• No results found

Voor de verzameling van data kunnen verschillende methoden worden gebruikt. Zoals in paragraaf 4.1 is beschreven is er in dit onderzoek sprake van een mixed method onderzoek met een enkelvoudige, geneste casestudy als onderzoeksstrategie. In dit onderzoek worden de data verzameld door de Q- methodologie, interviews en een documentenanalyse.

4.2.1 Dataverzameling Q-methodologie

Na het doorlopen van de eerste en tweede stap van de Q-methodologie, zijnde het vaststellen van het concourse en het vaststellen van de Q-set, betreft de derde stap het selecteren van respondenten en de dataverzameling. De respondenten zijn geselecteerd op basis van hun betrokkenheid bij het integrale toezichtnetwerk van Brandweer Brabant-Noord. Het gaat dus niet om een representatieve steekproef uit

39 de populatie, maar respondenten moeten betekenisvol kunnen zijn (Minkman & Molenveld, 2020). De geselecteerde respondenten zijn weergegeven in Bijlage 1. De respondenten die zijn geselecteerd voor de dataverzameling volgens de Q-methodologie zijn toezichthouders uit het toezichtnetwerk rondom BRZO-bedrijven, aangezien deze toezichthouders vanuit het samenwerkingsprogramma BRZO+ ervaring hebben met integraal toezicht. Brandweer Brabant-Noord maakt onderdeel uit van dat netwerk, maar het is niet de enige partij die in Noord-Brabant toezicht houdt op BRZO-bedrijven. In Noord- Brabant werken meerdere diensten integraal samen bij toezicht op BRZO-bedrijven. De diensten die het meest betrokken zijn bij de BRZO-inspecties in Noord-Brabant zijn: Veiligheidsregio Brabant-Noord, Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant, Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost, Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant en Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Van elk van deze diensten is er tenminste één respondent geselecteerd. Een aantal van deze respondenten is met de sneeuwbalmethode geselecteerd, waarbij er tijdens interviews aan respondenten is gevraagd of zij nog andere geschikte respondenten kennen. Hiervoor is gekozen omdat de verwachting was dat respondenten vanuit hun ervaring een goed beeld hebben van welke personen van waarde kunnen zijn voor dit onderzoek. Bij het selecteren van de respondenten was dan ook de verwachting dat de respondenten voldoende kennis en ervaring zouden hebben om van waarde te kunnen zijn voor dit onderzoek. De respondenten die geïnterviewd zijn aan de hand van de Q-methodologie, worden in het vervolg van dit onderzoek aangeduid als RQ#, waarbij RQ staat voor ‘respondent Q-sorts’ en # staat voor het nummer dat aan de betreffende respondent is toegekend.

Na het selecteren van de respondenten zijn de data verzameld via zogenaamde Q-sorts (Minkman & Molenveld, 2020). De Q-sorts zijn de rangschikkingen die de respondenten hebben gemaakt op een Q-sort tabel (zie Figuur 4). In Bijlage 3 zijn de dimensies die respondenten voorgelegd hebben gekregen, de Q-set, weergegeven. De respondenten rangschikken de dimensies in de Q-sort tabel tijdens een interview. De interviews bieden de mogelijkheid om ook een toelichting te vragen voor de gemaakte keuzes. Op één interview na zijn de interviews met fysieke aanwezigheid van de interviewer en de geïnterviewde afgenomen. Het interview dat niet met fysieke aanwezigheid is afgenomen, is via de online communicatietool Microsoft Teams gehouden, waardoor er een live video- en audioverbinding was met de respondent. In Bijlage 1 is genoteerd bij welk interview er gebruik is gemaakt van Microsoft Teams. De interviewguide van de interviews waarin de Q-methodologie is toegepast is te vinden in Bijlage 4. De respondenten zijn eerst enkele vragen over de samenwerking rondom toezicht op BRZO- bedrijven gesteld. Zoals beschreven hebben de respondenten vervolgens een rangschikking van de dimensies gemaakt op een Q-sort tabel. Voor het bepalen van de vorm van de Q-sort tabel zijn vooraf een aantal keuzes gemaakt. Een eerste keuze betreft de keuze tussen een open vorm of een vaste vorm van de tabel (Watts & Stenner, 2012). Bij een open vorm is er vooraf wel een bereik vastgesteld, maar kan de respondent de dimensies vervolgens naar vrije keuze verdelen binnen het bereik. Bij een vaste vorm is naast het vooraf vastleggen van het bereik, ook de vorm waarbinnen de dimensies verdeeld moeten worden vastgelegd. De respondent heeft bij de open vorm meer vrijheid om de dimensies te

