• No results found

Onderdelen

In document Gebruikershandleiding (pagina 16-35)

Hardware opzoeken

Ga als volgt te werk om de op uw computer geïnstalleerde hardware weer te geven:

Typ apparaatbeheer in het zoekvak van de taakbalk en selecteer de app Apparaatbeheer.

U ziet een lijst met alle apparaten die op uw computer zijn geïnstalleerd.

Druk voor informatie over de hardwareonderdelen van het systeem en het versienummer van het systeem-BIOS op fn+esc (alleen bepaalde producten).

Software opzoeken

Ga als volgt te werk om te zien welke software op uw computer is geïnstalleerd:

Selecteer de knop Start en selecteer vervolgens Alle apps.

– of –

Klik met de rechtermuisknop op de knop Start en selecteer vervolgens Programma's en onderdelen.

Naar rechts

OPMERKING: Uw computer kan er iets anders uitzien dan de in dit gedeelte afgebeelde computer.

Onderdeel Beschrijving

(1) Audio-uitgang (hoofdtelefoon)/Audio-ingang

(microfoon) Hierop kunt u een audioapparaat aansluiten, zoals optionele stereoluidsprekers met eigen voeding, een hoofdtelefoon, een oortelefoon, een headset of een televisietoestel, om het computergeluid via dat apparaat weer te geven. Ook kunt u hierop de microfoon van een optionele headset aansluiten.

WAARSCHUWING! Zet het geluidsvolume laag voordat u de hoofdtelefoon, oortelefoon of headset opzet. Zo beperkt u het risico van gehoorbeschadiging. Raadpleeg Informatie over voorschriften, veiligheid en milieu voor meer informatie over veiligheid.

U krijgt als volgt toegang tot deze handleiding:

1. Typ support in het zoekvak van de taakbalk en selecteer vervolgens de app HP Support Assistant.

– of –

Klik op het pictogram met het vraagteken op de taakbalk.

2. Selecteer Mijn pc, selecteer het tabblad Specificaties en selecteer vervolgens Gebruikershandleidingen.

OPMERKING: Wanneer u een apparaat aansluit op deze connector, worden de computerluidsprekers uitgeschakeld.

OPMERKING: zorg dat de apparaatkabel een connector met vier pinnen heeft die zowel uit (hoofdtelefoon) als audio-in (microfoon) ondersteunt.

(2) USB-3.0-poorten (2) Hierop sluit u optionele USB 3.0-apparaten aan. Deze poorten zorgen voor hogere USB-prestaties.

(3) Dual-mode DisplayPort Via deze poort sluit u een optioneel digitaal weergaveapparaat, zoals een hoogwaardige monitor of projector, aan op het apparaat.

(4) Poort voor externe monitor Hierop kunt u een optionele VGA-monitor of projector aansluiten.

(5) Ventilatieopeningen (2) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne onderdelen.

OPMERKING: De ventilator van de computer start

automatisch om interne onderdelen te koelen en oververhitting te voorkomen. Het is normaal dat de interne ventilator automatisch aan- en uitgaat wanneer u de computer gebruikt.

(6) Bevestigingspunt voor de beveiligingskabel Hiermee sluit u een als optie verkrijgbare beveiligingskabel aan op de computer.

OPMERKING: Van de beveiligingskabel moet in de eerste plaats een ontmoedigingseffect uitgaan. Deze voorziening kan echter niet voorkomen dat de computer verkeerd wordt gebruikt of wordt gestolen.

Linkerkant

OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.

Onderdeel Beschrijving

(1) Netvoedingsconnector Hierop kunt u een netvoedingsadapter aansluiten.

(2) Lampjes van de RJ-45-netwerkconnector (2) Hierop sluit u een netwerkkabel aan.

Oranje (links): er is netwerkactiviteit.

Groen (rechts): Het netwerk is aangesloten.

(3) USB 3.0-oplaadpoort Hierop sluit u optionele USB 3.0-apparaten aan. Deze poort zorgt voor hogere USB-prestaties. Via de USB-oplaadpoort kunnen ook bepaalde types mobiele telefoons en MP3-spelers worden opgeladen, zelfs wanneer de computer uitgeschakeld is.

