De waarderingen die over de onderzochte indicatoren zijn gegeven, staan vermeld in de onderstaande tabellen. Iedere tabel wordt gevolgd door een toelichting op deze waarderingen van de inspectie. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs.
In de waardering op de indicatoren is tot uitdrukking gebracht in welke mate deze bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect:
1. draagt niet of nauwelijks bij;
2. draagt onvoldoende bij;
3. draagt voldoende bij;
4. draagt in hoge mate bij;
5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen).
Deze waardering is gegeven indien de school geen betrouwbare en valide gegevens over haar opbrengsten beschikbaar heeft.
c.b.s. It Grovestinshôf Kwaliteitszorg
1 2 3 4
1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in
onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. l 1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van
haar opbrengsten. l
1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. l 1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. l 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. l 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over
de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. l
1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en
personeel. l
Toelichting:
De kwaliteitszorg wordt beoordeeld aan de hand van zeven indicatoren.
Hiervan zijn er twee van voldoende niveau.
De school heeft nog te weinig inzicht in de onderwijsbehoeften van leerlingen en de betekenis daarvan voor de inrichting van het onderwijs.
De school stelt jaarlijks de opbrengsten van het onderwijs vast met behulp van verschillende toetsen, waaronder een genormeerde eindtoets en tussentoetsen.
Dit jaar is een begin gemaakt met het maken van dwarsdoorsneden en trendanalyses. De school heeft zich eveneens doelen gesteld voor de
resultaten op de tussentoetsen. Deze doelen liggen in de ogen van de inspectie echter aan de lage kant. Op grond van de analyses heeft de school vooral maatregelen getroffen op het gebied van het leesonderwijs.
De school is begonnen met het systematisch evalueren van de kwaliteit van onderwijzen en leren. Daarbij wordt gebruikgemaakt van een zelfevaluatie- instrument. Aan de hand van de uitkomsten worden de prioriteiten voor de komende periode bepaald. Het oordeel van ouders en leerlingen over de kwaliteit van onderwijs en leren wordt nog niet bij de evaluatie betrokken. Dit is wel noodzakelijk.
Rapport jaarlijks onderzoek c.b.s. It Grovestinshôf - 25 april 2006 10 De verbeteractiviteiten van de school kunnen planmatiger worden opgezet. De doelen zijn over het algemeen vertaald in waarneembare effecten maar de wijze waarop de resultaten worden vastgesteld is nog niet vooraf bepaald. De afspraken die voortvloeien uit de verbeteractiviteiten worden digitaal
vastgelegd in verschillende mappen. De schoolleiding houdt toezicht op het nakomen van de afspraken, onder meer door middel van observaties aan de hand van kijkwijzers. De bevindingen worden daarna met het team besproken.
De wijze waarop de school, in bijvoorbeeld de schoolgids rapporteert over de gerealiseerde kwaliteit kan nog aanmerkelijk worden versterkt. De directie heeft hiervoor al actie ondernomen; het volgend schooljaar zal de schoolgids veel informatiever zijn.
Vanaf januari 2006 betrekt de inspectie ook de beleidsmaatregelen die de school treft om de sociale veiligheid van leerlingen en personeel te waarborgen bij de kwaliteitszorg. Beoordeeld wordt of de school inzicht heeft in de
veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en of de school beleid heeft dat gericht is op preventie en afhandeling van incidenten.
Deze indicator is nog niet als voldoende beoordeeld, omdat te weinig in beleid is vastgelegd hoe aandacht besteed wordt aan preventie van incidenten en hoe eventuele incidenten afgehandeld worden. Ook is het niet gebruikelijk om minstens eens in de twee jaar de leerlingen en de personeelsleden te
ondervragen over hun veiligheidsbeleving. De algemene indruk van de directie is overigens dat leerlingen en personeel zich veilig voelen op school.
Resultaten
1 2 3 4 5
12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
l 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op
een niveau dat mag worden verwacht. l
Toelichting:
Voor het vaststellen van de resultaten aan het einde van de schoolperiode maakt de inspectie in principe gebruik van gegevens van landelijk genormeerde toetsen over een periode van een aantal schooljaren, waarbij deze gegevens worden vergeleken met die van scholen met een soortgelijke
leerlingenpopulatie. Uit informatie van de school blijkt dat de resultaten van voldoende niveau zijn.
De sociale vaardigheden kunnen niet gewaardeerd worden omdat de school geen genormeerd instrument gebruikt om deze in kaart te brengen. De school werkt structureel met een aanbod voor het verwerven van sociale
vaardigheden. Dit aanbod is aangepast aan de schooleigen situatie. Daarnaast werkt de school incidenteel met aanvullende maatregelen zoals de zogenoemde Kanjertraining. De school overweegt volgend schooljaar over te gaan tot de invoering van een structureel aanbod. Over het geheel genomen draagt de school voldoende planmatig bij aan het verwerven van sociale vaardigheden van de leerlingen.
Rapport jaarlijks onderzoek c.b.s. It Grovestinshôf - 25 april 2006 11 Ontwikkeling van leerlingen
1 2 3 4 5
13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
l 13.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de
verwachte periode van 8 jaar. l
Toelichting:
Wat betreft de ontwikkeling van leerlingen kijkt de inspectie in de eerste plaats naar de resultaten voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde in de
groepen 3, 4 en 6. In deze groepen zijn de resultaten voldoende.
De vraag of leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen kan vooreerst nog niet beoordeeld worden.
De inspectie neemt tot slot kennis van het aantal leerlingen met een versnelde of vertraagde schoolloopbaan. Uit informatie van de school blijkt dat de
doorstroming gedurende de schoolperiode niet afwijkt van het landelijke beeld.
Rapport jaarlijks onderzoek c.b.s. It Grovestinshôf - 25 april 2006 13