• No results found

Betrokkenheid geïnterviewde bij het overlijden van een kind

1. Op welke manier bent u betrokken bij het overlijden van een kind?

Strafzaak – evident dat

kind om leven is gebracht,

dan meteen een rol voor

OvJ

Afgeleide rol: kind

overlijdt, arts is niet

overtuigd van natuurlijke

dood, gem. lijkschouwer

schouwt lichaam

Doodsoorzaak is niet

duidelijk, maar geen

strafbare betrokkenheid

van derden. Dan

lichaam vrijgeven.

OvJ is niet overtuigd dat

derden de hand gehad

hebben in het overlijden, dan

besluiten tot strafrechtelijk

onderzoek. Deel daarvan is

strafrechtelijke sectie.

OF

Verbeteren van de doodsoorzakenstatistiek

2. Is het ontvangen van het verslag van de gemeentelijk lijkschouwer bij het overlijden van een

minderjarige (de zogenaamde artikel 10 verklaring) het eerste moment waarop u te maken

krijgt met een geval van kindersterfte? (Of al eerder, bijvoorbeeld bij een (verkeers)ongeval

door informatie van de politie of andere betrokkenen, suïcide, enz.)

Verkrijgen van art.10 verklaring hoeft niet eerste moment te zijn. Als echt duidelijk is dat er sprake is

van opzettelijke dood, dan wordt OvJ al eerder betrokken. Meestal licht politie dan de OvJ in, want

politie komt ter plaatse en ziet heel evident dat er sprake is van niet-natuurlijk overlijden.

3. Wat gebeurt er wanneer u het verslag van de gemeentelijk lijkschouwer (art. 10 verklaring)

ontvangt? (Welke handelingen moeten dan uitgevoerd worden)

Gemeentelijk lijkschouwer meldt de uitkomsten van de schouw aan de OvJ. Hij doet dit in

samenspraak met de politie en technische recherche, omdat sporenonderzoek in bepaalde gevallen

belangrijk kan zijn. Eventueel wordt het NFI betrokken, bijvoorbeeld in het maken van de keuze wat

nu eerst onderzocht moet worden: eerst de ruimte, dan het lichaam of andersom. Er is geen landelijk

format aanwezig met wat er onderzocht moet worden. Voor lijkschouwers zijn er wel procedure

voorschriften, voor technische recherche ook (forensisch technische normen) om sporen veilig te

stellen. Er is geen protocol dat altijd gebruikt wordt. De handelwijze is afhankelijk van het overlijden

en de omstandigheden.

4. Wie leidt het onderzoek?

Regie over politieonderzoek door OvJ. OvJ en politie leiden het onderzoek samen.

5. Wie zijn betrokken bij het onderzoek?

De OvJ en de politie (technische recherche is onderdeel van politie). De arts kan betrokken worden als

onderzoeker, maar maakt geen deel uit van het team. Ook de gemeentelijk lijkschouwer maakt geen

deel uit van het team, deze is allen betrokken bij de procedure van natuurlijk dan wel niet-natuurlijk

overlijden.

6. Is er een landelijk geldend format beschikbaar waarin weergegeven is wat er onderzocht

moet worden voor het ophelderen van de doodsoorzaak? Zo ja, wat moet er onderzocht

worden?

Er is geen landelijk format met wat er onderzocht moet worden. Voor lijkschouwers zijn er wel

procedure voorschriften, voor technische recherche ook (forensisch technische normen) om sporen

veilig te stellen. Er is geen protocol dat altijd gebruikt wordt. De handelwijze is afhankelijk van het

overlijden en de omstandigheden. Bijvoorbeeld: gaan we de hele ruimte onderzoeken, of het hele huis

onderzoeken als plaats van delict of … De OvJ beslist dit. Wel moeten alle handelingen die uitgevoerd

worden vastgelegd worden in een soort logboek, bijv. 00.11 die belt, 00.30 dit afgesproken. Politie en

technische recherche doen dit ook. Deze journaals worden niet samengevoegd, ieder houdt zijn eigen

journaal als geheugensteuntje en om handelingen te verantwoorden. Journaals maken geen deel uit

van het proces-verbaal.

