Onderzoekstrategie Verkennend booronderzoek
Aantal boringen 6
Type boor Edelmanboor
Boordiameter 7 cm
Maximale boordiepte 130 cm -Mv
Werkwijze
Het doel van het veldonderzoek is het toetsen van de gespecificeerde archeologische verwachting in het plangebied, zoals deze is opgesteld in Hoofdstuk 9. Hiertoe is in het plangebied een verkennend booronderzoek uitgevoerd. De boringen zijn gebruikt om de mate van intactheid van de bodem te bepalen, inzicht te krijgen in de bodemopbouw en de exacte landschappelijke ligging van het plangebied. In totaal zijn in het plangebied 6 boringen gezet (boring 1-6).
De boringen zijn handmatig gezet met behulp van een Edelmanboor met een diameter van 7 cm tot een diepte van maximaal 130 cm -Mv. De opgeboorde monsters zijn handmatig verbrokkeld, versneden en doorzocht op de aanwezigheid van archeologische indicatoren (zoals bot, aardewerk, baksteen, bewerkt vuursteen en houtskool). De boringen zijn gefotografeerd, waarna ze zijn beschreven volgens de NEN5104 en de Archeologische Standaard Boorbeschrijvingsmethode (ASB;
SIKB 2008). Deze foto’s en beschrijvingen zijn terug te vinden in bijlage 9 en 10. De boringen zijn zo gelijkmatig mogelijk verdeeld in het plangebied. De ligging van de boringen is opgenomen in bijlage 8.
De hoogteligging ten opzichte van NAP van de boorpunten is afgeleid van het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN; bijlage 4).
Veldwaarnemingen
Het veld is in gebruik als maïsakker. Er is geen variatie in reliëf aan het maaiveld waar te nemen. Op enkele delen van het plangebied liggen puin en baksteenfragmenten aan het oppervlak. Aan het maaiveld werden echter geen archeologische indicatoren waargenomen. Een impressie van het plangebied is weergegeven in figuur 9.
21 Lithologie en bodemopbouw
Bouwvoor
In de ophogingslaag is in de bovenste 23 tot 35 cm –Mv. een laag zwak siltig, matig fijn, matig humeus zand aangetroffen. In alle boringen was deze laag donkerbruin behalve bij boring 6, daar was dit pakket bruin. In deze laag werden baksteen en puinfragmenten aangetroffen, verder was het geroerd. Door de positie aan het maaiveld, de geroerde toestand en het huidige gebruik als maisveld is het aannemelijk dat dit een bouwvoor betreft.
Opgebrachte humeuze grond
In boringen 4, 5 en 6 is onder de bouwvoor in het ophogingspakket een pakket zwak siltig, zwak humeus, matig fijn zand aangetroffen tot een diepte van 55 tot 83 cm –Mv. Het zand in deze laag is bruin, het geheel is geroerd en bevat kleine stukjes baksteen. Door de geroerde toestand, de dikte van deze laag, de aanwezigheid van baksteenspikkels en van humus is het aannemelijk dat dit een laag aangevoerde plaggen betreft.
Aan de overgang naar het dekzandpakket is een licht geploegde overgangslaag aanwezig.
Waarschijnlijk is deze laag meegeploegd bij de eerste aanleg van het plaggendek.
IJzeraanrijkingslaag
In boringen 1, 2 en 3 is in het verspoelde dekzand een laag roodbruin zand aangetroffen tot een diepte van 55 tot 68 cm –Mv. Dit pakket is zwak tot matig siltig, matig fijn en oranje tot roodbruin van kleur. Door de kleur is het aannemelijk dat in dit pakket veel ijzeraanrijking heeft
plaatsgevonden. Deze ijzeraanrijking is een gevolg van de wisselde grondwaterstand tussen de Peelhorst en de Centrale Slenk. IJzerrijk water komt op deze locatie als kwel naar boven en het ijzer slaat neer op deze locatie. Dit is met name kenmerkend voor de (voormalige)
hoogveengebieden.
Verspoeld dekzand
Onder de overgangslaag is in alle boringen is matig tot zeer fijn, lichtgeel, matig siltig zand aangetroffen. In de top is sprake van roestvlekken. De korrels waren afgerond. Door de korrelgrootte, de siltigheid en de afgerondheid van dit pakket is aan te nemen dat het hier gaat om verspoeld dekzand. De onderkant van dit pakket is niet aangetroffen bij de boringen.
Archeologische indicatoren
Tijdens het veldonderzoek zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen. Opgemerkt moet worden dat het opsporen van indicatoren niet het hoofddoel van dit onderzoek is geweest. Het opsporen van archeologische indicatoren vereist een meer intensieve en gebiedsgerichte onderzoeksstrategie.
