• No results found

Questionnaire

Geanonimiseerde aanduiding

respondent 1 in rapport en transcript

Eurojust employee 1 (EJ1) Geanonimiseerde aanduiding

respondent 2 in rapport en transcript

Eurojust employee 2

Datum 26-02-2015

Tijd 10:30

Duratie 1 uur

Locatie Eurojust – Maanweg 174, Den Haag

Interviewer Bjorn Kleizen

Contactinformatie interviewer Telefoon: 06-53587749

E-mail: b.kleizen@student.utwente.nl

Introductie vragenlijst

U ontvangt deze vragenlijst naar aanleiding van een masterthesisonderzoek naar het functioneren van het Europees Aanhoudingsbevel (hierna EAB) in Nederland. In het onderzoek wordt gekeken naar de relatie tussen Nederlandse justitiële organisaties en hun tegenhangers uit andere EU lidstaten. Specifiek wordt bezien welke onderdelen van het EAB goed functioneren en welke factoren van belang zijn voor een effectieve toepassing van het EAB. Aangezien de coördinatie van Eurojust in het kader van het EAB bedoeld is om de samenwerking tussen lidstaten te bevorderen is uw ervaring van groot belang voor een goed antwoord op mijn onderzoeksvragen.

De vragenlijst is opgedeeld in zeven hoofdonderdelen. De eerste zes onderdelen bevatten circa 5 á 6 open vragen. Het zesde onderdeel is optioneel en komt alleen aan de orde als er na het bespreken van de eerste vijf onderdelen nog tijd over is. Het zevende onderdeel betreft de afsluiting van het interview en biedt gelegenheid voor eventuele vragen en opmerkingen van uw kant.

Algemene informatie over zaken als geheimhouding, anonimiteit, aantekeningen en opnamemateriaal kunt u vinden in het document ‘Inleiding Interview 26-2 - Eurojust’.

157

I. Bilaterale coördinatieverzoeken aan Nederland

Eerst wil ik een aantal vragen stellen over coördinatieverzoeken aan Eurojust om EAB zaken met Nederland te coördineren. Het gaat in alle vragen van deze sectie dus over verzoeken van andere lidstaten aan Eurojust.

1. Kunt u aangeven met welke onderwerpen coördinatieverzoeken gericht aan Nederland te maken hebben?

2. Welke motieven hebben buitenlandse justitiële autoriteiten om verzoeken voor EAB coördinatie met betrekking tot Nederland in te dienen?

3. Kunt u aangeven of er een patroon is wat betreft de oorsprong van coördinatieverzoeken aan Nederland?

3a. Indien er inderdaad een patroon is, welke lidstaten lijken veel verzoeken in te dienen voor coördinatie met Nederland en waarom?

4. Kunt u omschrijven hoe de samenwerking tussen Nederland, Eurojust en de verzoekende lidstaten in dergelijke EAB zaken functioneert?

II. Bilaterale coördinatieverzoeken uit Nederland

Vervolgens wil ik een aantal vragen stellen over de EAB coördinatieverzoeken die uit Nederland komen. 1. Kunt u aangeven welke onderwerpen aan de orde komen bij coördinatieverzoeken uit Nederland? 2. Welke motieven hebben Nederlandse justitiële autoriteiten om verzoeken voor EAB coördinatie in te dienen?

3. Kunt u aangeven of er een patroon is wat betreft de landen waar Nederland haar coördinatieverzoeken aan adresseert?

3a. Indien er inderdaad een patroon is, welke lidstaten lijken vaak onderwerp te zijn van verzoeken uit Nederland en waarom?

4. Kunt u omschrijven hoe de samenwerking tussen Nederland, Eurojust en de verzochte lidstaten in dergelijke zaken functioneert?

III. Effecten van bilaterale coördinatie door Eurojust

Onder deze sectie wil ik u een aantal vragen voorleggen wat betreft het functioneren en de effecten van bilaterale coördinatie in het kader van de EAB. Tenzij specifiek aangegeven gaat het hierbij niet per definitie om Nederland.

1. Welke effecten heeft coördinatie via Eurojust op de verdere overleveringsprocedure?

158 2a. Kunt u wellicht voorbeelden noemen van lange termijn effecten op de relaties tussen

lidstaten?

3. Herkent u verschillen tussen lidstaten met betrekking tot de mate waarin coördinatie de overleveringsprocedure beïnvloedt?

3a. Zo ja, kunt u vertellen hoe lidstaten onderling verschillen? 4. Welke problemen doen zich voor tijdens de coördinatie tussen lidstaten?

