• No results found

7   Samenvatting  onderzoeksresultaten

7.2   Het  verloop  van  de  berichtgeving

In de berichtgeving waren drie grote nieuwsgolven zichtbaar, bij de ontdekking van het nieuwe virus eind april 2009 (de grootste golf), na de eerste griepdode in Nederland (begin augustus) en vervolgens in het najaar na het overlijden van (gezonde) kinderen. Op internet zijn vergelijkbare golven te zien, maar worden de meeste berichten gepost in het najaar tijdens de vaccinatiecampagnes. Dat geldt ook voor de berichtgeving in de televisiejournaals. Deze

68 golfbewegingen in berichtgeving en internetactiviteit liggen, zoals eerder onderzoek ook al heeft laten zien, in lijn met het natuurlijk verloop van epidemieën: ontdekking, verspreiding, hoogtepunt, nasleep. Voor het onderzoek is de berichtgeving dan ook ingedeeld in drie fasen: de eerste fase (ontdekking) loopt van 24 april tot en met zaterdag 9 mei, de tweede fase (verspreiding) van 10 mei tot en met 23 oktober, de derde fase (epidemie) van 24 oktober tot en met eind december.

7.2.1 Eerste  fase:  alarm  

De eerste en meteen de grootste nieuwsgolf in de berichtgeving over de Mexicaanse griep vindt plaats in de eerste twee weken na het bekend worden van het nieuws uit Mexico dat zich een nieuw gevaarlijk griepvirus heeft aangediend dat zich mogelijkerwijs over de hele wereld zal gaan verspreiden. Alle media maken bijzonder veel werk van dit nieuws in die eerste week, waarbij grote woorden (‘bedreiging wereldbevolking) en krachtige termen (‘extreem dodelijke virusstam’) niet worden geschuwd. Het woord ‘paniek’ valt regelmatig en de toonzetting is in deze fase behoorlijk alarmerend. Alles wat met de Mexicaanse griep te maken heeft is per definitie groot nieuws: veel nieuws gaat over de verspreiding van het virus, de situatie in Mexico en de maatregelen van de WHO en de gezondheidsautoriteiten in Mexico en de VS. De berichtgeving leunt verder zwaar op wetenschappelijke experts en officiële woordvoerders van organisaties als de WHO of het RIVM. Zij benadrukken het risico op een ernstige pandemie, maar wijzen er ook op dat er nog veel onzeker is en dat het misschien kan meevallen. Deze nuanceringen worden echter overschaduwd door de vele verontrustende berichten. Uit de enorme hoeveelheid berichtgeving in alle media valt af te leiden hoe serieus de redacties de dreiging van een nieuwe pandemie nemen. Het begrip pandemie heeft in deze fase dan ook de betekenis van een wereldwijde epidemie met zeer ernstige maatschappelijke gevolgen en miljoenen doden. In de berichtgeving overheersen onheilspellende statements (virusmutaties, vele doden en besmettingen) en worden vergelijkingen gemaakt met vorige pandemieën zoals de Spaanse Griep. De belangrijkste bronnen in het nieuws zijn vertegenwoordigers van de gezondheidsinstellingen en enkele wetenschappelijke experts. De berichtgeving is dan tamelijk eenzijdig, met weinig ruimte voor tegengeluiden. Vroege signalen dat de griep een mild verloop heeft, worden niet opgepikt.

7.2.2 Tweede  fase:  verspreiding  

De volgende fase, waarin de WHO op 11 juni de Mexicaanse griep officieel tot pandemie uitroept en Nederland zich voorbereidt op de komst van de epidemie, loopt van 10 mei tot en met 23 oktober, wanneer de epidemie volgens het RIVM een feit is. In deze lange tussenliggende fase neemt de berichtgeving af om even weer omhoog te schieten bij de Nijmeegse Vierdaagse in juli (besmettingsgeval) en de eerste griepdode begin augustus. Hoewel het eerste sterfgeval in een relativerende context wordt gepresenteerd (‘onderliggend lijden’, ‘was te verwachten’) krijgt deze gebeurtenis wel veel aandacht: het bericht staat vaak op de voorpagina. RIVM maakt half augustus bekend dat de Mexicaanse griep voortaan door de autoriteiten behandeld zal worden als een gewone griep en dat alleen risicogroepen zullen worden ingeënt. Er is sprake van ‘voortschrijdend inzicht’, twee maanden nadat de minister 34 miljoen vaccins heeft besteld. Alle Nederlanders krijgen wel een folder thuisgestuurd met informatie en adviezen. In lijn met eerder onderzoek biedt de tweede fase (‘mixed massages’) een mix van geruststellende en verontrustende

