• No results found

6.2 Rotondes

6.2.3 Rotonde Bornsestraat / Europalaan / Holtersweg

Deze rotonde staat ook in de VOC lijst van de gemeente Hengelo. In afbeelding 21 is een luchtfoto te

vinden van deze rotonde. Deze rotonde wijkt ook af van de standaardinrichting, vanwege het

tweerichtingsfietspad dat tak 1 van de rotonde snijdt (zie afbeelding 22). Dit tweerichtingsfietspad blijkt

echter helemaal niet nodig te zijn. Een toelichting is te vinden bij afbeelding 21.

Tak 1: Gieskesstraat

Tak 3: Berfloweg

Tak 2: Parallelweg L.S

Tak 4: Industrieplein

2 richtingen

fietspad

Fietser uit deze

richting, is wanneer

hij/zij bij tak 4 het

fietspad overrijdt niet

goed zichtbaar voor

gemotoriseerd

verkeer dat via tak 4

naar de rotonde rijdt.

Het gemotoriseerd

verkeer verwacht

juist niet uit deze

richting fietsers.

Volgens de respondenten veroorzaakt het tweerichtingsfietspad (zie afbeelding 21 en 23) het gevoel

van onveiligheid op de rotonde.

Per tak zijn de ongevalgegevens samengevat in tabel 28. De ongevalgegevens laten zien dat er op

tak 1 waar het tweerichtingsfietspad zit niet de meeste ongevallen gebeuren. Er zijn op deze tak wel

twee slachtoffers onder de fietsers te betreuren.

Rotonde Bornsestraat / Europalaan / Holtersweg

Aantal

ongevallen Opmerkingen

Tak 1 4

3 UMS ongevallen en 1 letselongevallen. De UMS ongevallen zijn veroorzaakt door het gemotoriseerd

verkeer. Bij 1 UMS ongeval is een fietser betrokken. Bij het letselongeval zijn zowel fietsers als een

bromfiets betrokken. Het letselongeval is veroorzaakt door een fietser. Bij het letselongeval zijn 2

fietsers slachtoffer geworden.

Tak 2 5

4 UMS ongevallen en 1 letselongevallen. Bij 1 UMS ongeval is een fietser betrokken. Bij het

letselongeval is een fietser betrokken. Bij het letselongeval is 1 fietser slachtoffer geworden. Alle

ongevallen zijn veroorzaakt door het gemotoriseerd verkeer.

Tak 3 1 1 UMS ongevallen veroorzaakt door gemotoriseerd verkeer.

Tak 4 10 10 UMS ongevallen, bij 3 ongevallen is een fietser betrokken. Veroorzaker van alle ongevallen is gemotoriseerd verkeer de veroorzaker.

Tabel 28: Ongevalgegevens (2001 t/m 2003) rotonde Bornsestraat / Europalaan / Holtersweg

Afbeelding 21: Rotonde Bornsestraat / Europalaan / Holtersweg

Het tweerichtingsfietspad blijkt dus helemaal niet nodig te zijn. Toch heeft de gemeente hier bewust

voor gekozen, want bij een eenrichtingsfietspad bleken de fietsers dit te negeren. Bij deze rotonde is

er ook sprake van veel schoolgaande jeugd, uit observaties ter plaatse blijken ook vele fietsers uit de

richting Borne gebruik te maken van het tweerichtingsfietspad en dat zij hun weg vervolgen op het

fietspad aan de verkeerde kant van de Bornsestraat.

Omdat de gemeente Hengelo er voor heeft gekozen dit tweerichtingsfietspad aan te leggen, wordt

gemotoriseerd verkeer door middel van borden ook geattendeerd op dit tweerichtingsfietspad. En dit is

niet het geval wanneer er een normaal eenrichtingsfietspad ligt (fietsers blijven dan toch het fietspad

verkeerd gebruiken), het gemotoriseerd verkeer zal dan verrast zijn dat fietsers van twee richtingen

komen. En dat kan eventuele ongevallen tot gevolg hebben.