Archeologische interpretatie
Op basis van de resultaten kan worden vastgesteld dat het plangebied een lage verwachting heeft voor archeologische resten. Deze verwachting is gebaseerd op de verstoring aan de bovenkant van het dekzand. Daarbij zullen eventuele resten uit de periode Laat-Paleolithicum-Neolithicum zijn verploegd c.q. vergraven. Tevens is tijdens het onderzoek bevestigd dat het plangebied een voormalig nat hoogveengebied betreft. De vondst van een humeus dek met modern baksteenpuin in combinatie met een sterk met ijzer aangerijkte top van het dekzand (wijstgronden) wijs op permanent natte
omstandigheden met waterstanden boven het dekzandniveau die tot veenvorming moeten hebben geleid. Van een dekzandrug is in het plangebied geen sprake.
22
11. Conclusie en advies
Conclusie
Op basis van het vooronderzoek kan worden vastgesteld dat het plangebied een lage verwachting heeft voor archeologische resten. Deze verwachting is gebaseerd op de verstoring aan de bovenkant van het dekzand. Hierdoor zullen eventuele resten uit de periode Laat-Paleolithicum-Neolithicum zijn verploegd c.q. vergraven. Tevens is tijdens het onderzoek bevestigd dat het plangebied een voormalig nat hoogveengebied betreft. De vondst van een humeus dek met modern baksteenpuin in combinatie met een sterk met ijzer aangerijkte top van het dekzand (wijstgronden) wijs op permanent natte omstandigheden met waterstanden boven het dekzandniveau die tot veenvorming moeten hebben geleid. Van een dekzandrug is in het plangebied geen sprake.
Advies
Op basis van het vooronderzoek heeft het plangebied een lage archeologische verwachting op onverstoorde archeologische resten. Er is vanuit archeologisch opzicht geen bezwaar tegen de voorgenomen bodemingrepen. Wij adviseren daarom om het plangebied vrij te geven voor de voorgenomen en eventuele toekomstige bodemverstorende werkzaamheden.
Het is aan de bevoegde overheid, de gemeente Deurne, om op basis van dit advies een selectiebesluit te nemen.
Kanttekening
Onderhavig onderzoek is op zorgvuldige wijze verricht volgens de algemeen gebruikelijke methoden en inzichten en is erop gericht om de kans op het onverwacht aantreffen dan wel het ongezien vernietigen van archeologische waarden bij bouwwerkzaamheden in het plangebied te verkleinen.
Aangezien het onderzoek is uitgevoerd door middel van een steekproef kan echter de aan- of afwezigheid van eventuele archeologische resten niet gegarandeerd worden. Wanneer bij graafwerkzaamheden toch onverhoopt waardevolle resten worden aangetroffen, dienen deze conform de Erfgoedwet 2016 te worden gemeld bij de gemeente Deurne.
23
12. Geraadpleegde bronnen
Archeologische kaarten en databestanden
Archeologische Monumenten Kaart (AMK), Rijksdienst voor Cultureel erfgoed (RCE), Amersfoort, 2007.
Archeologisch Informatie Systeem (Archis3), Rijksdienst voor Cultureel erfgoed (RCE), Amersfoort, 2015.
Bakker, H., de, en J. Schelling, 1989. Systeem van bodemclassificatie voor Nederland. De hogere niveaus, Wageningen.
Berendsen, H.J.A., 2005. Landschappelijk Nederland, Assen.
De Bont, C., Al het merkwaardige in bonte afwisseling, een historische geografie van Midden- en Oost-Brabant. Stichting Brabants Heem, Waalre, 1993
Jongmans, A.G., M.W. van den Berg, M.P.W. Sonneveld, G.J. W.C. Peek, en R.M. van den Berg van Saparoea. Landschappen van Nederland. Wageningen, 2013.
Mulder, E.F.J. de, M.C. Geluk, I.L. Ritsema, W.E. Westerhof, en T.E. Wong. De ondergrond van Nederland. Houten, 2003.
Stouthamer, E., K.M. Cohen, en W.Z. Hoek. De vorming van het Land. Utrecht: Perspectief Uitgevers, 2015.
Vos, P.C., 2015. Compilation of the Holocene paleogeographical maps of the Netherlands, in P.C. Vos (ed.), The origin of the Dutch coastal landscape, Groningen, 50-81.
Vos, P.C./S. de Vries, 2015. 2e generatie paleogeografische kaarten van Nederland (versie 2.0). sd, www.archeologieinnederland.nl (11-30-2015).
24
Archeologische periode-indeling voor Nederland
Periode Deel-/subperiode Van Tot
Recent 1945 na Chr. 2050 na Chr.