4a. Kunt u wellicht voorbeelden noemen van problemen tijdens de coördinatie tussen lidstaten? 5. Kunt u aangeven welke rol Eurojust vervult bij het vertalen van stukken tijdens de coördinatie tussen Nederland en een andere lidstaat?

5a. Kunt u aangeven welke verschillen er zijn tussen lidstaten wat betreft het belang van vertalingen door Eurojust?

Stel Eurojust geeft advies aan Nederland en een andere lidstaat over welke lidstaat het best geplaatst is voor vervolging.

6. In hoeverre zijn lidstaten naar uw mening bereid om het advies van Eurojust op te volgen? 6a. In hoeverre is specifiek Nederland bereid adviezen van Eurojust op te volgen?

IV. Multilaterale coördinatie

In deze sectie wil ik kort met u multilaterale coördinatie in het kader van het EAB bespreken. Tenzij specifiek aangegeven gaat het hierbij niet per definitie om Nederland.

1. Zijn er EAB zaken geweest waarin multilaterale coördinatie met onder andere Nederland verzocht werd (u hoeft niet in te gaan op de kenmerken van deze zaken)?

2. Kunt u aangeven in hoeverre deze Nederlandse zaken naar uw mening soepel verliepen?

3. In hoeverre zijn lidstaten die conflicterende EAB’s uitvaardigen of ontvangen bereid samen te werken met elkaar en Eurojust?

3a. In hoeverre verschilt de bereidheid samen te werken per lidstaat?

4. Kunt u uitleggen hoe coördinatie door Eurojust invloed heeft op de verdere overleveringsprocedure? 5. Welke problemen doen zich voor tijdens de coördinatie tussen lidstaten?

5a. Kunt u wellicht voorbeelden noemen van problemen tijdens de coördinatie tussen lidstaten?

V. Ontwikkelingen sinds de introductie van het EAB en Eurojust

Deze sectie betreft de ontwikkelingen die het EAB heeft doorgemaakt sinds de introductie van het systeem in 2004. Ook zijn vragen inbegrepen over de ontwikkeling van de coördinatie verricht door Eurojust sinds de introductie van het EAB.

159 1. Kunt u aangeven op welke manieren de coördinatie van Eurojust zich sinds 2004 heeft ontwikkeld? 2. In hoeverre heeft de communicatie tussen lidstaten zich sinds de introductie van het EAB en Eurojust ontwikkeld?

3. Kunt u aangeven in hoeverre de kennis van andere rechtssystemen bij justitiële autoriteiten in Nederland en andere lidstaten zich sinds de introductie van het EAB en Eurojust heeft ontwikkeld? 4. Kunt u de ontwikkelingen in de mate van wederzijds vertrouwen tussen Nederland en andere lidstaten sinds de introductie van de EAB en Eurojust beschrijven?

5. Tot slot, kunt u aangeven hoe het functioneren van het EAB systeem zich sinds 2004 naar uw mening heeft ontwikkeld?

VI. Nederlandse implementatie van het EAB (indien tijd over)

Deze sectie komt aan de orde indien er tijd over is. Graag wil ik u een aantal vragen stellen over uw mening wat betreft de Nederlandse implementatie van het EAB Kaderbesluit in de Overleveringswet en in de jurisprudentie van de Rechtbank Amsterdam.

1. Hoe functioneert naar uw mening de terugkeergarantie uit de Overleveringswet?

2. Hoe functioneert naar uw mening de terugkeergarantie voor vreemdelingen die voldoen aan de criteria voor een verblijfsvergunning van onbepaalde tijd?

3. Hoe functioneert naar uw mening het garantiestelsel met betrekking tot nieuwe procesmogelijkheden in het geval van een verstekvonnis?

4. Hoe functioneert naar uw mening de Nederlandse territorialiteitsweigeringsgrond in het licht van zaken waarbij ook een andere lidstaat jurisdictie over hetzelfde feitencomplex heeft?

5. Hoe functioneert naar uw mening het Nederlandse specialiteitsbeginsel in het geval van (executie)overleveringen?

6. Hoe functioneert naar uw mening de balans tussen wederzijds vertrouwen en een geschikte mate van rechtsbescherming in het Nederlandse systeem?

7. Hoe functioneert de Nederlandse toets voor flagrante mensenrechtenschendingen (concrete omstandigheden die leiden tot een gegrond vermoeden) naar uw mening?

VII. Afsluiting

Dit is het einde van het interview. Graag wil ik u hartelijk bedanken voor uw deelname en de informatie die u gegeven heeft. In deze sectie is ruimte voor vragen en opmerkingen van uw kant.

