• No results found

De SCIP-databank is de databank voor informatie over zeer zorgwekkende stoffen (Substances of Concern) In voorwerpen als zodanig of in complexe objecten (Producten), opgezet uit hoofde van de kaderrichtlijn afvalstoffen (KRA)1. Vanaf 5 januari 2021 moet elke leverancier van een voorwerp dat een op de kandidaatslijst voor autorisatie2 voorkomende zeer zorgwekkende stof (SVHC) bevat in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g), en dat in de EU in de handel wordt gebracht, informatie over dat voorwerp doen toekomen aan ECHA3. Dankzij de SCIP-databank is de informatie over voorwerpen die stoffen van de kandidaatslijst4 bevatten beschikbaar gedurende de hele levenscyclus van producten en materialen, met inbegrip van de afvalfase. De informatie in de databank van de ingediende SCIP-kennisgevingen wordt vervolgens beschikbaar gesteld aan afvalverwerkers en consumenten.

De SCIP-databank heeft drie hoofddoelen:

1. de productie van afval met gevaarlijke stoffen terugdringen door de vervanging van stoffen van de kandidaatslijst in voorwerpen die in de EU in de handel worden gebracht te ondersteunen;

2. informatie beschikbaar maken om afvalverwerkingsmethoden verder te verbeteren;

3. autoriteiten de mogelijkheid geven het gebruik van zorgwekkende stoffen in voorwerpen te monitoren en passende maatregelen te nemen in de gehele levenscyclus van voorwerpen, met inbegrip van de afvalfase.

In de REACH-verordening is reeds bepaald dat leveranciers van voorwerpen die stoffen van de kandidaatslijst bevatten in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g) aan actoren verderop in de toeleveringsketen en aan consumenten op verzoek voldoende informatie moeten doorgeven om een veilig gebruik van die voorwerpen mogelijk te maken5. Deze informatie heeft echter geen betrekking op afvalverwerkers in de afvalfase nadat deze voorwerpen aan het einde van hun levensduur afval zijn geworden. Dankzij de SCIP-databank is dezelfde informatie die in toeleveringsketens beschikbaar is, ook beschikbaar voor afvalverwerkers om de afvalbranche te ondersteunen bij het verbeteren van de huidige praktijken van afvalbeheer en om het gebruik van afval als grondstof te stimuleren. Daarom vormt de SCIP-kennisgeving een gepaste

1 In artikel 9, lid 2, van de KRA is bepaald dat het Europees Agentschap voor chemische stoffen een databank opzet voor de gegevens die het uit hoofde van lid 1, onder i), uiterlijk op 5 januari 2020 moet ontvangen en deze onderhoudt, en afvalverwerkers en, op verzoek, consumenten toegang verleent tot die databank.

2 Gepubliceerd op de ECHA-website in overeenstemming met artikel 59, lid 10, van de Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH-verordening).

3 Artikel 9, lid 1, onder i), van de KRA verplicht elke leverancier van een voorwerp, als gedefinieerd in artikel 3, lid 33, van de REACH-verordening, om met ingang van 5 januari 2021 de informatie overeenkomstig artikel 33, lid 1, van die verordening te doen toekomen aan ECHA.

4Een stof van de kandidaatslijst betekent een zeer zorgwekkende stof (SVHC) die op de kandidaatslijst voor autorisatie voorkomt.

5 Artikel 33 van REACH bepaalt dat elke leverancier van een voorwerp dat een op de kandidaatslijst voorkomende zeer zorgwekkende stof bevat in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g) de afnemer van het voorwerp (punt 1) en, op verzoek, de consument (punt 2) voldoende aan de leverancier bekende informatie verstrekt om een veilig gebruik van dat voorwerp mogelijk te maken, waaronder ten minste de naam van de stof.

aanvulling op de bestaande informatiedoorgifte-6 en kennisgevingsvereisten7 voor stoffen van de kandidaatslijst in voorwerpen in het kader van REACH, en geen vervanging8. Deze REACH-vereisten worden uiteengezet en toegelicht in het Richtsnoer over REACH-vereisten voor stoffen in voorwerpen (SiA-richtsnoer) Hierin wordt ook aangegeven hoe vast te stellen is wat in het kader van REACH9 een voorwerp is en hoe de concentratie van een stof van de kandidaatslijst moet worden bepaald.

De SCIP-databank is opgezet met het tweeledige doel de vereiste informatie te verzamelen en deze informatie te structureren en doorzoekbaar te maken, om optimaal toegang te kunnen bieden, voornamelijk voor afvalverwerkers en consumenten, maar ook voor actoren in de toeleveringsketen, ngo’s en autoriteiten.

