• No results found

in relatie tot recente adviezen aan de regering

De Raad voor het Milieu- en Natuuronderzoek (RMNO), de Gezondheidsraad (GR) en de Nationale Raad voor het Landbouwkundig Onderzoek hebben de afgelopen

jaren onder meer op omtrent ecotoxicologische De

RMNO in over geadviseerd et 1992), en over

ecotoxicologie ook in haar recente advies voor

Gezamenlijk met de NRLO heeft de RMNO een advies over systeemgericht

onderzoek uitgebracht (NRLO & RMNO 1993). Bij de Gezondheidsraad is een permanente commissie ecotoxicologie werkzaam, die onder meer naar

ging kijkt (Gezondheidsraad Tenslotte heeft nog een ad-hoc Beraad

Systeemecologie voor het Stoffenbeleid aan DGM-SVS geadviseerd (Van Linden & Van Straalen, 1993).

De bovengenoemde adviesorganen leggen elk wat andere accenten, maar tegelijkertijd is er sprake van een zekere convergentie van de van de adviezen. Deze convergentie kan als worden aangeduid:

meer voor strategisch onderzoek rond ecotoxicologische vraagstukken (NRLO & RMNO, 1993)

meer aandacht voor de relatie ecotoxicologie-systeemecologie (NRLO & RMNO 1993, Rijken et al. 1992, Van Linden & Van Straalen 1993)

het van (veld)onderzoek te sturen (Van Linden & Van Straalen

aandacht voor in van ecosystemen en een mogelijk noodzakelijke gebiedsgerichte differentiatie et 1992)

een sterkere integratie van toxicologisch, onderzoek in de van in relatie tot geografische heterogeniteit (Rijken

Rapport nr Page 47 of 54 et

De hier genoemde met name het laatste geparafraseerde

van de et al. 1992), zijn in het onderzoeksproject Een van de doelstellingen en resultaten van met de genoemde zien dat

reeds de was ingeslagen die nu gepropageerd. We kunnen constateren dat dit echter nog niet geleid tot een operationeel voorspellingsmodel. Dit is voor een belangrijk te aan het nagestreefde detailniveau en het ontbreken van

milieuchemische, ecologische en op dit De

met CATS en de zien dat een zekere

Rapport nr 719102038 Page 49 of 54

het mogelijk voor risico's van

stoffen te parametriseren met systeemspecifieke In dit rapport zijn de ecosysteem classificaties van ecotopen en ecoseries Voor

ecoseries konden relevante worden gekwantificeerd. Voor

ecosystemen de zaak moeilijker. Het bleek moeilijk om voor onderscheiden ecosysteemtypen de voor de modellering noodzakelijke parameters

te

Van de abstracte classificatie-eenheden moet een ruimtelijk beeld worden vervaardigd. Voor terrestrische ecoseries bleek dit goed mogelijk. Voor aquatische ecosystemen ontbreekt het een systematische naar de gewenste indelingskenmerken. Dit voor ecoseries ecotopen.

Het ecotoxicologisch model en de classificaties zijn parallel ontwikkeld. Omdat dit op verschiliende plaatsen is uitgevoerd is de koppeling niet op alle punten optimaal. De

van ecotopen is juist voor toepassingen in het stoffenbeleid

op de bodemfauna en (ook) de aquatische macrofauna Doordat in de CATS modellen echter ook andere groepen zijn opgenomen, is de aanleverende

van de classificatie aan de minder dan oorspronkelijk beoogd. Bij de classificatie van ecotopen bleek de

tijd te vergen. Dit betekent dat de indeling niet zozeer een

verdere toetsing een invulling. Daarbij gaat

het in eerste instantie om het kwantificeren van allerlei proceskenmerken en

bijbehorende volgens een functionele benadering in de ecologie De ecosysteemclassificaties zijn het middel om de ligging van ecosystemen

vast te leggen op een wijze die bij de modellen. De op hun zijn het middel om voor gegeven scenario's te genereren. De combinatie van beide een gebiedsgerichte risicoanalyse mogelijk.

In de voorbeelden is getoond dat de CATS ranges van te verwachten concentraties berekenen, op verschiliende plaatsen in het milieu en het voedselweb. Op basis kunnen verschiliende risico kunnen worden berekend beschreven in paragraaf en 3.3.1

Page 50 of 54 Report no.

De parametrisering van ecoseries is door een gebrek aan data onvoldoende voor een goede parametrisering van de CATS Door gegevens van RIWA en RIZA te combineren kan dit probleem deels worden opgelost voor de Rijkswateren. Het verdient aanbeveling

parameters die de beschikbaarheid van toxische stoffen in water bepalen, in een landsdekkende database op te

Het verdient aanbeveling om naast de hier getoonde voorbeelden voor cadmium, een risico-beoordeling te voeren voor een groter aantal stoffen en ecoseries.

Het grootste bij het berekenen van en blijkt het

ontbreken van van stoffen op biotische

Voor de meeste stoffen zal de risicobeoordeling moeten worden gebaseerd op de kans op overschrijding van bestaande normen en of grenswaarden betreffende het abiotische milieu of het voedselweb.

