• No results found

Civiele werken en economisch gebruik

Onderhoudsbaggerwerk en baggerverspreiding Vergunning Randvoorwaarden (relevant) Groninger Seaports.

Vergunning Eemshaven. Afgifte 28-08-2008, geldig t/m 31-12-2012

 Er mag alleen baggerspecie afkomstig uit en van het reguliere

baggeronderhoud van de Eemshaven worden verspreid en enkel op de locatie Oude Westereems.

 Er mag maximaal 600.000 kubieke meter bagger in situ gemeten op de locatie Oude Westereems per jaar worden verspreid door middel van een sleephopper.  De te storten baggerspecie dient te voldoen aan de Chemie-Toxiciteit-Toets

voor verspreiding van zoute baggerspecie, als bedoeld in de Vierde Nota Waterhuishouding.

 De te verspreiden baggerspecie dient te voldoen aan de kwaliteitseisen overeenkomstig het Besluit bodemkwaliteit (Bbk).

 De bagger- en stortwerkzaamheden vinden bij voorkeur plaats in de periode oktober tot en met februari. Wanneer het om nautisch-technische redenen niet mogelijk is om de werkzaamheden in deze periode uit te voeren mag ook buiten de vorengenoemde periode gestort worden.

Gemeente Harlingen. Baggeren havens Harlingen. Afgifte 08- 12-2009 – Geldig tot 31-12-2014

 Er mag alleen baggerspecie, afkomstig uit de Waddenzee en daarmee in directe verbinding staande havens van Harlingen (zoals geformuleerd in de aanvraag) worden gestort.

 Maximaal mag per jaar 1.650.000 m3, met een langjarig gemiddelde van 1.450.000 m3, baggerspecie worden verspreid.

 Er mag alleen worden gestort op de locaties nabij de Pollendam en in het Kimstergat

 Verspreiding van baggerspecie welke niet voldoet aan de ZBT normering (Zoute Bagger Toets) is niet toegestaan.

 De bagger- en stortwerkzaamheden vinden bij voorkeur plaats in de periode oktober tot en met februari. Wanneer het om nautisch/technische reden niet mogelijk is om de werkzaamheden in deze periode uit te voeren mag ook buiten de vorengenoemde periode gestort worden.

Groninger Seaports. Vergunning Haven Delfzijl. Afgifte 18-01- 2008, geldig tot 31-12- 2012

 Er mag alleen baggerspecie afkomstig uit de haven en havenmond van Delfzijl worden gestort.

 Er mag alleen gestort worden op de locaties Mond van de Dollard (D9) en de Bocht van Watum (BW18)

 Er mag maximaal 1.200.000 kubieke meter bagger op de locatie ‘Dollard’ per jaar worden verspreid door middel van een sleephopper op voorwaarde dat, indien er noodzakelijkerwijs meer gestort moet gaan worden dan 300.000 kubieke meter bagger er voorafgaand een aanvulling op de onderhavige Passende Beoordeling moet worden gezonden aan de Regiodirecteur Directie Regionale Zaken Noord

 Er mag maximaal 50.000 kubieke meter bagger in de Bocht van Watum per jaar worden verspreid door middel van een sleephopper.

 Er mag maximaal 1.150.000 kubieke meter bagger per jaar vanuit de haven en de havenmond worden verspreid door middel van de water- en

luchtinjectiemethode.

 Voor de werkzaamheden dient uitvoering plaats te vinden conform de methodiek zoals omschreven in de voorschriften 5, 7 en 8. Andere methodes mogen niet ingezet worden. Waar mogelijk dient de ecologisch meest verantwoorde methode (zijnde de lucht- en waterinjectiemethode) zoveel als mogelijk gebruikt te worden.

 De te storten baggerspecie dient te voldoen aan de Chemie-Toxiciteit-Toets voor verspreiding van zoute baggerspecie, als bedoeld in de Vierde Nota Waterhuishouding.

 De bagger- en stortwerkzaamheden vinden bij voorkeur plaats in de periode oktober tot en met februari. Wanneer het om nautisch-technische redenen niet

de vorengenoemde periode gestort worden. Van deze afwijking dient minimaal twee weken voorafgaand aan uitvoering ervan, melding gedaan te worden aan de regiodirecteur Noord of diens rechtsopvolger (t.a.v. het Nb-wet team). Gemeente Eemsmond. Vergunning Haven en vaargeul Noordpolderzijl. Afgifte 26-02-2009, geldig tot 01-03-2014

 Verstoring van in het gebied aanwezige fauna dient tot een minimum te worden beperkt.

