• No results found

Overzicht van de beschikbaarheid en bruikbaarheid van monitoringssystemen

In de volgende tabel zijn voor elke milieufactor per indicator de beschikbaarheid en bruikbaarheid van bestaande registratiesystemen aangegeven voor monitoring gezond- heidsrisico’s van milieufactoren.

Tussen haakjes is aangegeven of er bruikbare (+), beperkte of onder voorwaarden bruikbare (-/+) of geen (-) monitoringssystemen beschikbaar zijn.

Milieufactor1 Blootstellingindicator Blootstelling marker Effect marker Gezondheidindicator LUCHT Fijn stof Zwarte rook NO2 Ozon PM10 buiten (+) Gehalte buiten (+) NO2 binnen (+) NO2 binnen (-) 03-gehalte buiten (+) Luchtwegsymptomen en aandoeningen: Gediagnosticeerde (-) Zelfgerapporteerde (-/+) Medicijngebruik (-/+) Ziekenhuisopnamen (+) Sterfte (+)

CO CO-gehalte binnen (-) COHb-gehalte in bloed (-)

Ziekenhuisopname en sterfte door CO-vergiftiging (+) Benzeen Gehalte buiten (+)

Gehalte binnen (-) VOC VOC-gehalte binnen (-) PAK B(a)P-gehalte buiten (-/+)

Asbest Mesothelioom (+) Broombrandvertragers (S) Ftalaten (S) Organotinverbindingen )(S) Gehalte binnen (-) Gehalte binnen (-) Gehalte binnen (-) Gehalte in bloed en moedermelk (-) Aangeboren afwijkingen (-/+) Vruchtbaarheid (-/+) Geslachtsverhoudingen (-/+)

GELUID Geluidbelasting (-/+) Geluidhinder (-/+) Slaapverstoring (-/+) Hart- en vaatziekten: Gediagnosticeerde (-) Zelfgerapporteerde (-/+) Medicijngebruik (-/+) Ziekenhuisopnamen (+) Sterfte (+)

STANK Stankhinder naar bron (-/+) STRALING

UV UV-straling (+) Incidentie huidkanker (+) Radon Radongehalte binnen (-/+)

Gammastraling Gammastraling binnen (-) ELF-EM velden (S) ELF-EM-velden rond hoog-

spanningslijnen (-)

Incidentie leukemie bij kinderen (+)

ELF-EM velden binnen(-) RF-EM velden (S) RF-EM-velden rond GSM-

zendmasten (-)

Overzicht van de beschikbaarheid en bruikbaarheid van monitoringssystemen 103

Milieufactor1 Blootstellingindicator Blootstelling marker

Effect marker

Gezondheidindicator DRINKWATER

Lood Loodgehalte (-) Lood in bloed (-/+) Loodoplossend vermo-

gen,aanwezigheid buizen (-) Nitraat Nitraatgehalte (-/+) VOEDING

Voedselconsumptie Voedselconsumptie (+)

Lood Loodgehalte (+) Lood in bloed (-/+)

Cadmium Cadmiumgehalte (+) Gehalte in urine (-/ +)

Arseen (anorganisch) Arseengehalte (-) Gehalte in urine (-/ +)

Kwik (organisch) Kwikgehalte (+) Gehalte in urine (-/ +)

Nitraat Nitraatgehalte (+) PAK PAK-gehalte (-/+) Bestrijdingsmiddelen Gehalte (+)

Dioxinen en PCB’s Dioxinen- en PCB-gehalte(+) Gehalte in moeder- melk (+) navel- strengbloed (-)

Aangeboren afwijkingen (-/+) Vruchtbaarheid (-)

Geslachtsverhoudingen (-/+) Broombrandvertragers (S) Gehalte in voeding (-)

Organotinverbindingen (S) Gehalte in voeding (-) Ftalaten (S) Gehalte in voeding (-) Verstorende variabelen

Rookgedrag (-/+)

1: (S): Monitoring voor signaleren van toekomstige problemen

Overige milieufactoren: B: Beleidsevaluatie en bewaking en/of V: Verificatie

2: De bruikbaarheid is globaal beoordeeld op grond van de frequentie, representativiteit/compleetheid, landelijke dekking en het ruimtelijk aggregatieniveau. Voor de meeste monitoringsdoelstellingen is een laag ruimtelijk aggregatieniveau vereist. Uitzondering vormt hierop de UV-straling, waar een regionaal aggregatieniveau voldoende is