Aansluitend bij de van adviescommissies wordt aanbevolen om modellering van directe en indirecte effekten van stoffen in ecosystemen te

ecologische effektbeoordeling op de classificatie de modellering, dat beide (verder) gevalideerd moeten worden.

nr Page of 54

T., Slob. W. (1993). Confidence for hazardous concentrations based on logistically NOEC toxicity data. Ecotox. Environ. Saf. 25: 48-63.

Claessen, Effecten op van

t.b.v. Drink- en Industnewatervoorziening en MER (Effects on nature of groundwater withdrawal in behalf of the Policy Plan for Public and Industrial Water Supply and ( i n Dutch).

report no. 714305010. nota no. 92.059, Lelystad.

Bcurskens. transformation of chlorinated aromatics in sediments. Ph.D. Thesis, Boestcn. of organic chemicals in soil related to their concentration in the

l i q u i d phase. Report no 54. The Staring Centre, Wagenmgen The Netherlands.

Bolsius. J.H.M. (red.) et Een digitaal bestand de van

Nederland. 4, Den Haag.

Brock, T.C.M.. van B.J., Tijink, Zuppelli, P.

Fate and effects of the insecticide 4E in Indoor and free freshwater model ecosystems: Fate and primary effects of the active ingredient Arch. Environ. Contam. Toxicol. 23: 69 - 84.

Brock, van den Bos, van Breukelen, S.W.F.,

(1992b). Fate and effects of the insecticide Dursban 4E in and macrophyte free freshwater model ecosystems: II. Secondary effects on structure. Arch. Environ. Contam. Toxicol. 23:

Brock, T.C.M., Vet, J.J.R.M., Lijzen. van Zuilekom, R. Fate and effects of the insecticide Dursban 4E Indoor Elodea-dominated and macrophyte free freshwater model ecosystems: I I I . Aspects of ecosystem functioning. Arch. Environ. Contam. Toxicol. 23:

(1984). Mobility of cadmium soils (in dutch). Thesis University N L

Claessen. F., Witte. J.G. Ecosystem classification and modelling for national water management. Pages 199-222 in Klijn, F. (ed.), 1994. Ecosystem

for environmental management. Academic Publishers, London. De Snoo, G.R., Canters, De Jong, F.W.M., Cuperus, R. (1994). Integral hazard assessment of side

effects of pesticides in the Netherlands — a proposal. Toxicology and Chemistry 13: 1331-1340.

Edwards Lofty J.R. (1977). Biology of Chapman and Hall. London. 2nd edition, 333 p. ISBN 0 4 1 2 0.

Elbers, Traas, (1993). risico-analyse van voor report 93 : 71 pp.

Everts, F.H., De de Haes, Een landelijk systeem van ecotooptypen. mededeling 8, Leiden.

Gezondheidsraad Ecologische normen waterbeheer. Deeladvies van de parameters. Gezondheidsraad, publikatie nr. 1988/28, Den Haag.

Gezondheidsraad (1989). Ecologische normen waterbeheer. Deeladvies Beschrijving van de parameters. Gezondheidsraad, publikatie nr. Den Haag.

Page 52 of 54 Report no. parameters for terrestrial ecosystems and sediments. A of practical assessment methods. Gezondheidsraad, publication no. Den Haag. 82 pp.

Gezondheidsraad (1994). op koers. Gezondheidsraad, p u b l i k a t i e nr Den Haag. 86 pp.

, Traas, Elbers, BIOMAG: a model for in food chains. Accepted for publication.

Hekstra, (1993). Ecologische inpasbaarheid van het met voor

stoffen in ecosystemen. van Den Haag.

Hekstra, van Linden, (!990). Flora en fauna onder druk. Symposium 1990. Pudoc, : 376 pp.

R.H., Traas. T.P.. Luttik. R. a model for deriving soil q u a l i t y criteria based on secondary poisoning of top predators. Part 2: calculations for DDT (DDE) and

F., J.B., Nip, M.I., Groen, C.L.G., de Haes, H.A. (1990). De van

1: Ecologische en rapport nr.

751901002.

Klijn, Latour, J.B., Nip, Groen, C.L.G., Udo de Haes, H.A., Van den Hofstra. J.J. De van ecodistricten. Deel 2: Methode en aanzct tot

751901003, CML mededelingen 63, Leiden, pp. Klijn, ter Groen. C.L.G. (1992). 2.0. Naar een

van het voorspellingsmodel DEMNAT-2. CML report

Klijn, J., Van 't Zelfde, M. (in voorber.). Ecoseries Verbetenng en

van een van voor rapport. CML, Leiden.

Kooijman (1987). A safety factor for LC50 values allowing for differences in sensitivity among Water Res. 269-276.

Latour, J.B., Groen, C.L.G. Van Zelfde, M. De milieukwaliteit van de ecodistricten het

en de Duinen. 73, Leiden.

