• No results found

Het is oktober 1969. Charlie Kline bevindt zich in de University of California Los An-geles (UCLA). Zijn collega Bill Duvall, eveneens een jonge programmeur, is op datzelf-de moment in het Stanford Research Institute (SRI). Ze slagen er voor het eerst in een bericht te versturen over ARPANET, een gedistribueerd en robuust netwerk waar een paar jaar later het TCP/IP-protocol uit zou ontstaan. Het hele internet is tot op vandaag op dit protocol gebouwd. ARPANET liet toe om berichten te versturen over een net-werk dat exclusief bestaat uit knooppunten die onbetrouwbaar zijn, in de zin dat ze op elk moment konden uitvallen. Een dergelijk netwerk was niet afhankelijk van een cen-traal knooppunt en kon zelfs een nucleaire aanval overleven, wat in de Koude Oorlog een sterk pluspunt was.

De echo’s uit de jaren 1960 zijn onmiskenbaar als we kijken naar blockchain. Door middel van een gedistribueerd netwerk kan robuust en zonder afhankelijkheid van een centrale partij informatie of activa uitgewisseld worden. Vaak wordt gesteld dat block-chain en meer algemeen Distributed Ledger Technology (DLT) even belangrijk zal wor-den als internet zelf. Daar waar internet het uitwisselen van informatie snel en goed-koop maakte, zou DLT vooral het uitwisselen van alles van waarde snel en goedgoed-koop maken. We zouden daarvoor niet langer afhankelijk zijn van een centrale autoriteit zoals een bank, notaris of overheid, maar zal gebeuren op een robuust, gedistribueerd blockchainnetwerk dat via internet draait. De vraag is echter of alles wel zo’n vaart zal lopen. Laat ons daarvoor eens naar de evolutie van internet zelf kijken.

Boven op het gedistribueerde internet werden heel wat gecentraliseerde of hiërarchi-sche top-downdiensten gebouwd. Midden jaren 1980 ontstond DNS (Domain Name

Service), waardoor we niet langer de IP-adressen van computers hoeven te kennen,

maar enkel de domeinnaam. We hoeven dus niet langer 74.125.224.72 te onthouden, maar gewoon google.com. Als we over een veilig kanaal naar een website surfen of een digitale handtekening willen verifiëren, maken we gebruik van een PKI (Public Key

Infrastructure), wat eveneens een hiërarchische top-downdienst is die al begin jaren

1970 ontwikkeld werd. Dankzij een PKI weten we met wie we communiceren, maar daarvoor moeten we die PKI wel vertrouwen.

Begin 1990 werd HTTP (Hypertext Transfer Protocol) geïntroduceerd, wat de creatie van websites toeliet. Hoe vinden we echter de juiste website? In 1996 zetten twee stu-denten aan Stanford University, Larry Page en Sergey Brin, een zoekmachine op die luisterde naar de naam Google. Hun bedrijf groeide snel uit tot een wereldspeler. De ontwikkeling van nieuwe technologieën liet vanaf de eerste jaren van dit millenni-um toe om het idee van het Web 2.0 te realiseren, waarbij de nadruk voortaan zou

liggen op interactiviteit en door de burgers zelf gecreëerde inhoud, wat in scherp con-trast stond tot de voorheen statische websites. Ook toen hoorden we stemmen opgaan dat de oligopoliepositie van mediabedrijven zou verdwijnen en de democratie hoogtij zou vieren. Iedereen wordt redacteur van nieuws en iedereen wordt auteur dankzij de nieuwe kanalen. We zouden niet langer afhankelijk zijn van mediabedrijven die we moeten vertrouwen voor accurate informatie en representatieve berichtgeving. In 2003 lanceerde Mark Zuckerberg, een student aan de Harvard University, Facemash. We-gens schendingen van de auteursrechten en privacy moest Facemash al snel offline ge-haald worden, maar Zuckerberg werkte desondanks verder aan zijn project en lanceer-de in 2004 Facebook. Dit was enkel mogelijk dankzij het Web 2.0, wat naast Facebook ook het ontstaan mogelijk maakte van een heel aantal andere grote sociale platformen zoals LinkedIn, YouTube en Twitter. Het zijn echter de bedrijven achter deze platfor-men die bepalen wat gecensureerd wordt, wat u te zien krijgt en die soms een loopje nemen met uw privacy. Iedereen is dus auteur, maar weliswaar onder strikte supervisie. Bij onrust in landen zoals Turkije en Egypte wordt toegang tot dergelijke platformen op kritische momenten door de overheid overigens gewoon geblokkeerd. Recent zien we ook nog de proliferatie van fake news, waarvan de verspreiding door middel van deze sociale media gefaciliteerd wordt. Centrale platformen bepalen in toenemende mate wat echt en wat fake nieuws is. De burger als leverancier van data klinkt zeer gedistri-bueerd. In de praktijk zien we echter tegelijkertijd een sterke centralisatiebeweging. Dit zijn een aantal voorbeelden die aangeven dat er op dit moment niet veel meer over-blijft van het gedistribueerde karakter van internet. Het kan paradoxaal klinken, maar de gedistribueerde basislaag van internet heeft net de condities gecreëerd voor gecen-traliseerde wereldspelers zoals Facebook en Google.