Conclusies 105

11

Hoofdstuk

Conclusies

Inventarisatie van monitoringssystemen

De inventarisatie van monitoringssystemen, die bruikbaar zijn om gezondheidseffecten van milieufactoren te monitoren, wordt bemoeilijkt doordat er geen concrete monito- ringvraag ligt. Het ontbreken van deze concrete vraag noodzaakte allereerst tot het selecteren van milieufactoren en indicatoren die in aanmerking komen voor monitoring.

Selectie van milieufactoren

Het belangrijkste doel van monitoring is beleidsevaluatie en bewaking van de milieuk- waliteit ter bescherming van de volksgezondheid. De hiervoor te selecteren milieufacto- ren moeten een voldoende wetenschappelijk bewezen relatie hebben met

gezondheidseffecten. De gezondheidseffecten moeten voldoende ernstig en van vol- doende omvang zijn bij te verwachten blootstellingniveaus. Een degelijke onderbou- wing van de selectie van milieufactoren voor beleidsevaluatie en bewaking was in het bestek van dit rapport echter niet mogelijk. Voor de keuze van milieufactoren is daarom geput uit verschillende bronnen en is aangesloten bij Europese en andere nationale selecties van milieufactoren voor monitoring.

Monitoring kan behalve voor beleidsevaluatie en bewaking ook gebruikt worden bij het signaleren van nieuwe problemen. Voor milieufactoren die voor deze toepassing in aanmerking komen dienen er al signalen te zijn over het mogelijk optreden van gezond-

heidseffecten als gevolg van een bepaalde blootstelling of er dient bij sprake te zijn van ongerustheid bij burgers of deskundigen.

De in deze studie gemaakte selectie van milieufactoren die in aanmerking komt voor monitoring impliceert overigens niet dat het noodzakelijk of wenselijk is deze milieu- factoren daadwerkelijk te monitoren. Het is altijd belangrijk om te beoordelen of moni- toring wel het geëigende instrument is en onder meer de kosten en baten af te wegen.

Selectie van indicatoren

Een volgende stap is de selectie van indicatoren voor blootstelling, inwendige blootstel- ling (blootstellingsbiomarkers), vroegtijdige effecten (effectbiomarkers) en gezondheid- seffecten.

Door de gestandaardiseerde meetmethoden met lage detectiegrenzen en beschikbare normen zijn vooral veel blootstellingsindicatoren geschikt voor monitoring.

Daarentegen zijn weinig biomarkers geschikt voor monitoringdoeleinden. Blootstel- lingsbiomarkers zijn over het algemeen onderzocht of worden toegepast in arbeidsitua- ties. De blootstellingniveaus voor de algemene bevolking zijn veel lager dan die in arbeidsomstandigheden. Dit is vermoedelijk er mede oorzaak van bij die lage niveaus een relatie tussen buitenluchtverontreiniging en blootstellingsbiomarkers lastig is aan te tonen. Ook de korte of heel lange halfwaardetijden beperken het gebruik van blootstel- lingsbiomarkers voor monitoring. Effectbiomarkers zijn veelal aspecifiek en de gezond- heidskundige betekenis van gemeten niveaus is vaak onduidelijk.

De meeste gezondheidsindicatoren zijn alleen geschikt voor toepassing in monito- ringsprogramma's onder voorwaarde dat gelijktijdig de blootstelling gemonitored wordt. De relatie met blootstelling is veelal goed onderzocht in epidemiologische studies, maar de effecten zijn aspecifiek en kunnen velerlei oorzaken hebben.

