Je wordt bij studieonderdelen (bv. projecten, lessen of trainingen) regelmatig beoordeeld. Welke resultaten heb je bereikt en hoe succesvol is je manier van werken? Denk aan 0-metingen, ontwikkelingsgerichte toetsen, stage-opdrachten, voortgangstoetsen, diagnostische toetsen.
Deze beoordelingen zijn allemaal bedoeld om je ontwikkeling te ‘meten’ en om te kijken waar het beter kan. Bij ieder studieonderdeel word je vooraf verteld wat er van je wordt verwacht. Je bent op de hoogte van alles wat je moet doen (bewijslast) en aan welke eisen deze bewijslast moet voldoen.
Wanneer je werk is beoordeeld, krijg je feedback op je prestatie: wat is er goed en wat kan beter.
Je probeert daarna zelf vast te stellen wat je al goed kan, op welke punten je nog kunt verbeteren en hoe je dat gaat doen. Dit noemen we ontwikkelingsgerichte beoordeling.
Hoe krijgt dit vorm binnen jouw opleiding?
Binnen de opleiding commercieel medewerker bestaat de ontwikkelingsgerichte beoordeling uit drie componenten, te weten:
4. Aanwezigheid;
5. Periodecijfer;
6. Beroepshouding.
Op ieder van deze onderdelen krijg je per periode een periodescore en een cumulatieve score.
Om door te kunnen met je opleiding moet je voor iedere score aan de norm voldoen. Onderstaand de beschrijving van de onderdelen en de bijbehorende normen.
1. Aanwezigheid
Je zit op een beroepsopleiding. Wij verwachten dat je altijd aanwezig bent. Natuurlijk kan iedereen een keer ziek zijn. De aanwezigheid wordt middels een digitaal systeem bijgehouden.
Iedere periode wordt een aanwezigheidspercentage van die periode bepaald en een cumulatief aanwezigheidspercentage. De norm voor dit onderdeel is:
< 80% Je voldoet totaal niet aan de eis. Het stoplicht voor de opleiding staat op rood.
> 80%, < 90% Je voldoet niet aan de eis. Het stoplicht staat voor dit onderdeel op oranje.
> 90% Je voldoet aan de eis. Het stoplicht staat voor dit onderdeel op groen.
2. Periodecijfers
In onderstaand schema kun je zien hoe de periodecijfers tot stand komen:
Onderdeel Weging P1 P2 P3 P4 P7 P8
Bij ieder vak worden voortgangs-toetsen afgenomen. Het
gemiddeld cijfer per vak van de voortgangs-toetsen wordt gemiddeld.
0,3 X X X X X X
Gemiddelde
Werkhouding
Bij ieder vak krijg je een waardering voor
werkhouding. Deze cijfers worden gemiddeld.
0,1 X X X X X X
Gemiddelde
Omgangsvormen
Bij ieder vak krijg je een waardering voor
omgangsvormen. Deze cijfers worden
gemiddeld.
0,1 X X X X X X
Gemiddelde
Periode cijfer 1,0 X X X X X X
*De periodetoets marketing telt voor 50%, het gemiddelde van de andere periodetoetsen tellen ook voor 50% mee.
De normering voor de cijfers die gegeven worden voor werkhouding is:
Werkhouding
Gedragsomschrijving Score voor de
beoordeling - komt afspraken altijd na en toont ook zelf initiatief
- maakt altijd zijn huiswerk en doet zelfs meer dan dat - levert werk altijd ver voor tijd en volledig in
- gaat altijd aan het werk in de klas als daar om gevraagd wordt
10
- komt afspraken altijd na - maakt altijd zijn huiswerk
- levert werk altijd tijdig en volledig in
- gaat nagenoeg altijd aan het werk in de klas als daar om gevraagd wordt
8
- komt meestal zijn afspraken na - maakt nagenoeg altijd zijn huiswerk
- levert werk nagenoeg altijd op tijd in en nagenoeg volledig in - gaat meestal aan het werk in de klas als daar om gevraagd wordt
6
- komt zijn afspraken soms na, maar dan ook pas na veel aansporing - maakt af en toe huiswerk
- levert zelden iets in of vaak te laat
- gaat bijna nooit aan het werk in de klas als daar om gevraagd wordt
4
- komt zijn afspraken nagenoeg nooit na - maakt nagenoeg nooit huiswerk - levert nagenoeg nooit iets in
- gaat pas aan het werk in de klas als er veel druk uitgeoefend wordt
2
- komt zijn afspraken nooit na - maakt nooit zijn huiswerk - levert nooit iets in
- gaat nooit aan het werk in de klas als daar om gevraagd wordt
0
De normering voor de cijfers die gegeven worden voor omgangsvormen is:
Omgangsvormen
Gedragsomschrijving Score voor de
beoordeling - respectvol en behulpzaam
- uitermate prettig in omgang 10
- respectvol
- prettig in omgang 8
- voldoende respect
- neutraal gedrag 6
- twijfelachtig respect 4
- moet regelmatig gewaarschuwd worden
- brutaal; ongemanierd 2
- respectloos t.o.v.