Dit alles leert ons dat de idee of de belofte van publieke gedistribueerde netwerken, waarbij de macht opnieuw komt te liggen bij de individuele participanten en waarbij centrale spelers niet langer nodig zouden zijn, niets nieuws is onder de zon. Het verle-den leert ons dat er in de praktijk vaak ook tegelijkertijd een centralisatiebeweging plaatsvindt. Of anders geformuleerd: de intentie tot distributie, die mogelijk wordt dankzij technologische evoluties, resulteert de facto in nieuwe vormen van centralisa-tie.

De vraag is nu of dit voor de blockchaintechnologie ook het geval zal zijn. Voor Bitcoin zien we opnieuw deze beweging. Bitcoin zou de democratie verhogen, zo werd beloofd. We hoorden slogans zoals ‘democratisering van het geld’ en ‘banking the unbanked’. Centrale en andere banken zouden verdwijnen, want burgers zouden voortaan hun eigen geld kunnen creëren en transfereren. De werkelijkheid is evenwel dat er paar nieuwe machtscentra ontstaan zijn, miningbedrijven en miningpools, die zich aan con-trole onttrekken382. Vanuit democratisch perspectief is dat een stap achteruit in verge-lijking met het bestaande systeem. Daarnaast zijn er nog de handelsplatformen en

aan-382 G. Honsel, ‘Zentralisierung statt Demokratisierung: Neue Hierarchien durch die Blockchain’, Heise Online, 21  september 2017, www.heise.de/newsticker/meldung/Zentralisierung-statt-Demokratisie-rung-Neue-Hierarchien-durch-die-Blockchain-3835702.html.

bieders van onlinewallets waar we afhankelijk van zijn. Bovendien is ook de Bitcoin-rijkdom erg sterk geconcentreerd: bijna één derde van alle bitcoins is eigen-dom van 1.600 pseudoniemen383. Dit geeft een paar mensen de mogelijkheid om koer-sen te manipuleren ten nadele van alle anderen. Bovendien is dit handvol personen niet aan (politieke) controle onderhevig, zoals dat bij de centrale banken wel het geval is. Over blockchain en Distributed Ledger Technology (DLT) zijn gelijkaardige optimis-tische geluiden te horen, zoals: ‘Blockchain biedt mogelijk de infrastructuur voor een

rechtvaardige, inclusieve, veilige en democratische digitale economie’384. De vraag is

ech-ter in welke mate publieke blockchainnetwerken zullen kunnen weerstaan aan de dy-namiek tot centralisering die we tot nu toe zagen.

Wanneer nieuwe virtuele munten of gedistribueerde applicaties gelanceerd worden, die van DLT gebruikmaken, houden de makers een aanzienlijk deel van de muntjes of tokens voor zichzelf. Daardoor krijgen ze naast rijkdom ook disproportioneel veel zeg-genschap over blockchains, gebaseerd op Proof of Stake of Distributed Proof of Stake. Daarnaast zullen de bedrijven vaak de controle over de ontwikkeling van de code, als-ook de controle over het smart contract bij hen houden, zoals het geval is bij de gedis-tribueerde toepassing CryptoKitties. Het bedrijf achter CryptoKitties heeft weliswaar geen controle over de uitvoering van het smart contract, maar heeft wel een mechanis-me voorzien dat toelaat het smart contract te vervangen door een ander. Stel dat er bijvoorbeeld ooit een gedistribueerd alternatief voor booking.com ontstaat op een blockchain, dan is er een goede kans dat dit dus nog steeds gecontroleerd zal worden door één bedrijf.