 Er mag alleen baggerspecie afkomstig uit de Waddenzee en de betreffende haven verwijderd en verspreid worden.

 De te verspreiden baggerspecie dient te voldoen aan de kwaliteitseisen overeenkomstig het Besluit bodemkwaliteit (Bbk)

 De werkzaamheden gericht op het uitbaggeren van de haven en de vaargeul van Noordpolderzijl dienen uiterlijk 1 april 2009 te zijn afgerond. Voor deze werkzaamheden wordt 1 sleephopperzuiger ingezet.

 Voor de reguliere onderhoudswerkzaamheden bestaande uit het verwijderen van drempels middels ploegen dan wel gebruik maken van de water- en luchtinjectietechniek en gericht op het verwijderen van ca. 500 m3 bagger geldt dat deze bij voorkeur plaats dienen te vinden in de periode oktober tot en met februari. Wanneer het om nautisch-technische redenen niet mogelijk is om de werkzaamheden in deze periode uit te voeren mag ook buiten de

voorgenoemde periode gebaggerd worden, zulks in overleg met de regiodirecteur Noord of diens rechtsopvolger.

 De bij de voor 2009 geplande werkzaamheden vrijkomende bagger (ca. 8400 m3) mag uitsluitend verspreid worden op de verspreidingslocatie nabij Lauwersoog die bekend staat onder de naam Oort/Lutjewad 2. RWS waterdistrict

Waddenzee. Vergunning onderhoudsbaggerwerk paapsand sud. Afgifte 08-01-2008, geldig tot 31-12-2012

 Er mag alleen baggerspecie afkomstig uit de vaargeul Paapsand Süd worden gestort.

 Er mag alleen gestort worden op de locaties Mond van de Dollard (D9) en de Bocht van Watum (BW18)

 Er mag maximaal 60.000 kubieke meter bagger per jaar worden verspreid door middel van een sleephopper, evenredig verdeeld over de locaties Mond van de Dollard (D9) en de Bocht van Watum (BW18).

 Er mag maximaal 40.000 kubieke meter bagger worden verspreid door middel van agitatie.

 Voor de baggerwerkzaamheden is de te hanteren methodiek zoals omschreven in voorschrift 5 en 6. Andere methodes mogen niet ingezet worden.

 De te storten baggerspecie dient te voldoen aan de Chemie-Toxiciteit-Toets voor verspreiding van zoute baggerspecie, als bedoeld in de Vierde Nota Waterhuishouding.

 De bagger- en stortwerkzaamheden vinden bij voorkeur plaats in de periode oktober tot en met februari. Wanneer het om nautisch-technische redenen niet mogelijk is om de werkzaamheden in deze periode uit te voeren mag ook buiten de vorengenoemde periode gestort worden. Van deze afwijking dient minimaal twee weken voorafgaand aan uitvoering ervan, melding gedaan te worden aan de regiodirecteur Noord of diens rechtsopvolger (t.a.v. het Nb-wet team). RWS Noord-Nederland Waterdistrict Waddenzee. Vergunning onderhoudsbaggerwerk Waddenzee. Afgifte 29- 06-2006, geldig tot 01- 07-2011

 Er mag alleen schone zoute baggerspecie afkomstig uit de Waddenzee en de daarmee in directe verbinding staande havens worden gestort.

 De te storten baggerspecie dient te voldoen aan de Chemie-Toxiciteit-Toets voor verspreiding van zoute baggerspecie, als bedoeld in de Vierde Nota Waterhuishouding

 Baggerspecie maag alleen gestort worden op de bestaande stortlocaties, weergegeven op de kaart die bij de aanvraag is gevoegd.

 Baggerspecie mag niet worden gestort binnen 1000 meter van gebieden met rijke flora en fauna, waaronder mossel- oester- en kokkelbanken en

mosselpercelen, of binnen 500 meter van vogelbroedgebieden en

hoogwaterrustplaatsen, of binnen 1500 meter van rust- en zoogplaatsen van zeehonden.