Binnen de reikwijdte van de taak van ECHA, uit hoofde van de KRA, om de SCIP-databank te ontwikkelen en ten uitvoer te leggen, heeft ECHA de informatievereisten nader omschreven en het SCIP-formaat voor de indiening van SCIP-kennisgevingen bij ECHA door leveranciers van voorwerpen gespecificeerd. Dit document dient met name om bedrijven te helpen bepalen of zij te maken hebben met de SCIP-kennisgevingsverplichting met betrekking tot voorwerpen die stoffen van de kandidaatslijst in het kader van de KRA bevatten, en geeft gedetailleerde informatie over de informatievereisten voor SCIP-kennisgevingen die overeenkomstig artikel 9, lid 1, onder i), van de KRA bij ECHA moeten worden ingediend krachtens artikel 33, lid 1, van REACH.

1.2 Welke leveranciers van voorwerpen moeten een SCIP-kennisgeving indienen bij ECHA?

Volgens artikel 3, lid 33, van de REACH-verordening betekent de leverancier van een voorwerp

“een producent10 of importeur11 van een voorwerp, een distributeur12 of andere actor uit de toeleveringsketen13 die een voorwerp in de handel brengt14".

De volgende leveranciers van voorwerpen moeten een SCIP-kennisgeving indienen bij ECHA:

- EU-producenten en -samenstellers;

6 Artikel 33 van REACH.

7 Ook kennisgeving van stof in voorwerpen (Substance in Articles) of SiA-kennisgeving genoemd als bedoeld in artikel 7, lid 2, van REACH. De SiA-kennisgevingsverplichting geldt alleen voor importeurs en producenten van voorwerpen onder bepaalde voorwaarden en is erop gericht ECHA en de bevoegde instanties van lidstaten informatie te verschaffen over de aanwezigheid van stoffen van de kandidaatslijst in voorwerpen. Aan de hand van deze informatie kan worden nagegaan of het nodig is regelgevingsprocedures voor risicobeheer in het kader van REACH (autorisatie en beperking) of andere EU-wetgeving in gang te zetten.

8 EU-importeurs, -producenten en andere leveranciers van voorwerpen moeten voldoen aan artikel 7, lid 2, en artikel 33 van REACH, wanneer aan alle voorwaarden wordt voldaan, alsook aan de SCIP-kennisgevingsverplichting uit hoofde van artikel 9, lid 1, onder i), van de KRA.

9 Artikel 3, lid 3, van REACH.

10 In artikel 3, lid 4, van REACH wordt de producent van een voorwerp gedefinieerd als “een natuurlijke persoon of rechtspersoon die een voorwerp in de Gemeenschap produceert of assembleert”.

11 In artikel 3, lid 11, van REACH wordt een importeur gedefinieerd als “een in de Gemeenschap gevestigde natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor de invoer verantwoordelijk is” en wordt invoer gedefinieerd als “het binnen het douanegebied van de Gemeenschap brengen” (artikel 3, lid 10, van REACH).

12 In artikel 3, lid 14, van REACH wordt een distributeur gedefinieerd als “elke in de Gemeenschap gevestigde natuurlijke persoon of rechtspersoon, met inbegrip van detailhandelaren, die een stof, als zodanig of in een mengsel, uitsluitend bewaart en in de handel brengt ten behoeve van derden”.

13 In artikel 3, lid 17, van REACH worden actoren in de toeleveringsketen gedefinieerd als “alle fabrikanten en/of importeurs en/of downstreamgebruikers in een toeleveringsketen”.

14 In artikel 3, lid 12, van REACH wordt het in de handel brengen gedefinieerd als “het aan een derde leveren of beschikbaar stellen, ongeacht of dit tegen betaling dan wel om niet geschiedt Invoer wordt beschouwd als in de handel brengen.”

- EU-importeurs;

- EU-distributeurs van voorwerpen en andere actoren die voorwerpen in de handel brengen.