40 verdelen, maar loopt daarbij volgens Brown (1980) ook het risico om zich minder expliciet uit te drukken. Om dit te voorkomen is er in dit onderzoek gekozen voor een vaste vorm van de Q-sort tabel. Een tweede reden voor het kiezen van een vaste vorm heeft te maken met de analyse van de gegevens. Door te kiezen voor een vaste vorm van de tabel worden de gegevens in een beter te verwerken vorm weergegeven (Block, 2008).

Bij de keuze voor een vaste vorm van de Q-sort tabel, moet ook bepaald worden welke vorm de tabel krijgt (Watts & Stenner, 2012). In dit onderzoek is gekozen voor een negenpunts-tabel, met een bereik van -4 tot 4. Brown (1980) raadt aan om bij een Q-set van veertig of minder items te gaan voor een bereik van -4 tot 4. Brown (1980) raadt daarnaast ook aan om bij het bepalen van de vorm van de Q-sort tabel te kijken naar de expertise van de respondenten. Hoe bekender de respondenten zijn met het onderwerp, hoe ‘platter’ de vorm van de Q-sort tabel mag zijn. De reden hiervoor is dat respondenten die bekend zijn met het onderwerp vaak een meer uitgesproken mening hebben en daardoor ook gemakkelijker keuzes kunnen maken dan respondenten die minder bekend zijn met het onderwerp (Watts & Stenner, 2012). In dit onderzoek is gekozen om de meest voorkomende vorm van de Q-sort tabel aan te houden, een tabel met een normale verdeling, waarbij de tabel wel zo plat mogelijk is gehouden zonder dat de normale verdeling verloren ging. De uiteindelijke vorm van de Q-sort tabel is weergegeven in Figuur 4. Tijdens de interviews zijn de respondenten gevraagd de voorgelegde dimensies te verdelen over de Q-sort tabel naar de mate waarin zij de dimensies van belang vinden voor het succes van integraal toezicht. Zij rangschikken de dimensies van minst belangrijk tot meest belangrijk.

Figuur 4: Q-sort tabel

Nadat de respondenten de dimensies over de tabel verdeeld hebben zijn ze om toelichting gevraagd voor de gemaakte keuzes. Gekozen is om voornamelijk een toelichting te vragen voor de dimensies die zij aan de buitenzijden van de Q-sort tabel hebben ingedeeld, aangezien de interviews anders van lange duur zouden worden, wat de bereidheid van de geïnterviewde om mee te werken mogelijk zou verlagen. Tijdens de interviews zijn geluidsopnames gemaakt en zijn er indien nodig memo’s bijgehouden. Aan

41 de hand van memo’s kunnen denkprocessen tijdens het interview worden vastgelegd (Bleijenbergh, 2013).