Tak 1: Europalaan

Tak 4: Bornsestraat

(Richting Borne)

Tak 3: Holtersweg (Richting centrum Hengelo) Tak 2: Bornsestraat

2 richtingen

fietspad

Fietsers uit de richting Borne, moeten

hier rechtsaf om de rotonde bij tak 4

oversteken. Veel fietsers ga echter

rechtdoor over tak 1 (is ook toegestaan)

maar vervolgen dan hun weg op het

fietspad langs de Bornsestraat. Het

fietspad is daar geen

tweerichtingsfietspad meer, dus het is

niet toegestaan daar te fietsen.

2 richtingen

fietspad

Fietsers uit de richting

Borne, die over tak 1 zijn

gefietst, mogen hier niet tak

2 oversteken. Of het

fietspad langs de

Bornsestraat vervolgen.

Afbeelding 22: Tweerichtingsfietspad op tak 1, Afbeelding 23: Als fietser mag je vanaf tak 1 gezien, niet tak

gezien vanaf tak 4 2 oversteken of linksaf het fietspad in. Dit wordt echter wel gedaan.

6.3 30km zones

In hoofdstuk 4 werd al opgemerkt dat nog niet bepaald kon worden wat het effect is op de

verkeersveiligheid van de inrichting van 30km zones. Echter in vele studies in binnen en buitenland is

aangetoond dat 30km zones een gunstig effect hebben op de verkeersveiligheid (SWOV, 2004). Voor

de gemeente Hengelo mag dan ook worden aangenomen dat de 30km zones een gunstig effect

hebben op de verkeersveiligheid.

Van een tweetal onderzoeken naar de verkeersveiligheideffecten van 30km zones in Nederland

worden hieronder de conclusies weergegeven.

Vis & Kaal (1993) vonden voor 150 Nederlandse 30km zones zonder doorgaand verkeer en met

voldoende snelheidsremmende maatregelen, een daling van het aantal slachtofferongevallen gelijk

aan 22%, met een spreiding van 13%.

Uit een recent onderzoek naar 20 sober ingerichte 30km zones in Nederland (Steenaert, Overkamp &

Kranenburg, 2004) blijkt dat op basis van geregistreerde ongevalgegevens de 30 km zones een

verbetering zijn voor de verkeersveiligheid31. De conclusies van dit rapport zijn, dat door de aanleg

van de 30 km zones, een daling van het aantal ongevallen van 39% is waargenomen en een daling

van de slachtoffers van 48%.

De grote spreidingen in ongevallenreductie in de twee onderzoeken komen vooral door de grote

verschillen tussen de kenmerken van de onderzochte gebieden. Deze betreffen met name de

omvang, de bebouwingsdichtheid, de aard van de gekozen snelheidsremmende maatregelen en de

veranderingen in de hoeveelheid verkeer.

Objectief is aangetoond dat 30km zones een verbetering zijn voor de verkeersveiligheid. Uit hoofdstuk

5 blijkt dat de weggebruiker een 30km zone ook ervaart als een verbetering van de verkeersveiligheid.

Toch zijn er een aantal weggebruikers die vinden dat er af en toe te hard wordt gereden in 30km

zones. Naar alle waarschijnlijk wordt dit te hard rijden veroorzaakt door de sobere inrichting van

sommige 30km zones. Sommige sobere ingerichte 30km zones zien er nog uit als een 50km gebied

(bijvoorbeeld breed opgezette wegen), waardoor automobilisten automatisch te hard gaan rijden. Een

voorbeeld van zo’n sobere ingerichte 30km zones is te vinden in afbeelding 24.

Over het aantal verkeersovertredingen in 30km zones in Hengelo zijn geen gegevens bekend.

Landelijk zijn daarover wel gegevens bekend. Onlangs heeft 3VO (2004) verspreid over Nederland

metingen uitgevoerd in enkele tientallen 30km zones, waaronder sober ingerichte gebieden: Slechts

14% van de motorvoertuigen rijdt langzamer dan 30 km/u, maar het grootste deel van de

motorvoertuigen 85% rijdt niet sneller dan 45 km/u. Volgens een recent onderzoek naar sober

ingerichte gebieden (Steenaert, Overkamp & Kranenburg, 2004) accepteren bewoners dat de snelheid

op sommige wegvakken hoger ligt dan 30 km/u als er maar op kruispunten snelheidsremmende

voorzieningen zijn aangebracht.