 De voor natuurwaarden minst schadelijke stortmethode moet worden gebruikt volgens de laatste wetenschappelijke inzichten en stand der techniek.

 Bagger wordt geloosd in stromend water

 Er mag nooit gerainbowd worden op drooggevallen platen, dus alleen tijdens een sterke eb- of vleodstroon over d eplaten te weten tot halftij bij eb en vanaf halftij bij vloed

 Per jaar mag in het rainbowgebied in totaal niet meer dan 5 mm baggerspecie op de drooggevallen platen achterblijven.

 Mossel- oester- en kokkelbanken op drooggevallen platen dienen gevrijwaard te blijven van rainbowactiviteiten.

Vergunning storten onderhoudsbaggerspecie in Marsdiep. Afgifte 01- 10-2007, geldig t/m 31- 12-2010.

 Er mag maximaal 1.500.000 m3 baggerspecie per jaar in het Marsdiep gestort

worden.

 Er mag uitsluitend baggerspecie in het Marsdiep gestort worden die aan de CTT-normering voldoet.

 Indien er gebaggerd wordt door middel van fluïdisatie, dient er monitoring plaats te vinden van de ontwikkeling van het slibgehalte in en om het Marsdiep tijdens en na het baggeren.

 De baggerstort dient in beginsel plaats te vinden in de periode van half

september tot half maart. Indien bijzondere omstandigheden hiertoe aan leiding geven, kan van deze periode worden afgeweken, mits dit gemeld wordt aan de regiodirecteur West of diens rechtsopvolger en kan pas plaatsvinden na diens instemming hiermee.

 Onverlet Artikel 43, lid 2, van de Nb-wet 1998 kunnen de voorschriften verbonden aan dit besluit worden gewijzigd indien naar het oordeel van het bevoegd gezag uit eigen waarneming van anderszins blijkt dat de effecten van de baggerstort meetbare nadelige gevolgen voor het betrokken beschermde gebied hebben, anders dan die welke bij het nemen van dit besluit op basis van de op dat moment beschikbare informatie verwacht werden en deze effecten door het wijzigen van de voorschriften kunnen worden voorkomen of gemitigeerd.

 Onverlet artikel 43, lid 2, van de Nb-wet 1998 geldt dat, indien met betrekking tot de toepasselijke wetgeving op enig moment mocht blijken dat de effecten van de baggerstort zodanige schade aan de kenmerken en waarden van het betrokken beschermde gebied dreigt toe te brengen dat hieraan door het geven van aanwijzingen of het stellen van aanvullende voorschriften redelijkerwijz niet kan worden tegemoetgekomen, dan zal de vergunning worden ingetrokken. Dienst Vastgoed

Defensie Directie West. Vergunning

baggerwerkzaam-heden Den Helder. Afgifte 01- 10-2007, geldig t/m 31- 12-2010.

Zie randvoorwaarden Vergunning storten baggerspecie in Marsdiep.

Onderhoud kabels en leidingen

Vergunning Randvoorwaarden (relevant) Nederlandse aardolie maatschappij. Gastransportleiding Lauwersoog-Anjum. Afgifte 23-06-2006, geldig t/m 31-12-2040

 Er dient geen afval of andere verontreiniging in het gebied achter te blijven. De machines en generatoren welke bij de uitvoering van de werken zullen worden gebruikt, dienen in goede staat van onderhoud te verkeren; lekkages van koel-, hydraulische vloeistoffen en smeermiddelen zijn verboden.

 Het is niet toegestaan geluidsapparatuur of huisdieren mee te nemen en planten te plukken.

 Na afloop van de werkzaamheden dienen de betrokken tracés in het gebied, tot genoegen van de regiodirecteur Noord, zodanig in de oude staat te zijn

teruggebracht, dat een natuurlijk herstel kan optreden van de oorspronkelijke vegetatie.

 Er wordt buiten het broed- en overwinteringsseizoen gewerkt.

 De lampen branden uitsluitend voor zover dat voor de op het werkterrein te verrichten werkzaamheden, dan wel anderszins, in verband met de veiligheid noodzakelijk is.