> medeleerlingen
> beheerder praktijkruimte > docenten
> andere medewerkers
0
De studieloopbaanbegeleider legt informatie over je studievoortgang, begeleiding en aanwezigheid vast in het begeleidingsdossier.
Per periode wordt een periodecijfer en een cumulatief periodecijfer. De norm voor dit onderdeel is:
Periodecijfer < 4,0 Je voldoet totaal niet aan de eis. Het stoplicht voor de opleiding staat op rood.
Periode cijfer < 5,5 maar > 4,0
Je voldoet niet aan de eis. Het stoplicht staat voor dit onderdeel op oranje.
Periode cijfer > 5,5 Je voldoet aan de eis. Het stoplicht staat voor dit onderdeel op groen.
3. Beroepshouding
We zijn een beroepsopleiding. Daar hoort ook een goede beroepshouding bij. Zeker voor de onderdelen uit het programma die met name beroepsgericht zijn. Dit zijn je werkhouding en je inzet die gescoord worden tijdens de projectweken en je werkhouding en inzet bij FS&S.
a. Je werkhouding en inzet tijdens de projectweken
Voor de beoordeling van de algemene beroepscompetenties maken we gebruik van een zo genaamd beoordelingsprotocol.
De algemene competenties zijn:
- samenwerken en overleggen - plannen en organiseren
- instructies en procedures volgen
Voor de competenties samenwerken en overleggen, plannen en organiseren, instructies en procedures volgen word je door de volgende docenten beoordeeld.
In periode 1 word je beoordeeld voor het project CEV door je CEV-mar docent.
In periode 2 word je beoordeeld voor het project CEV door je CEV-mar docent.
In periode 3 word je beoordeeld voor het CEV project door je CEV-mar docent.
In periode 4 wordt je hiervoor niet beoordeeld.
De betreffende docent vult onderstaand protocol in.
Beoordelaar= Projectbegeleider Themaproject Algemene gegevens
1 Naam leerling 2 Naam CEV-project 3 Naam beoordelaar
1. Competentie Samenwerken en overleggen 2 4 6 8
De student heeft alle werkdagen actief deelgenomen en bijgedragen aan de kwaliteit van het project
2. Competentie Plannen en organiseren 2 4 6 8
De student is op tijd aanwezig en komt afspraken richting medestudenten na
3. Competentie Instructies en procedures volgen 2 4 6 8 De student is op tijd aanwezig voor de kick-off
Eindcijfer
(cijfer 1 + cijfer 2 + cijfer 3) : 3 Normering:
Competentie samenwerken en overleggen:
2 = heeft niet of nauwelijks bijgedragen aan de kwaliteit van het project 4 = heeft te beperkt bijgedragen aan de kwaliteit van het project
6 = heeft voldoende bijgedragen aan de kwaliteit van het project 8 = heeft goed bijgedragen aan de kwaliteit van het project Competentie plannen en organiseren:
2 = was meerdere keren te laat met het nakomen van afspraken of is afspraken in geheel niet nagekomen.
4 = was een keer te laat met het nakomen van afspraken 6 = was op tijd en is zijn afspraken nagekomen
8 = nam het voortouw in het maken van afspraken en het opvolgen van afspraken Competentie instructies en procedures:
2 = was niet aanwezig bij de kick-off 4 = was niet op tijd aanwezig bij de kick-off 6 = was op tijd aanwezig bij de kick-off
8 = was op tijd aanwezig bij de kick-off en heeft de instructies te allen tijde opgevolgd en terug laten komen in het resultaat.
b. De beoordeling van FS&S.
Voor FS&S word je beoordeeld door de docent FS&S. Deze vult het volgende protocol in.
Beoordelaar= docent FS&S Algemene gegevens
2.4 Kan antwoord geven op (moeilijke)
vragen 0 0,25 0,5
Eindscore Max 2,0
3 Registreren O V G
3.1 Correct invoeren van alle gegevens 0 0,25 0,5
3.2 Volledigheid van gegevens 0 0,25 0,5
3.3 Juiste resultaatcodes toepassen 0 0,25 0,5
3.4 Opmerkingen noteren 0 0,25 0,5
Eindscore Max 2,0
4 Productiviteit O V G
4.1 Aanwezigheid 0 0,25 0,5
4.2 Goede invulling van de werktijd 0 0,25 0,5
4.3 Focus op eigen werk 0 0,25 0,5
4.4 Doorzettingsvermogen 0 0,25 0,5
Eindscore Max 2,0
5 Target O V G
5.1 Target behaald Max 2,0
Eindcijfer FS&S
Eindcijfer Score 1 + score 2 + score 3 + score 4 + score 5
De norm voor het onderdeel beroepshouding is:
Twee beoordelingen onvoldoende
Je voldoet totaal niet aan de eis. Het stoplicht voor de opleiding staat op rood.
Één beoordeling onvoldoende
Je voldoet niet aan de eis. Het stoplicht staat voor dit onderdeel op oranje.
Twee beoordelingen
voldoende Je voldoet aan de eis. Het stoplicht staat voor dit onderdeel op groen.