31Voor de voor-na studie is gebruik gemaakt van ongevalgegevens van drie jaar. Voor de na-periode is echter gebruik gemaakt

van ongevalgegevens van één jaar. Dit betekent dat er enige onbetrouwbaarheid zit in de ongevalgegevens van de na-periode.

De ongevalgegevens van de na-periode laten echter een sterke daling zien, er kan dus geconcludeerd worden dat de aanleg

van 30 km zones een verbetering zijn voor de objectieve verkeersveiligheid.

Afbeelding 24: De Mozartlaan in de gemeente Hengelo is een voorbeeld van erg sober ingerichte 30km zone. Bij het begin van

de zone staat er alleen maar een bord met de maximum snelheid en zoals op de foto is te zien, valt dit bord niet echt op.

6.4 Conclusies

In dit hoofdstuk zijn de deelvragen 3.2 en 3.4 beantwoord van onderzoeksvraag 3. Deelvraag 3.2 “ is

er een verband tussen de objectieve en subjectieve onveilige verkeerssituaties?” kon alleen

beantwoord worden voor tweerichtingsfietspaden, rotondes en 30km zones. Dit waren namelijk de

verkeerssituaties die vaak als onveilig worden ervaren door de weggebruikers en waar ook de meeste

informatie over beschikbaar was over hoe het gevoel van onveiligheid ontstaat. De overige

verkeerssituaties die als onveilig worden ervaren, waren zo divers dat een vergelijking met de

objectieve verkeersveiligheid niet goed te maken was.

De conclusie uit de literatuur dat een verkeerssituatie die objectief gezien onveilig is, vaak niet als

onveilig wordt ervaren, dit blijkt ook te gelden voor de Hengelose situatie. Uitzondering daarop zijn

een drietal rotondes. Deze rotondes zijn zowel objectief als subjectief gezien onveilig. Uit een analyse

van deze drie rotondes blijkt dat:

- het verkeersgedrag van de weggebruikers op deze rotondes zorgt voor het ontstaan van

het gevoel van onveiligheid. De schoolgaande jeugd geeft daar de grootste bijdrage aan,

o.a. door fietspaden op rotondes in de verkeerde richting te berijden;

- de tweerichtingsfietspaden op de rotondes die slechts op één tak de rotondes snijden

blijken objectief gezien niet de onveiligste takken te zijn van de rotondes. Hetzelfde geldt

voor de by-pass bij de andere rotonde, daar zijn helemaal geen ongevallen geregistreerd.

Echter kan door onderregistratie van met name ongevallen met kwetsbare

verkeers-deelnemers, het werkelijke aantal ongevallen op deze takken van de rotonde en de

by-pass hoger uitvallen;

- de drie rotondes zijn verder allemaal goed ingericht, weggebruikers zijn over het

algemeen goed zichtbaar;

- bij lage intensiteiten zijn er helemaal geen problemen op deze rotondes waarneembaar.

Op basis van de objectie en subjectieve verkeersveiligheidsanalyse kunnen er weinig aanbevelingen

worden gedaan om de verkeersveiligheid te verbeteren op de rotondes die door de weggebruikers als

onveilig worden ervaren. Het beste is natuurlijk het tweerichtingsfietspad bij de rotondes te veranderen

in een normaal fietspad en de by-pass bij de rotonde weg te halen. Daarvoor zijn echter ingrijpende

aanpassingen nodig van de infrastructuur. De enige aanbeveling die kan worden gegeven is voor de

rotonde met de by-pass. Bij deze rotonde wordt de by-pass namelijk niet goed aangegeven door

verkeersborden en markeringen. Daarnaast geldt in het algemeen voor rotondes dat het aan te

bevelen is deze in te richten conform de CROW richtlijnen, in het kader van uniformiteit.

30km zones zijn zowel objectief als subjectief gezien een verbetering van de verkeersveiligheid.

Sommige weggebruikers in Hengelo ervaren een te hoge snelheid in de 30km zones als onveilig. Uit

een landelijke snelheidsmeting uitgevoerd door 3VO blijkt ook dat het grootste gedeelte van de

motorvoertuigen harder rijdt dan de maximum toegestane snelheid van 30 km/u.

