• No results found

3. Racisme uit het voetbalstadion

3.3 Mogelijke oplossingen

Ondanks verschillende goeie initiatieven, blijft racisme nog aanwezig in de eerste klasse van het Belgisch voetbal en in het voetbal in het algemeen. Deze bachelorproef geeft samen met racisme-expert Paul Beloy, scheidsrechter Serge Gumienny, Congolese voetballer Paul-José Mpoku, KVK-voorzitter Joseph Allijns en de KBVB een aantal suggesties om racisme krachtdadig en daadwerkelijk aan te pakken.

1. Leg bij elk racistisch incident consequent de wedstrijd stil.

Dit voorstel klinkt unaniem. Het is een taak voor de scheidsrechters in de eerste plaats.

Serge Gumienny, gewezen ref in de eerste klasse vindt dat je nooit hard genoeg kan optreden tegen racistische spreekkoren. “Als de racistische gezangen niet ophouden, is er maar een optie en dat is de wedstrijd staken. De KBVB en de UEFA staan erop dat scheidsrechters die er attent op gemaakt worden dat er zich racistische spreekkoren voordoen, dat zij gaan checken binnen het scheidsrechtersteam als iemand van het ook opgemerkt heeft”, zegt Gumienny (Gumienny, 2019).

“Als dat zo is, dan moeten ze de wedstrijd stoppen”, gaat hij verder. “Als je daar als team aan werkt, dan is het volgens mij mogelijk om te horen wat er zich in de tribunes afspeelt. Ik zie daar een belangrijke rol voor de vierde scheidsrechter, die de tribunes beter in de gaten kan houden en de hoofdscheidsrechter op het veld kan alarmeren.”

(Gumienny, 2019)

Maar dit is ook een taak voor de voetbalbond, die de regels opstelt. Als er racistische dingen geroepen worden tegen een speler, kan zijn ploeg, met voorop de aanvoerder, als de bal buiten is naar de plek stappen waar de bal het veld verliet en daar de scheidsrechter roepen en hem uitleggen wat er aan de hand is. Zo kan de scheidsrechter achteraf niet beweren dat er niets gebeurd is of dat niemand hem bepaalde problemen gesignaleerd heeft. In het wedstrijdverslag zal dan ook duidelijk sprake zijn van de incidenten, zodat de bond wel moet ingrijpen (Beloy & Van Laeken, 2016). Dat is een optie om dit in de regels op te nemen. Kabasele liet de incidenten in Kortrijk gewoon passeren en daardoor schreef de scheidsrechter geen verslag, kwam er geen onderzoek en konden de schuldigen nooit geïdentificeerd worden (zie 2.2.1).

38

2. Spelers moeten zelf van het veld stappen bij racistische uitlatingen. Ook zijn ploegmaats en de tegenstanders kunnen dat doen uit solidariteit.

Standardspeler Paul-José Mpoku vindt deze optie het meest krachtige signaal: “Voor mij, als er iets gebeurt in de tribunes, zo wel een racistisch incident als een gewelddadig incident of gewoon een incident, dan moeten de spelers van het veld stappen. Daar straf je uiteraard alle supporters mee, maar dan zullen de daders zich ook effectief schuldig voelen. Ik heb het zelf niet gedaan in KV Kortrijk, toen ik met racisme geconfronteerd werd, maar toen was het de eerste keer dat ik met racisme in aanmerking kwam vanuit de tribunes. Ik wist niet wat te doen. In de toekomst stap ik zeker van het veld!”, aldus Mpoku (Mpoku, 2019).

Voetballers hebben een voorbeeldfunctie en die kunnen ze gebruiken ook. De club en de spelers hebben daarbij zelf als eerste de verantwoordelijkheid als er sprake is van racisme. Als de scheidsrechters niet ingrijpen, moet een speler die slachtoffer is van racisme, zonder sanctie het veld kunnen verlaten (Nu.nl, 2016). In 2017 kreeg de Ghanees Muntari nog een rode kaart omdat hij het veld verliet, wat hem op een straf kwam te staan (OM, 2017).

Nog in Italië stampte de Ghanees Boateng de bal hoog in de tribunes nadat supporters van voetbalclub Pro Petaria hem racistisch bejegenden. Daarna stapte hij van het veld, waarna de rest van het team hem volgde en de wedstrijd zo vanzelf stilgelegd werd.