Detailhandelaren, met uitzondering van importeurs en/of producenten, en andere actoren in de toeleveringsketen die voorwerpen rechtstreeks en uitsluitend aan consumenten leveren, hebben niet de verplichting tot informatieverstrekking aan ECHA.15

De verplichting tot informatieverstrekking aan ECHA begint met de eerste leverancier (producent/importeur16) in een toeleveringsketen, omdat hij de meeste kennis over het voorwerp heeft of hoort te hebben.15 Met betrekking tot andere leveranciers van voorwerpen verderop in de toeleveringsketen (zoals distributeurs die geen importeur zijn) kan met deze verplichting pragmatisch worden omgegaan, bijvoorbeeld door te verwijzen naar informatie die reeds door de leverancier hogerop in de toeleveringsketen is ingediend.15 In dit verband zijn de twee tools te noemen die ECHA heeft ontwikkeld om te kunnen verwijzen naar informatie die al succesvol is ingediend bij de SCIP-databank, namelijk Simplified SCIP Notification (SSN, vereenvoudigde SCIP-kennisgeving), voornamelijk voor gebruik door distributeurs, en

‘Referencing’ (verwijzen) in een SCIP-kennisgevingsdossier, voornamelijk voor gebruik door

‘samenstellers’.

1.3 Voor welke voorwerpen en stoffen geldt de SCIP-kennisgevingsplicht?

De SCIP-kennisgevingsplicht geldt voor alle voorwerpen, zonder uitzonderingen, zoals gedefinieerd in REACH, die in de EU in de handel worden gebracht en die een stof van de kandidaatslijst bevatten in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g).

Stoffen die voldoen aan een of meer van de in artikel 57 van REACH gedefinieerde criteria kunnen worden geïdentificeerd als ‘zeer zorgwekkende stoffen’ (SVHC's) en op de kandidaatslijst voor autorisatie worden geplaatst. Er worden regelmatig nieuwe stoffen aan deze lijst toegevoegd, doorgaans tweemaal per jaar.

Artikel 3, lid 3, van REACH omschrijft een voorwerp als “een object waaraan tijdens de productie een speciale vorm, oppervlak of patroon wordt gegeven waardoor zijn functie in hogere mate wordt bepaald dan door de chemische samenstelling”.

Uit deze definitie volgt dat een voorwerp een object uit een of meer stoffen of mengsels is die tijdens het productieproces een speciale vorm, oppervlak of patroon hebben gekregen. De meeste veelgebruikte objecten in privéhuishoudens en bedrijven zijn zelf voorwerpen (b.v.

plastic lepel uit één stuk, spuitgegoten tuinstoel, briefkaart, bout) of complexe objecten (b.v.

bank, voertuig, klok, elektronische apparatuur), waarin twee of meer voorwerpen zijn

opgenomen17. Voorwerpen die worden geassembleerd of samengevoegd, blijven voorwerpen zolang ze een speciale vorm, oppervlak of patroon houden, die doorslaggevender is voor de functie dan de chemische samenstelling, of zolang ze geen afval worden18.19

De verplichting bestaat voor elk voorwerp als zodanig of in een complex object, dat wil zeggen een object dat uit meer dan één voorwerp bestaat, omdat voorwerpen die zijn geassembleerd of samengevoegd gewoonlijk voorwerpen blijven. Een importeur of een andere leverancier van

15 Afkomstig van de “Non-paper on the implementation of articles 9(1)(i) and 9(2) of the revised Waste Framework Directive 2008/98/EC” (non-paper over de tenuitvoerlegging van artikel 9, lid 1, onder i) en artikel 9, lid 2, van de herziene kaderrichtlijn afvalstoffen), van de Commissie, 2019, ref.

Ares(2019)3936110.

16 Met inbegrip van distributeurs die ook importeurs zijn.

17 (Zie paragraaf 2.4 van het SiA-richtsnoer).

18 ‘Afval’ zoals gedefinieerd in artikel 3, lid 1, van de KRA.

19 Vonnis van het Hof van Justitie van de EU van 10 september 2015 in zaak C-106/14.

een complex object (b.v. papierklem) is een importeur of leverancier van de verschillende voorwerpen als zodanig waaruit het complexe object bestaat (b.v. de gebogen staalstrip en de twee metalen draadgrepen van de papierklem) 19. Elke leverancier van een voorwerp moet beoordelen of een object voldoet aan de definitie van een voorwerp in het kader van REACH, zoals uiteengezet in hoofdstuk 2 van het SiA-richtsnoer, om te bepalen of dit object valt onder de informatiedoorgifteverplichtingen uit hoofde van REACH en de SCIP-kennisgevingsverplichting uit hoofde van de KRA. Om dit te kunnen beoordelen, moet de leverancier de functie van het object vaststellen en beschikken over informatie aan de hand waarvan de fysische vorm (vorm, oppervlak en patroon) en de chemische samenstelling kunnen worden vergeleken om te bepalen of de fysische vorm belangrijker is voor de functie.