De bruikbaarheid van monitoringssystemen

Ook de beoordeling van de bruikbaarheid van monitoringssystemen wordt bemoeilijkt doordat er geen concrete monitoringvraag ligt. Uit een concrete vraag volgt aan welke gegevens van de indicatoren behoefte is en wat bijvoorbeeld de gewenste geografische dekking en het vereiste ruimtelijke aggregatieniveau is. Nu een concrete vraag ontbreekt is de bruikbaarheid daarom in zijn algemeenheid getoetst door uit te gaan van een gewenste landelijke dekking en een zo laag mogelijk ruimtelijk aggregatieniveau. Dit laatste is van belang, omdat bij veel doelstellingen van monitoring geografische ver- schillen in kaart worden gebracht. Het monitoringssysteem is dan bruikbaar voor alle toepassingen. Als monitoring wordt uitgevoerd ten behoeve van de bewaking van lan-

Conclusies 107 delijke beleidsdoelstellingen kan vaak wel volstaan worden met cijfers op landelijke

schaal.

Er zijn weinig monitoringssystemen die een landelijke dekking combineren met een laag ruimtelijk aggregatieniveau.

Alleen de volledig continu registrerende systemen, zoals de sterfte- en geboortecij- fers, maar ook de kankergegevens, kennen deze combinatie. Bij deze gezondheidsregis- tratiesystemen belemmeren privacy-overwegingen echter vaak het beschikbaar stellen van individuele gegevens.

De meeste monitoringssystemen met een landelijke dekking zijn gebaseerd op steekproeven. Door de steekproefgrootte is het laagste ruimtelijk niveau, ook bij het samenvoegen van de gegevens over een aantal jaren, over het algemeen het regionale niveau.

Ook lokale monitoringssystemen, met gegevens op laag ruimtelijk aggregatieni- veau, hebben beperkingen. Veelal wordt op slechts enkele locaties gemonitored, waar- door er geen landelijke dekking is. Bij gezondheidsregistraties ontbreken vaak gestandaardiseerde vragenlijsten, waardoor de gegevens niet zijn samen te voegen tot een centrale database.

Met behulp van modellering is het in een aantal gevallen mogelijk om lokale gege- vens op te schalen naar landelijke cijfers met behoud van een laag ruimtelijk aggregatie- niveau.

Bruikbare monitoringssystemen voor blootstellingsindicatoren

Voor de blootstellingsindicatoren zijn er bruikbare monitoringssystemen met een lande- lijke dekking en een laag ruimtelijk aggregatieniveau voor buitenluchtverontreiniging, uitgezonderd benz(a)pyreen, de geluidbelasting en UV-straling. Voor het bewaken van de lokale luchtverontreiniging, inclusief benz(a)pyreen, en de geluidbelasting rond ver- keerswegen is er een monitoringssysteem onder voorwaarde dat de verkeersmilieukaar- ten telkens geactualiseerd worden. Voor de geluidbelasting rond industriële bronnen is er geen monitoringssysteem.

Voor drinkwater is een uitgebreid monitoringssysteem operationeel. Vooral voor lood is dit systeem echter minder bruikbaar, omdat het gemeten loodgehalte door de bemonsteringswijze, na doorstroming, niet representatief is voor de loodinname. Voor nitraat is de monitoring wel representatief en vrijwel compleet, maar wordt het moge- lijke hoge gehalten nitraat bevattende water van privé-putten niet gemonitored.

Voor binnenluchtverontreiniging, gammastraling en elektromagnetische veldsterk- ten ontbreken monitoringssystemen. Voor radon is er wel een bruikbaar monitoringssys- teem op voorwaarde dat de metingen voortgezet wordt.

Voor voeding zijn bruikbare monitoringssystemen voor de voedselconsumptie en de gehalten van zware metalen, uitgezonderd arseen, nitraat, bestrijdingsmiddelen, dioxi- nen en PCB’s. Voor PAK ontbreekt nog een monitoringssysteem, evenals voor de broombrandvertragers, ftalaten en organotinverbindingen.

Bruikbare monitoringssystemen voor biomarkers

Voor de biomarkers is er een bruikbaar monitoringssysteem voor de gehalten dioxinen en PCB’s in moedermelk en onder voorwaarde dat het monitoringprogramma voortgezet wordt ook voor zware metalen in bloed en urine.

