• No results found

Residency regulations for victims of human trafficking and misuse

Bijlage 1 Overzicht van de respondenten

België (n=13)

 Twee vertegenwoordigers van de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid (DSB), die gespecialiseerd zijn op mensenhandel en mensensmokkel (vertegenwoordiger DSB).

 Twee vertegenwoordigers van de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ), onderdeel van het ministerie van Binnenlandse Zaken. De ene is als vertegenwoordiger van DVZ betrokken bij het Bureau Interdepartementale Coördinatiecel Mensenhandel en Mensensmokkel. De andere is verantwoordelijk voor de afgifte van verblijfs-documenten voor slachtoffers van mensenhandel (vertegenwoordiger DVZ).

 Een vertegenwoordiger van het expertisenetwerk Mensenhandel en Mensensmok-kel die tevens advocaat-generaal is (Expertisenetwerk MH). Dit is een netwerk dat is samengesteld uit leden van het Openbaar Ministerie die betrokken zijn bij de strijd tegen mensenhandel (vertegenwoordiger expertisnetwerk MH/advocaat-generaal).

 Twee officieren van justitie (‘referentiemagistraten’) van twee verschillende lokale bureaus van het Openbaar Ministerie (Brugge en Mechelen) met expertise op het gebied van mensenhandel en mensensmokkel.

 Een vertegenwoordiger van de Centrale Dienst Mensenhandel van de Federale Gerechtelijke Politie, die onder het gezag staat van het ministerie van Binnen-landse Zaken en Justitie (vertegenwoordiger Federale Politie).

 Twee vertegenwoordigers van de dienst Mensenhandel van het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding (CGKR). Dit centrum vervult de rol van nationaal rapporteur mensenhandel in België (vertegenwoordiger CGKR).

 Twee vertegenwoordigers van een opvangcentrum (1) waar slachtoffers van men-senhandel en mensensmokkel worden opgevangen en waar juridische en admi-nistratieve begeleiding wordt geboden (vertegenwoordiger opvangcentrum1).

 Een vertegenwoordiger van een opvangcentrum (2) waar slachtoffers van men-senhandel en mensensmokkel worden opgevangen en waar juridische en admini-stratieve begeleiding wordt geboden (vertegenwoordiger opvangcentrum2).

Groot Brittannië (n=10)

 Een vertegenwoordiger van het ministerie van Justitie, dat verantwoordelijk is voor de coördinatie van de (hoofd en deel)contracten met de hulpverlenende instanties in de verschillende regio’s van het Verenigd Koninkrijk die slachtoffers van mensenhandel opvangen tijdens de bedenktijd (vertegenwoordiger ministerie van Justitie).

 Twee vertegenwoordigers van het ministerie van Binnenlandse Zaken (‘Home Office’). Een vertegenwoordiger is onderdeel van de directie Immigratie en Grenspolitie en de andere vertegenwoordiger heeft expertise op kindslachtoffers van mensenhandel (vertegenwoordigers Home Office).

 Een vertegenwoordiger van de United Kingdom Border Agency (UKBA), onderdeel van de Home Office en tevens CA (vertegenwoordiger UKBA).

 Een rechercheur van de afdeling ‘Specialist Crime Command and Operations 9’ (SC&O9) van de politie regio Londen (‘Metropolitan Police Service, MET). De Metropolitan Police Service is tevens First Responder (rechercheur SC&O9).

 Een vreemdelingenrechtadvocaat die slachtoffers assisteert bij zowel vreemde-lingrechtelijke als straf- en civielrechtelijke procedures (vreemdelingenrecht-advocaat).

 Een voormalig rechercheur van Schotland Yard die tegenwoordig een eigen consultancy bureau heeft met expertise mensenhandel (voormalig rechercheur Schotland Yard).

 Een vertegenwoordiger van een ngo die advies en ondersteuning geeft aan buitenlandse slachtoffers van uitbuiting in de huishoudelijke sector. De ngo is tevens First Responder (vertegenwoordiger ngo1).