(4) Geheugenkaartlezer Leest gegevens van en schrijft gegevens op geheugenkaarten

zoals Secure Digital (SD).

(5) USB-3.0-poort Hierop sluit u optionele USB 3.0-apparaten aan. Deze poort

zorgt voor hogere USB-prestaties.

(6) Upgraderuimte voor schijven (optische schijf

weergegeven) De upgraderuimte kan een vaste schijf of een

optischeschijfeenheid bevatten die naar een optische schijf leest en schrijft (alleen bepaalde producten). De upgraderuimte kan ook een lichtgewicht opvulstuk bevatten.

(7) Uitwerpknop voor optische schijf (alleen

bepaalde producten) Hiermee ontgrendelt u de schijflade van de optische-schijfeenheid.

(8) ExpressCard-slot of Smart Card-lezer

(afhankelijk van de configuratie) Dit slot ondersteunt optionele ExpressCards of Smart Cards.

(1) Netvoedingsconnector Hierop kunt u een netvoedingsadapter aansluiten.

(2) Lampjes van de RJ-45-netwerkconnector (2) Hierop sluit u een netwerkkabel aan.

Oranje (links): er is netwerkactiviteit.

Groen (rechts): Het netwerk is aangesloten.

(3) USB 3.0-oplaadpoort Hierop sluit u optionele USB 3.0-apparaten aan. Deze poort zorgt voor hogere USB-prestaties. Via de USB-oplaadpoort kunnen ook bepaalde types mobiele telefoons en MP3-spelers worden opgeladen, zelfs wanneer de computer uit staat.

(4) Geheugenkaartlezer Leest gegevens van en schrijft gegevens op geheugenkaarten

zoals Secure Digital (SD).

(5) USB-3.0-poorten (2) Hierop sluit u optionele USB 3.0-apparaten aan. Deze poorten zorgen voor hogere USB-prestaties.

(6) Upgraderuimte voor schijven (optische schijf

weergegeven) De upgraderuimte kan een vaste schijf of een

optischeschijfeenheid bevatten die naar een optische schijf leest en schrijft (alleen bepaalde producten). De upgraderuimte kan ook een lichtgewicht opvulstuk bevatten.

(7) Uitwerpknop voor optische schijf (alleen

bepaalde producten) Hiermee ontgrendelt u de schijflade van de optische-schijfeenheid.

(8) ExpressCard-slot of Smart Card-lezer

(afhankelijk van de configuratie) Dit slot ondersteunt optionele ExpressCards of Smart Cards.

Beeldscherm

OPMERKING: Uw computer kan er iets anders uitzien dan de in dit gedeelte afgebeelde computer.

Onderdeel Beschrijving

(1) WLAN-antennes (2)* Met deze antennes worden draadloze signalen verzonden en ontvangen binnen een draadloos lokaal netwerk (WLAN).

(2) WWAN-antennes (2)* (alleen bepaalde producten) Via deze antennes worden draadloze signalen verzonden en ontvangen om te communiceren met draadloze WWAN's (wireless wide area networks).

(3) Interne microfoons (2) Hiermee neemt u geluid op.

(4) Webcamlampje Aan: De webcam is in gebruik.

(5) Webcam Hiermee kunt u videobeelden vastleggen en foto's maken.

Open HP Support Assistant voor informatie over het gebruik van de webcam. Typ support in het zoekvak op de taakbalk en selecteer vervolgens de app HP Support Assistant om HP Support Assistant te openen.

(6) Interne beeldschermschakelaar Wanneer u het beeldscherm dicht doet terwijl de computer aan staat, wordt deze schakelaar ingedrukt. Daardoor wordt het beeldscherm uitgeschakeld of wordt de slaapstand geactiveerd.

OPMERKING: De beeldschermschakelaar is niet zichtbaar aan de buitenkant van de computer.

*De antennes zijn niet zichtbaar aan de buitenkant van de computer. Houd de gebieden rondom de antennes vrij voor een optimale signaaloverdracht. Voor informatie over de voorschriften voor draadloze communicatie raadpleegt u de sectie over uw land of regio in Informatie over voorschriften, veiligheid en milieu.

