• No results found

Een belangrijk onderdeel van een opleiding is de begeleiding van de cursisten. Deze wordt in de huidige leergang verzorgt door de docenten en de praktijkopleiders. In deze paragraaf wordt, in overeenstemming met het curricular spiderweb, onderzocht op welke manier de docenten en de praktijkopleiders het leren faciliteren.

Formele leergang

Rol van de docent

In de huidige leergang zijn in principe twee soorten docenten aanwezig. Als eerste is er de docent die de contractbijeenkomsten verzorgd. Hij draagt zorg voor aanvullende kennisoverdracht op zelfstudieonderdelen, het toepassen van kennis en vaardigheden en reflectie op hetgeen de medewerker in opleiding (mio) heeft geleerd in de praktijk en door middel van zelfstudie (SSR, 2002). Tevens is er een praktijkopleider. De praktijkopleider stelt in overleg met de mio een persoonlijk ontwikkelingsplan op en stemt dit af met de contractbijeenkomsten van SSR. Hij draagt zorg voor een afstemming van het werkaanbod en het opleidingstraject op de mogelijkheden van de mio (voldoende variatie, leereffect en omvang van het leeraanbod). De praktijkopleider verzorgt gedurende het gehele traject de begeleiding en beoordeling van de praktijkonderdelen en doet dit volgens de richtlijnen van SSR. Tevens stelt hij zowel aan het einde van de basisopleiding als aan het einde van de specialisatiefase een afrondend verslag op waarin het resultaat van het totale opleidingstraject staat vermeld. Tot slot draagt de praktijkopleider zorg voor een adequate werkplek voor de cursist op het secretariaat. Om de praktijkopleider te ondersteunen bij het uitvoeren van zijn taak geeft SSR niet verplichte praktijkopleiderscursussen (SSR, 2002).

Bij de opleiding is ook een opleidingscoördinator betrokken. Deze draagt zorg voor de algemene coördinatie voor leren op de werkplek (gerechtsbreed). Tevens moeten de cursisten zich voor de leergang aanmelden bij de opleidingscoördinator.

Vanuit SSR is tevens een coördinerend praktijkopleider betrokken. Deze is verantwoordelijk voor het praktijkgerichte gedeelte van de opleiding.

Als laatste is de sectorvoorzitter betrokken bij de opleiding. Deze draagt zorg voor het beschikbaar stellen van begeleidingstijd voor de praktijkbegeleider en is tevens tweede beoordelaar / eindbeoordelaar.

Materialen en bronnen

61 o Cursistenhandleiding

In deze handleiding worden de cursusbijeenkomsten beschreven. Tevens wordt er een beschrijving gegeven van de praktijkopdrachten en de rol van de praktijkopleider hierbij.

o Studiemateriaal

Het studiemateriaal bestaat uit relevant materiaal van de Open Universiteit. Voor de overige cursusbijeenkomsten wordt gebruik gemaakt van vaststaande boeken en readers die de docenten veelal zelf hebben samengesteld.

Resultaten van de interviews

Uit de interviews zijn zes verschillende kenmerken van de leergang omtrent de rol van de docent en materialen en bronnen naar voren gekomen. Uit tabel 9 blijkt dat de respondenten over het algemeen (enigszins) positief zijn over deze kenmerken en negatief zijn over één kenmerk.

Kenmerken Leergang Respondenten

Docent die cursusdagen verzorgd +

Praktijkopleider begeleidt cursisten bij het praktische gedeelte

+ Door SSR gestelde eisen aan

praktijkopleiders

± (enigszins positief) Contact met aanspreekpunt vanuit

SSR voor praktijkopleiders

- Handleidingen voor docenten,

praktijkopleiders en cursisten

± (enigszins positief) Studiemateriaal ±

Tabel 9: Mening van respondenten over kenmerken van de leergang met betrekking tot de rol van de docent en materialen en bronnen (+ = positief, ± = enigszins positief/verdeeld, - = negatief)

De ervaren rol van de docenten die de cursusdagen verzorgen komt overeen met de gedocumenteerde rol en moet volgens de respondenten ook zo terugkomen in de nieuwe opleiding.

De rol van de praktijkopleider komt eveneens overeen met de rol zoals deze in de opleidingsdocumenten is beschreven. Er is echter wel naar voren gekomen dat sommige praktijkopleiders weinig tijd hadden om de cursisten te begeleiden. Hier moeten in de nieuwe opleiding duidelijke eisen over worden opgesteld.