De supporters begrepen de actie en ze applaudisseerden. Dit is een voorbeeld van hoe het kan/moet (tmas, 2013).

3. Clubs moeten de supporters actiever betrekken bij de wedstrijden en bij de clubwerking.

De derde mogelijke oplossing is een verantwoordelijkheid van de clubs. Bij het begin van de wedstrijd zouden ook vertegenwoordigers van de supporters van de thuisploeg en van het uitteam mee kunnen mee kunnen oplopen met de scheidsrechter en de twee ploegen. Ze mogen op de ploegfoto, zijn getuige van de toss en schudden elkaar de hand en ook die van de aanvoerders en van de scheidsrechters en alles wat bij het ritueel voor de match hoort. Dat zou een symbolisch sterk signaal zijn waarmee wordt aangegeven dat supporters belangrijk zijn voor een club. Die vertegenwoordigers vormen ook meteen een aanspreekpunt bij eventuele geschillen op de tribune (Beloy

& Van Laeken, 2016).

Joseph Allijns, voorzitter van KV Kortrijk vind dit een schitterend voorstel. “Proactief kan een club via de community-werking supporters inspireren”, steekt hij van wal.

“Vergeet niet dat onze supporters ook veel diversiteit hebben. Er is veel verscheidenheid en ik ken verschillende mensen met een andere huidskleur die naar KVK komen om te supporteren. Zij worden absoluut niet aangevallen, maar net betrokken bij de supportersfamilie.

39 4. De Koninklijke Belgische Voetbalbond moet een meldpunt installeren.

Het vierde voorstel is een oplossing naar het voorbeeld van het Engelse Kick It Out, waarbij spelers en fans meldingen kunnen doen van incidenten (zie 3.1.3) Als er geen racistische incidenten op het officiële wedstrijdblad werden genoteerd, kan een slachtoffer van racisme alleen maar terecht bij instanties buiten het voetbal. Dat is een hele grote stap voor een voetballer, die doorgaans niet eens weet wat zijn juridische en sociale mogelijkheden buiten het voetbal zijn. Als tussenstap zou er een meldpunt moeten komen bij de voetbalbond. Het gaat dan om incidenten die niet tijdens de wedstrijd werden aangegeven. Bijvoorbeeld omdat een speler dat niet durfde op dat moment. De bond moet zich dan engageren om elk individueel geval grondig te laten onderzoeken of dit alsnog door te spelen naar de bevoegde instanties buiten het voetbal (Beloy & Van Laeken, 2016).

Daar gaat de voetbalbond ook mee akkoord. Woordvoerder Stefan Van Loock benadrukt dat veel gevallen van racisme in het voetbal niet bestraft worden omdat de KBVB niet wist dat ze gebeurden. Een meldpunt is er nu al op de KBVB, maar veel mensen weten niet dat het bestaat. Het dient ook niet specifiek voor racisme, maar

‘onregelmatigheden’ in het algemeen. Van Loock vermeldt dat de drempel om naar dat meldpunt te stappen nog te groot is, dus dat daar misschien het probleem ligt.

Door het makkelijker te maken voor supporters, spelers of wie dan ook om een racistisch incident te melden, zet de bond al een hele stap richting een voetbalwereld zonder racisme, vindt hij (Van Loock, 2019).

5. Campagnes kosten geld en mogen dus niet zonder gevolg blijven.

Het vijfde voorstel is er opnieuw eentje voor de voetbalbond.

Sensibiliseringscampagnes kosten veel geld, maar ze kunnen wel werken, als die campagnes concreet opgevolgd worden door strenge sancties. Hetzelfde geldt voor de regels. Als er regels en campagnes zijn, maar als dat slechts theorie blijft, dan kan het niet werken. Wedstrijden achter gesloten deuren, hoge boetes en uiteindelijk zelfs schorsingen zullen het bewustzijn van een club en van de fans wel omhoog trekken.

Geen wedstrijden betekent minder inkomsten voor de club en dat wil een ploeg atlijd vermijden (Beloy & Van Laeken).

Wat daar een beetje mee samenhangt, zijn de ingewikkelde procedureslagen om uiteindelijk de schuldige(n) te straffen. Nu kan een club bijna eindeloos in beroep blijven gaan om de straf aan te vechten. Als er een bondsparket is die de zaak onderzoekt en vervolgens een commissie is die een uitspraak doet, dan gaan effectievere straffen uitgesproken worden en krijgen de schuldigen misschien wel een straf, wat nu te weinig het geval is.