U krijgt als volgt toegang tot deze handleiding:

1. Typ support in het zoekvak van de taakbalk en selecteer vervolgens de app HP Support Assistant.

– of –

Klik op het pictogram met het vraagteken op de taakbalk.

2. Selecteer Mijn pc, selecteer het tabblad Specificaties en selecteer vervolgens Gebruikershandleidingen.

Bovenkant

Touchpad

Onderdeel Beschrijving

(1) EasyPoint-muisbesturing (alleen bepaalde

producten) Hiermee kunt u de aanwijzer (cursor) verplaatsen en

onderdelen op het scherm selecteren of activeren.

(2) Linkerknop van de EasyPoint-muisbesturing

(alleen bepaalde producten) Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een externe muis.

(3) Touchpad, aan/uit-knop Hiermee kunt u het touchpad in- en uitschakelen.

(4) Linkerknop van het touchpad Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een externe muis.

(5) Rechterknop van de EasyPoint-muisbesturing

(alleen bepaalde producten) Deze knop heeft dezelfde functie als de rechterknop op een externe muis.

Lampjes

OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.

Onderdeel Beschrijving

(1) Aan/uit-lampje Aan: De computer is ingeschakeld.

Knipperend: de computer staat in de slaapstand.

Uit: de computer is uitgeschakeld.

(2) Caps Lock-lampje Aan: Caps Lock is ingeschakeld.

(3) Touchpadlampje Oranje: het touchpad is uitgeschakeld.

Uit: het touchpad is ingeschakeld.

(4) Lampje Geluid uit van microfoon Oranje: Microfoongeluid is uitgeschakeld.

Uit: Microfoongeluid is ingeschakeld.

(5) Num Lock-lampje Aan: Num Lock is ingeschakeld.

(6) Lampje voor draadloze communicatie Wit: Een geïntegreerd apparaat voor draadloze

communicatie, zoals een draadloosnetwerkmodule en/of een Bluetooth®-apparaat, is ingeschakeld.

Oranje: Alle apparatuur voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.

(7) Lampje Geluid uit Oranje: Het geluid van de computer is uitgeschakeld.

Wit: Het geluid van de computer is ingeschakeld.

(1) Aan/uit-lampje Aan: De computer is ingeschakeld.

Knipperend: de computer staat in de slaapstand.

Uit: de computer is uitgeschakeld.

(2) Lampje Geluid uit van microfoon Oranje: Microfoongeluid is uitgeschakeld.

Uit: Microfoongeluid is ingeschakeld.

(3) Num Lock-lampje Aan: Num Lock is ingeschakeld.

(4) Lampje voor draadloze communicatie Wit: Een geïntegreerd apparaat voor draadloze

communicatie, zoals een draadloosnetwerkmodule en/of een Bluetooth®-apparaat, is ingeschakeld.

Oranje: Alle apparatuur voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.

(5) Lampje Geluid uit Oranje: Het geluid van de computer is uitgeschakeld.

Wit: Het geluid van de computer is ingeschakeld.

(6) Caps Lock-lampje Aan: Caps Lock is ingeschakeld.

(7) Touchpadlampje Oranje: het touchpad is uitgeschakeld.

Uit: het touchpad is ingeschakeld.

Knoppen en vingerafdruklezer (alleen bepaalde producten)

OPMERKING: Uw computer kan er iets anders uitzien dan de in dit gedeelte afgebeelde computer.

Onderdeel Beschrijving

(1) Aan/uit-knop Als de computer is uitgeschakeld, drukt u op de

aan/uit-knop om de computer in te schakelen.

Als de computer is ingeschakeld, drukt u kort op de aan/uit-knop om de slaapstand te activeren.

Als de computer in de slaapstand staat, drukt u kort op de aan/uit-knop om de slaapstand te beëindigen.

Als de computer in de sluimerstand staat, drukt u kort op de aan/uit-knop om de sluimerstand te beëindigen.

VOORZICHTIG: De aan/uit-knop ingedrukt houden, resulteert in het verlies van niet-opgeslagen gegevens.

Als de computer niet meer reageert en de afsluitprocedures van Windows® geen resultaat hebben, houdt u de aan/uit-knop minstens vijf seconden ingedrukt om de computer uit te schakelen.