7. Wat gebeurt er wanneer er geen duidelijkheid bestaat over de doodsoorzaak?

Voor de OvJ is het relevant of er sprake is van strafbaar handelen van derden. Kom je niet uit de

doodsoorzaak, dan een onbevredigend gevoel maar toch het lichaam vrijgeven. De familie kan dan

nog besluiten tot klinische obductie, maar daar staat de OvJ buiten.

8. Wat gebeurt er wanneer de doodsoorzaak definitief is vastgesteld?

Het lichaam wordt vrijgegeven. Wanneer blijkt dat er sprake is van strafbare feiten, dan worden er

eventueel aanhoudingen verricht en wordt een proces-verbaal opgesteld. Vaak wordt er dan een

rechtszaak begonnen. Wanneer er geen sprake is van strafbare feiten, dan wordt er een

schouwverslag gemaakt door de gemeentelijk lijkschouwer.

9. Wat gebeurt er wanneer later blijkt dat de vastgestelde doodsoorzaak toch niet juist is?

Het gebeurt wel eens dat het werk van de OvJ klaar is, er komt klinische obductie omdat familie dat

wil en daaruit blijkt dat er vermoeden is van niet-natuurlijk overlijden. Dan wordt de OvJ weer

betrokken. In extreme gevallen kan besloten worden een lichaam weer op te graven om nader

onderzoek te verrichten, bijvoorbeeld naar aanleiding van een tip die binnengekomen is bij criminele

inlichtingen.

Inzicht verkrijgen in vermijdbare factoren van kindersterfte

10. Worden er relevante instanties, zoals huis- of schoolarts (i.e. jeugdgezondheidszorg)

geraadpleegd voor meer informatie?

Soms wel. Dan gaat de OvJ daar informatie verzamelen. Deze mensen zijn niet verplicht informatie te

leveren door het medisch beroepsgeheim. Want een arts blijft hieraan gehouden doordat hij de eed

hiervoor heeft afgelegd. Anders kan hij te maken krijgen met tucht- of strafrecht. In overleg en

openheid moet hiervoor een oplossing gevonden worden (voor het leveren van informatie). Dan komt

er of beperkte informatie of informatie via een omweg (verzekeraars, want zij zijn geen arts en

beschikken wel over informatie). De OvJ kan hen verplichten de benodigde informatie te leveren.

11. Worden (vermijdbare) factoren die een rol gespeeld hebben bij het overlijden vastgesteld?

Zo ja, wat wordt hier vervolgens mee gedaan? Zo nee, ervaart u dit als een gemis?

Soms wel. Het kan voorkomen dat bij strafbare feiten er sprake is van nalatigheid door ouders in de

zorg voor hun kinderen. Vervolging gebeurt in openbaarheid, dus de casus is dan publiek kenbaar.

Artsen en anderen kunnen zelf de vermijdbare factoren uit de casus halen. De OvJ maakt deze

factoren niet als leerpunt kenbaar aan inspectie of andere instanties. Door middel van strafrecht

(vergelding) geeft de OvJ een signaal af dat bepaald gedrag gevaarlijk is. Dit is algemene preventie.

De OvJ kan pas iets doen als er iets fout gegaan is. Proberen wel te participeren in preventie, maar

dan moeten er al gegevens zijn.

12. Wiens taak is het om vermijdbare factoren en geleerde lessen in kaart te brengen?

(afhankelijk van oorzaak van overlijden?)

Officieel is dit geen taak van de OvJ. Bij opvallendheden in het werk van de OvJ schenkt de OvJ hier

echter wel aandacht aan. Zie ook de beantwoording van vraag 11 en vraag 15.