160 2. Ontbraken er naar uw mening belangrijke gespreksonderwerpen in het interview?

Een transcript van het interview wordt u zo spoedig mogelijk, in elk geval voor 05-03-2015 toegestuurd. De openbare finale versie van het rapport zal u tevens toegestuurd worden zodra deze beschikbaar is. Vragen en opmerkingen achteraf zijn altijd mogelijk met behulp van de contactinformatie die u bovenaan de vragenlijst vindt.

2. Interview protocol

Inleiding interview 26-2

Inleiding bij het interviewproces

Als onderdeel van mijn masterthesis Bestuurskunde aan de Universiteit Twente onderzoek ik het vertrouwen tussen justitiële organisaties bij het gebruik van het Europees Aanhoudingsbevel (EAB). Door uw functie bij Eurojust beschikt u over waardevolle informatie voor het onderzoek. Ik wil daarom uw medewerking vragen voor een interview. Het interview zal met name gaan over de factoren die van invloed zijn op de effectiviteit van de samenwerking tussen de betrokken organisaties bij de toepassing van het EAB. De nadruk van het interview zal daarbij liggen op de coördinatie verricht door Eurojust. Tijdens het interview krijgt u een aantal open vragen voorgelegd over uw ervaringen met het EAB. Daarnaast gaan een aantal vragen over uw ervaring met justitiële organisaties in de lidstaten, met name Nederland. Verder worden een aantal vragen gesteld over uw ervaring en mening wat betreft het functioneren van Eurojust. Tot slot zijn een aantal vragen opgenomen over de Nederlandse implementatie van het EAB Kaderbesluit. In alle gevallen gaat het om algemene vragen naar denkbeeldige situaties, zonder referenties naar specifieke zaken of personen.

Het interview duurt ongeveer één uur. Het interview is zo ontworpen dat één onderdeel optioneel is, hetgeen verzekert dat het interview niet veel zal uitlopen.

Vertrouwelijkheid en gevoelige gegevens

Antwoorden die u geeft in het kader van het onderzoek zullen behandeld worden als uw mening over uw professionele werkervaring. De antwoorden worden dus nooit als een officieel standpunt van Eurojust aangehaald.

Bovendien worden uw antwoorden volledig anoniem gerapporteerd, dat wil zeggen: De uitgewerkte interviews, meerkeuzevragen en eventuele geluidsopnames zullen niet in de openbare versie van het rapport opgenomen worden en uw antwoorden worden niet letterlijk geciteerd. Het rapport zal door middel van geanonimiseerde verwijzingen naar interviewdata niet herleidbaar zijn naar individuele personen. Onderdelen van het rapport die niettemin gevoelige verwijzingen bevatten zullen alleen in een vertrouwelijke, niet openbare versie van het rapport opgenomen worden.

161 Verder zult u in staat gesteld worden zo snel mogelijk de uitgewerkte versie van uw interview in te zien. Daarbij kunt u ervoor kiezen om een antwoord waar u niet langer achter staat te verwijderen uit het transcript.

Zoals eerder aangegeven wordt tijdens het interview nooit naar een specifieke zaak of persoon gevraagd. Het gaat altijd om algemene vragen en hypothetische situaties.

Praktische informatie voor tijdens het interview

Indien u hiervoor toestemming geeft worden uw antwoorden opgenomen door middel van een geluidsrecorder, aangevuld met schriftelijke notities. Het gebruik van een geluidsrecorder heeft als voordeel dat er geen interviewdata verloren gaat. Indien u bezwaar heeft tegen het gebruik van een geluidsrecorder dan kunt u dit aangeven. In dat geval zullen uw antwoorden alleen door middel van schriftelijke notities geregistreerd worden.

Om privacy en geheimhouding te garanderen worden alle interviews in een aparte kamer gehouden. Naast de participanten en de interviewer is hierbij niemand aanwezig.

Na het interview

Na het interview is er ruimte voor eventuele opmerkingen en vragen. Binnen 3 dagen wordt het transcript van het interview naar u opgestuurd. U kunt dan eventuele onjuistheden doorgeven, die vervolgens verwijderd zullen worden uit het transcript. Zodra de finale openbare versie van het rapport beschikbaar is zal u een kopie toegestuurd worden, tenzij u aangeeft hier geen belangstelling voor te hebben. Alvast bedankt voor uw deelname,

Met vriendelijke groet, Bjorn Kleizen

GERELATEERDE DOCUMENTEN