Raadpleeg de energieopties voor meer informatie over uw energie-instellingen. Typ energie in het zoekvak van de taakbalk, selecteer Instellingen en selecteer vervolgens Energiebeheer.

(2) Luidsprekers (2) Hiermee wordt het computergeluid weergegeven.

(3) Knop voor draadloze communicatie Hiermee kunt u de voorziening voor draadloze communicatie in- en uitschakelen, maar geen draadloze verbinding tot stand brengen.

(4) Knop Geluid dempen Hiermee schakelt u de geluidsweergave uit (en weer in).

(5) Vingerafdruklezer (alleen bepaalde producten) Hiermee kunt u zich met een vingerafdruk bij Windows aanmelden, in plaats van met een wachtwoord.

Toetsen

OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.

Onderdeel Beschrijving

(1) esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om

systeeminformatie weer te geven.

(2) fn -toets Druk op deze toets in combinatie met een functietoets, de num lock-toets of de esc-toets of de b-toets om veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren.

(3) Windows-knoppen Ga naar het Startmenu.

(4) Functietoetsen Druk op een van deze toetsen in combinatie met de fn-toets om

veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren.

(5) Windows-applicatietoets Hiermee geeft u opties voor een geselecteerd object weer.

(6) Geïntegreerd numeriek toetsenblok Wanneer het toetsenblok is ingeschakeld, kan het worden gebruikt als een extern numeriek toetsenblok.

Met elke toets van dit toetsenblok wordt de functie uitgevoerd die wordt aangegeven door het pictogram in de

rechterbovenhoek van de toets.

(7) num lock-toets Als u op deze toets drukt in combinatie met de fn-toets, wordt het ingebedde numerieke toetsenblok in- of uitgeschakeld.

(1) esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om systeeminformatie weer te geven.

(2) fn -toets Druk op deze toets in combinatie met een functietoets, de num lock-toets of de esc-toets of de b-toets om veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren.

(3) Windows-knoppen Ga naar het Startmenu.

(4) Functietoetsen Druk op een van deze toetsen in combinatie met de fn-toets om

veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren.

(5) num lock-toets Hiermee schakelt u tussen de navigatiefuncties en numerieke functies op het geïntegreerde numerieke toetsenblok.

(6) Geïntegreerd numeriek toetsenblok Wanneer num lock is ingeschakeld, kan dit worden gebruikt als een extern numeriek toetsenblok.

Onderkant

Onderdeel Beschrijving

(1) Onderpaneel Biedt toegang tot de vasteschijfruimte, het slot voor de

WLAN-module, het slot voor de WWAN-module en de geheugenmoduleslots.

VOORZICHTIG: Vervang de module voor draadloze communicatie alleen door een module die is goedgekeurd voor gebruik in de computer door de overheidsinstantie die verantwoordelijk is voor de regelgeving met

betrekking tot apparatuur voor draadloze communicatie in uw land. Zo voorkomt u dat het systeem niet meer reageert en er een waarschuwing verschijnt. Als er na het vervangen van de module een waarschuwing verschijnt, verwijdert u de module om de functionaliteit van de computer te herstellen. Neem daarna via HP Support Assistant contact op met de ondersteuning. Typ support in het zoekvak op de taakbalk en selecteer vervolgens de app HP Support Assistant om HP Support Assistant te openen.

(2) Accuvergrendeling Hiermee kunt u de accu ontgrendelen.

(3) SIM-slot Ondersteunt een draadloze SIM (subscriber identity

module) (alleen bepaalde producten). Het SIM-slot bevindt zich in de accuruimte.

(4) Dockingconnector Hierop sluit u een optioneel dockingapparaat aan.

(5) Vergrendeling van onderhoudsklep Hiermee vergrendelt u de onderhoudsklep

(6) Ontgrendeling voor onderhoudsklep Hiermee ontgrendelt u de onderhoudsklep op de computer.

(7) Accuruimte Hierin bevindt zich de accu.

(8) Ventilatieopeningen (4) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne onderdelen.

OPMERKING: De ventilator van de computer start automatisch om interne onderdelen te koelen en oververhitting te voorkomen. Het is normaal dat de interne ventilator automatisch aan- en uitgaat wanneer u de computer gebruikt.