 De werkzaamheden worden zoveel mogelijk bij daglicht uitgevoerd. Voor zover de werkzaamheden evenwel buiten dagverlichting worden uitgevoerd, is de verlichting zodanig opgesteld en ingericht en zijn de lampen zodanig laag gehangen en naar buiten toe afgeschermd, dat hinderlijke lichtstraling door direct licht voor de vogels in het Natura 2000-gebieden Lauwersmeer en Waddenzee wordt voorkomen.

Nederlandse aardolie maatschappij. Gastransportleiding Vierhuizen-Munnikezijl. Afgifte 23-06-2006, geldig t/m 31-12-2040

Schelpenwinning

Vergunning* Randvoorwaarden (relevant) Van der Endt

Louwerse B.V. Vergunning Schelpwinning. Afgifte 01-01-2008, geldig t/m 31-12- 2010

 Er mag alleen gewonnen worden in de toegestane winlocaties zoals bedoeld in de tweede partiële herziening van de Landelijke beleidsnota Schelpenwinning.  Binnen het PKB-Waddenzeegebied is het winnen van schelpen slechts toegestaan

met steekhopperzuigers.

 Geen winning is toegestaan op minder dan 100 meter afstand van de natuurlijke mosselbanken en op minder dan 100 meter afstand van bebakende

mosselpercelen.

 Het is verboden schelpen te winnen binnen een afstand van 1.500 meter van werp- , rust- en zooggebieden van zeehonden en binnen een afstand van 500 meter van vogelconcentraties.

 Het is verboden schelpen te winnen in gebieden waar zich levende schelpenbanken bevinden.

 Het winnen van schelpen vindt alleen plaats in diepere geulen, minimaal 5 meter beneden NAP.

 De totale maximale hoeveelheid gezamenlijk te winnen schelpen bedraagt 180.000 m³ per jaar. Van dit maximum mag ten hoogste 50 % afkomstig zijn uit de Waddenzee.

*Er zijn meer identieke vergunningen. Deze hebben echter allemaal dezelfde voorwaarden.

Scheepvaart

Vergunning Randvoorwaarden (relevant) RWE. Vergunning

kolencentrale. Afgifte 14-08-2008, geldig t/m 14-08- 2014

 De bouwwerkzaamheden en de bedrijfsvoering van de centrale, inclusief het onderhoud, dienen zodanig plaats te vinden dat onnodige verstoring van

vogelrichtlijn- en habitatrichtlijnsoorten wordt voorkomen. Onder het voorkomen van onnodige verstoring wordt in elk geval verstaan dat de werkzaamheden zodanig worden uitgevoerd dat piekgeluiden zoveel mogelijk worden vermeden en dat werkzaamheden zo veel als redelijkerwijs mogelijk inpandig worden uitgevoerd.  Onverlet de geluidsnorm inzake binnendijks heien zoals opgenomen in voorgaand

voorschrift, mag tijdens de bouw- en aanlegwerkzaamheden de bronsterkte van 128dB(A) voor incidentele piekgeluiden (dus exclusief het heien) niet worden overschreden

 Het tijdstip en de tijdsduur van geluidsproducerende werkzaamheden dient zodanig te worden afgestemd dat hierdoor de kwetsbare tijdstippen en perioden van vogels waarvoor de Waddenzee is aangewezen als Vogelrichtlijngebied worden ontzien en de mogelijk optredende verstoring wordt beperkt. Voor vogels dienen vooral de broed- rui- en trekperioden in acht te worden genomen.

 Het heien van de palen voor de binnendijkse bouwwerken wordt geluidsarm uitgevoerd. Hiertoe wordt de heimachine voorzien van een geluidsmantel of wordt door toepassing van andere maatregelen gezorgd voor beperking van de

geluidssterkte

 De verlichting op het werkterrein en aan apparatuur ten behoeve van de bouw van zowel de centrale als de aanleg van de koelwateruitlaat en het reguliere onderhoud tijdens de gebruiksfase van de centrale dient, ook wat de hoogte daarvan betreft, te worden beperkt tot het strikt noodzakelijke ten behoeve van de werkzaamheden  De verlichting dient zodanig te worden opgesteld en ingericht, en de lampen

zodanig naar buiten toe te worden afgeschermd, dat lichtstraling door direct licht naar het Natura 2000-gebied Waddenzee zoveel mogelijk wordt voorkomen.  De buitenverlichting van de centrale dient buiten de bedrijfstijden (07:00 uur –

19:00 uur) te worden gedoofd, uitgezonderd de noodzakelijke verlichting voor beveiligingsdoeleinden.