Vertaling naar mogelijke interventies

13. Zijn er maatregelen voor directe preventie vastgelegd? (Directe preventie  andere

kinderen in het gezin, zorgverleners, enz. lopen gevaar) Zo ja, worden deze toegepast en in

welke gevallen worden deze toegepast?

Dit is eigenlijk geen taak van de OvJ, maar van andere hulpverleners.

14. Wordt er gediscussieerd over hoe een dergelijk sterfgeval in de toekomst voorkomen kan

worden? Zo ja, hoe vaak vindt dit plaats?

Er is geen geïnstitutionaliseerd vastgelegd overleg op het gebied van kindersterfte.

15. Worden er naar aanleiding van een sterfgeval aanbevelingen gedaan aan:

a. relevante instanties of individuen (bijv. zorginstelling, VVN, Ond.raad voor Veiligh.)

b. de overheid

Zo ja: wie is hiervoor verantwoordelijk? Zo nee, ervaart u dit als een gemis?

De OvJ maakt vermijdbare factoren niet als leerpunt kenbaar aan inspectie of andere instanties. Ook

worden zaken niet doorgegeven aan instanties als VVN, maar aan de gemeente als wegbeheerder. De

OvJ kan wel contact zoeken met een vakblad en dan de casus analyseren. “In ons werk zien wij het

volgende: …” De OvJ participeert ook in netwerken, bijvoorbeeld driehoeksoverleg met politie, OvJ en

bestuur van de gemeente. Hier wordt geprobeerd preventie, repressie en toezicht op elkaar

afstemmen.

Rouwbegeleiding aan nabestaanden (Waarschijnlijk niet van toepassing!!)

16. In hoeverre bent u betrokken bij de rouwbegeleiding?

Begeleiding van nabestaanden voor zover het de strafzaak betreft. Tijdig informatie geven aan

nabestaanden om slachtoffers een stem in de strafzaak te geven. Ook kunnen slachtofferverklaringen

afgenomen worden bij de nabestaanden, over wat dit met hen doet, wat dit voor gevolgen heeft. En

een claim in geld naar verdachte. In principe regelt de OvJ dat. Emotionele begeleiding wordt gedaan

door een maatschappelijk werker of een psycholoog.

17. In hoeverre hebt u zicht op het proces van bieden van rouwbegeleiding?

-

Slot

18. Waar eindigt uw taak als Officier van Justitie? (of OM)

De taak van de OvJ eindigt bij een strafzaak pas als de hele straf ondergaan is. De rechter neemt

tijdens de procedure even de zaak over, in de rechtszaal. Als de gevangene iets of iemand wil

bezoeken, beslist de OvJ of dit mag. Wanneer er geen strafzaak is, dan eindigt de taak van de OvJ na

vrijgave van lichaam. Tenzij later blijkt dat er toch indicaties zijn voor niet-natuurlijk overlijden,

bijvoorbeeld naar aanleiding van een klinische obductie die de familie na het vrijgeven van het

lichaam alsnog wil laten uitvoeren. De klinisch patholoog beëindigt dan tijdelijk zijn werkzaamheden

en gaat overleg voeren met de gemeentelijk lijkschouwer. Dan vindt er overleg plaats of de obductie

voortgezet moet worden als gerechtelijke sectie of niet. Het kan zijn dat de sectie wordt afgebroken

en lichaam wordt overgebracht naar Den Haag (NFI). Er kan ook een team vanuit Den Haag komen

naar hier of dat de klinisch patholoog het onderzoek zelf afmaakt.

19. Wat wordt er met de verslagen (schouwverslagen e.d.) gedaan?

Deze gaan de archiefkast in en worden lang bewaard. Verslagen worden soms weer uit de kast

getrokken, bijv. voor wetenschappelijk onderzoek. Art. 10 verslagen worden ieder jaar door het CBS

bekeken en worden ook wel voor wetenschappelijk onderzoek gebruikt. Het CBS kijkt naar oorzaken,

spreiding per regio, spreiding per leeftijd. Dit om de statistieken in kaart te brengen.