• No results found

OORDEEL OVER DE I NDICATOREN

De waarderingen die over de onderzochte indicatoren zijn gegeven, staan vermeld in de onderstaande tabellen. Iedere tabel wordt gevolgd door een toelichting op deze waarderingen van de inspectie. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs.

In de waardering op de indicatoren is tot uitdrukking gebracht in welke mate deze bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect:

1. draagt niet of nauwelijks bij;

2. draagt onvoldoende bij;

3. draagt voldoende bij;

4. draagt in hoge mate bij;

5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen).

Deze waardering is gegeven indien de school geen betrouwbare en valide gegevens over haar opbrengsten beschikbaar heeft.

Vrije School Christophorus Kwaliteitszorg

1 2 3 4

1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in

onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. l 1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van

haar opbrengsten. l

1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. l 1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. l 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. l 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over

de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. l

1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en

personeel. l

1.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van sociale integratie en actief

burgerschap, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.

l

Toelichting:

Bij het periodiek kwaliteitsonderzoek van juli 2004 zijn alle indicatoren van het aspect kwaliteitszorg als voldoende beoordeeld. Wel werden enkele

kanttekeningen gemaakt.

Bij het huidige schoolbezoek blijkt de kwaliteitszorg op onderdelen te kunnen worden verbeterd. Dit komt vooral doordat een aantal uitwerkingen nog te impliciet is. Toch is de algemene indruk dat na enkele aanvullingen de kwaliteitszorg, mede door de niet aflatende inspanningen van de directeur, weer op orde kan zijn.

Hierna worden eerst de als voldoende beoordeelde indicatoren toegelicht.

Daarna komen de nog te ontwikkelen onderdelen aan bod.

De school evalueerde de afgelopen jaren, met een analyse-instrument dat is afgenomen onder ouders en leraren, het onderwijs en leren. Binnenkort wordt op alle scholen van de stichting Pallas op een geautomatiseerde manier begonnen met de afname van een nieuwe evaluatie. Omdat deze meting in de volle breedte de kwaliteitsaspecten van de inspectie zal dekken en als opmaat zal dienen voor het nieuwe schoolplan, beoordeelt de inspectie deze evaluatie van het onderwijs en leren als voldoende.

Rapport jaarlijks onderzoek Vrije School Christophorus - 25 januari 2007 10 Bij het vorige bezoek werd een opmerking gemaakt over de borging van de kwaliteit van het onderwijs en leren. In een gesprek met een van de leraren is de klassenmap nagelopen waar de borging van de doorgaande lijn zijn beslag moest krijgen. De inspectie concludeert dat consciëntieus is gewerkt aan de verdere verbetering en aan gemaakte afspraken. Wel kan met een

leerstofjaarplanning nog beter een bewaking van het aanbod worden

gerealiseerd. Tevens zijn kijkwijzers nagelopen van klassenbezoeken die door de directeur worden uitgevoerd. Op basis van de gehanteerde aanpak en de beide documenten concludeert de inspectie dat basisschool Christophorus in voldoende mate zorgt voor borging van gemaakte afspraken en werkwijzen.

De school rapporteert per kwartaal over de voortgang aan het bovenschools management en collegadirecteuren. Daarnaast wordt een uitgebreid jaarverslag opgesteld dat steeds aan alle ouders wordt uitgereikt. Hiermee voldoet de school in voldoende mate aan de noodzaak inzichtelijk aan belanghebbenden te rapporteren.

Uit het uitgebreide protocol gedragsregels, het pestprotocol, de gedragsregels in de klassen en uit de toelichting over de rol van de directeur bij een concreet voorbeeld blijkt dat de school in voldoende mate de sociale veiligheid voor leraren en leerlingen waarborgt. Een enkele verbetering is in de vastlegging nog te realiseren. De school buigt zich nog over een systematisch op hun

welbevinden om de leerlingen te bevragen.

Het kwaliteitsbeleid over sociale integratie en burgerschap past bij de Vrije School visie over waarden en normen. Wel constateert de inspectie dat het aanbod van dit vakgebied een impliciet karakter heeft. Het nieuwe schoolplan biedt mogelijkheden voor een meer expliciete beschrijving.

Dit impliciete karakter speelt ook een rol bij de indicatoren die nog niet als voldoende zijn beoordeeld en die hierna worden toegelicht.