Nieuwe Tijd Late-Nieuwe tijd 1850 na Chr. 1945 na Chr.
Midden-Nieuwe tijd 1650 na Chr. 1850 na Chr.
Vroege-Nieuwe tijd 1500 na Chr. 1650 na Chr.
Middeleeuwen Late-Middeleeuwen B 1250 na Chr. 1500 na Chr.
Late-Middeleeuwen A 1050 na Chr. 1250 na Chr.
Vroege-Middeleeuwen D 900 na Chr. 1050 na Chr.
Vroege-Middeleeuwen C 725 na Chr. 900 na Chr.
Vroege-Middeleeuwen B 525 na Chr. 725 na Chr.
Vroege-Middeleeuwen A 450 na Chr. 525 na Chr.
Romeinse Tijd Laat-Romeinse tijd B 350 na Chr. 450 na Chr.
Laat-Romeinse tijd A 270 na Chr. 350 na Chr.
Midden-Romeinse tijd B 150 na Chr. 270 na Chr.
Midden-Romeinse tijd A 70 na Chr. 150 na Chr.
Vroeg-Romeinse tijd B 25 na Chr. 70 na Chr.
Vroeg-Romeinse tijd A 12 voor Chr. 25 na Chr.
IJzertijd Late-IJzertijd 250 voor Chr. 12 voor Chr.
Midden-IJzertijd 500 voor Chr. 250 voor Chr.
Vroege-IJzertijd 800 voor Chr. 500 voor Chr.
Bronstijd Late-Bronstijd 1100 voor Chr. 800 voor Chr.
Midden-Bronstijd B 1500 voor Chr. 1100 voor Chr.
Midden-Bronstijd A 1800 voor Chr. 1500 voor Chr.
Vroege-Bronstijd 2000 voor Chr. 1800 voor Chr.
Neolithicum Laat-Neolithicum B 2450 voor Chr. 2000 voor Chr.
Laat-Neolithicum A 2850 voor Chr. 2450 voor Chr.
Midden-Neolithicum B 3400 voor Chr. 2850 voor Chr.
Midden-Neolithicum A 4200 voor Chr. 3400 voor Chr.
Vroeg-Neolithicum B 4900 voor Chr. 4200 voor Chr.
Vroeg-Neolithicum A 5300 voor Chr. 4900 voor Chr.
Mesolithicum Laat-Mesolithicum 6450 voor Chr. 4900 voor Chr.
Midden-Mesolithicum 7100 voor Chr. 6450 voor Chr.
Vroeg-Mesolithicum 8800 voor Chr. 7100 voor Chr.
Paleolithicum Laat-Paleolithicum B 18.000 BP 8.800 voor Chr.
Laat-Paleolithicum A 35.000 BP 18.000 BP
Midden-Paleolithicum 300.000 BP 35.000 BP
Vroeg-Paleolithicum - 300.000 BP
25
Archeologiebeleid
26
Geomorfologie
27
Maaiveldhoogte
28
Bodem
29
Archeologische waarden en onderzoeken
30
Geologische overzichtskaart
31
32
Boorpuntenkaart
33
Boorfoto’s
Boring 1: 0 – 110 cm –Mv.
Boring 2: 0 – 110 cm –Mv.
Boring 3: 0 – 100 cm –Mv.
Boring 4: 0 – 120 cm –Mv.
34 Boring 5: 0 – 130 cm –Mv.
Boring 6: 0 – 110 cm –Mv.
35
Boorstaten
Legenda
Textuurindeling (NEN 5104) Hoofdnaam Toevoeging [Org,
Gr]
Gradiënt toevoeging Laaggrens
LG = grind g = grindig 1 = zwak d = diffuus
VAM (amorfiteit) Plantenresten (plr) Consist(entie) M50 (mediaan) Alleen voor zand
1 = Zwak amorf ri = riet ST = stevig 75-105 uiterst fijn
Ca (kalkgehalte, CaCO3) Fe (roestvlekken) Oxidatie/reductie [o/r] GW (grondwater)
1 = afwezig 1 = afwezig o = oxidatie GW = grondwater
2 = matig kalkhoudend 2 = ijzerhoudend or = oxidatie/reductie GHG = gem. hoogste grondwaterstand 3 = kalkhoudend 3 = sterk ijzerhoudend r = reductie GLG = gem. laagste
grondwaterstand
Classificatie en interpretatie Bodemhorizont (Hor.; volgens De Bakker & Schelling, 1989)
Monstername (M) Lithogenese (lith.)
