• No results found

Initiatieven om de omgang tussen de gedetineerde moeder en haar kind(eren) te bevorderen

4 Omgang van gedetineerde moeders met hun kinderen: een literatuurverkenning

4.5 Initiatieven om de omgang tussen de gedetineerde moeder en haar kind(eren) te bevorderen

In de vorige paragraaf stonden we stil bij de knelpunten in de omgang tussen de gedetineerde moeder en haar kind (eren) en wat daar volgens de bestudeerde literatuur aan te doen is.

In deze paragraaf gaan we meer specifiek in op enkele voorbeelden van hoe men in Nederland werkt aan het verbete-ren van de relatie tussen de gedetineerde moeder en haar kind(eren).

De overheid heeft in het verleden initiatieven genomen ter verbetering van de familierelaties van gedetineerde vrouwen.

Deze richtten zich vooral op mogelijke co-detentie van kinderen en op betere bezoekmogelijkheden van kinderen van gedeti-neerden. Een voorbeeld daarvan is het experiment in Ter Peel in de jaren negentig waarbij gedetineerde moeders hun kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar mochten meenemen tijdens hun verblijf. De kinderen verbleven overdag in een reguliere crèche, terwijl de moeders gewoon deelnamen aan het dagprogramma van de penitentiaire inrichting. De mogelijkheid om hun kind mee te nemen werd door een behoorlijk groot aantal moeders gewaardeerd (Holwerda, 1995). Vandaag de dag heeft Ter Peel nog steeds een apart paviljoen voor vijf gedetineerde moeders met kinderen tot vier jaar. Het betreft kindvriendelijk

ingerichte ruimtes en speciaal ingerichte kamers voor kinderen.

Op dit moment is het meest bekende voorbeeld van hoe er in Nederland gewerkt wordt aan het verbeteren van de relatie tussen de gedetineerde moeder en haar kind(eren) het project Gezin in Balans. Dit valt onder 'Toekomst in Balans, een nieuwe uitdaging’, een samenwerkingsproject van verschillende orga-nisaties dat voor vijftig procent wordt betaald uit ESF/ Equal-gelden, subsidie van het Europees Sociaal Fonds. Bij Gezin in Balans zijn tevens middelen vanuit het Oranjefonds, VSB-fonds en Humanitas-fonds betrokken. Gezin in Balans biedt ondersteu-ning aan gedetineerde en ex-gedetineerde moeders met als doel een goede terugkeer binnen het gezin en in de samenleving te bevorderen. Uitgangspunt hierbij is dat een succesvolle re-ïntegratie een bijdrage levert aan zowel het voorkomen van recidive als het voorkomen van maatschappelijke uitval van betrokken kinderen binnen het gezin. Het project startte in 2002. Het oorspronkelijke idee was, om (ex-) gedetineerde

moeders toe te leiden naar het bestaande aanbod van Home Start. Al snel bleek dat de specifieke omstandigheden en problematiek van gedetineerde moeders om een aangepaste aanpak vroeg. De afgelopen jaren zijn visie, methodiek, werkmaterialen en werkwijze ontwikkeld. Het project is uitgegroeid tot een landelijk gestuurd integraal aanbod voor (ex-)gedetineerde moeders op het gebied van opvoedingsonder-steuning en gezinsbegeleiding (notities Gezin in Balans, 2007).

Gezin in Balans biedt de volgende ondersteuning:

- Moeder de gans: informatiebijeenkomsten bij aanvang van de detentie. Voor deze bijeenkomsten is een levend ganzenbord-spel ontwikkeld, waarbij vertegenwoordigers van Justitie, gemeente, Jeugdzorg en advocatuur aanwezig zijn om de diverse vragen te beantwoorden. Het doel is stressreductie.

- Bezoekmoeders: ondersteuning tijdens de detentie. Gezin in Balans organiseert dat moeders bezoek krijgen van moeders van buiten de penitentiaire inrichting. Deze bezoekmoeders zijn vrijwilligers uit de buurt van vrouweninrichtingen die hun collega-moeders ondersteunen door dingen bespreekbaar te maken die voor de gedetineerde moeder vaak taboe zijn.

Beroepskrachten van Gezin in Balans trainen, selecteren en coachen de vrijwilligers. Er is een dagboek voor moeders in detentie ontwikkeld dat vaak dient als basis voor de gesprekken.

Het doel is het onderhouden van het contact met de wereld buiten de gevangenis en invulling te blijven geven aan hun rol als moeder daar.

- IK-JIJ-WIJ: Training vooruitlopend op de beëindiging van de detentie. De training is gericht op het vergroten van opvoe-dingsvaardigheden, het vergroten van inzicht in eigen mogelijk-heden, leren keuzes te maken en het benutten van kansen. De beroepskrachten van Gezin in Balans geven deze training. Doel is moeders handvatten te bieden in situaties die zij zullen aantreffen als ze na beëindiging van detentie hun rol als opvoeder weer oppakken.

- Samen er op uit: weekenden voor moeder en kind(eren) in de overgangsfase naar de invrijheidstelling waarin een vrijwilliger met hen op pad gaat. Het doel is een nieuwe start te maken in de relatie tussen moeder en kind.

- Moedermaatjes: gezinsbegeleiding na beëindiging van detentie. Vrijwillige ‘moedermaatjes’ van Gezin in Balans komen in een periode van een tot anderhalf jaar ongeveer vier uur per week in het gezin en bieden zowel ondersteuning binnen het gezin als begeleiding bij het versterken van het sociale

46

netwerk rondom het gezin. Daarbij hebben de vrijwilligers een belangrijke signalerende functie als het gaat om de noodzaak van extra begeleiding door het reguliere hulpaanbod. Beroeps-krachten van Gezin in Balans selecteren, trainen en coachen de vrijwilligers.

- Wonen in Balans: de woonconsulent van Gezin in Balans bemiddelt tijdens het nazorgtraject naar zelfstandige woon-ruimte (Notities Gezin in Balans, 2007).

In het kader van Gezin in Balans worden er ook diverse materialen ontwikkeld. Een voorbeeld hiervan is het voor-lees/doe-boek voor kinderen van 4 tot 8 jaar met een gedeti-neerde moeder: ‘mama woont even ergens anders, mijn eigen werkboekje om aan mama te denken’, ontwikkeld door studenten Sociaal Pedagogische Hulpverlening. In de omslag staat te lezen: ‘het boek is gemaakt omdat het voor volwasse-nen niet altijd gemakkelijk is om eerlijk antwoord te geven op vragen die kinderen stellen over waarom hun moeder in de gevangenis zit. Ook hebben kinderen zo hun eigen voorstelling over het leven in de gevangenis en dit beeld klopt niet altijd. De verhaaltjes zullen zeker vragen bij kinderen oproepen. Door daarop in te gaan kan meer begrip ontstaan over wat er tussen een kind en de gedetineerde moeder gebeurt. De werkjes in het doe-gedeelte helpen de ervaringen van kinderen van gedeti-neerden te verwerken en bieden de mogelijkheid voor moeder en kind om contact met elkaar te houden en elkaar te vertellen over hun ervaringen’ (Gezin in Balans, 2006). Ook is er een voorleesboekje gemaakt door studenten van de Fontys

Hogeschool te Eindhoven voor kinderen van 3 jaar en ouder: een mama in de gevangenis (Gezin in Balans, 2006).

Verwey-Jonker Instituut