A fortiori bij afgeschermde blockchainnetwerken zien we ook vormen van

centralise-ring ontstaan. De noodzaak aan vertrouwen verdwijnt dus niet, maar wordt geherloka-liseerd zodat samenwerking gefaciliteerd en gestimuleerd wordt tussen een beperkte groep participanten die elkaar kennen maar toch wantrouwen. In afgeschermde block-chainnetwerken zullen de verschillende participanten bovendien contractueel verbin-tenissen moeten aangaan. Ook dit maakt vertrouwen in centrale partijen noodzakelijk, zelfs in een blockchainwereld. Zo zullen criteria afgesproken worden met betrekking tot onder meer veiligheid, beschikbaarheid en reactietijd van de systemen bij de ver-schillende participanten. Ook het smart contract zal aan bepaalde criteria moeten vol-doen, bijvoorbeeld met betrekking tot veiligheid en functionaliteit. Het creëren van vertrouwen dat aan al die criteria voldaan is, zal ons inziens audits noodzakelijk maken door een vertrouwde externe partij. Afspraken en verantwoordelijkheden zullen on-derling vastgelegd moeten worden. In het kader van de Algemene Verordening Gege-vensbescherming moeten bijvoorbeeld het doel en de middelen van de verwerking van de persoonsgegevens bepaald worden, en moet afgesproken worden wie verantwoor-delijk is voor welke verplichting, in het bijzonder het informeren. Dit alles sluit niet uit dat het alsnog verkeerd loopt of dat er geschillen ontstaan. In dat geval moeten de

383 H. Murphy, ‘Bitcoin whales’ control third of market with $37.5bn holdings’, Financial Times, 9 juni 2018, www.ft.com/content/c4b68aec-6b26-11e8-8cf3-0c230fa67aec.

384 Zie ‘The trust machine – The promise of the blockchain’, The Economist, 31 oktober 2015, www.economist. com/leaders/2015/10/31/the-trust-machine.

participanten alsnog naar de rechter kunnen stappen die te allen tijde een effectieve rechtsbescherming moet kunnen bieden.

Een voorbeeld van een dergelijk afgeschermd blockchainnetwerk, dat op het moment van schrijven weliswaar nog in de steigers staat, is Libra. Met Libra tracht Facebook een eigen stable coin te creëren. Het zou beheerd en veilig gehouden worden door een twin-tigtal bestaande bedrijven waaronder Uber, Spotify en Vodafone385. Als de Libra er ooit komt, dan zul je als burger de dienst enkel kunnen consumeren. Van participeren is geen sprake meer. Het enige dat je als burger misschien nog zal kunnen aanleveren, is data voor nog meer doelgerichte reclame.

De toekomst zal dus niet enkel uitwijzen in welke mate DLT een rol zal spelen in onze bredere samenleving, maar ook onder welke vorm. Indien we vlot waarden willen kun-nen uitwisselen en tegelijkertijd risico’s, zoals verlies van de geheime sleutel, voldoende willen afdekken, dan is centralisatie van bepaalde aspecten wellicht een noodzaak. Zo kan het zeker aangeraden zijn om bij vastgoedtransacties een rol te behouden voor de notaris (supra hoofdstuk 4, Blockchain en vastgoed).

Een wereld waarin al het vertrouwen evenredig gedistribueerd is over alle betrokkenen en waarbij geen nood meer is aan vertrouwde entiteiten, is dus niet voor morgen. Mis-schien moeten we tot de vaststelling komen dat het de initiële doelstelling van block-chain eigenlijk niet de juiste was. Deze luidde: ‘Hoe kunnen we een autoriteit, die we

verplicht zijn te vertrouwen, elimineren?’ Die vraag moeten we in vele gevallen eigenlijk

vervangen door: ‘Kan technologie processen optimaliseren evenals het noodzakelijke

ver-trouwen, al dan niet met een noodzakelijke controlerende rol voor autoriteiten, waarbor-gen?’ Ook bij deze vraag kan een verdere ontwikkeling van DLT wellicht een bijzonder

waardevolle rol spelen. Vertrouwde autoriteiten, zoals overheden, banken en notaris-sen, zullen dus blijven bestaan, maar hun rol zal wel herijkt worden.

385 S. Klebnikov, ‘Here Are All The Companies That Bailed On Facebook’s Libra’, Forbes, 21 oktober 2019. https:// www.forbes.com/sites/sergeiklebnikov/2019/10/21/here-are-all-the-companies-that-bailed-on-facebooks-li-bra/.