• No results found

DEEL II PUBLIEKE MOBILITEITSSURVEILLANCE IN DE PRAKTIJK

HOOFDSTUK 6 AUTOMATISCHE NUMMERPLAATHERKENNING IN DE

4.2 Koppeling aan surveillanceperspectieven

4.2.1 Kenmerken van het controleperspectief in het ANPR-beleid van de Politie Nodaalstad

Het controleperspectief is sterk aanwezig in het Nodaalse ANPR-beleid. Ik vind bevestiging van één van beide technologieassumpties en van beide aan dit perspectief toebehorende legitimiteitsassumpties. Ik bespreek de bevindingen per assumptie. Technologieassumptie: wijdverspreide controle van burgers

Het controleperspectief gaat ervan uit dat surveillancetechnologie de overheid de mogelijkheid geeft om burgers wijdverspreid te controleren op afwijkend gedrag door in de rol van kijker zoveel mogelijk gegevens over zo veel mogelijk burgers als bekekenen in te winnen en te verwerken. Deze technologieassumptie manifesteert zich door de volgende veronderstellingen in het ANPR-beleid van de Politie Nodaalstad:

 ANPR kan zorgen voor beheersing.

 ANPR draagt bij aan nodale oriëntatie, en daarmee beheersing van de belangrijke knooppunten en stromen in de regio.

 Door ANPR kunnen criminelen niet ongezien de regiogrenzen overschrijden (ring of steel).

 Met ANPR kan de politie de bewegingen van een geselecteerd voertuig reconstrueren.

 ANPR kan helpen om verdachte voertuigen te identificeren in vervoersstromen.  Aan de hand van ANPR-hotlists kan de politie mensen uit vervoersstromen

selecteren.

Op basis van deze veronderstellingen verruimt de politie de grenzen van het ANPR-dekkingsgebied steeds verder door meer camera‟s te plaatsen in de buitengebieden van de regio en maakt ze tegelijkertijd het dekkingsgebied fijnmaziger door toegang te verkrijgen tot ANPR-gegevens van de gemeente. Er is een duidelijk streven om zoveel mogelijk ANPR-gegevens in te winnen en op te slaan vanuit de veronderstelling dat afwijkend gedrag gedetecteerd kan worden, wat de politie het idee geeft van beheersing. Hiertoe maakt de politie gebruik van een tweedeling tussen hits (afwijkend gedrag) en no-hits (normaal gedrag). In de loop der jaren wordt de panoptische blik en daarmee de kans om afwijkend gedrag te detecteren om twee redenen steeds groter. Ten eerste heeft de politie überhaupt steeds meer „gedragsgegevens‟ (passagegegevens) tot haar beschikking. Ten tweede wordt steeds meer gedrag in het ANPR-systeem als afwijkend bestempeld door een toename aan hotlists (afwijkende surveillanceobjecten) en vanuit de opsporing meer aandacht voor vervoersbewegingen an sich (afwijkende bewegingen).

Technologieassumptie: disciplinering van burgers

Uit het casusmateriaal volgen geen aanwijzingen dat de politie veronderstelt dat ANPR de mogelijkheid zou geven om burgers te disciplineren. Weliswaar is het korps vrij terughoudend met het naar buiten toe verstrekken van meer dan oppervlakkige informatie over de toepassing van ANPR, maar dit is niet gemotiveerd vanuit de gedachte om burgerlijke gehoorzaamheid af te dwingen door burgers in het ongewisse te laten over hoe en wanneer ze onder controle staan. De voorzichtige communicatie heeft vooral te maken met angst voor een rem op ANPR-ontwikkelingen door een mogelijke aantasting van legitimiteit.

Legitimiteitsassumptie: inzet van surveillance ten aanzien van burgers

De casus laat zien dat de Politie Nodaalstad in haar beleidsvorming aandacht besteedt aan de juridische, ethische en maatschappelijke gronden waarop het beheersinstrument ANPR wordt ingezet. Deze legitimiteitsassumptie manifesteert zich door de volgende veronderstellingen in het ANPR-beleid van de Politie Nodaalstad:

Legaliteit

 De politie mag ANPR gebruiken, omdat het de uitvoering van de politietaak betreft.

 De politie mag ANPR-hotlists gebruiken om mensen uit vervoersstromen te selecteren.

 De politie mag op grond van de Wet Politiegegevens ANPR-analyses uitvoeren ten aanzien van concrete criminaliteitsproblemen.

 De Politie Nodaalstad mag zelf richtlijnen opstellen voor de omgang met gegevens op basis van een eigen interpretatie van wetgeving.

 De politie mag ANPR gebruiken in de opsporing op grond van jurisprudentie. Normatieve rechtvaardiging

 De politie is genoodzaakt ANPR te gebruiken om de politietaak nog te kunnen uitvoeren in de veranderde samenleving.