 Een vertegenwoordiger van een ngo die opvang en advies biedt aan slachtoffers van mensenhandel in Engeland, Wales (deelcontractant in beide regio’s), Schot-land (medecontractant) en Noord-IerSchot-land (hoofdcontractant) (vertegenwoordiger ngo2).

 Een vertegenwoordiger van een ngo die een project uitvoert in Engeland en Wales waaronder vrouwelijke slachtoffers van mensenhandel opvang en ondersteuning wordt geboden. De ngo is tevens First Responder (vertegenwoordiger ngo3).

Italië (n= 12)

 Een vertegenwoordiger van het departement Gelijke Kansen, onderdeel van het ministerie van Arbeid en Sociale Zaken (vertegenwoordiger departement Gelijke Kansen).

 Een vertegenwoordiger van de Dienst Immigratie van de Centrale Directie van Immigratie en Grenspolitie, onderdeel van de directie Openbare Orde en Veilig-heid van het ministerie van Binnenlandse Zaken (vertegenwoordiger BZK).

 Twee officieren van justitie van de provincies l’Aquila en Turijn met expertise mensenhandel (officier van justitie).

 Een vertegenwoordiger van de sociale dienst van de gemeente van Venetië, met expertise mensenhandel (vertegenwoordiger gemeente Venetië).

 Drie vertegenwoordigers van de immigratiediensten van de politie (‘questure’) van Turijn, Teramo en Venetië (vertegenwoordiger questura/e).

 Twee vreemdelingenrechtadvocaten die beiden verbonden zijn aan een advoca-tennetwerk gericht op immigratie, rechtshulp, asielzoekers en vluchtelingen (vreemdelingenrechtadvocate/ vreemdelingenrechtadvocaat).

 Een vertegenwoordiger van een ngo die zich inzet voor de rechten van slacht-offers van mensenhandel en deze ook opvangen (vertegenwoordiger ngo1).

 Een vertegenwoordiger van een ngo (2) die slachtoffers opvangt en tot doel heeft informatie te verschaffen en bewustmaking te brengen op onder andere het terrein van mensenhandel (vertegenwoordiger ngo2).

Bijlage 2 Vragenlijst

Deze vragenlijst werd per land aangepast, gespecificeerd naar de betreffende context.

1.1 Signalering

 Bestaat er een officieel verwijsmechanisme in het land? Zo ja, hoe ziet dat er uit? Beschrijf proces.

 Kunnen slachtoffers zichzelf melden?

 Bestaan er officiële samenwerkingsverbanden tussen eerstelijnsdiensten (politie/ngo’s/vluchthuizen) en de bevoegde autoriteiten?

1.1.2 Wanneer wordt iemand als een (mogelijk) slachtoffer beschouwd die recht heeft op bescherming en verblijf?

 In andere woorden, wat is de door de overheid gehanteerde definitie van slachtoffer van mensenhandel?

 Bevat deze definitie alle vormen van mensenhandel (seksuele uitbuiting; arbeidsexploitatie; handel in mensen voor orgaantransplantatie)

 Zijn er aanwijzingen dat deze definitie te breed of te smal is?

1.1.3 Zijn er criteria opgesteld om (mogelijke) slachtoffers te identificeren? Onder wie zijn de eventuele richtlijnen of identificatielijsten met deze criteria verspreid?

1.1.4 Bestaan er trainingen om mogelijke slachtoffers te identificeren en/of wat wordt er nog meer gedaan om mensen in het veld op te leiden om mogelijke slachtoffers te herkennen en te interviewen?

 Voor wie zijn trainingen beschikbaar? Bijvoorbeeld (grens)politie, justitie, immigratiediensten?

1.1.5 Wie heeft de bevoegdheid om slachtoffers toe te laten tot de hulpverle-ning/bedenktijd en het (mogelijke) slachtofferschap vast te stellen, zowel in wet als in praktijk?

 Waarom werd er voor die instellingen/organisaties als bevoegde auto-riteiten gekozen?

 Wordt er samengewerkt met ngo’s/hulpverleningsinstanties om slachtofferschap vast te stellen?