BHA X (boring) – XXX {diepte in cm) OPH = Opgebracht
Archeologische indicatoren en afkortingen in de kolom ‘bijzonderheden’
gg = goed gesorteerd gr = grindje L = leem (verbrand)
mg = matig gesorteerd plr = plantenresten BT = bot
sg = slecht gesorteerd Fe conc = ijzerconcreties AW = aardewerk Mn conc = mangaanconcreties VST = vuursteen
ga = goed afgerond Mn = Mangaan BS = baksteen/puin
ma = matig afgerond spik = spikkel FOSF = fosfaat
sa = slecht afgerond gevl = gevlekt HK = houtskool
sch = schelpen
bijm = bijmenging (+ text.)
1
boring: 040042-1
datum: 18-5-2017, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Deurne, opdrachtgever: ARON, uitvoerder: transect
0 cm -Mv
Algemeen: aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, matig humeus, donkerbruin, normaal (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: bouwvoor
30 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelbruin, zeer fijn
Opmerking: veel lemiger, maar ook enkelegridjes slechte sortering geen ijzervlekken
50 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtbruin, zeer fijn
Bodemkundig: enkele Fe-vlekken
Opmerking: als laag 2, maar metijzerinspoeling
55 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, lichtgeel, normaal (alleen zand en veen), zeer fijn Bodemkundig: enkele Fe-vlekken
Opmerking: minder siltig dan bovenliggende, schoon zand afgezie van deijzervlekkjes en de humusinspoeling
66 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, bruin, zeer fijn
Bodemkundig: enkele Fe-vlekken Opmerking: dunne band bruin met ijervlekken
68 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, lichtgeel, normaal (alleen zand en veen), zeer fijn Bodemkundig: C-horizont
Opmerking: schoon zand
Einde boring op 110 cm -Mv
boring: 040042-2
datum: 18-5-2017, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Deurne, opdrachtgever: ARON, uitvoerder: transect
0 cm -Mv
Lithologie: zand, zwak siltig, matig humeus, donkerbruin, los (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: bv geploegd en dergelijke
35 cm -Mv
Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, matig humeus, donkerbruin, los (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: veel grijze korrels
38 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, oranje, normaal (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: oranje door ijzer
65 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtgeel, zeer fijn
Einde boring op 110 cm -Mv
boring: 040042-3
datum: 18-5-2017, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Deurne, opdrachtgever: ARON, uitvoerder: transect
0 cm -Mv
Algemeen: aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, matig humeus, donkerbruin, los (alleen zand en veen), matig fijn
23 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, oranje, normaal (alleen zand en veen), matig fijn
Opmerking: oraje doorijzer
35 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geel, normaal (alleen zand en veen), matig fijn Bodemkundig: C-horizont met roestvlekken
55 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtgeel, matig fijn Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 100 cm -Mv
2
boring: 040042-4
datum: 18-5-2017, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Deurne, opdrachtgever: ARON, uitvoerder: transect
0 cm -Mv
Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, matig humeus, donkerbruin, normaal (alleen zand en veen), matig fijn
25 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, zwak humeus, bruin, normaal (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: bk aanwezig, enkeerd
55 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, zwak humeus, bruin, normaal (alleen zand en veen), zeer fijn Opmerking: licht verstoord
68 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: zand, matig siltig, oranjegeel, normaal (alleen zand en veen), zeer fijn Opmerking: ijzer
80 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: diffuus (3-10 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtgeel, zeer fijn Bodemkundig: C-horizont
Opmerking: afgerond
Einde boring op 120 cm -Mv
boring: 040042-5
datum: 18-5-2017, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Deurne, opdrachtgever: ARON, uitvoerder: transect
0 cm -Mv
Algemeen: aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, matig humeus, donkerbruin, los (alleen zand en veen), matig fijn
30 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, zwak humeus, bruin, normaal (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: eerddek
83 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, bruin, normaal (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: licht verstoord, enkele male geploegd
95 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtgeel, zeer fijn Bodemkundig: enkele Fe-vlekken
Opmerking: C(g)
Einde boring op 130 cm -Mv
boring: 040042-6
datum: 18-5-2017, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Deurne, opdrachtgever: ARON, uitvoerder: transect
0 cm -Mv
Algemeen: aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, zwak siltig, zwak humeus, bruin, normaal (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: grind tot 1 cm
25 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, zwak siltig, zwak humeus, bruin, normaal (alleen zand en veen), matig fijn Opmerking: roest
60 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, bruin, normaal (alleen zand en veen), matig fijn
Opmerking: verstoord, mog licht verploegd
70 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geel, normaal (alleen zand en veen), zeer fijn
Opmerking: verstoord met laag erboven
80 cm -Mv
Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm)
Lithologie: zand, matig siltig, lichtgeel, normaal (alleen zand en veen), zeer fijn Opmerking: C geen roest
Einde boring op 110 cm -Mv