40

Om clubs te treffen waar het pijn doet, in de portemonnee, kan ook de overheid ingrijpen. Clubs krijgen meestal steun van de lokale overheid. Steden en gemeenten zouden kort op de bal kunnen spelen en clubs bij systematisch en bewust overtreden van maatschappelijke normen en waarden bestraffen. Misschien eerst via een waarschuwing, maar ook subsidies ontnemen kan een maatregel zijn. Een financieel dreigement heeft meestal meer impact dan een reprimande (Beloy & Van Laeken, 2016).

Ook voor Serge Gumienny is dit een prima oplossing. “De voetbalbond heeft op dat vlak een heel belangrijke taak. Als de scheidsrechter of de match delegate gewag hebben gemaakt van een racistisch incident, dan moet de bond daar heel streng tegenoptreden. De clubs en/of de individuele supporters moeten gestraft worden, maar er moet op zijn minst iemand de gevolgen dragen (Gumienny, 2019).

Ook voor de KBVB zelf is campagne voeren de effectiefste maatregel. Dat de clubs te weinig gestraft worden, ontkent de bond dan weer. Volgens Van Loock krijgen clubs wel degelijk straf, alleen is het niet altijd een groot bedrag. “Dat de clubs eindeloos in beroep kunnen gaan, is een normale juridische procedure”, zegt hij. “Daar kunnen wij op zich weinig aan veranderen. Ik vind wel dat clubs hun verantwoordelijkheid moeten nemen voor de daden van de supporters door niet in beroep te gaan als wij een uitspraak hebben gedaan” (Van Loock, 2019).

6. Clubs moeten zelf racistische supporters opsporen en hen alternatieve straffen geven.

Naar het voorbeeld van KV Kortrijk en Club Brugge, die elk supporters zijn gaan opsporen na racistische incidenten. KV Kortrijk koos voor een alternatieve straf, door de supporter in een asiel vrijwilligerswerk te laten doen. De supporter in kwestie bevestigde dat het werk zijn kijk op mensen met een andere huidskleur heeft veranderd. Toen de club hem contacteerde, schrok hij enorm. Achteraf vond hij dat de KVK het goed heeft gedaan en hij is ook blij dat hij geen grote boete moest betalen. Hij weet ook waar hij is aan ontsnapt en zal het dus geen twee keer proberen om racistische gebaren te maken richting spelers.

“Bij het incident met Mpoku hebben wij een veel dirigentere aanpak gebruikt”, spreekt Joseph Allijns in de naam van KV Kortrijk. “Die man zelf heeft uiteindelijk zelf aangemeld om in samenspraak met de club zijn excuses aan te bieden en dat is volgens mij het fijne van de zaak. Supporters kunnen zich misdragen, maar als je tot besef komt, is dat veel belangrijker voor mij dan de daad. Als een supporter niet bereid is om zijn excuses aan te bieden, dan moet wel een geldboete en een stadionverbod het geval zijn. Als er besef is, kan een alternatieve taakstraf. Dergelijke straffen heb ik nog niet vaak gezien in het voetbal en dat moet net veel meer gebeuren in het voetbal, volgens mij.”

41 Ook Paul-José Mpoku vindt het positieve signalen dat een club zelf straffen gaat uitdelen. Hij verklaart wel dat het niet altijd even makkelijk is om die supporters te vinden, maar hij zou wel graag hebben dat elke club het sowieso probeert. Als het lukt, geeft dat een beter resultaat, door de supporter dan ook effectief te straffen (Mpoku, 2019).

Racisme is vandaag nog steeds aanwezig in het voetbal en in de samenleving in het algemeen en het is iets wat niet op korte termijn zal verdwijnen. In deze bachelorproef gaat het onder andere over zeer recente incidenten, maar de toekomst biedt ook hoop. Verschillende clubs, competities of organisaties komen met goeie initiatieven om de voetbalwereld bewust te maken van het probleem. Voor verdere mogelijke oplossingen moet dus gekeken worden naar de huidige positieve initiatieven uit het binnen- en het buitenland om racisme effectief aan te pakken.