Bruikbare monitoringssystemen voor gezondheidsindicatoren

Voor de gezondheidsindicatoren zijn er voor ziekenhuisopname en sterfte door luchtwe- gaandoeningen, hart- en vaatziekten en koolmonoxidevergiftiging en kanker bruikbare landelijke registratiesystemen met een laag ruimtelijk aggregatieniveau. Monitorings- systemen voor luchtwegaandoeningen en hart- en vaatziekten ontbreken of zijn slecht bruikbaar. Voor de zelfgerapporteerde ziekten, geluidhinder en stankhinder zijn landelijk systemen met een regionaal aggregatieniveau beschikbaar. Lokale monitoringssystemen met een landelijke dekking ontbreken echter. Voor medicijngebruik is een landelijke registratiesysteem met een laag ruimtelijk aggregatieniveau beschikbaar. Een beperking is echter, dat de aandoening waarvoor het medicijn verstrekt wordt, niet geregistreerd wordt.

Voor aangeboren afwijkingen zijn er verschillende, overlappende, monitoringssyste- men, die niet compleet zijn of geen landelijke dekking hebben. Door een combinatie van deze systemen zou een bruikbaar monitoringssysteem kunnen ontstaan. Er zijn geen bruikbare monitoringssystemen voor de geslachtsverhouding en vruchtbaarheid.

Voor het rookgedrag is een landelijk monitoringssysteem met een regionaal aggre- gatieniveau beschikbaar.

Bruikbare monitoringssystemen voor signalering

Voor monitoring met als doelstelling signaleren van toekomstige problemen ontbreken monitoringssystemen voor de blootstellingsindicatoren. Wat betreft de gezondheidsindi- catoren is alleen de kankerregistratie zonder meer bruikbaar als monitoringssysteem. Het gebruik van deze monitoringssystemen wordt echter beperkt doordat het om een relatief gering aantal personen gaat en het risico meestal onbekend, maar in ieder geval niet sterk verhoogd is.

Conclusies 109 Conclusies

Ondanks het grote aantal bestaande monitoring- en registratiesystemen, zijn er maar weinig systemen die zonder meer bruikbaar zijn voor monitoring gezondheidsrisico’s gerelateerd aan milieufactoren. Het zijn vooral de monitoringssystemen voor verontrei- niging in de buitenlucht en in voeding die voldoen.

Voor de beslissing of een monitoringssysteem opgezet gaat worden, zullen de doe- len en de eisen waaraan het moet voldoen nauwkeurig omschreven moeten zijn. Dit rap- port levert daar bouwstenen voor. Overwogen zal echter moeten worden of monitoring wel de meest geschikte methode is om antwoord op de vragen te geven. Veelal kan voor- lopig volstaan worden met een pilotstudy gericht op een risicopopulatie of een hoog belaste situatie om het probleem in kaart te brengen. Ook kan het zinvoller zijn om met een gericht (epidemiologisch) onderzoek de relatie tussen milieufactoren en gezond- heidseffecten nader te onderzoeken alvorens deze factoren en effecten te monitoren.

Literatuur 111

Literatuur

- Allaart, M. (2001) - Persoonlijke mededeling. KNMI.

- Baars, A. J. et al. (2001) - Re-evaluation of human-toxicological maximum permissible risk levels. RIVM report 711701025.

- Bartelds, A.I.M (2000) - Continue Morbiditeits Registratie Peilstations Nederland 1999. - Beljaart, P. (2002) - Persoonlijke mededeling. Keuringsdienst van Waren Zuid.

- Bloemen, H. (2001) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- Bos, R.P. et al. (1998) - Biomonitoring, een onmisbaar Arbo-instrument. Deel 2 (Praktijk)voorbeelden. TBV, 5.

- Breugel P.B. van, E. Buijsman (2001) - Preliminary assessment of air quality for sulphur dioxide, nitrogen dioxide, nitrogen oxides, particulate matter, and lead in the Netherlands under European legislation. RIVM Rapport 725601005.

- Bruggen, M. van en T. Coenen (1996) - Handboek Buitenmilieu. LVGGD. - Brunekreef, B. (2002) - Persoonlijke mededeling. Rijksuniversiteit Utrecht. - Buijsman, E. (2001) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- CBS (1998) - POLS, module milieu en politiek, module gezondheid. - CBS (2001) - Website www.cbs.nl.

- CCDM (1999) - Emissies en afval in Nederland. Jaarrapport 1997 en ramingen 1998. Coördinatiecommissie Doelgroepmonitoring, Rapportage Doelgroepmonitoring, nr. 1.