1.1.6 Hoeveel tijd gaat er over heen voor deze beslissing (toelating bedenk-tijd/hulpverlening) wordt genomen?

 Kunnen ngo’s/hulpverleningsinstanties de kosten declareren die in de tussentijd worden gemaakt om het slachtoffer op te vangen en bij te staan?

1.1.7 Wat betreft effectiviteit van het signaleringsproces: zijn er aanwijzingen dat echte slachtoffers niet worden geïdentificeerd/ überhaupt zich niet kenbaar durven te maken?

 Zo ja, welke aanwijzingen?

 Getalsmatige info beschikbaar, verdeeld naar vormen van uitbuiting/ sekse/leeftijd?

 Wat gebeurt er met dergelijke slachtoffers?

 Sterke/zwakke punten signaleringsproces?

1.2 Bedenktijd

1.2.1 Is er een bedenktijd vastgesteld in de wet of elders? Zo ja, juridische basis?

 Bestaat er een mogelijkheid tot verlenging van de bedenktijd? Zo ja, onder welke omstandigheden?

 Ooit gesproken over inkorten/verlengen van deze periode in politiek/-beleid? Waarom?

1.2.2 Voor wie staat de bedenktijd open?

 Bijvoorbeeld ook vreemdelingen die worden aangetroffen bij grens/vlieg-veld maar nog geen toegang tot grondgebied hebben gehad?

 Bijvoorbeeld ook asielzoekers in asielzoekerscentra of uitgeprocedeerden in detentiecentra? Worden deze vrijgelaten bij signalen van slachtoffer-schap en zo ja, op basis van welke wet?

 Bijvoorbeeld ook historische claims, als uitbuiting jaar/jaren geleden is en slachtoffer inmiddels hersteld?

 Bijvoorbeeld ook slachtoffers die in het buitenland, buiten nationaal grondgebied, zijn uitgebuit?

1.2.3 Wat zijn de toelatingsvoorwaarden tot de bedenktijd, naast het zijn van een mogelijk slachtoffer?

1.2.4 Wat zijn de doelen van de bedenktijd?

1.2.5 Op welke voorzieningen kan een (mogelijk) slachtoffer gedurende deze periode aanspraak maken? Is dit wettelijk vastgelegd?

 Bescherming tegen uitwijzing? Hoe? Verblijfsvergunning in paspoort?

 Bijstand? Hoeveel?

 Onderdak?

 Medische zorg?

 Juridische bijstand? Zowel tijdens strafproces tegen mensenhandelaar als tijdens verblijfsrechtelijke procedure?

 Counseling?

 Werkvergunning?

 (Beroeps)onderwijs?

 Trainingen?

 Taal- en/of integratiecursus?

 Overig?

1.2.6 Kunnen slachtoffers gedurende de bedenktijd worden geïnterviewd? Bijvoorbeeld i.v.m. politieonderzoek naar verdachte of gerechtelijke proce-dure? In verband met al dan niet betwiste slachtofferstatus?

1.2.7 Onder welke voorwaarden kan het recht op bedenktijd worden geweigerd/ vroegtijdig worden beëindigd?

 Is er cijfermatige informatie beschikbaar over het aantal geweigerde/in-gekorte bedenktijd?

1.2.8 Wie is bevoegd om bedenktijd te weigeren/in te korten?

1.2.9 Kun je bezwaar aantekenen als de bedenktijd wordt geweigerd/vroegtijdig beëindigd? Zo ja, waar? Kosteloos? Zijn er beslissingen in (hoger) beroep ongeldig verklaard?

1.2.10 Is (de duur van) de reflectieperiode effectief gebleken, in termen van:

 vertrouwen wekken van slachtoffers en hen te overtuigen om met politie/ justitie samen te werken? Aangifte te doen? Kwaliteit van getuigenis te verbeteren?

 Waarom wel/niet?

 Is er cijfermatige informatie beschikbaar om dit aan te tonen? Zijn er bij-voorbeeld cijfers omtrent aangiftebereidheid van derdelanders in verge-lijking met EU-burgers of ingezetenen?