Voorkant

Onderdeel Beschrijving

(1) Lampje voor draadloze communicatie Wit: Een geïntegreerd apparaat voor draadloze communicatie, zoals een draadloosnetwerkmodule en/of een Bluetooth®-apparaat, is ingeschakeld.

Oranje: Alle apparatuur voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.

(2) Aan/uit-lampje Aan: De computer is ingeschakeld.

Knipperend: de computer staat in de slaapstand.

Uit: de computer is uitgeschakeld.

(3) Lampje van de netvoedingsadapter/accu Wit: De computer is aangesloten op een externe voedingsbron en de accu is 90 tot 99% opgeladen.

Oranje: De computer is aangesloten op een externe voedingsbron en de accu is 0 tot 90% opgeladen.

Knipperend oranje: Een accu die de enige

beschikbare voedingsbron is, is bijna leeg. Wanneer de accu een kritiek laag ladingsniveau bereikt, begint het acculampje snel te knipperen.

Uit: De accu is volledig opgeladen.

(4) Lampje van de vaste schijf Wit knipperend: Er wordt geschreven naar of gelezen van de vaste schijf.

Oranje: HP 3D DriveGuard heeft tijdelijk de interne vaste schijf geparkeerd.

Achterkant (alleen bepaalde producten)

Onderdeel Beschrijving

(1) RJ-11-modemconnector (alleen bepaalde producten) Hierop kunt u een modemkabel aansluiten.

(2) Seriële poort Hierop sluit u een optioneel serieel apparaat aan,

zoals een modem, muis of printer.

Labels

De labels die zijn aangebracht op de computer, bieden informatie die u nodig kunt hebben wanneer u problemen met het systeem probeert op te lossen of wanneer u de computer in het buitenland gebruikt.

BELANGRIJK: Controleer de volgende locaties voor de in dit gedeelte beschreven labels: de onderkant van de computer, in de accuruimte, onder de onderhoudsklep of op de achterkant van het scherm.

● Servicelabel—Biedt belangrijke informatie voor het identificeren van uw computer. Wanneer u contact opneemt met Support, moet u waarschijnlijk het serie-, product- en modelnummer opgeven. Zoek deze nummers op voordat u contact opneemt met Support.

Het servicelabel lijkt op een van de onderstaande voorbeelden. Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met het servicelabel van uw computer.

Onderdeel (1) Serienummer (2) Productnummer (3) Garantieperiode

Onderdeel

(1) Modelnaam (alleen bepaalde producten) (2) Productnummer

(3) Serienummer (4) Garantieperiode

● Label(s) met kennisgevingen: bevat kennisgevingen betreffende het gebruik van de computer.

● Label(s) met keurmerken voor apparatuur voor draadloze communicatie: Deze labels bevatten informatie over optionele apparaten voor draadloze communicatie en de keurmerken van de landen/

regio's waarin deze apparaten zijn goedgekeurd voor gebruik.

Het plaatsen van een SIM-kaart (alleen bepaalde producten)

VOORZICHTIG: Oefen zo min mogelijk kracht uit bij het plaatsen van een SIM-kaart om beschadiging van de connectoren te voorkomen.

Ga als volgt te werk om een SIM-kaart te plaatsen:

1. Schakel de computer uit met behulp van de opdracht Afsluiten.

2. Sluit het beeldscherm.

3. Ontkoppel alle externe apparaten die op de computer zijn aangesloten.

4. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.

5. Leg de computer ondersteboven op een vlakke ondergrond, met de accuruimte naar u toegekeerd.

6. Verwijder de accu.

7. Plaats de SIM-kaart in het SIM-kaartslot en druk de SIM-kaart aan totdat deze stevig vastzit.

OPMERKING: De SIM-kaart in uw computer kan er iets anders uitzien dan op de afbeelding in dit gedeelte.

OPMERKING: Bekijk de afbeelding in de accuruimte om te bepalen hoe de SIM-kaart in de computer moet worden geplaatst.

Als u een SIM-kaart wilt verwijderen, drukt u de SIM-kaart iets naar binnen en verwijdert u deze vervolgens uit de sleuf.

In document Gebruikershandleiding (pagina 16-35)