Leon C. (1993). Kwaliteit van en herstelparameters voor chemisch beiaste ecosystemen. 1BN-DLO rapport 010, Wageningen.

Ma, W.C.; Denneman, W.; Faber, J. (1991). Hazardous Exposure of Ground-Living Small Mammals to Cadmium and Lead in Contaminated Ecosystems. Arch Environ Contam 20: 266-270.

Ma W, Edelman van Beersum Jans Th. (1983). Uptake of cadmium, zinc, lead and copper by earthworms near a zinc-smelting complex: influence of pH and organic B u l l . Environ. Contam. Toxicol. 30: 424-427.

NRLO & RMNO (1993). onderzoek

Publikatie RMNO nr. 91, 69

P.C., Van de Plassche, E.J., H.J.B., Canton, J.H. (1993). Validation of some methods with toxicity data derived from multiple species experiments. Ecotox. Environ. Saf. 25: 341-359.

Peters, R.H. The ecological implications of body size. Cambridge Studies Ecology, Cambridge University Press.

Rijken, A.K.M; de J.T., Verkroost, (1992). Advies over het project ecologische inpasbaarheid van het omgaan met stoffen (PEiS). RMNO publikatie nr 71 (1992), RMNO Rijswijk : 24 pp.

Rapport nr 8 Page 53 of 54

(1983). database, aan Lelystad.

R i Z A Lelystad.

Waterkwaliteitsmctingen van Nederlandse Rijkswateren, RIZA, Lelystad. via de

van afdeling

Kennis voor de milieu- en Publikatie

RMNO nr. 83.

Romijn, Luttik, de D., Canton, Presentation of a general algorithm to include effect assessment on secondary poisoning in the derivation of environmental quality .!. food chains. Ecotoxicol Environ Safety 26: 61-85.

Romijn, R., Canton. J.H. Presentation of a genera] to include effect assessment on secondary poisoning in the derivation of quality criteria.

Ecotox. Environ. Saf. 27: 107-127.

H., F. (1993). Aanzet een CML rapport 98, Centrum voor Leiden.

Schobben, van de voor te modelleren DGW-notitie

: 24 pp.

Sinnige, Klijn. F. (1991). Aanzet tot een toegespitst op de bodemfauna. CML report nr 75, Centrum voor Milieukunde, Leiden: 75 pp.

Sinnige, Tamis. Klijn, F. van bodemfauna in CML report Centrum voor Milieukunde, Leiden.

Sinnige, Tamis, Klijn, F. (1994). van ecosystemen voor ecotoxicologische CML report 104, Centrum voor Milieukunde, Leiden.

Stevers, Runhaar, J., Groen, C.L.G. (1987). Uitwerking voor Noord-. West- en CML reports no. 34. Leiden. pp.

Stevers, Runhaar, de Haes, Groen. C.L.G., 1987. CML-ecotopensysteem, een ecosysteemtypologie toegespitst op de vegetatie, Landschap 4/2: 135-150.

Ten Bnnk, B.J.E., Hosper S.H., F. (1991). A quantitative method for description and assessment of ecosystems: the AMOEBA approach. Maritime Bulletin 23: 265-270.

Traas, Aldenberg, T. a model for predicting contaminant accumulation in case of cadmium. report nr. Bilthoven, The Netherlands. Traas, Kramer, P.R.G., Aldenberg, 't Hart, M. CATS-2: een model ter van

van in van rivieren. RIVM rapport

719102032, RIVM Bilthoven.

Traas, Luttik. Jongbloed. (1995a). A probabilistic model for deriving soil quality criteria based on secondary poisoning of topprcdators. I: Model description and uncertainty submitted for publication.

Traas, Aldenberg, Roghair, C.J., Brock. T.C.M. (1995b). Calculating hazardous concentrations for by integrating dose-response relations in CATS models. report nr. 719102037. Traas, Stab. Kramer, Aidenberg, T. (!995c). Food web study of

compounds lake Westeinder (Part 2): modelling of tnbutyltin and risk assessment. Submitted.

Van der W.F.. Verdonschot, (1994). karaktensenng van aquatische ecotooptypen. rapport 072, 1BN-DLO Wageningen.

Van der Maarel, E., Dauvellier, P.L. Naar een Model voor de van Nederland. The Hague.

Page 54 of 54 Report no. Van assessment in Netherlands: recent developments.

Environ. Management 14: 779-792.

Van Linden, F., Van Straalen, N . M . voor Advies van Ad-hoc Beraad aan beperkt niet

Van Straalen Denneman Ecotoxicological of soil quality Ecotox. Environ. Saf. 18:

J., van der Hoek, W.F.. de Bok. Specken, (1992). tot een indeling van in Nederland. - DLO rapport CML rapport

78, voor Bos- en : 100 pp..

VROM Environmental Quality Objectives the Netherlands. aan de : 465 pp.

Wine. Groen, C.L.G., Van der R. A Model to Predict

and Assess the Impacts of Hydrologlc Changes on Terrestrial Ecosystems in the Netherlands, and its use on a Scenario. Ecology and Management.

Groen, J.G. Het