1.3 Tijdelijk verblijf

1.3.1 Wat is de (minimum en maximum) duur van de tijdelijke vergunning? Is deze periode vastgelegd in wet? Verlengbaar? Zo ja, op welke gronden? 1.3.2 Wat zijn de doelen van de voorlopige verblijfsvergunning?

1.3.3 Aan welke voorwaarden moeten slachtoffers voldoen om in aanmerking te komen voor een tijdelijke verblijfsvergunning? Juridische basis?

 Bijvoorbeeld: aangifte? Verklaring? Of andersoortige medewerking aan strafrechtelijk onderzoek? Wat houdt medewerking precies in ?

 Is het mogelijk om de tijdelijke verblijfsvergunning te krijgen als ge-tuige(aangever), zonder zelf slachtoffer te zijn?

1.3.4 Zijn er mogelijkheden tot verblijf als slachtoffer niet bereid/in staat is mee te werken? Zo ja, welke?

1.3.5 Wie is bevoegd om de voorlopige verblijfsvergunning te verstrekken? OM? Politie? Immigratiedienst?

 Worden ngo’s voldoende betrokken/geconsulteerd in deze beslissings-procedure? Waarom wel/niet?

1.3.6 Hoe verloopt de procedure om een verblijfsvergunning aan te vragen?

 Wie doet de aanvraag en op welke criteria wordt er beoordeeld?

 Welke documenten moeten worden overlegd?

 Wie verstrekt de vergunning?

 Hoe lang duurt het voordat de vergunning wordt afgegeven?

 Zijn er kosten aan verbonden?

1.3.7 Op welke voorzieningen heeft het slachtoffer recht gedurende deze periode, na de bedenktijd?

 Bescherming tegen uitwijzing?

 Bijstand? Hoeveel?

 Onderdak? Categoraal?

 Juridische bijstand? En/of bescherming tijdens strafzaak (bijvoorbeeld getuigen achter gesloten deuren)?

 Tolken?  Counseling?  Medische zorg?  Werkvergunning?  (Beroeps)onderwijs?  Trainingen?

 Taal en/of integratiecursus?

 Overig?

1.3.8 Onder welke omstandigheden kan de verblijfsvergunning worden geweigerd dan wel worden ingetrokken? Bijvoorbeeld:

 Sepot.

 Fraude/misbruik.

 Openbare orde/volksgezondheid.

 Anders?

1.3.9 Kun je bezwaar aantekenen als je geen voorlopige verblijfsvergunning krijgt? Zo ja, waar? Kosteloos? Zijn er beslissingen in (hoger) beroep ongeldig verklaard?

1.3.10 Effectiviteit van de verblijfsregelingen: zijn de regelingen effectief in de zin van:

 Medewerking verlenen aan strafproces/vervolging daders.

 Kwaliteit getuigenis.

 Mate van integratie/autonomie slachtoffers.

1.3.11 Overige sterke/zwakke punten aan huidige verblijfsregelingen? (in termen van duur verblijfsregeling/voorwaarden/samenwerking ngo’s/uitvoering).

1.4 Voortgezet verblijf

1.4.1 Wat is de duur van de verblijfsvergunning van voortgezet verblijf? Automatisch verlengd?

1.4.2 Onder welke voorwaarden kan slachtoffer aanspraak maken op voortgezet verblijf? Bijvoorbeeld:

 Veroordeling daders?

 In verband met medische redenen? Kwetsbaarheid? Bedreiging?

 Indien slachtoffer aantal jaar in land verblijf op basis van medewerking aan onderzoek of procedure?

1.4.3 Is integratie verplicht voor voortgezet verblijf?

1.4.4 Sterke/zwakke punten aan huidige mogelijkheden tot voortgezet verblijf?

1.5 Overige verblijfsmogelijkheden

1.5.1 Welke mogelijkheden tot verblijf bestaan er voor slachtoffers om een asiel-aanvraag te doen of i.v.m. subsidiaire beschermingsstatus?