- CCDM (2001) - Emissiemonitor. Jaarcijfers 1999 en ramingen 2000 voor emissie en afval. Coördinatiecommissie Doelgroepmonitoring, Rapportage Milieumonitor, nr. 2.

- CDC (2001) - National Report on Human Exposure to Environmental Chemicals. Centers for Disease Control and Prevention.

- Coebergh, J.W.W. (2001) - Persoonlijke mededeling. Erasmus Universiteit, Rotterdam.

- Cuijpers, C.E.J. et al. (1997) - Verontreiniging van moedermelk met gechloreerde koolwaterstoffen in Nederland, 1993. RIVM Rapport nr. 529102004.

- DCMR (2000) - Eindrapportage controle chemische wasserijen te Rotterdam. DCMR Milieudienst Rijnmond, GGD Rotterdam e.o.

- Fast, T. (1993) - De blootstelling aan tetrachlooretheen (PER) van omwonenden van chemische wasserijen voorzien van een gesloten systeem. GG&GD Amsterdam.

- Fiolet, D.C.M. et al.(1999) - Metaalniveau's in volwassenen in Nederland, 1997. RIVM Rapport nr. 529102011.

- Fischer, P.H. (1997) - Monitoring Milieu-Gezondheid; verslag van een workshop, 12 november 1996, RIVM, Bilthoven. RIVM Rapport nr. 529104004.

- Fischer, P. (2002a) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- Fischer, P. et al. (2002b) - Association between exhaled nitric oxide ambient air pollution and respiratory health in school children. Accepted by Arch. Occup. Environm. Health.

- Gezondheidsraad (1994) - UV straling uit zonlicht. Gezondheidsraad 1994/05.

- Gezondheidsraad (1997) - Hormoonontregelaars in de mens. Gezondheidsraad 1997/08. - Gezondheidsraad (2000) - GSM-basisstations. Nr. 2000/16.

- Gezondheidsraad (2002) - Mobiele telefoons; een gezondheidskundige analyse. Gezondheidsraad, nr. 2002/ 01.

- GGD Nederland (2001) - Voorstel project: Lokale en nationale monitor gezondheid en zorg. - Greenpeace (2001) - Website www.greenpeace.nl.

- Hammingh, P. et al. (2002) - Jaaroverzicht luchtkwaliteit 2000. RIVM rapportnr. 725301008. - Houthuijs, D. (2002) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- Huisman, I. (2001) - Rapportage Emissieregistratie. CMG Public Sector B.V.

- Jabben, J. et al. (2000a) - Informatiestructuur Landelijk Beeld Verstoring. RIVM, nr. 725201.202. - Jabben J. et al. (2000b) - Monitor resultaten geluid. RIVM Rapport 725201203.

- Jabben, J. (2001) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- Jongeneelen, F. (1996) - Biological monitoring of polycyclic aromatic hydrocarbons: 1-hydroxypyrene in urine. In: Biological monitoring of chemical exposure in the workplace, Vol.2, ch 4.2. WHO-Geneve. - Jonker, K. (2002) - Persoonlijke mededeling. Keuringsdienst van Waren Oost.

- KAP (2002) - Website: www.agralin.nl/KAP.

- Klaveren, J. van (1999) - Residue monitoring in The Netherlands - Programme for the Quality of Agricultural Products. RIKILT-DLO.

- Klaveren, J. van (2002) - Persoonlijke mededeling. RIKILT-DLO. - Kliest, J. (2001) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- KvW (2002) - Website: www.keuringsdienstvanwaren.nl.

- Lebret, E. (1985) - Air pollution in Dutch homes. Landbouwuniversiteit, Report 1985-221, R-138. - Lebret, E. et al. (1996) - Monitoring of exposures, body burdens and health effects of environmental

Literatuur 113

- Lebret, E. et al. (2002) - Monitoring van de milieubelasting en gezondheid rondom de luchthaven Schiphol. Fase III van de Gezondheidskundige Evaluatie Schiphol. RIVM Rapport 441520018.