Bij ECHA moet een SCIP-kennisgeving worden ingediend voor voorwerpen als zodanig die een stof van de kandidaatslijst bevatten in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g)20 en complexe objecten waarin dergelijke voorwerpen zijn opgenomen, zoals geleverd, met inbegrip van ‘vervangingsonderdelen’ die ter vervanging worden geleverd. Voorwerpen of complexe objecten die worden gerepareerd, voor zover deze niet worden geleverd, vallen niet onder de wettelijke verplichting.

In de SCIP-databank staat geen informatie over voorwerpen die rechtstreeks en uitsluitend aan consumenten worden geleverd door een EU-actor in de toeleveringsketen die geen importeur is, zonder de deelname van een distributeur of een andere actor in de toeleveringsketen omdat rechtstreekse levering aan consumenten door EU-actoren in de toeleveringsketen die geen importeur of producent zijn, geen wettelijke verplichting met zich meebrengt.

Wanneer zulks noodzakelijk is in het belang van de defensie kunnen de lidstaten in specifieke gevallen bepaalde stoffen, als zodanig, in een mengsel of in een voorwerp, van de toepassing van de REACH-verordening vrijstellen (artikel 2, lid 3, van de REACH-verordening). Indien een lidstaat dus van oordeel is dat de rapportageverplichtingen schadelijk zijn voor zijn nationale belangen op het gebied van defensie, kan een lidstaat beslissen om voor dit voorwerp een beroep te doen op een specifieke vrijstelling van de verplichting van artikel 33, lid 1, van REACH, respectievelijk artikel 9, lid 1, onder i), van de KRA. Bovendien is geen enkele lidstaat gehouden inlichtingen te verstrekken waarvan de verbreiding naar zijn mening strijdig zou zijn met de wezenlijke belangen van zijn veiligheid (artikel 346 van het VWEU21).

1.4 Tijdlijnen

Vanaf 5 januari 2021 moeten gegevens over voorwerpen die een SVHC van de kandidaatslijst bevatten in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g), en die in de EU op de markt zijn gebracht, worden ingediend bij ECHA. De SCIP-kennisgevingsplicht gaat vanaf die datum in.

In paragraaf 3.2.1. van het SiA-richtsnoer over de verplichting tot doorgifte van informatie aan actoren verderop in de toeleveringsketen, uit hoofde van REACH, wordt vermeld dat de

“informatie dient te worden verschaft aan de afnemer van het voorwerp wanneer het voorwerp voor het eerst wordt geleverd na de opname van de stof in de kandidaatslijst”. Daarom moet na 5 januari 2021 de leverancier van een voorwerp, bij aanwezigheid van stoffen in dat voorwerp dat in de EU in de handel is gebracht in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g) die aan de kandidaatslijst worden toegevoegd, een SCIP-kennisgeving indienen of een eerder ingediende SCIP-kennisgeving voor dat voorwerp actualiseren op het moment van de

20 In paragraaf 3.2.3.1 van het SiA-richtsnoer wordt uiteengezet hoe de concentratie van een stof van de kandidaatslijst moet worden bepaald.

21 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

volgende levering of het in de handel brengen aan een consument of als gevolg van een invoer, nadat de stof in de kandidaatslijst is opgenomen.

Voorwerpen als zodanig of in complexe objecten die een stof van de kandidaatslijst (> 0,1 gewichtsprocent (g/g)) bevatten die eerder in de handel zijn gebracht, maar die vanaf 5 januari 2021 niet meer in de handel worden gebracht, hebben geen verplichting tot kennisgeving bij ECHA.

De herziene KRA is op 4 juli 2018 in werking getreden en moest uiterlijk op 5 juli 2020 door de lidstaten in nationale wetgeving zijn omgezet. De lidstaten moeten zorgen voor nationale regels om alle leveranciers te verplichten tot het verstrekken van informatie aan ECHA, d.w.z.

tot het indienen van een SCIP-kennisgeving vanaf 5 januari 2021.

1.5 Het doorgeven van informatie over stoffen in voorwerpen uit hoofde van REACH en de SCIP-kennisgeving

Uit hoofde van REACH moet elke leverancier van een voorwerp dat een stof bevat de afnemer van dat voorwerp voorzien van voldoende informatie (artikel 33, lid 1) waarover de leverancier beschikt om een veilig gebruik van het voorwerp mogelijk te maken (veiligheidsinformatie), wanneer aan allebei de volgende voorwaarden is voldaan:

• de stof komt voor op de kandidaatslijst voor autorisatie; en

• de stof is in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g) aanwezig in de voorwerpen die in de handel worden gebracht.