 De buitenverlichting van de centrale zelf en de verlichting van de bijbehorende installaties en gebouwen, voor zover deze gebruikt wordt tijdens de periode tussen zonsondergang en zonsopgang, dient volledig te worden uitgevoerd door middel van groene verlichting zoals opgenomen en bedoeld in de vergunningaanvraag.  De lichtsterkte, afkomstig van de verlichting van de centrale, mag op de grens van

het Natura 2000-gebied en het beschermd natuurmonument Waddenzee maximaal 0 lux bedragen.

effecten op de natuurlijke kenmerken ontstaan.

 Het koelwatersysteem dient gesloten te worden uitgevoerd, waarbij wordt voorkomen dat het koelwater in aanraking kan komen met grondstoffen en processtoffen welke gebruikt worden voor opwekking van elektriciteit en/of het in werking houden van de installaties.

 Het is niet toegestaan om aangroei/algenbestrijding in het koelwatersysteem toe te passen door middel van chemicaliën.

 Gebruik van ‘pulse-chlorering’ door gebruik van chloorbleekloog in het koelwatersysteem is niet toegestaan.

 De in het koelwatersysteem toegepaste materialen dienen te voldoen aan de hoogste corrosiviteitseisen (zoals toepassing van (gecoat) koolstofstaal, glasvezel, gecoat beton en gebruik van titanium en hoge kwaliteit RVS).

 De gebouwen en installaties van de centrale dienen te worden uitgevoerd in gedekte/grauwe tinten ten behoeve van inpassing in het landschap.

 Toepassing van reflecterende of spiegelende materialen en constructies in of op de gebouwen en installaties is niet toegestaan indien hierdoor, als gevolg van in- of opvallend licht, lichtreflectie Waddenzee

 De totale omvang van het koelwateruitlaatsysteem (buitendijks deel), inclusief het eventueel te verwijderen slib ten behoeve van de realisatie, mag de omvang van 3,1 ha niet overschrijden.

 Het aanbrengen van de bodemverharding en dammen vindt alleen plaats door middel van plaatsing van het losse steenmateriaal met behulp van een grijper. Het los storten van het materiaal via stortbakken of -kokers of vanaf een hoogte van meer dan 1 meter boven het oppervlak (bodem of reeds aanwezige deel van het uitlaatwerk) is niet toegestaan. Indien toepassing nodig blijkt van asfalt en beton en hiervoor andere methoden voor aanleg nodig zijn, dan dient dit apart te worden beoordeeld (en/of vergund) door of namens de minister van E,L&I (de

regiodirecteur Noord of diens rechtsopvolger).

 De realisatie van het buitendijkse deel van de koelwateruitlaatsysteem moet binnen een periode van 6 maanden worden afgerond. Deze periode moet gelijk vallen met de periode waarin binnendijks heiwerkzaamheden plaatsvinden.

 Onderhoud aan het buitendijkse deel van het koelwateruitlaatsysteem mag alleen plaatsvinden in perioden buiten het broed- en vogeltrekseizoen.

 Terrestische natuurcompensatie: tenminste een oppervlak van 69 ha

compensatiegebied dient te zijn gerealiseerd als hoogwatervluchtplaats (hvp) en foerageer- en broedgebied voor pionier-vogelsoorten. Onder realisatie wordt verstaan dat het compensatiegebied volledig is ingericht en kan worden gebruikt door vogels als hvp en/of foerageer- en broedgebied.

 Mariene natuurcompensatie: de aankoop van kwelders en de beëindiging van de garnalenvisserij in het Kerkeriet dient te zijn afgerond.

 Ten behoeve van de populatie velduilen (broed- en leefgebied) dient in het compensatieplan voor de terrestische natuur een gebiedsdeel te worden ingericht dat voldoet aan de voor deze vogelsoort benodigde biotoop. De oppervlakte van het gebied dient voldoende te zijn voor 2-4 broedparen.

NUON. Vergunning multifuel centrale. Afgifte 22-02-2008, geldig voor

onbepaalde tijd

 De bouwwerkzaamheden, de bedrijfsvoering van de centrale, inclusief het regulier onderhoud, dienen/dient zodanig plaats te vinden dat onnodige verstoring van vogels wordt voorkomen.