Vermoedelijk wordt dit te hard rijden in Hengelo veroorzaakt door de sobere inrichting van sommige

30km zones. Sommige sobere ingerichte 30km zones zien er nog uit als een 50km gebied

7 Conclusies en aanbevelingen

7.1 Conclusies

De onderzoeksvragen 1 en 2 konden goed beantwoord worden. Voor onderzoeksvraag 3, was één

deelvraag niet goed te beantwoorden. Voor die deelvraag is gekeken naar de verbanden tussen de

objectieve en subjectieve verkeersveiligheid. Voor de subjectieve verkeersveiligheid was door de wijze

van interviewen met name informatie verzameld over rotondes. Een algemene vergelijking tussen de

objectieve en subjectieve verkeersveiligheid kon daarom niet goed gemaakt worden.

De doelstelling van het afstudeeronderzoek is:

Een beoordeling van de huidige verkeersveiligheidssituatie in de gemeente Hengelo door

middel van een objectieve en subjectieve verkeersveiligheidsanalyse

Deze doelstelling is door het beantwoorden van de onderzoeksvragen gehaald. Hieronder worden in

het kort de conclusies samengevat uit de objectieve en subjectieve verkeersveiligheidsanalyse.

Objectieve verkeersveiligheid:

De belangrijkste conclusies uit de objectieve verkeersveiligheidsanalyse voor de gemeente Hengelo

zijn:

- Over het algemeen is de ontwikkeling van de verkeersveiligheid in de gemeente Hengelo

positief. De doelstelling voor 2010 is ook al gehaald. De gemeente Hengelo is daar echter

niet uniek in want landelijk is er ook sprake van een dalende trend van het aantal

verkeersslachtoffers en is tevens de doelstelling voor 2010 gehaald;

- de effecten van maatregelen uit het gemeentelijk verkeersveiligheidsplan van 1995 op de

verkeersveiligheid bleken lastig te toetsen zijn;

- opvallend is dat op een viertal rotondes in Hengelo relatief veel ongevallen voorkomen,

terwijl over het algemeen rotondes objectief gezien zeer veilig zijn;

- de verkeersveiligheidssituatie in de gemeente Hengelo is over het algemeen goed

vergelijkbaar met die in de gemeenten Almelo en Enschede. Verschillen tussen de

gemeenten zijn lastig te verklaren, omdat verkeersveiligheid door veel factoren

beïnvloedbaar is;

- de gemeente Hengelo blijkt in vergelijking met de gemeenten Almelo en Enschede relatief

veel ziekenhuis gewonden te hebben. De mogelijk oorzaak daarvan blijkt de

registratiegraad te zijn van dit type slachtoffers. De onderregistratie van

ziekenhuis-gewonden is landelijk gezien 40%.

Over de objectieve verkeersveiligheid zijn veel feiten te verzamelen. Het was echter lastig om

conclusies te trekken uit verschillen tussen de huidige verkeersveiligheidssituatie in de gemeente

Hengelo en het GVP 1995, maar ook met de gemeenten Almelo en Enschede. Verkeersveiligheid

wordt beïnvloed door vele factoren, waarvan er maar weinig meetbaar zijn. In dit rapport is met name

getracht de verschillen in verkeersveiligheid te beantwoorden met de meetbare factoren:

bevolkings-opbouw, aantal motorvoertuigen, weglengten, modal split en de inrichting van de infrastructuur.

Subjectieve verkeersveiligheid:

De belangrijkste conclusie is dat uit zowel de omnibusenquête 2004 en het diepte-interview blijkt dat

men in het algemeen positief is over de verkeersveiligheid in Hengelo. Wanneer men zich toch

onveilig voelt op een bepaalde verkeerssituatie dan is dat meestal een verkeerssituaties in de eigen

leefomgeving. Maar deze incidentele verkeerssituaties hebben een beperkte invloed op het totale

oordeel van de verkeersveiligheid in Hengelo, die dus positief is.

