• No results found

prestaties en uitval

In document Hoe gaat het met uw (oud-)leerlingen? (pagina 27-30)

Hoe goed presteren uw oud-leerlingen in het vervolgonderwijs? En hoe goed doen ze het in vergelijking met leerlingen van andere scholen?

Figuur 10.1 Cumulatief percentage oud-leerlingen dat gediplomeerd uit-stroomt met een mbo niveau 4-diploma of havodiploma, twee, drie, vier en vijf jaar na het verlaten van het vmbo gl/tl, voor de samengevoegde uit-stroomcohorten2011/2012, 2012/2013 en 2013/201418

Figuur 10.1toont het percentage leerlingen dat na het behalen van een vmbo gl-/tl-diploma doorgestroomd is naar mbo niveau 4 of havo en een mbo niveau 4-diploma of havodiploma hee t gehaald binnen de drie peilmomenten: voor mbo niveau 4 is dat drie, vier en vijf jaar na het verlaten van het vmbo gl/tl; voor havo is dat twee en drie jaar na het verlaten van de opleiding. De percentages zijn cumulatief. Van alle vmbo gl-/tl-gediplomeerden die een mbo niveau 4 is gaan volgen, haalt 36% binnen drie jaar een mbo niveau 4-diploma. Na vier jaar ligt dit percentage op 67% en na vijf jaar op 75%. Voor het behalen van een havodiploma,

18Als er informatie over uw school ontbreekt in de figuur kan dat zijn omdat er geen gegevens beschik-baar zijn voor uw school of omdat er minder dan zes leerlingen zijn waarop het percentage is gebaseerd.

ligt het percentage twee jaar na het verlaten van de vmbo gl-/tl-opleiding op 63% en na drie jaar op 76%.

Van uw oud-leerlingen die zijn doorgestroomd naar een mbo niveau 4-opleiding, hee t 36% binnen drie jaar een mbo niveau 4-diploma gehaald. Na vier jaar hee t 63% een mbo niveau 4-diploma gehaald en na vijf jaar is dit 70%. Het percentage dat na vijf jaar een mbo niveau 4-diploma hee t gehaald is ongeveer gelijk aan de voorspelde referentiewaarde en ook ongeveer gelijk aan het landelijk gemiddelde.

Van uw oud-leerlingen die zijn doorgestroomd naar een havo-opleiding, hee t 70%

binnen twee jaar een havodiploma gehaald. Na drie jaar hee t 79% een havodiploma gehaald. Het percentage dat na drie jaar een havodiploma hee t gehaald is ongeveer gelijk aan de voorspelde referentiewaarde en ook ongeveer gelijk aan het landelijk gemiddelde.

27

Box 10.1 Welke kenmerken vergroten de kans om binnen vier jaar een mbo-diploma niveau 4 of binnen 2 jaar een havodiploma te halen na het verlaten van de vmbo gl-/tl-opleiding?

Als we kijken naar de leerling- en schoolkenmerken die de kans vergroten op het behalen van een mbo-diploma niveau 4 binnen vier jaar na het verlaten van het vmbo gl/tl, zijn de volgende kenmerken van belang:

• Meisjes hebben een grotere kans

• Leerlingen wonend in een tweeoudergezin hebben een gro-tere kans dan leerlingen wonend in een huishouden zonder juridische ouders

• Leerlingen uit gezinnen met een hoog vermogen hebben een grotere kans

• Hoe hoger het percentage leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond op een school, des te groter de kans

• Leerlingen op scholen in een niet-stedelijk gebied hebben een grotere kans dan leerlingen op scholen in een (zeer) sterk stedelijk gebied

Voor het behalen van een havodiploma binnen twee jaar na het verlaten van het vmbo gl/tl zijn de volgende kenmerken van belang:

• Leerlingen uit gezinnen met een hoog vermogen hebben een grotere kans

• Leerlingen zonder migratieachtergrond hebben een gro-tere kans dan leerlingen met een eerste generatie niet-westerse migratieachtergrond

• Leerlingen waarvan de moeder werkt hebben een grote-re kans dan leerlingen waarvan de moeder een uitkering hee t

• Leerlingen op scholen in een matig of sterk stedelijk gebied hebben een grotere kans dan leerlingen op scholen in een niet-stedelijk gebied

• Hoe hoger het percentage leerlingen a komstig uit hoge inkomensgezinnen, des te groter de kans

Figuur 10.2 Percentage oud-leerlingen dat geen onderwijs volgt en geen diploma hee t gehaald, drie, vier en vijf jaar na verlaten van het vmbo gl/tl, voor de samengevoegdeuitstroomcohorten2011/2012, 2012/2013 en 2013/2014

Niet iedereen die slaagt op het vmbo gl/tl haalt een diploma in het

vervolgonderwijs.Figuur 10.2laat het percentage oud-leerlingen zien dat na afronding van het vmbo gl/tl ofwel is doorgestroomd naar bekostigd

vervolgonderwijs, maar zonder diploma het vervolgonderwijs hee t verlaten, ofwel nooit aan een vervolgopleiding is begonnen.19Dit percentage wordt getoond op drie peilmomenten: drie, vier en vijf jaar nadat de leerlingen een vmbo gl-/tl-diploma hebben behaald.

Landelijk staat 4% van alle vmbo gl-/tl-gediplomeerden na drie jaar niet meer ingeschreven in het bekostigd onderwijs in Nederland en hee t ook geen diploma.

Na vier jaar is dit percentage 6%. Vijf jaar na het behalen van een vmbo gl-/tl-diploma ligt dit op 7%.

Van uw vmbo gl-/tl-gediplomeerden staat 5% na drie jaar niet meer ingeschreven in het bekostigd onderwijs en hee t ook geen diploma gehaald. Na vier jaar ligt dit percentage voor uw school op 7% en na vijf jaar op 8%. Het percentage dat na vijf

19Deze leerlingen hebben zich mogelijk wel ingeschreven voor een studie in het buitenland of voor een studie aan een particuliere school.

28

jaar niet meer staat ingeschreven en ook geen diploma hee t gehaald is ongeveer gelijk aan de voorspelde referentiewaarde en ook ongeveer gelijk aan het landelijk gemiddelde.

Box 10.2 Welke kenmerken vergroten de kans op ongediplomeerde uitval in het vervolgonderwijs vijf jaar na het verlaten van de vmbo gl-/tl-opleiding?

Landelijk staat 7% van de vmbo gl-/tl-gediplomeerden na vijf jaar niet meer ingeschreven in het vervolgonderwijs en hee t ook geen diploma behaald in het vervolgonderwijs. Hieronder worden zowel leerling- als schoolkenmerken beschreven die de kans vergroten om ongediplomeerd het vervolgonderwijs te verlaten.

• Leerlingen wonend in een eenoudergezin of leerlingen wo-nend in een huishouden zonder juridische ouders hebben een grotere kans dan leerlingen die wonen in een tweeou-dergezin

• Jongens hebben een grotere kans

• Leerlingen op scholen in een stedelijk gebied hebben een grotere kans dan leerlingen op scholen in een niet-stedelijk gebied

29

11 voorspellingskracht van

In document Hoe gaat het met uw (oud-)leerlingen? (pagina 27-30)