De informatie dient te worden verschaft aan de afnemer22 van het voorwerp wanneer het voorwerp voor het eerst wordt geleverd na de opname van de stof op de kandidaatslijst.

De informatie die uit hoofde van REACH aan actoren verderop in de toeleveringsketen wordt doorgegeven door een leverancier van een voorwerp dat aan die voorwaarden voldoet, moet aan ECHA worden verstrekt door indiening van een SCIP-kennisgeving.

In de REACH-verordening wordt geen formaat vermeld voor het verstrekken van informatie over een veilig gebruik aan actoren verderop in de toeleveringsketen. Met betrekking tot SCIP-kennisgevingen heeft ECHA een SCIP-formaat vastgesteld voor bedrijven voor het indienen van informatie bij de SCIP-databank.

De verplichting met betrekking tot het doorgeven van informatie over stoffen in voorwerpen (SiA) uit hoofde van REACH en de SCIP-kennisgevingverplichting zijn samengevat in tabel 1.

Tabel 1: Samenvatting van de verplichting met betrekking tot het doorgeven van informatie over stoffen in voorwerpen uit hoofde van REACH en de

SCIP-kennisgevingsverplichting

Verplichting: Doorgeven van

informatie over SiA SCIP-kennisgeving

Rechtsgrond Artikel 33 van REACH Artikel 9, lid 1, onder i) van de KRA Betrokken actoren Leveranciers van voorwerpen*

22 In artikel 3, lid 35, van REACH wordt een afnemer van een voorwerp gedefinieerd als “een industrieel of beroepsmatig gebruiker, of distributeur, aan wie een voorwerp wordt geleverd; consumenten zijn geen afnemers van een voorwerp”.

Verplichting: Doorgeven van

informatie over SiA SCIP-kennisgeving

Betrokken voorwerpen Alle voorwerpen als zodanig of in complexe objecten die in de EU in de handel worden gebracht (alle objecten die voldoen aan de definitie van voorwerp in het kader van REACH)

Betrokken stoffen Stoffen op de kandidaatslijst van zeer zorgwekkende stoffen die in aanmerking komen voor autorisatie

Drempelwaarde voor concentratie van de stof in voorwerp

Meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g)

Drempelwaarde hoeveelheid Nee

Vrijstellingen Nee, met uitzondering van specifieke vrijstellingen die door de lidstaten in het belang van defensie zijn toegestaan.23

Door te geven/te verstrekken

informatie Voldoende informatie waarover de leverancier beschikt24 om een veilig gebruik van het voorwerp mogelijk te maken, rekening houdend met alle fasen gedurende de levenscyclus, alsmede voorzienbaar verkeerd gebruik, verwijdering en recycling25 Identificatie van voorwerpen of

complexe objecten Beschikbaar op etiketten op de voorwerpen of complexe objecten, catalogi of op een andere wijze

Moet worden opgenomen in de SCIP-kennisgeving om de reikwijdte van de kennisgeving te bepalen en vanwege de vindbaarheid ervan voor de gebruikers van de databank.

Formaat voor het

doorgeven/verstrekken van de informatie

Niet gespecificeerd in de

wetstekst Opgezet door ECHA voor het

aanleveren van de informatie aan de SCIP-databank

* Detailhandelaren in de EU en andere actoren in de toeleveringsketen in de EU die geen importeurs zijn en die voorwerpen rechtstreeks en uitsluitend aan consumenten leveren, zijn uitgesloten van de SCIP-kennisgevingsplicht.

23 Artikel 2, lid 3, van REACH

24 In hoofdstuk 3.2.1 van het SiA-richtsnoer is bepaald dat “De informatiedoorgifteverplichtingen voortvloeien uit de aanwezigheid van de stof van de kandidaatslijst in het voorwerp. Deze verplichtingen zijn van toepassing ongeacht of de leverancier al dan niet op de hoogte is van de aanwezigheid van de stoffen. Daarom is het in het belang van de leverancier om informatie over de aanwezigheid van stoffen van de kandidaatslijst op te vragen”; hoofdstuk 5 van het SiA-richtsnoer noemt veel informatiebronnen die beschikbaar zijn voor leveranciers van voorwerpen of advies over hoe informatie over stoffen in voorwerpen kan worden verkregen en beoordeeld; Paragraaf 3.3 van hetzelfde richtsnoer verwijst ook naar informatie die beschikbaar is of kan zijn voor importeurs en producenten van voorwerpen in de EU.

25 Paragrafen 3.2.1 en 3.4.1 van het SiA-richtsnoer