 De bouw van het buitendijkse koelwaterwerk, voor zover onderdeel van deze aanvraag en gelegen buiten de begrenzing van de PKB Waddenzee, dient te worden uitgevoerd door middel van droge aanleg. Dit dient te worden gerealiseerd middels een droge werkplaats omgeven door een damwandconstructie.

 Voor de bouw van het buitendijkse koelwaterwerk, als bedoeld in voorgaand voorschrift, dienen, in plaats van gewone heipalen, schroefpalen toegepast te worden.

 Het heien van de palen voor de binnendijkse bouwwerken wordt geluidsarm uitgevoerd. Hiertoe wordt de heimachine voorzien van een geluidsmantel of wordt door toepassing van andere maatregelen gezorgd voor beperking van de

geluidssterkte tot het niveau volgens voorschrift 10.

 Het geluidsniveau tijdens het heien voor binnendijkse bouwwerken mag de geluidscontouren, zoals opgenomen in bijlage 2 sub j, q en r, niet overschrijden. Tijdens de bouw- en aanlegwerkzaamheden mag de piekbronsterkte van 128 dB(A) voor incidentele piekgeluiden niet worden overschreden

 Geluidemissie als gevolg van het affakkelen moet zo veel als redelijkerwijs mogelijk is worden beperkt, doch dient in ieder geval te voldoen aan de geluidsvoorschriften zoals opgenomen in de vigerende Wet milieubeheervergunning.

 De verlichting op het werkterrein en aan apparatuur ten behoeve van de bouw van zowel de centrale als de bouw van het uitlaatwerk koelwater en het reguliere

onderhoud tijdens de gebruiksfase van de centrale dient, ook wat de hoogte daarvan betreft, te worden beperkt tot het strikt noodzakelijke ten behoeve van de werkzaamheden

 De verlichting dient zodanig te worden opgesteld en ingericht, en de lampen zodanig naar buiten toe te worden afgeschermd, dat lichtstraling door direct licht naar het Natura 2000-gebied Waddenzee zoveel mogelijk wordt voorkomen.  De buitenverlichting van de centrale zelf en de verlichting van de bijbehorende

installaties en gebouwen, dient volledig te worden uitgevoerd door middel van groene verlichting zoals opgenomen en bedoeld in de vergunningaanvraag.  De lichtsterkte, afkomstig van de verlichting van de centrale, mag op de grens van

het Natura 2000-gebied en het beschermd natuurmonument Waddenzee maximaal 0 lux bedragen.

 Per kalenderjaar mag het systeem voor affakkelen niet meer dan 175 uur in werking zijn. Daarbij geldt de restrictie dat het affakkelen maximaal 90 uur/jaar plaatsvindt in de periode tussen zonsondergang en zonsopgang.

 Voor wat betreft emissies naar de lucht en bodem dient, mede vanuit de ecologische borging vanuit de Nb-wet 1998, het gestelde in de vigerende vergunning op grond van de Wet milieubeheer in acht genomen te worden.  Afval en andere mogelijke verontreinigingen, waaronder ook gemorste grond- en

reststoffen worden verstaan, dienen op een zodanige wijze en tijdstip te worden verwijderd dat in of nabij de relevante beschermde gebieden geen vermijdbare effecten op de natuurlijke kenmerken ontstaan.

Luchtvaart

Vergunning Randvoorwaarden (relevant) Den Helder Airport

C.V. Vergunning civiel gebruik vliegveld de Kooy. Afgifte 07-12-2007, geldig t/m 31-12- 20012

 Binnen de categorie ‘groot verkeer’ mag maximaal een aantal van 220 vliegbewegingen per jaar met grote vaste vleugelvliegtuigen (> 6.000 kg.)

uitgevoerd worden. Bij voorziene overschrijding van dit aantal van 220 en/of indien het aantal vliegbewegingen (binnen deze maximale 220 vliegbewegingen) welke uitgevoerd worden met grote vaste vleugelvliegtuigen met een passagierscapaciteit van meer dan 20 personen (of een hiermee vergelijkbaar toestel, los van

passagierscapaciteit) meer dan 50 zal bedragen, dient vergunninghoudster hiervan