- Leonhard, H. (2001) - Persoonlijke mededeling. Inspectie Verkeer en Waterstaat, divisie Telecom. - LINH (2001) - Landelijk Informatie Netwerk Huisarstenzorg. Jaarrapport 1999.

- Links, I. (1995) - Vluchtige organische stoffen in de binnenlucht van woningen boven schoenreperatiebedrijven. GGD regio Arnhem.

- LML (2001) - Website www.lml.rivm.nl.

- Meironyte, D. and A. Bergman (1999) - Analysis of polybrominated diphenyl ethers in Swedish human milk. A time-related trend study, 1972-1997. J Toxicol. Environ. Health, 26, 58(6).

- MIE (2001) - Plan van aanpak monitoring milieu en gezondheid. RIVM, afdeling Milieuepidemiologie. In concept.

- Milieucentraal (2001) - Website www.milieucentraal.nl.

- Milieucompendium (2001) - Het milieu in cijfers. RIVM/CBS. Website: www.rivm.nl/milieucompendium. - Mooij, Th. (2001) - Persoonlijke mededeling. St. Consument en Veiligheid.

- Nivel (2000) - Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartsenpraktijk. Nivel en RIVM.

- Ocké, M.C. et al. (2001) - Monitoring voeding 2001-2004. RIVM 515004012/2001.

- Oostenbruggen, R. (2000) - Project Quick-Scan chemische wasserijen in de woonomgeving. Ministerie van VROM, Inspectie Milieuhygiëne, 17050/185.

- Otten, F. (2001) - Persoonlijke mededeling. CBS.

- Passchier-Vermeer, W. et al. (2001) - Milieu en gezondheid 2001. TNO-PG, 2001.95. - Prismant (2001) - Persoonlijke mededeling.

- Reiner, H. (2001) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- RIVM (2000) - Overleg Afdeling Milieuepidemiologie, RIVM.

- RIVM (2001a) - Milieubalans 2001, het Nederlandse milieu verklaard. RIVM. - RIVM (2001b) - LML. Jaaroverzicht 1998 en 1999. RIVM Rapportnr. 725301006.

- RIVM (2001c) - Nationaal Kompas Volksgezondheid. RIVM website www.nationaalkompas.nl - RIVM Projectteam (2001) - Vuurwerkramp Enschede: stoffen in bloed en urine: rapportage van het

gezondheidskundig onderzoek. RIVM Projectteam Gezondheidsonderzoek Vuurwerkramp Enschede. RIVM rapport 630930003.

- RIVM (2002) - Jaaroverzicht luchtkwaliteit 2000. Rapportnr. 725301008. - Roeleveld, N. (2001) - Persoonlijke mededeling. UMC St. Radboud, Nijmegen.

- Schee, H. v.d. (2002) - Persoonlijke mededeling. Keuringsdienst van Waren Noord-West. - Scheepers, P. (2002) - Persoonlijke mededeling. Katholieke Universiteit Nijmegen.

- Scheffers, T. M. L. en M. M. Verberk (1978) - Tetrachlooretheen (PER) in uitademingslucht van

omwonenden rond chemische wasserijen. Landbouwuniversiteit Wageningen, vakgroep Gezondheidsleer, 1978-58, Universiteit Amsterdam, Faculteit Geneeskunde.

- Schoeters, G. (2000) - Samenvatting van het toxicologie luik 'Milieu en gezondheid'. Vito. - Schols, E. (2002) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- SFK (2001) - Website van de Stichting Farmaceutische Kengetallen: www.sfk.nl.

- Sjödin, A.(1999) - Flame Retardant Exposure: Polybrominated Diphenyl Ethers in blood from Swedish workers. Environ. Health. Persp.,107,8.

- Slaper, H. (2001) - Persoonlijke mededeling. RIVM.

- Slob, R. et al. (1993) - De belasting met lood en PAK (pyreen) van jonge kinderen in verschillende omgevingssituaties. GG&GD Amsterdam.

- Slob, R. (1996) - Handboek Binnenmilieu. Red: T. Fast, A. Verhoeff en J.v. Wijnen. GG&GD Amsterdam. - Staatsen, B.A.M. en C.M.L. Sijstermans (1996) - Geluidshinder. In: Handboek Buitenmilieu, Ed. M. van

Bruggen en T. Coenen, LVGGD.

