• No results found

2.2. Aangepaste leesvormen

2.2.3. Nederlandse regelgeving

In deze subparagraaf wordt beknopt toegelicht wat in de Nederlandse regelgeving vermeld staat over de toegankelijkheid –en daarmee de verplichte beschikbaarheid– van aangepaste leesvormen. Er wordt besproken of Nederlandse PMA recht hebben op aangepaste leesvormen.

In de Nederlandse regelgeving is geen specifieke wet opgenomen voor het recht op aangepaste leesvormen voor PMA, maar sinds kort is een nieuw verdrag goedgekeurd door de Eerste Kamer. Dit verdrag lijkt wel aan te sluiten op de behoefte van aangepaste leesvormen voor PMA. In mei 2016 heeft de Eerste Kamer het VN-Verdrag inzake de rechten van

personen met een handicap (2007) goedgekeurd (Staatsblad, 2016). Het doel van dit verdrag

is het beschermen en het waarborgen van het welbehagen door alle personen met een handicap11 van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden. In dit VN-verdrag (2007, p. 12) is Artikel 21 opgenomen waarin het volgende staat vermeld:

“De Staten die Partij zijn nemen alle passende maatregelen om te waarborgen dat personen met een handicap het recht op vrijheid van mening en meningsuiting kunnen uitoefenen, met inbegrip van de vrijheid om op voet van gelijkheid met anderen informatie en denkbeelden te vergaren, te ontvangen en te verstrekken middels elk communicatiemiddel van hun keuze, zoals omschreven in artikel 212 van dit Verdrag, onder meer door:

11

Omschreven in Artikel 1 (Staatsblad, 2016, p. 5) is het volgende: “Personen met een handicap omvat personen met langdurige fysieke, mentale, intellectuele of zintuiglijke beperkingen die hen in wisselwerking met diverse drempels kunnen beletten volledig, effectief en op voet van gelijkheid met anderen te participeren in de samenleving.”

12

Omschreven in Artikel 2 (Staatsblad, 2016, p. 5) is het volgende: “ “communicatie” omvat talen, weergave van tekst, braille, tactiele communicatie, grootletterdruk, toegankelijke multimedia, alsmede geschreven teksten, audioteksten,

46

a. personen met een handicap tijdig en zonder extra kosten voor het publiek bedoelde informatie te verschaffen in toegankelijke vormen en technologieën, geschikt voor de verschillende soorten handicaps;

b. het aanvaarden en faciliteren van het gebruik van gebarentalen, braille, ondersteunende communicatie en alternatieve vormen van communicatie en alle andere toegankelijke middelen, communicatiemogelijkheden en –formats naar keuze van personen met een handicap in officiële contacten;

c. private instellingen die diensten verlenen aan het publiek, ook via het internet, aan te sporen informatie en diensten ook in voor personen met een handicap toegankelijke en bruikbare vorm te verlenen;

d. de massamedia, met inbegrip van informatieverstrekkers via het internet, aan te moedigen hun diensten toegankelijk te maken voor personen met een handicap.”

Hieruit zou het recht kunnen worden ontleend dat personen met een handicap (waaronder PMA) vanuit de staat, zonder extra kosten, de voor het publiek bedoelde informatie in aangepaste (lees)vorm zouden moeten kunnen ontvangen. Ook private instellingen die diensten aan het publiek verlenen zouden PMA met leesproblemen tegemoet moeten komen en zouden de massamedia hiervoor moeten aanmoedigen. Dit artikel betreft alleen de vrijheid om informatie te vergaren, te ontvangen en te verstrekken (Staatsblad, 2016), dus het is nog onduidelijk hoe deze regelgeving moet worden toegepast en of deze activiteiten al zijn geïmplementeerd. In Artikel 30 in dit VN-verdrag (2007, pp. 17-18) lijkt hierover wel wat genoemd te worden:

“1. De Staten die Partij zijn erkennen het recht van personen met een handicap op voet van gelijkheid met anderen deel te nemen aan het culturele leven en nemen alle passende maatregelen om te waarborgen dat personen met een handicap:

a. toegang hebben tot cultuuruitingen in toegankelijke vorm.”

Hieruit zou het recht kunnen worden ontleend dat personen met een handicap (dus PMA) toegang moeten hebben tot cultuuruitingen (zoals boeken) in een toegankelijke (aangepaste) vorm. In deze verwoording zou het dus wel Nederlandse lectuur kunnen betreffen. Het is echter, net als in Artikel 21, ook in Artikel 30 onduidelijk hoe deze regelgeving moet worden toegepast en of deze activiteiten al zijn geïmplementeerd.

eenvoudige taal, gesproken tekst, ondersteunende communicatie en alternatieve methoden, middelen en vormen voor communicatie, waaronder toegankelijke informatie- en communicatietechnologieën”.

47 Naast de toegang tot informatief materiaal en cultuuruitingen in aangepaste vorm, stelt de Nederlandse staat ook verplichtingen aan de toegankelijkheid van websites en –apps. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (MBK) noemt via zijn site (https://www.digitoegankelijk.nl/) bepaalde verplichtingen waaraan (semi-)overheidswebsites en –apps aan moeten voldoen. Deze verplichtingen zijn opgedeeld in tien onderwerpen: (1) afbeeldingen; (2) animatie en verandering; (3) audio en video; (4) formulieren; (5) navigatie; (6) Pdf-bestanden; (7) tabellen; (8) techniek en code; (9) tekst en (10) vormgeving. Alle (semi-)overheidswebsites en –webapps moeten volgens hem toegankelijk zijn voor iedereen. Het MBK benoemt dat sommige organisaties niet (volledig) aan deze eisen kunnen voldoen. Als deze organisaties niet aan de eisen voldoen, moeten de toegankelijkheidseisen worden toegepast. De organisaties zijn echter niet verplicht deze aanpassingen te doen als de aanpassing te lastig of te duur is om door te voeren. De betreffende organisatie moet wel een toegankelijkheidsverklaring publiceren waarin is vermeld welke maatregelen de organisatie heeft genomen om de website of –app toegankelijk te maken en te houden.

Samengevat kan een aantal artikelen uit het VN-Verdrag inzake de rechten van

personen met een handicap (2007) wijzen op een bestaand recht van PMA in Nederland op

aangepaste leesvormen van zowel voor het publiek bedoelde informatie als culturele uitingen. Ook zijn er wettelijke verplichtingen voor (semi)overheidwebsites en –apps omtrent de toegankelijkheid van deze informatievoorzieningen. Het gebruik van de verscheidene aangepaste leesvormen bij PMA door zorgverleners in Nederland komt in de volgende paragrafen per aangepaste leesvorm aan bod.