• No results found

Ovenruimte voorverwarmen

In document Gebruiks- en montagehandleiding Oven (pagina 48-51)

De functie Booster dient voor een snelle opwarming van de ovenruimte bij sommige ovenfuncties.

De functie Voorverwarmen kan bij elke ovenfunctie gebruikt worden en moet voor elke bereiding apart worden inge-schakeld.

Als u een bereidingstijd hebt ingesteld, begint deze pas na de voorverwar-mingsfase af te tellen.

U dient de ovenruimte slechts voor wei-nig bereidingen voor te verwarmen.

 De meeste gerechten kunt u in de koude oven zetten. Zo benut u ook de warmte van de opwarmfase.

 Bij de volgende bereidingen en oven-functies moet u de oven wel voorver-warmen:

- Donker brooddeeg,, rosbief en filet met de ovenfuncties Hetelucht Plus , Profi  en Boven-onder-warmte 

- Taart en gebak met korte bereidings-tijd (tot ca. 30 minuten) en gevoelig deeg (bijvoorbeeld biscuit) met de ovenfunctie Boven-onderwarmte  (zonder de functie Booster)

Booster

De functie Booster dient voor een snelle opwarming van de ovenruimte.

In de fabrieksinstellingen is deze functie ingeschakeld voor de volgende oven-functies (Meer  | Instellingen  |

Booster | Aan):

- Hetelucht Plus  - Boven-onderwarmte  - Braadautomaat  - Profi 

Bediening

Als u een temperatuur instelt boven 100 °C en de functie Booster is inge-schakeld, dan wordt de ovenruimte met een snelle opwarmfase verwarmd tot de ingestelde temperatuur. Hierbij worden de bovenste verwarming-/grillelement, het ringvormige verwarmingselement en de ventilator gelijktijdig ingeschakeld.

Gevoelige deegsoorten (zoals biscuit en koekjes) worden met de functie

Booster te snel bruin van boven.

Bij deze bereidingen schakelt u de functie Booster uit.

Booster om een bereiding in of uit te schakelen

Als u de instelling Booster | Aan hebt ge-kozen, kunt u de functie voor een en-kele bereiding uitschaen-kelen.

Op dezelfde manier kunt u de functie voor een enkele bereiding inschakelen, wanneer u de instelling Booster | Uit hebt gekozen.

Voorbeeld: u hebt een ovenfunctie en de nodige instellingen gekozen, zoals bijvoorbeeld een temperatuur.

U wilt de functie Booster voor deze be-reiding uitschakelen.

 Kies de toets .

 Kies Booster | Uit.

 Bevestig met OK.

De functie Booster is tijdens het

voorver-Voorverwarmen

U dient de ovenruimte slechts voor wei-nig bereidingen voor te verwarmen.

De meeste gerechten kunt u in de kou-de oven zetten. Zo benut u ook kou-de warmte van de opwarmfase.

Als u een bereidingstijd hebt ingesteld, begint deze pas af te tellen als de in-gestelde temperatuur is bereikt en u het gerecht in de oven hebt geplaatst.

Start de bereiding meteen zonder het startpunt te verschuiven.

Voorverwarmen inschakelen De functie Voorverwarmen kan bij elke ovenfunctie gebruikt worden en moet voor elke bereiding apart worden inge-schakeld.

Voorbeeld: u hebt een ovenfunctie en de nodige instellingen gekozen, zoals bijvoorbeeld een temperatuur.

U wilt de functie Voorverwarmen voor de-ze bereiding inschakelen.

 Kies de toets .

 Kies Voorverwarmen | Aan.

 Bevestig met OK.

De melding Plaats het gerecht in het toe-stel verschijnt met een tijd. De oven wordt voorverwarmd op de ingestelde temperatuur.

 Plaats het gerecht in de oven zodra u

Bediening

Snel afkoelfase

Met de functie Snel afkoelfase kunt u het gerecht en de ovenruimte na de berei-ding snel laten afkoelen.

Snel afkoelfase om een bereiding in of uit te schakelen

Als u de instelling Snel afkoelfase | Aan

hebt gekozen, kunt u de functie voor één enkele bereiding uitschakelen.

Op dezelfde manier kunt u de functie voor één enkele bereiding inschakelen, wanneer u de instelling Snel afkoelfase |

Uit hebt gekozen.

Voorbeeld: u hebt een ovenfunctie en de nodige instellingen gekozen, zoals bijvoorbeeld een temperatuur.

U wilt de functie Snel afkoelfase voor de-ze bereiding uitschakelen.

 Kies de toets .

 Kies Snel afkoelfase | Uit.

 Bevestig met OK.

Als de functie Warmhouden ook is inge-schakeld, verschijnt Als “Snel afkoelen”

wordt uitgeschakeld, wordt “Warmhouden”

ook uitgeschakeld.

 Bevestig deze melding indien nodig met OK.

De functies Snel afkoelfase en Warm-houden zijn uitgeschakeld. Na afloop van de bereiding blijft de deur gesloten.

De koelventilator koelt het gerecht en de ovenruimte af.

Warmhouden

Met de functie Warmhouden kunt u het gerecht warm houden na de bereiding, zonder het ongewild te laten nagaren.

Het gerecht wordt op een vooraf inge-stelde temperatuur warm gehouden (zie hoofdstuk “Instellingen”, paragraaf

Voorgeprogr. temperaturen”).

U kunt de functie Warmhouden enkel gebruiken gekoppeld aan de functie

Snel afkoelfase.

Als u de instelling Warmhouden | Aan

hebt gekozen, kunt u de functie voor één enkele bereiding uitschakelen.

Op dezelfde manier kunt u de functie voor één enkele bereiding inschakelen, wanneer u de instelling Warmhouden | Uit

hebt gekozen.

Warmhouden voor één bereiding in-schakelen

Voorbeeld: u hebt een ovenfunctie en de nodige instellingen gekozen, zoals bijvoorbeeld een temperatuur.

U wilt de functie Warmhouden voor deze bereiding inschakelen.

 Kies de toets .

 Kies Warmhouden | Aan.

 Bevestig met OK.

Als de functie Snel afkoelfase ook is uit-geschakeld, verschijnt Voor “Warm-houden” is “Snel afkoelen” vereist. “Snel af-koelen” wordt ook geactiveerd.

 Bevestig de melding met OK, indien nodig.

Bediening

De functies Warmhouden en Snel afkoelfa-se zijn ingeschakeld. Na afloop van de bereiding opent de deur automatisch op een kier. De koelventilator koelt het ge-recht en de ovenruimte snel af.

Zodra de temperatuur werd bereikt, sluit de deur weer automatisch om het ge-recht warm te houden.

Warmhouden voor één bereiding uit-zetten

Voorbeeld: u hebt een ovenfunctie en de nodige instellingen gekozen, zoals bijvoorbeeld een temperatuur.

U wilt de functie Warmhouden voor deze bereiding uitschakelen.

 Kies de toets .

 Kies Warmhouden | Uit.

 Bevestig met OK.

De functie Warmhouden is uitgescha-keld. Na afloop van de bereiding blijft de deur gesloten. De koelventilator koelt het gerecht en de ovenruimte af.

De instelling voor de functie Snel afkoel-fase verandert niet.

In document Gebruiks- en montagehandleiding Oven (pagina 48-51)