• No results found

Kernpunten strategie Thuis in de streek Onderstaand overgenomen uit: Boerma (2013)

In document De duizendpoot van Staatsbosbeheer (pagina 71-73)

Mate van Thuis in de Streek-zijn

Bijlage 1. Kernpunten strategie Thuis in de streek Onderstaand overgenomen uit: Boerma (2013)

Thuis in de streek impliceert een manier waarop je relaties onderhoudt met je omgeving. De tien kernpunten die zijn geformuleerd, zijn:

1. Elke Staatsbosbeheer, maar zwaartepunt ligt bij beheerders en boswachters VPR 2. Houding & gedrag: eerst luisteren en vragen, dan zeggen

3. Weten wat er in de omgeving leeft en daarover nadenken 4. Proactief, lef hebben, buiten kaders denken

5. Luisteren naar alle partijen, zowel bekend als onbekend 6. Open, transparant, voorspelbaar en betrouwbaar 7. Samen denken en doen (met collega’s en buitenwereld)

8. Zorgen delen, samen werken en elkaar iets gunnen; gemeenschappelijkheid

9. Vindbaar, zichtbaar en aanspreekbaar zijn: gewone mensentaal, respect voor anderen en hun belangen, flexibel zijn

10. Loslaten, vertrouwen op anderen, ruimte geven (Gaat samen met bekendheid en gebiedseigenheid)

Onderstaand overgenomen uit: Boerma (2015) Thuis in de streek:

1. Hoort bij elke Staatsbosbeheerder, de collega’s in de BE’s zijn hierbij onze ogen en oren. Het accent, of de manier waarop je Thuis in de streek bent, kan per functie verschillen.

 Voor een boswachter kan het gaan over de manier waarop je met bezoekers en vrijwilligers omgaat.

 Voor een medewerker op de administratie kan het gaan over hoe je de telefoon opneemt.

2. Betekent eerst begrijpen en dan begrepen worden: eerst luisteren en vragen stellen. Meer vragen stellen dan zeggen: ‘ik vind dat…’. ‘Ja, en…’ zeggen i.p.v. ‘ja, maar…’ Niet direct zeggen dat het ecologisch moet, of dat het volgens Natura 2000 moet…

 Vragen stellen: hoe kijk je tegen dit gebied aan, wat vind je van Staatsbosbeheer en waarom? Wat verwacht je van mij en van Staatsbosbeheer?

 Wees je ervan bewust dat de term ‘regie voeren’ vaak kwaad bloed zet bij mensen. Natuurlijk zijn er wettelijke kaders, maar dat kun je gezamenlijk constateren. Het gaat tegenwoordig steeds meer over ‘overheidsparticipatie’ in plaats van ‘burgerparticipatie’.  Je hoeft niet overal een antwoord op te hebben, je kunt ook met elkaar het antwoord

bedenken. Soms kan het al genoeg zijn om je dilemma’s te delen. Denk aan ganzen: boeren willen dat we ze afschieten, veel burgers vinden dat zielig. Hoe kunnen wij het als terreinbeheerder dan ooit goed doen?

 Ook met nee zeggen, kun je Thuis in de streek zijn. Je kunt en hoeft niet iedereen te vriend te houden. Maar doe dat wel bewust: maak een risicoanalyse. Mensen kunnen niet blij zijn met een bepaalde uitkomst, maar wel met hoe je samen tot die uitkomst gekomen bent.

3. Betekent dat je weet wat er in de omgeving leeft, daarover nadenkt en dan pas handelt:  Waar ben ik?

 Wat beweegt de mensen hier?  Wat speelt hier?

 Wie staat er voor de deur?

 Welke groepen verdienen speciale belangstelling omdat ze 1) mij expliciet (kunnen) steunen (impliciet, expliciet, verbaal, financieel) of 2) mij (kunnen) kritiseren. Wie kun je strategisch inzetten uit je achterban? Wie kunnen je helpen om iets voor elkaar te krijgen?

Hogeschool VHL

De duizendpoot van Staatsbosbeheer 71 van 80

4. Betekent niet alleen de deur open doen, maar ook zelf naar buiten gaan. PC uit, kantoor uit, en de streek in.

5. Betekent dat je proactief bent, dat je lef hebt en buiten de kaders durft te denken. 6. Betekent dat je niet alleen naar de grootste schreeuwers luistert, of naar gepensioneerden,

pachters, vogelaars of je directe buren, maar naar allerlei mensen en partijen. Wie ken je eigenlijk niet?

7. Betekent dat je open en eerlijk bent, dat je doet wat je zegt, zodat mensen weten wat ze aan je hebben. Je oogst wat je zaait.

8. Betekent samen denken en samen doen, met collega's en de buitenwereld. De uitkomsten staan niet van te voren vast. Van ‘wat wil ik’ of ‘wat wil Staatsbosbeheer’ naar ‘wat is het beste voor de omgeving?’

9. Betekent meer het praten over het ‘waarom’: waarom wil ik iets, wat is mijn belang? dan over standpunten ‘wat wil je?’. Als je over jouw en andermans belangen praat, heb je een open gesprek.

10. Betekent je zorgen delen en samen de beren op weg te lijf gaan. En samen zoeken naar wat je bindt, waar je elkaar kunt vinden. Daarna samen een feestje vieren, en elkaar ook de eer gunnen.

11. Betekent dat je soms ook een robbertje moet durven vechten (met woorden). Je hoeft het niet altijd met elkaar eens te zijn, maar het is goed als de verschillen over het waarom op tafel komen. Gedoe is niet altijd te voorkomen, ook niet in de politiek of de media.

12. Betekent vindbaar, zichtbaar en aanspreekbaar zijn: gewone mensentaal gebruiken, respect voor anderen en hun belangen hebben, flexibel en betrouwbaar zijn.

13. Betekent dat je je bewust bent van verwachtingen in de buitenwereld: kun je ze waarmaken? Van de streek zijn zonder je voor iemands karretje te laten spannen. Wees helder en

realistisch. Zijn er misschien vrijwilligers of anderen die je kunnen helpen?

14. Betekent zichtbaar zijn in de media, niet alleen inhoudelijk, maar ook met je netwerk en proces. Denk hierbij ook aan Twitter en Facebook.

15. Betekent loslaten, vertrouwen op werk van anderen; anderen de ruimte geven in de terreinen. Laat de energie waar die is, en neem die niet over. Anderzijds: trek niet aan dode paarden: misschien is de tijd nog niet rijp.

Hogeschool VHL

De duizendpoot van Staatsbosbeheer 72 van 80

Bijlage 2. Profiel van transitiecompetenties

In document De duizendpoot van Staatsbosbeheer (pagina 71-73)