4.2.2 Dataverzameling interviews en documenten

Naast de interviews waar de Q-methodologie wordt toegepast, zijn er ook nog interviews uitgevoerd om een verwachting uit te kunnen spreken over de mate van succes bij uitbreiding van het integraal toezicht bij Brandweer Brabant-Noord. Dit zijn dus andere interviews dan de interviews waarin de Q- methodologie is toegepast, aangezien het om een andere groep respondenten gaat. Bij deze interviews is de Q-methodologie dus niet toegepast. De respondenten die voor deze interviews zijn geselecteerd, zijn respondenten die nog niet structureel op integrale wijze toezicht houden. Sommige respondenten hebben wel al eens incidenteel een integrale controle gehad. Een lijst van geselecteerde respondenten is te vinden in Bijlage 1. Een aantal respondenten is geïnterviewd vanuit hun functie als accountmanager van de afdeling Risicobeheersing bij Brandweer Brabant-Noord. De accountmanagers houden namens Brandweer Brabant-Noord contact met de gemeenten uit de regio, hebben regelmatig contact met de toezichthouders en hebben zelf ook ervaring met toezicht op uitvoerend niveau. Vanuit deze functie en ervaring zijn de accountmanagers goed op de hoogte van wat er speelt in de gemeenten en onder toezichthouders, ook op het gebied van integraal toezicht. De verwachting was dan ook dat de accountmanagers van waarde kunnen zijn voor dit onderzoek. Naast de accountmanagers zijn ook een aantal respondenten vanuit hun functie als front office medewerker van de afdeling Risicobeheersing van Brandweer Brabant-Noord geselecteerd. Deze medewerkers zijn op uitvoerend niveau actief als toezichthouder en hebben daarnaast een wekelijks contactmoment met de gemeenten. Tijdens dit wekelijkse contactmoment kunnen toezichthouders van de gemeente met inhoudelijke vragen terecht bij de front office medewerker van Brandweer Brabant-Noord. Bij het selecteren van deze groep medewerkers was dan ook de verwachting dat zij vanuit hun ervaring als toezichthouder in combinatie met het contact met de gemeenten van waarde kunnen zijn voor dit onderzoek. De resterende respondenten zijn via de sneeuwbalmethode geselecteerd. Aan zowel de accountmanagers als de front office medewerkers is gevraagd of zij nog personen kennen die relevant kunnen zijn voor dit onderzoek. Voor de sneeuwbalmethode is gekozen omdat de verwachting was dat respondenten vanuit de praktijk weten welke personen kennis en ervaring hebben met dit onderwerp en dat daarmee op deze wijze de meest waardevolle respondenten geselecteerd konden worden. De respondenten die via de sneeuwbalmethode zijn geselecteerd zijn een beleidsmedewerker van Brandweer Brabant-Noord en twee medewerkers van de Omgevingsdienst Brabant-Noord. Deze personen zijn van waarde voor dit onderzoek aangezien zij vanuit hun functie bij Brandweer Brabant-Noord en Omgevingsdienst Brabant- Noord op strategisch niveau ook in aanraking komen met de ideeën over integraal toezicht. De Omgevingsdienst Brabant-Noord werd door meerdere respondenten genoemd als een mogelijk relevante partner om mee samen te werken op het gebied van toezicht. Er is daarom gekozen om ook met medewerkers van de Omgevingsdienst Brabant-Noord te spreken, om zo ook kennis te krijgen van de

42 visie van deze mogelijk relevante partner. De respondenten van de interviews die besproken zijn in deze paragraaf, worden in het vervolg van het onderzoek aangeduid als R#, waarbij R staat voor ‘respondent’ en # staat voor het nummer dat is toegekend aan de betreffende respondent.

De gehouden interviews zijn semigestructureerd. Dat wil zeggen dat er vooraf een vragenlijst is opgesteld die tijdens het interview is afgenomen, maar er is ook ruimte geweest om door te vragen of andere vragen te stellen. Het voordeel hiervan is dat antwoorden verduidelijkt kunnen worden (Vennix, 2011). Een groot deel van de vragen die gesteld zijn bij de interviews, zijn aan de hand van de operationalisatie (zie paragraaf 4.4) opgesteld. De interviewguide van deze interviews is te vinden in Bijlage 5. In de interviewguide zijn enkel de basisvragen weergegeven. Verduidelijkende vragen zoals “Waarom denkt u dat?” of “Wat bedoelt u daarmee?” zijn niet in de interviewguide opgenomen, maar zijn waar nodig wel gesteld tijdens de interviews.

De meeste interviews zijn face-to-face en met fysieke aanwezigheid van de interviewer en de geïnterviewde afgenomen. Eén interview is via de online communicatietool Skype afgenomen en eén interview is afgenomen via een Whatsapp videogesprek, vanwege technische problemen met Skype. In Bijlage 1 is bij de betreffende respondenten genoteerd dat het interview via Skype of Whatsapp is afgenomen. Op één interview na zijn bij alle interviews geluidsopnames gemaakt en indien nodig zijn er tijdens en na afloop van het interview memo’s gemaakt.

Naast interviews is er ook een documentenanalyse uitgevoerd om data te verzamelen. Dit zijn beleidsdocumenten van de gemeenten uit de regio Brabant-Noord. Gemeenten stellen beleidsplannen op over de strategie en uitvoering van toezicht en handhaving. In deze beleidsplannen kunnen gemeenten aangeven of en op welke wijze er integraal wordt gewerkt op het gebied van toezicht en handhaving. Er werd slechts in een beperkt aantal documenten geschreven over integraal toezicht, waardoor er weinig documenten meegenomen zijn in de documentenanalyse. De documenten die relevant zijn geacht zijn te vinden in Bijlage 2.