 Het bewaren van ANPR-gegevens is nodig voor de moderne criminaliteits-bestrijding.

 De politie moet ANPR inzetten om veiligheid in de veranderende samenleving te kunnen waarborgen.

 ANPR is goed, omdat het de politie efficiënter en effectiever maakt.  ANPR is goed, omdat het nodale oriëntatie is.

Maatschappelijke acceptatie

 ANPR is legitiem op grond van kenbaarheid van enkele kenmerken van het systeem.

Aan de hand van deze veronderstellingen legitimeert de Politie Nodaalstad voor zichzelf en naar buiten toe dat ANPR steeds breder wordt ingezet. Hierbij valt op dat het korps legaliteit en maatschappelijke acceptatie beziet als bevoegdheidsverlenende aspecten van legitimiteit (Wat mag de politie?) en de normatieve rechtvaardiging vooral betrekking heeft op de taakstelling van de politie (Wat moet de politie?).

Legitimiteitsassumptie: beschermen van privacy van burgers

Ook de bescherming van de privacy van burgers krijgt aandacht in de beleidsvorming, zij het beduidend minder uitgebreid dan de gronden voor de inzet van ANPR. De assumptie dat aandacht voor privacy van belang is bij de inzet van surveillance komt als volgt tot uiting:

Legaliteit

 De Politie Nodaalstad mag ANPR-gegevens inwinnen, omdat er sprake is van uitvoering van de politietaak bij een geringe inbreuk op de privacy.

 De politie heeft een juridische grondslag nodig voor het bewaren van ANPR-gegevens.

Maatschappelijke acceptatie

 De Politie Nodaalstad mag in het kader van veiligheid de privacy van burgers schenden.

Opvallend is dat er met name aandacht is voor de juridische dimensie van privacy en niet voor de normatieve dimensie. De politie vraagt zich dus wel af wat een inbreuk op privacy juridisch gezien betekent en onder welke voorwaarden deze plaats mag vinden, maar stelt niet de vraag of en in welke situaties dit een goede of slechte zaak zou zijn.

4.2.2 Kenmerken van het interactieperspectief in het ANPR-beleid van de Politie Nodaalstad

Het interactieperspectief is amper aanwezig in het Nodaalse ANPR-beleid. Ik constateer een geringe aanwezigheid van beide legitimiteitsassumpties, en niet van de technologieassumpties. Ik bespreek de bevindingen per assumptie.

Technologieassumptie: verbinden van overheid en burgers

Dat surveillancetechnologie overheid en burgers met elkaar in verbinding zou kunnen brengen, komt niet terug in het Nodaalse ANPR-beleid. De politie beziet burgers vanuit de lokale ANPR-divisie eerder vanaf een afstand. Wel zoekt en vindt het korps nieuwe verbindingen met andere overheidsinstanties.

Technologieassumptie: gezamenlijke informatiecreatie

Surveillancetechnologie stelt overheid en burgers in staat om informatie over zichzelf en elkaar te creëren, te beoordelen en aan te passen, zo luidt deze assumptie. Ook deze technologieassumptie komt niet tot uiting in het ANPR-beleid. De politie gaat puur en alleen uit van de informatie uit het eigen ANPR-systeem en databases van andere overheidsorganisaties en ziet burgers niet als producenten van die informatie. Vervolgens is ze niet geïnteresseerd in het creëren van mogelijkheden voor burgers om gegevens in te zien, te beoordelen of aan te passen.

Legitimiteitsassumptie: toegang tot surveillance-informatie

Op welke gronden politiefunctionarissen toegang krijgen tot de BOF, de database met ANPR-gegevens wordt niet geproblematiseerd in de beleidsvorming. Bepaalde functionarissen hebben directe toegang tot de gegevens en anderen dienen informatie-verzoeken in die worden beoordeeld door medewerkers van de LAD. Hierbij is sprake van een status quo waarvan de legaliteit, normatieve rechtvaardiging of maatschappelijke acceptatie niet ter discussie staan binnen het korps. Wel is er in de beleidsvorming aandacht voor het verkrijgen van structurele toegang tot ANPR-gegevens die zijn ingewonnen door gemeentecamera‟s:

Maatschappelijke acceptatie

 Voor toegang tot ANPR-gegevens van gemeentecamera‟s is bestuurlijke toestemming nodig.

Evenwel gaat de discussie over het gebruik van de gemeentelijke ANPR-gegevens veel meer over privacy dan over de maatschappelijke acceptatie van politietoegang tot de gegevens.