Een aantal praktijkopleiders hebben aangegeven een duidelijk aanspreekpunt omtrent de opdrachten gemist te hebben. Zij zouden graag een duidelijker aanspreekpunt vanuit SSR hieromtrent hebben. De coördinerend praktijkopleider hebben zij vaak pas voor het eerst gezien en gesproken bij het eindgesprek wat met de cursisten, de praktijkopleider en de coördinerend praktijkopleider wordt gehouden. Tijdens het begeleiden van de cursisten hebben zij weinig tot geen contact met SSR gehad, wat velen als een gemis hebben ervaren.

De handleidingen werden over het algemeen als prettig ervaren, hoewel de respondenten vaak wel vonden dat ze in de nieuwe opleiding wat minder uitgebreid kunnen worden gemaakt. Met betrekking tot het studiemateriaal is door een respondent aangegeven dat er weinig eenheid in zat, dit zou in de nieuwe opleiding kunnen worden verbeterd door het materiaal door een selecte groep docenten op te laten stellen waarbij een vaste format van inleiding, lichaam en samenvatting kan worden gehanteerd. Tevens moeten er duidelijkere eisen aan het materiaal worden gesteld en moet het materiaal bestaan uit goede naslagwerken.

Vergelijking met literatuuronderzoek

Uit het literatuuronderzoek zijn drie kwaliteitscriteria omtrent de rol van de docent en materialen en bronnen naar voren gekomen. In tabel 10 is te zien dat de leergang over het algemeen enigszins overeenkomt met de kwaliteitscriteria en op één punt slecht tot niet overeen komt.

Criteria uit literatuur Leergang

Constante dialoog tussen onderwijsinstelling en arbeidsorganisatie - Bedrijfsopleiders en praktijkopleiders verplicht certificeren ±

Goede kwaliteit van begeleidende docent of opleider vanuit

opleidingsinstantie

±

Tabel 10: Vergelijking van kwaliteitscriteria voor duaal opleiden met betrekking tot de rol van de docent en materialen en bronnen met de leergang ( + = komt geheel overeen, ± = komt enigszins overeen, - = komt slecht tot niet overeen)

Volgens het literatuuronderzoek is het van belang dat er een constante dialoog is tussen de

onderwijsinstelling en de arbeidsorganisatie. In de opleidingsvisie van de rechterlijke organisatie wordt hier geen duidelijke aandacht aan besteed. Uit interviews is gebleken dat dat ook in de huidige leergang niet het geval was. Praktijkopleiders zagen de coördinerend praktijkopleider vaak voor het eerst bij het afrondende eindgesprek van de leergang. Het is belangrijk om regelmatig overleg plaats te laten vinden tussen de praktijkopleiders en een betrokkene van SSR.

De praktijkopleider heeft een belangrijke taak binnen een duale opleiding. Om deze reden wordt vanuit literatuur geadviseerd om de praktijkopleiders verplicht te certificeren. In de opleidingsvisie van de rechterlijke organisatie wordt hier ook erg veel waarde aan gehecht. Hierin wordt de opleiding van praktijkopleiders echter niet verplicht gesteld. Op dit moment hoeven de praktijkopleiders van de leergang Gerechtssecretaris nog geen cursus te volgen. Er wordt wel een cursus georganiseerd, maar deze is op vrijwillige basis. Om de kwaliteit van praktijkopleiders te waarborgen kan deze cursus in de nieuwe leergang verplicht worden gesteld. Uit interviews is gebleken dat de begeleiding door de praktijkopleiders niet altijd goed verliep, doordat deze onder andere te weinig tijd hadden om de cursisten te begeleiden. Dit kan in de nieuwe leergang verholpen worden door duidelijke eisen hieromtrent in de leerovereenkomst te vermelden.

Uit literatuuronderzoek is gebleken dat de docent de cursist dient te ondersteunen bij het eigen maken van de theorie. Hierbij is het volgens literatuuronderzoek en de opleidingsvisie van de rechterlijke organisatie erg belangrijk om veel aandacht te besteden aan de koppeling tussen theorie en praktijk. Dit is ook de rol, zoals deze in de huidige leergang wordt gehanteerd.

Uit zowel het literatuuronderzoek als de opleidingsvisie is gebleken dat het erg belangrijk is dat zowel de docenten als de praktijkopleiders goed worden voorbereid op hun taak. Om deze reden is het dan ook goed dat er in de huidige leergang onder andere gebruik wordt gemaakt van handleidingen voor praktijkopleiders en docenten.