- Staessen, J.A. (2000) - Eindrapport betreffende het onderzoek bij adolescenten, inclusief aanbevelingen. KU Leuven.

- Staessen, J.A. et al. (2001) - Renal function, cytogenetic measurements, and sexual development in adolescents in relation to environmental pollutants: a feasibility study of biomarkers. Lancet, 357, 1660. - Steerenberg, P.A. et al. (1999) - Enhanced respiratory responses in children exposed to air pollution. An

epidemiological study, RIVM Rapport 640250001.

- Stichting Consument en Veiligheid (2001). Website www.consafe.nl. - Stivoro (2001) - Website: www.stivor.nl

- Stoop, P. et al. (1998). Results of the second Dutch national survey on radon in dwellings. RIVM, 610058006.

- Tempelman, J. (2002) - Persoonlijke mededeling. MEP-TNO. - Tinke, L. (2001) - Persoonlijke mededeling. SFK.

- TNO/RIVM (1998) - Hinder, slaapverstoring, gezondheids- en belevingsaspecten in de regio Schiphol, resultaten van een vragenlijstonderzoek. TNO-PG en RIVM, RIVM Rapport 441520010.

- Trimbosinstituut (2001). Website: www.trimbos.nl.

- R.G. de Jong et al (2000) - Hinder en andere zelf-gerapporteerde effecten van milieuverontreiniging in Nederland. Inventarisatie verstoringen 1998. TNO PG, PG/VGZ/2000.012.

- U-blad (2000) - De database: Dertig miljoen recepten. U-blad, 10 februari.

- Verberk, M.M. en R.L. Zielhuis (1980) - Giftige stoffen uit het beroep. Stafleu's Wetenschappelijke Uitgeversmaatschappij B.V., Alphen aan den Rijn/Brussel.

- Verhoeff, A.P. et al. (1987) - Organische oplosmiddelen in de binnenlucht van tien zeefdrukkerijen en de bovenliggende woningen in Amsterdam. GG&GD Amsterdam.

- Verhoeff, A.P. en J.J.G. Kliest (1996) - Buitenluchtverontreiniging. In: Handboek Buitenmilieu, Ed. M. van Bruggen en T. Coenen, LVGGD.

- Versteegh, A. (1996) - Drinkwater. In: Handboek Buitenmilieu, Ed. M. van Bruggen en T. Coenen, LVGGD. - Versteegh, J.F.M. (2001) - De kwaliteit van het drinkwater in Nederland in 1999. Min VROM,

Inspectiereeks, RIVM, 2001/18.

- Versteegh, A. (2002) – Persoonlijke mededelingen. RIVM.

- VIKC (2001a) - Childhood Cancer in the Netherlands 1989–1997. Netherlands Cancer Registry. Vereniging van Kankercentra.

Literatuur 115

- VIKC (2001b) - Head and neck tumours in the Netherlands 1989 – 1995. Netherlands - Cancer Registry. Vereniging van Kankercentra.

- VIKC (2001c) - Lung cancer and mesothelioma in the Netherlands 1989 –1997. Netherlands Cancer Registry. Vereniging van Kankercentra.

- Visser, O. et al (2000) - Feiten en fabels over kanker. VIKC.

- Vries, J. de (2002) - Persoonlijke mededeling. Keuringsdienst van Waren Oost. - VROM (1998) - Nationaal Milieubeleidsplan 3.

- VROM (2001) - Nationaal Milieubeleidsplan 4.

- VWS (2001) - Tellen en Meten. Website www.tellenenmeten.nl.

- VWS (2002) - Plan for monitoring concerning directives 90/642/EEC and 86/362/EEC. Ministerie VWS en Ministerie LNV.

- Waal, E.J. de (2001) - Nieuwe gezondheidsrisico's van voeding : achtergrondstudie. Raad voor Volksgezondheid RVZ/01/09.

- WHO (2000) - Environmental Health Indicators: Development of a methodology for the WHO European Region. WHO Regional Office for Europe, interim report 18 december 2000.

- Willemsen, M. (2001) - Persoonlijke mededeling. Stivoro. - Zwanborn, P. (2001) - Persoonlijke mededeling.

Bijlage

117