Legitimiteitsassumptie: relevantie en kwaliteit van surveillance-informatie

De kwaliteit van ANPR-gegevens en hotlists staat grotendeels buiten kijf in het Nodaalse ANPR-beleid. Alleen vanuit de opsporing zijn wat geluiden te horen dat ze graag duidelijkere camerabeelden zouden hebben, maar is er tegelijkertijd begrip voor dat het ANPR-systeem is gericht op het herkennen van kentekens en niet de inzittenden. In het ANPR-beleid is wel aandacht voor de juridische beoordeling van de relevantie van ANPR-informatie, en meer specifiek de no-hits.

Legaliteit

 De Politie Nodaalstad mag no-hits analyseren op grond van de Wet Politiegegevens.

4.2.3 Kenmerken van het voorzorgperspectief in de beleidspraktijk

Het voorzorgperspectief manifesteert zich op een aantal punten in het Nodaalse ANPR-beleid. Ik vind bevestiging van alle technologie- en legitimiteitsassumpties en bespreek de bevindingen per assumptie.

Technologieassumptie: identificeren van risico‟s en risicoburgers

De aanname dat surveillancetechnologie de mogelijkheid geeft om risico‟s en risicoburgers te identificeren, komt in één technologieassumptie naar voren:

 ANPR draagt bij aan nodale oriëntatie, en daarmee het zichtbaar maken van risico‟s.

De politie is overtuigd van de potentie van het ANPR-systeem om proactief risico‟s in beeld te brengen, maar gebruikt het systeem in de praktijk (nog) niet als zodanig. Er wordt geen datamining toegepast om vanuit de BOF nog onbekende risico‟s naar boven te halen.

Technologieassumptie: beteugelen van risico‟s

Deze tweede technologieassumptie binnen het voorzorgperspectief komt sterker tot uiting dan de eerste. In de ogen van de politie geeft ANPR de mogelijkheid om risico‟s te beteugelen door bepaalde groepen burgers extra in de gaten te houden. De volgende beleidsveronderstellingen wijzen hierop:

 De politie kan ANPR gebruiken om burgers die een risico vormen te selecteren.  ANPR draagt bij aan nodale oriëntatie, en daarmee aan preventie van criminaliteit.  De politie kan ANPR gebruiken om potentiële criminelen nader te onderzoeken.  De politie kan ANPR gebruiken om criminelen tegen te houden.

 ANPR verhoogt de pakkans van criminelen en overtreders.

Deze veronderstellingen liggen ten grondslag aan de beleidsontwikkeling van aanhouden naar tegenhouden. In de loop der jaren richt de politie zich naast het

detecteren en aanhouden van burgers die een overtreding of misdaad hebben begaan op mogelijkheden voor het detecteren en tegenhouden van burgers die wel eens iets kunnen gaan doen wat een risico vormt voor de veiligheid. De definitie van risico‟s wordt hierbij gemaakt door de korpsleiding en de vertaling naar risicoburgers door de LAD. Het ANPR-systeem wordt voorts gebruikt voor het specificeren van al bekende risico‟s en levert zo de informatiebasis voor een politie-interventie in het veld.

Legitimiteitsassumptie: definiëring van risico‟s en risicocategorieën burgers

De Politie Nodaalstad besteedt in haar beleidsvorming weinig aandacht aan de gronden waarop risico‟s en risicocategorieën burgers worden gedefinieerd. Ik tref geen veronderstellingen aan over de legaliteit van de keuze van de korpsleiding voor het verkennen van een bepaald risico, noch voor de zoekcriteria die de LAD-analist gebruikt om risicoburgers in beeld te brengen. Wel is de normatieve rechtvaardiging en maatschappelijke acceptatie van belang in het ANPR-beleid:

Normatieve rechtvaardiging

 Er zijn grenzen aan de categorieën burgers van wie de politie de privacy mag schenden met ANPR.

 Het is goed dat de politie ANPR inzet, omdat ze hierdoor efficiënter werkt met minder overlast voor onschuldige/onverdachte burgers.

Maatschappelijke acceptatie

 De Politie Nodaalstad moet ANPR proactief inzetten om de politietaak signalering en advisering te kunnen vervullen.

Op basis van deze veronderstellingen gaat de politie door met het verkennen van de tactische en operationele betekenis van en legitieme mogelijkheden voor een proactieve inzet van ANPR.

4.2.4 Overzicht van surveillanceperspectieven in het ANPR-beleid van de Politie Nodaalstad

Het ANPR-beleid van de Politie Nodaalstad vertoont kenmerken van zowel het controleperspectief als het voorzorgperspectief. Het interactieperspectief drukt nauwelijks een stempel op het ANPR-beleid. Tabel 10 geeft een overzicht van de analyse van surveillanceperspectieven in het ANPR-beleid van de Politie Nodaalstad.

Technologie- en legitimiteitsassumpties in theorie

Manifestatie in ANPR-beleid Politie Nodaalstad

Controleperspectief

Wijdverspreide controle van burgers

ANPR kan zorgen voor beheersing.