Allereerst geldt dit voor het inzicht dat de school heeft in de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. Het ontbreekt de school aan een analyse van de onderwijsbehoeften van haar schoolpopulatie. In het schoolplan of in andere documenten is geen typering van de leerlingen- of de ouderpopulatie opgenomen. In dit licht is gesproken over de taligheid van de leerlingen, over bovenpresteerders en over de toename van geïndiceerde leerlingen en zorgleerlingen.

Een tweede nog te impliciete aanpak betreft het jaarlijks systematisch

evalueren van de kwaliteit van de opbrengsten. Hoewel dit in het teamoverleg gebeurt, ontbreekt het aan een vaste werkwijze hierbij. Bovendien worden geen (trend)analyses en gemaakt en vastgelegd die richtinggevend zijn voor schoolbeleid. Ook ontbreekt het de school aan een methodeonafhankelijke meting van de vorderingen van de kleuters op het gebied van de gecijferdheid en de geletterdheid, alsook van het technisch lezen in klas 1 (groep 3). Dit bijeen leidt tot het oordeel onvoldoende op deze indicator.

Het derde nog te ontwikkelen onderdeel betreft de planmatigheid van de verbeteractiviteiten. De school beschikt te weinig over documenten of planningen waarin de verbeteronderwerpen uit het beleidsplan per schooljaar operationeel (bijv. 'smart') zijn uitgewerkt, op basis van in concreet en

gewenst leraar- en leerlinggedrag geformuleerde (deel)doelen. Ook het jaarplan kan aan kracht winnen door meer uit te gaan van in dat jaar gerealiseerde opbrengsten en waargenomen effecten. Bovendien heeft de school bij meerjarige onderwerpen uit de meerjarenplanning van paragraaf 5.8 van het schoolplan geen planning of ordening aangebracht die de meerjarige

activiteiten met elkaar verbindt.

Rapport jaarlijks onderzoek Vrije School Christophorus - 25 januari 2007 11 Resultaten

1 2 3 4 5

12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

l 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op

een niveau dat mag worden verwacht. l

Toelichting:

De inspectie heeft geen oordeel kunnen geven over of de resultaten aan het einde van de schoolperiode voldoen aan de te stellen eisen. Dit komt omdat de school in het schooljaar 2004/2005 nog geen genormeerde toets voor rekenen en wiskunde afnam. Doordat geen eindtoets wordt gehanteerd die de

schoolvorderingen meet, ontbreekt het hierdoor aan één van de drie meetmomenten die nodig zijn voor een oordeel over de kwaliteit van de vorderingen op het gebied van rekenen en wiskunde. Een meting van begrijpend lezen is voor elk van deze drie momenten wel beschikbaar.

De inspectie heeft haar bezorgdheid uitgesproken over de beschikbare

resultaten voor rekenen en wiskunde. De uitval overschrijdt bij beide metingen ruimschoots de norm. Dit lijkt voor begrijpend lezen minder het geval.

De inspectie heeft de sociale vaardigheden van de leerlingen nog niet kunnen beoordelen. De school neemt geen landelijk genormeerd evaluatie-instrument af.

Ontwikkeling van leerlingen

1 2 3 4 5

13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

l 13.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de

verwachte periode van 8 jaar. l

Toelichting:

De inspectie heeft eveneens geen oordeel kunnen geven over of de resultaten gedurende de schoolperiode voldoen aan de eisen die aan de leerlingen op grond van hun populatiekenmerken gesteld mogen worden.

De oorzaak ligt in het feit dat het de school ontbreekt aan een toets voor het meten van de technische leesvaardigheid in klas 1 (groep 3). Voor de

toetsresultaten die wel konden worden beoordeeld is het beeld ietwat wisselend. Het technisch lezen in klas 2 (groep 4) voldoet niet aan de norm.

Dit is wel het geval voor begrijpend lezen en rekenen en wiskunde in klas 4 (groep 6). De resultaten voor rekenen en wiskunde in klas 2 lijken te voldoen aan de eisen, maar moeten wellicht worden gecorrigeerd omdat veel leerlingen ouder zijn dan de norm waarop de toets is gebaseerd. Dit sluit aan bij de volgende indicator.

Doordat het aantal doublures is de klassen 1 tot en met 6 vrijwel nihil is, voldoet de school aan de te stellen eisen. Toch doorlopen veel leerlingen de school in meer dan acht jaar, doordat het aantal kleutergroepverlengingen ruim driemaal hoger is dan wat landelijk gebruikelijk is.

Rapport jaarlijks onderzoek Vrije School Christophorus - 25 januari 2007 13

GERELATEERDE DOCUMENTEN