuitwerking Masterplan 11-2002: Discussiemodel

6-2003: Vaststelling Conceptversie Masterplan 9/10-2003: Formele inspraak conceptversie 12-2003: Inspraakrapport

3-2005: Vaststelling Masterplan gemeente Groningen/Slochteren 9-2005: Masterplan gepubliceerd 9-2005: Samenwerkingsovereenkomst Masterplan getekend Bestemmingsplan Meerstad-Midden 4-2006: Voorschriften Voorontwerp 4 - 6-2006: Terinzagelegging Voorontwerp 11-2006: Voorschriften Ontwerp 11-2006: Instemming colleges Ontwerp 12-2006: Nota Reactie Commentaar Wijziging

Voorontwerp 1 - 2-2007: Inspraak Ontwerp

6-2007: Nota Zienswijzen, Commentaar en Wijzigingen

6 - 7-2007: Terinzagelegging gewijzigd Ontwerp Bestemmingsplan

Milieueffect Rapport Masterplan 3-2002: Startnotitie m.e.r. 5-2003: Milieueffect Rapport 9-2003: Tervisielegging MER 9-2003: Hoorzitting MER 11-2003: Toetsingsadvies Cmer 12-2003: Besluitvorming GS

Milieueffect Rapport Bestemmingsplan 6-2005: Startnotitie m.e.r.

7-2005: Terinzagelegging startnotitie 10-2005: Advies Cmer over Richtlijnen m.e.r. 1-2006: Vaststelling Richtlijnen MER 2-2006: Aanvaarding MER gemeente

Groningen/Slochteren 4 - 6-2006: Terinzagelegging MER 10-2006: Toetsingsadvies MER

Bron: Gemeente Slochteren en Groningen, 2006

De milieueffectrapportage is begonnen in juni 2005 met het uitbrengen van de startnotitie en de terinzagelegging daarvan. Voor een MER worden richtlijnen vervaardigd. Hierover wordt een advies gegeven door de Commissie voor de milieueffectrapportage (Cmer), waarna de richtlijnen worden vastgesteld. Naar aanleiding daarvan wordt de MER opgesteld die ook nog ter inzage ligt en tenslotte wordt aanvaard door de gemeente Groningen en Slochteren. Het voorkeursalternatief uit de MER is juridisch vertaald in het Bestemmingsplan Meerstad-Midden. Ook voor dit plan zijn inspraakrondes gehouden en op basis van de reacties is het plan aangepast. In juni 2007 zijn de zienswijzen op het ontwerp bestemmingsplan verwerkt en is het gewijzigde ontwerp bestemmingsplan ter inzage gelegd. In het volgende hoofdstuk zal worden besproken waar duurzame energie terugkomt in de verschillende plannen voor Meerstad.

4.5 Conclusie

Er zijn verschillende typen planning en planprocessen. Er is een verschuiving geweest van toelatingsplanologie met gesloten planprocessen naar ontwikkelingsplanologie met open planprocessen. Behalve verschillende typen planprocessen is elk afzonderlijk ruimtelijk planproces uniek. Zo ook het planproces van Meerstad. De ontwikkeling van Meerstad is via een open planproces verlopen, waarbij de burgers regelmatig de mogelijkheid hadden tot inspraak. De nadruk ligt op het proces en minder op het eindresultaat. Dit is een verstandige keuze geweest, omdat Meerstad een zeer complex project is met veel doelen en betrokken Figuur 4.8, Planafbakening Meerstad-Midden

actoren. Het is dan van belang om draagvlak te verwerven bij de betrokken actoren. Een communicatief rationele aanpak is daar zeer geschikt voor.

Om duurzaamheid te combineren met planologie is het consulteren van actoren erg nuttig. Zo wordt in beeld gebracht wat de wensen zijn van de betrokken actoren en wat de mogelijkheden voor duurzame ontwikkeling zijn. De gezamenlijk opgestelde eisen en randvoorwaarden kunnen vervolgens in het programma van eisen worden opgenomen, zodat deze eisen doorwerken in de steeds gedetailleerder wordende plannen.

In document Meerstad, meer duurzame energie (pagina 42-48)