Door ANPR kunnen criminelen niet ongezien de regiogrenzen overschrijden (ring of steel).

Met ANPR kan de politie de bewegingen van een geselecteerd voertuig reconstrueren.

ANPR kan helpen om verdachte voertuigen te selecteren uit vervoersstromen.

ANPR draagt bij aan nodale oriëntatie, en daarmee beheersing van de belangrijke knooppunten en stromen in de regio.

Aan de hand van ANPR-hotlists kan de politie mensen uit vervoersstromen selecteren.

Disciplinering van burgers Niet aanwezig Inzet van surveillance ten

aanzien van burgers

De politie mag ANPR gebruiken, omdat het de uitvoering van de politietaak betreft. (legaliteit)

De politie mag ANPR-hotlists gebruiken om mensen uit vervoersstromen te selecteren. (legaliteit)

De politie mag op grond van de Wet Politiegegevens ANPR-analyses uitvoeren ten aanzien van concrete

criminaliteitsproblemen. (legaliteit)

De Politie Nodaalstad mag zelf richtlijnen opstellen voor de omgang met gegevens op basis van een eigen interpretatie van wetgeving. (legaliteit)

De politie mag ANPR gebruiken in de opsporing op grond van jurisprudentie. (legaliteit)

De politie is genoodzaakt ANPR te gebruiken om de politietaak nog te kunnen uitvoeren in de veranderde samenleving. (normatieve rechtvaardiging)

Het bewaren van ANPR-gegevens is nodig voor de moderne criminaliteitsbestrijding. (normatieve rechtvaardiging)

De politie moet ANPR inzetten om veiligheid in de veranderende samenleving te kunnen waarborgen. (normatieve rechtvaardiging)

ANPR is goed, omdat het de politie efficiënter en effectiever maakt. (normatieve rechtvaardiging)

ANPR is goed, omdat het nodale oriëntatie is. (normatieve rechtvaardiging)

ANPR is legitiem op grond van kenbaarheid van enkele kenmerken van het systeem (maatschappelijke acceptatie)

Technologie- en legitimiteitsassumpties in theorie

Manifestatie in ANPR-beleid Politie Nodaalstad

Controleperspectief

Beschermen van privacy van burgers

De Politie Nodaalstad mag ANPR-gegevens inwinnen, omdat er sprake is van uitvoering van de politietaak bij een geringe inbreuk op de privacy. (legaliteit)

De politie heeft een juridische grondslag nodig voor het bewaren van ANPR-gegevens. (legaliteit)

De Politie Nodaalstad mag in het kader van veiligheid de privacy van burgers schenden. (maatschappelijke acceptatie)

Interactieperspectief

Verbinden van overheid en burgers

Niet aanwezig

Gezamenlijke informatiecreatie

Niet aanwezig

Toegang tot surveillance-informatie

Voor toegang tot ANPR-gegevens van gemeentecamera’s is bestuurlijke toestemming nodig. (maatschappelijke

acceptatie) Relevantie en kwaliteit

van surveillance-informatie

De Politie Nodaalstad mag no-hits analyseren op grond van de Wet Politiegegevens. (legaliteit)

Voorzorgperspectief

Identificeren van risico’s en risicoburgers

ANPR draagt bij aan nodale oriëntatie, en daarmee het zichtbaar maken van risico’s.

Beteugelen van risico’s De politie kan ANPR gebruiken om burgers die een risico vormen te selecteren.

ANPR draagt bij aan nodale oriëntatie, en daarmee preventie van criminaliteit.

De politie kan ANPR gebruiken om potentiële criminelen nader te onderzoeken

De politie kan ANPR gebruiken om criminelen tegen te houden.

ANPR verhoogt de pakkans van criminelen en overtreders Definiëring van risico’s en

risicocategorieën burgers

Er zijn grenzen aan de categorieën burgers waar de politie de privacy van mag schenden met ANPR. (normatieve rechtvaardiging)

Het is goed dat de politie ANPR inzet, omdat ze hierdoor efficiënter werkt met minder overlast voor onschuldige / onverdachte burgers. (normatieve rechtvaardiging)

De Politie Nodaalstad moet ANPR proactief inzetten om de politietaak signalering en advisering te kunnen vervullen. (maatschappelijke acceptatie)

Eén technologieassumptie is niet toe te schrijven aan een theoretisch surveillance-perspectief:

 ANPR heeft een nog nader te bepalen nut voor de politie.

Deze beleidsveronderstelling heeft vooral invloed op de beginfase van het ANPR-beleid. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de politie op dat moment nog geen duidelijk perspectief heeft op surveillance.

4.3 Implicaties van het Nodaalse ANPR-beleid voor de relatie overheid-burger