1.5.2 Loopt beoordeling asielaanvraag gelijktijdig aan identificatie slachtofferschap en/of beoordeling tijdelijke verblijfsvergunning voor slachtoffers van men-senhandel, of na/voor elkaar?

1.5.3 Wordt de asielaanvraag door dezelfde ambtenaar beoordeeld als aanvraag voor tijdelijk verblijf voor slachtoffers mensenhandel?

1.5.4 Bestaat er een negatief effect van ene procedure op andere?

1.5.5 Welke andere mogelijkheden voor voortgezet bestaan er als je niet in aan-merking komt voor tijdelijk verblijfsrecht op grond van mensenhandel? Bijvoorbeeld op basis van gezinshereniging? Op basis van werk of studie?

2 Aanwijzingen (mogelijk) oneigenlijk gebruik van regeling

2.1.1 Zijn er (concrete) aanwijzingen (geweest) voor oneigenlijk beroep op/ge-bruik van de verblijfsregeling in deze landen?

 Zo ja, welke?

 Gedurende welke fase komen deze aanwijzingen aan het licht?

 Om welke vermeende slachtoffers gaat het dan? Sekse/nationaliteit/vorm van uitbuiting?

2.1.2 Is er cijfermatige informatie beschikbaar over oneigenlijk gebruik van ver-blijfsregeling?

2.1.3 Welke factoren dragen bij aan (mogelijk) oneigenlijk gebruik? Al dan niet inherent aan de verblijfsregeling?

2.1.4 Wat zijn de gevolgen van die (mogelijk) oneigenlijk gebruik? Bijvoorbeeld voor de opvang, wachtlijsten, politiecapaciteit?

3 Maatregelen om (mogelijk) oneigenlijk gebruik tegen te gaan

3.1 Kan mogelijk oneigenlijk gebruik van de verblijfsregeling effectief worden gedetecteerd in het huidige systeem? Waarom wel/niet?

3.2 Worden er maatregelen genomen om mogelijk oneigenlijk gebruik van de verblijfsregeling tegen te gaan?

 Zo ja, welke?

 Zowel tijdens de procedure (toegang bedenktijd/ toegang verblijfsver-gunning) als daarnaast?

 Hoe dragen deze maatregelen bij tot tegengaan mogelijk oneigenlijk gebruik? (veronderstelde causale mechanismen)

3.3 Wat zijn de doelen van deze maatregelen? Subdoelen? Hoofddoel/lange termijn doelen?

3.4 Hoe wordt oneigenlijk gebruik’ vastgesteld?

 Is er een definitie in de wet of elders ?

 Worden er criteria gehanteerd om oneigenlijk gebruik vast te stellen? 3.5 Bestaan er praktisch of juridische problemen om oneigenlijk gebruik vast te

stellen?

4 (In)effectiviteit van de maatregelen

4.1 Zijn er (concrete) aanwijzingen dat deze maatregelen werken om oneigenlijk gebruik te voorkomen dan wel tegen te gaan? Zo ja, welke?

4.2 Zijn er (concrete) aanwijzingen dat de implementatie van deze maatregelen tot ongewenste of contraproductieve effecten leiden? Zo ja, welke?

4.3 Kunt u zwakke en sterke punten van de maatregelen noemen?

5 Data

 Cijfers van aantal (mogelijke) slachtoffers van mensenhandel in land, verdeeld naar nationaliteit/sekse/leeftijd/vorm van uitbuiting?

 Cijfers van aantal mogelijke slachtoffers van mensenhandel dat toegelaten werd tot bedenktijd? En van lengte van toegekende bedenktijd?

 Cijfers van aantal verstrekte (tijdelijke en permanente)

verblijfsvergunningen aan derdelanders? Lengte verblijfsvergunning? Aantal verlengingen?

 Cijfers van aantal ingetrokken/geweigerde aanvragen bedenktijd en/of verblijfsvergunningen? Gronden daarvoor?

 Cijfers geregistreerd oneigenlijk gebruik van verblijfsregeling?