De resultaten van het diepte-interview betreffende waardoor het gevoel van onveiligheid ontstaat zijn

echter niet verrassend en komen overeen met datgene wat uit de literatuur al bekend was. Dit houdt in

dat het gevoel van onveiligheid met name ontstaat door de intensiteiten en snelheden van het

snelverkeer. Daarnaast heeft de overzichtelijkheid van de infrastructuur grote invloed op het gevoel

van onveiligheid.

Uit de omnibusenquête 2004 bleek dat met name rotondes als onveilig worden ervaren door de

weggebruikers in Hengelo. Het diepte-interview laat zien dat het gaat om een drietal specifieke

rotondes die de weggebruikers als onveilig ervaren. Deze drie rotondes hebben als kenmerk dat ze

een wat afwijkende vorm hebben in vergelijking met de standaard inrichting die geldt voor rotondes.

Bij twee rotondes kruist een tweerichtingsfietspad de rotonde en bij de andere rotonde ligt bij één tak

een by-pass voor het rechtsafslaande gemotoriseerd verkeer.

De meeste respondenten geven aan dat zij vinden dat door deze afwijkende vorm de rotondes

onveiliger worden. Ook geven zij aan dat de hoge intensiteit van het fietsverkeer het voor het gevoel

onveiliger maakt op deze rotondes.

Uit de literatuur blijkt dat over het algemeen geldt dat verkeerssituaties die als onveilig worden ervaren

voor een groot deel afhankelijk zijn van de persoon en zijn ervaringswereld. Op locaties waar men

doorgaans niet komt, kent men de verkeerssituatie niet en kan men dus ook geen mening vormen

over de subjectieve verkeersveiligheid van die locatie. Dit komt er op neer dat verkeerssituaties die als

onveilig worden ervaren in de eigen woonwijk liggen of op bekende routes. Voor de Hengelose

verkeerssituaties die als onveilig worden ervaren blijkt dat ook zo te zijn.

Verbanden objectieve en subjectieve verkeersveiligheid:

Omdat de subjectieve verkeersveiligheidsanalyse met name ingaat op de beleving van

verkeersveiligheid op rotondes, is de vergelijking tussen objectief en subjectief daar ook met name op

ingegaan.

Over het algemeen blijkt dat verkeerssituaties die als subjectief onveilig worden ervaren, dit objectief

gezien niet zijn. Uitzondering daarop zijn de drie rotondes die als onveilig worden ervaren.

Deze rotondes zijn verder onderzocht, waaruit het volgende blijkt:

- het verkeersgedrag van de weggebruikers op deze rotondes zorgt voor het ontstaan van

het gevoel van onveiligheid. De schoolgaande jeugd geeft daar de grootste bijdrage aan,

o.a. door fietspaden op rotondes in de verkeerde richting te berijden;

- de tweerichtingsfietspaden op de rotondes die slechts op één tak de rotondes snijden

blijken objectief gezien niet de onveiligste takken te zijn van de rotondes. Hetzelfde geldt

voor de by-pass bij de andere rotonde, daar zijn helemaal geen ongevallen geregistreerd;

- de drie rotondes zijn verder allemaal goed ingericht, weggebruikers zijn over het

algemeen goed zichtbaar;

- bij lage intensiteiten zijn er helemaal geen problemen op deze rotondes waarneembaar.

Omdat de laatste jaren in de gemeente Hengelo in het kader van Duurzaam Veilig vele woonwijken in

Hengelo zijn aangepast naar een 30km zone is ook onderzocht wat hier de verschillen zijn in de

objectieve en subjectieve verkeersveiligheid.

30km zones zijn zowel objectief als subjectief gezien een verbetering van de verkeersveiligheid.

Sommige weggebruikers in Hengelo ervaren een te hoge snelheid in de 30km zones als onveilig. Uit

een landelijke snelheidsmeting uitgevoerd door 3VO blijkt ook dat het grootste gedeelte van de

motorvoertuigen harder rijdt dan de maximum toegestane snelheid van 30km/u.

Vermoedelijk wordt dit te hard rijden in Hengelo veroorzaakt door de sobere inrichting van sommige

30km zones. Sommige sobere ingerichte 30km zones zien er nog uit als een 50km gebied