42

Conclusie

Na deze drie hoofdstukken is het duidelijk dat racisme nog steeds voorkomt in voetbalstadions en het aantal aangegeven incidenten blijft maar stijgen. Aan de ene kant kan dat ook positief benaderd worden, want nu is het geen taboe meer en durven meer voetballers, clubs en supporters tegen racisme ingaan.

De UEFA en de FIFA hebben richtlijnen en regels tegenover racisme en in ons land bestaat zelfs een voetbalwet om discriminatie in voetbalstadions te straffen, maar al te vaak worden racistische incidenten niet volledig volgens die systemen en regels bestraft. Boetes voor supporters komen maar zelden voor en ook clubs zouden in eerste instantie een straf moeten krijgen, van een geldboete tot wedstrijden achter gesloten deuren. De Belgische voetbalbond laat het op vlak van clubs bestraffen wat afweten. Onder andere Club Brugge en KV Kortrijk kwamen meerdere keren weg zonder straf en ook Beerschot kreeg een lichtere straf dan de regels voorschrijven.

Supporters krijgen wel vaker stadionverboden. Waar het vroeger vooral de club was die bestraft werd, gaat de club zelf met de politie op zoek naar de schuldigen om hen te straffen met stadionverboden of alternatieve, educatieve straffen. De daders worden nu wel gestraft, toch kan het nog altijd strenger. Een persoon kan hard getroffen worden via zijn of haar portemonnee.

Een positieve evolutie is te zien in de reacties van de clubs op racistische incidenten. Waar ze vroeger (zoals Beerschot en KV Kortrijk in 2011 en 2015) nog racistische spreekkoren van de eigen supporters ontkenden, gaan clubs de laatste jaren sneller schuldig pleiten en de supporters veroordelen (Club Brugge en KV Kortrijk in 2018). Daarbovenop komen campagnes om het bewustzijn rond de problematiek te vergroten en om dergelijke racistische incidenten in de toekomst te vermijden. De verantwoordelijkheid is opgeschoven van de bonden naar de clubs zelf.

Met initiatieven als wedstrijdverslagen door scheidsrechters en match delegates, officiële vertegenwoordigers in de tribune, probeert de voetbalbond de clubs wel te straffen, maar aan de hand van cases toonde deze bachelorproef aan dat het nog heel wat beter kan. Mogelijke oplossingen kunnen bijvoorbeeld een meldpunt voor racistische incidenten of minder gecompliceerde procedureslagen zijn om toch de clubs effectief te straffen en hen zo mogelijk harder te pushen om de supporters in bedwang te houden.

Een professionele organisatie die zich bezighoudt met racisme in het voetbal, naar het Engelse voorbeeld van ‘Kick It Out’, kan ook een oplossing zijn om het bewustzijn bij supporters te verhogen. Die organisatie heeft voor dat grotere bewustzijn bij de supporters gezorgd in Engeland, dus waarom kan het niet in België door samenwerking?

Racisme bannen zal op korte termijn niet lukken, maar elk incident op dezelfde manier en effectief aanpakken, is een stap in de goede richting door een sterk signaal uit te sturen naar de wereld binnen en buiten het voetbal. Racisme is een maatschappelijk probleem en dus zullen initiatieven binnen de voetbalwereld alleen niet helpen.

43

44

PERSOONLIJK

VERWERKINGSDOSSIER

45

46

Situering van het onderwerp in de media

Met enkele racistische incidenten met supporters van Club Brugge in 2018 en vooral met een incident in KV Kortrijk, was het onderwerp weer brandend actueel. Zelfs op 16 mei 2019 speelde Standard nog met ‘Say No To Racism’ in de grasmat gemaaid. Zo nu en dan flakkert het onderwerp weer op, als er zich een racistisch incident voordoet in een voetbaltribune. De procedures om clubs te bestraffen, lopen meestal ook een tijdje, waardoor het onderwerp wel langer actueel blijft.

Televisie: Racisme in het voetbal

Racisme in de eerste klasse van het Belgisch voetbal komt weinig voor als onderwerp van een tv-reportage in Vlaanderen. Een reportage over het onderwerp zelf, heb ik niet teruggevonden. Alleen samenvattingen van de wedstrijden waarin een racistisch incident zich voordeed, kon ik vinden. Wat daar opvalt, is dat de passage van het racistisch incident meestal uit de samenvatting wordt geknipt. De doelpunten en de kansen zijn belangrijker en de tijd voor een samenvatting is beperkt. Dus kiezen journalisten om het niet te geven (Play Sports, 2018).