69 boodschappen. Van het schrikbeeld van een alles ontwrichtende pandemie is in dit stadium niet veel meer over. De affaire Osterhaus (zie verder) laat zien dat de media zich kritisch gaan opstellen tegenover de experts die maandenlang hebben benadrukt dat de Mexicaanse griep een grote bedreiging vormt voor de volksgezondheid. Ook al blijft er van de aantijgingen van belangenverstrengeling niet veel over, de affaire geeft aan dat de scepsis bij de media groot is. 7.2.3 Derde  fase:  hoogtepunt  epidemie    

In de derde fase (24 oktober tot eind december) als er officieel sprake is van een epidemie in Nederland en de vaccinatiecampagnes plaatsvinden, vormt het overlijden van enkele (gezonde) kinderen het startpunt vormt voor een nieuwe golf van verontrustende berichtgeving die piekt in de week van de vaccinatiecontroverse. Na een relatief rustige periode is de Mexicaanse griep weer helemaal terug op de agenda. De manier waarop de media berichten over de sterfgevallen is buitengewoon verontrustend en soms zelfs nogal sensationeel (Paniek door griepdoden/De Telegraaf). Opvallend is ook dat de overlijdensgevallen zo prominent worden gemeld, terwijl de aantallen in vergelijking met de gewone griep niet bijzonder zijn, integendeel. Die context ontbreekt vaak in de berichtgeving. Sommige experts zien in de sterfgevallen een bevestiging van de juistheid van hun eerdere waarschuwingen. De massale vaccinatiecampagnes waar uiteindelijk ongeveer vier miljoen Nederlanders aan meedoen, zorgen in november nog voor veel publiciteit, maar daarna neemt de belangstelling sterk af. Volgens eerder onderzoek ligt in de derde fase van ‘crisis en containment’ de nadruk op het beheersen van de crisis en zouden de media terughoudend berichten uit angst om de paniek te voeden. Dat verloopt bij de Mexicaanse griep anders, met name door de verontrusting rond de vaccinatiecampagne. De berichtgeving rond de sterfgevallen is zeker niet terughoudend, eerder opnieuw alarmerend.

7.2.4 Affaire  Osterhaus  

In een periode waarin de dreiging van een ernstige grieppandemie enigszins op de achtergrond is geraakt, komt viroloog Osterhaus, vanaf het begin een van de gezichtsbepalende experts in de media, plotseling in opspraak na een uitzending van het VPRO-radioprogramma Argos. Daarin wordt aan de kaak gesteld dat Osterhaus een belang heeft in het door hem opgerichte bedrijf ViroClinics dat meewerkt aan de ontwikkeling van een vaccin tegen de Mexicaanse griep. Hoewel de uitzending geen nieuwe feiten oplevert en Osterhaus de aantijgingen weerspreekt, steekt er enkele dagen later een storm van berichtgeving op in alle media over ‘paniekzaaierij en belangenverstrengeling.’ Een belangrijke impuls vormt het feit dat PVV Tweede Kamerlid Fleur Agema een spoeddebat heeft aangevraagd met minister Klink over Osterhaus. In nagenoeg alle media verschijnen berichten over wat inmiddels de affaire Osterhaus is geworden. In het begin is de stemming negatief en wordt de vermeende belangenverstrengeling veroordeeld in hoofdredactionele commentaren, maar daarna draait de stemming weer om: Osterhaus heeft gehandeld volgens de regels, er valt hem niet veel te verwijten. Bovendien is hij niet betrokken geweest bij het advies van de Gezondheidsraad aan de minister over de vaccinaties. In diezelfde week krijgt hij een belangrijke prijs vanwege ‘uitmuntendheid in het sluiten van contracten met de industrie’. Drie weken later is het spoeddebat nog niet gehouden en schrijft De Telegraaf dat steeds meer geluiden klinken om het te schrappen, omdat weinig over is van de kritiek.