Per periode behaal je dus drie cumulatieve stoplichten namelijk:
- Stoplicht voor aanwezigheid - Stoplicht voor periodecijfers - Stoplicht voor beroepshouding
Studievoortgangsregeling
Op basis van je resultaten en voortgang krijg je meerdere studieadviezen.
Voor het eerste en tweede studieadvies (na periode 1 en na periode 2) wordt er gekeken of:
de opleiding/het beroep bij je past;
je voldoende aan je opleiding werkt en gemotiveerd bent;
je studieresultaten aan de verwachtingen voldoen;
je kunt uitstromen op niveau 3 of niveau 4.
Bij het derde studieadvies (na periode 3) wordt definitief gekeken of :
de opleiding/het beroep bij je past;
je voldoende aan je opleiding werkt en gemotiveerd bent;
je studieresultaten aan de verwachtingen voldoen;
je kunt uitstromen op niveau 3 of doorstromen naar niveau 4. Als je kunt doorstromen naar niveau 4 kies je nu de definitieve uitstroomrichting. Je kunt hierbij kiezen uit:
Vestigingsmanager groothandel (alleen Engels);
Junior accountmanager (Engels en Duits);
Assistent manager Internationale handel (Engels en Duits).
Dit derde studieadvies is een bindend studieadvies. Dat betekent dat er niet van kan worden afgeweken.
De norm van de adviezen per periode staan in onderstaande tabel.
Norm periode 1
Twee of drie stoplichten op rood
Jammer, maar deze opleiding past niet bij jou. Het lijkt erop dat je een verkeerde keuze hebt gemaakt. We gaan je helpen bij het vinden van een andere opleiding en daar waar mogelijk ondersteunen we je bij de overstap. Dit is een advies.
Alle andere combinaties
We denken dat je het diploma kan behalen maar... je hebt
achterstand opgelopen. Samen met de studieloopbaanbegeleider worden er afspraken gemaakt om deze achterstand in te lopen.
Deze afspraken worden vastgelegd in het leerlingvolgsysteem.
Hierdoor kun je studievertraging oplopen en kun je wellicht pas op een later moment op stage.
Drie stoplichten op
groen Je ontwikkeling verloopt volgens verwachting of zelfs daarboven.
Norm periode 2
Twee of drie stoplichten op rood
Jammer, maar deze opleiding past niet bij jou. Het lijkt erop dat je een verkeerde keuze hebt gemaakt. We gaan je helpen bij het vinden van een andere opleiding en daar waar mogelijk ondersteunen we je bij de overstap. Dit is een advies.
Alle andere combinaties
We denken dat je het diploma kan behalen maar... je hebt
achterstand opgelopen. Samen met de studieloopbaanbegeleider worden er afspraken gemaakt om deze achterstand in te lopen.
Deze afspraken worden vastgelegd in het leerlingvolgsysteem.
Hierdoor kun je studievertraging oplopen en kun je wellicht pas op een later moment op stage.
Drie stoplichten op
groen Je ontwikkeling verloopt volgens verwachting of zelfs daarboven.
Norm periode 3
Twee of drie stoplichten op rood
Jammer, maar deze opleiding past niet bij jou. Het lijkt erop dat je een verkeerde keuze hebt gemaakt. We gaan je helpen bij het vinden van een andere opleiding en daar waar mogelijk
ondersteunen we je bij de overstap. Dit is een bindend advies. Hier kan niet van afgeweken worden
Alle andere combinaties
We denken dat je het diploma kan behalen maar... je hebt
achterstand opgelopen. Samen met de studieloopbaanbegeleider worden er afspraken gemaakt om deze achterstand in te lopen.
Deze afspraken worden vastgelegd in het leerlingvolgsysteem.
Hierdoor kun je studievertraging oplopen en kun je wellicht pas op een later moment op stage.
Drie stoplichten op
groen Je ontwikkeling verloopt volgens verwachting of zelfs daarboven.
Versnellen?
Indien je erg goed presteert kun je deelnemen aan het versneld traject. Het versneld traject houdt in dat je de niveau 4 opleiding in twee jaar gaat doen. Het besluit om deel te nemen wordt
genomen na periode 2. Indien je deel neemt aan het versneld traject ga je in de tweede helft van leerjaar 1, onder beperkte begeleiding, alle leerstof van leerjaar 2 zelfstandig doornemen. Je neemt aan het eind van leerjaar 1 deel aan alle examens die gepland staan in leerjaar 1 en leerjaar 2. Indien de resultaten voldoende zijn kun je van leerjaar 1 bevorderd worden naar leerjaar 3.
De normen om deel te kunnen nemen aan het versneld traject zijn:
- een aanwezigheid boven de 90%
- alle stoplichten van periode 1 en 2 op groen
- minimaal een 7,0 voor periodecijfer 1 én periode cijfer 2
- minimaal een 7,0 voor de periodetoetsen marketing van periode 1 en 2 - minimaal een 7,0 voor de periodetoetsen bedrijfseconomie van periode 1 en 2 - alle opdrachten die gemaakt moeten worden voor de talen in periode 1 en 2 zijn af