Het ganse proces van veroordeling, gebeurt in kleinere stappen. Eerst wordt een club gedagvaard, dan vordert het bondsparket een straf, dan volgt een uitspraak, mogelijk ook nog beroep, enzovoort. Elke stap is telkens ‘klein nieuws’, waar geen reportage wordt over gemaakt (Het Nieuwsblad, 2017).

Over de taalgrens, bij de RTBF, vond ik wel een aparte reportage over een racistisch incident.

Het gaat dan over het hierboven behandelde incident tussen Standard-speler Uche Agbo en de KV Kortrijkfans in 2018. De RTBF behandelt het incident wel als ‘apart’ nieuws, los van de samenvatting van de wedstrijd dus (RTBF Auvio, 2018).

De reportage begint met het beeld van scheidsrechter Nathan Verboomen die een rode kaart presenteert aan Uche Agbo, de Nigeriaanse voetballer van Standard. Daarna krijgt de kijker Agbo te zien die zijn middenvingers uitsteekt naar het publiek en daarna agressief een flesje in het publiek gooit. Zo een reportage beginnen, lijkt op suggereren dat Agbo het uitgelokt heeft.

De voice-over van de journalist vertelt wel het volledige verhaal. Terwijl de kijker beelden ziet van een geërgerde Agbo, vertelt de journalist dat Agbo bekertjes naar zich toe geworpen krijgt en vooral dat hij ook rastische uitlatingen richting zijn hoofd geslingerd krijgt. De beelden en de tekst vertellen apart een ander aspect, maar samen krijgt de kijker wel het volledige verhaal.

Daarna concentreert de reportage op het geluid van de KV Kortrijksupporters. Terwijl de kijker beelden ziet van Standardkapitein Pocognoli die zijn speler Agbo beschermt en de scheidsrechter wijst op de spreekkoren, hoort hij/zij ook een fluitconcert van de KVK-fans.

Daarna krijgt Pocognoli het woord en zegt hij dat “de KVK-supporters gek zijn” en dat ‘zulke

47 spreekkoren niet horen op een voetbalveld, nergens zelfs”. Ondertussen krijgt de kijker nog eens een beeld te zien van Agbo die zijn middelvinger uitsteekt richting de supporters.

De journalist blijft in het stuk toch neutraal, wat moeilijk is met zo’n onderwerp als racisme.

Hij toont en zegt dat racisme niet kan, maar tegelijkertijd toont hij ook de woede van Agbo die erop reageert en mogelijks zo de reacties erger maakt.

Ook een andere partij komt aan het woord. De partij van de competitie, de Pro League, in de vorm van de CEO Pierre François. Ook hij veroordeelt de spreekkoren en hij zegt dat het tijd wordt om op het niveau van de Belgische voetbalbond de clubs streng te straffen (wat uiteindelijk niet echt gebeurt).

De reportage toont ook de steun die Agbo krijgt van collega’s. Naast Pocognoli, reageert ook Christian Kabasele, ex-speler van Racing Genk. De reportage leidt hem in met een

kopbaldoelpunt en de viering waarin Kabasele een aap nadoet. Ook na racistische verwijten van de Kortrijksupporters. Passend in dit verhaal. Kabasele reageert op Twitter en daarna krijgt de kijker ook zijn tweet te zien.

Daarin vertelt hij dat het geen toeval is dat dergelijke incidenten in Kortrijk gebeuren. Dat het in 2015 ook al het geval was en dat het tijd wordt dat de Belgische voetbalbond serieuze maatregelen neemt, naar het voorbeeld van andere Europese competities (Kabasele kan die competities vergelijken, want hij heeft in verschillende competities gespeeld). Ten laatste zegt hij ook dat die racistische incidenten in België bijna elk weekend, en dus te vaak,

Daarin vertelt hij dat het geen toeval is dat dergelijke incidenten in Kortrijk gebeuren. Dat het in 2015 ook al het geval was en dat het tijd wordt dat de Belgische voetbalbond serieuze maatregelen neemt, naar het voorbeeld van andere Europese competities (Kabasele kan die competities vergelijken, want hij heeft in verschillende competities gespeeld). Ten laatste zegt hij ook dat die racistische incidenten in België bijna elk weekend, en dus te vaak,