• No results found

AANDACHTSVELD 5: GETUIGEN ZIJN, DICHTBIJ EN VERAF

ACHTERGROND

De Hervormde Gemeente van Nieuwpoort wordt dikwijls door mensen binnen de gemeente en door mensen buiten de gemeente getypeerd als een open gemeente. Met het beeld van de schaapskooi zouden wij kunnen zeggen dat de schaapskooi openstaat voor allerlei soorten schapen, ook voor nieuwe schapen. Hoewel onze openheid ook gebreken kent, is zij een belangrijke kracht van onze gemeente. Deze kracht willen wij in de toekomst blijven inzetten om zo ook hopelijk randkerkelijken, ‘nieuwsgierigen’ en gasten onze betrokkenheid te tonen.

Hoewel wij een open gemeente zijn, is er dikwijls bij gemeenteleden wel een bepaalde verlegenheid om over het geloof te spreken. Van deze verlegenheid is zowel sprake in gezinssituaties

(ouders-kinderen) als in het geheel van de gemeente. Maar hoe kunnen wij dan volmondig met Paulus uitspreken ‘maar ik schaam mij niet voor het Evangelie van Christus’ (Romeinen 1:16) en van het geloof getuigen, wat toch onze opdracht is als gemeente van Christus?

Onze gemeente heeft binnen Nieuwpoort een gezicht. Letterlijk: een fraai kerkgebouw midden in het stadje. Maar ook figuurlijk:

kerkelijk betrokkenen en niet-kerkelijk betrokkenen trekken met elkaar op, de kerk is present bij maatschappelijke activiteiten enzovoort. Ook dit is een kracht van onze gemeente, die wij graag willen behouden en zo nodig versterken.

DOEL

Als het gaat om ‘getuige zijn, ver weg en dichtbij’ willen wij ons als kerkenraad voor de komende jaren (D.V.) de volgende doelen stellen:

1. Persoonlijke communicatie over het geloof stimuleren en de gemeenteleden daarin toerusten.

2. Als kerk (een blijvende) betrokkenheid op de maatschappij tonen en daardoor iets van de liefde van Christus uitstralen.

3. Tijdens onze erediensten en andere activiteiten de openheid voor gasten, randkerkelijken en buitenkerkelijken stimuleren en bewaren.

29

UITWERKING

1. Persoonlijke communicatie over het geloof stimuleren en de gemeenteleden daarin toerusten.

Dit willen wij bereiken door het thema ‘geloofscommunicatie’

regelmatig in de prediking en

in de catechese aan de orde te stellen.

Ook zullen wij in de komende jaren moeten zoeken naar

specifieke vormen van training, waarbij wij zowel de kennis van professionele organisaties (o.a. HGJB, IZB) als de kennis binnen onze eigen gemeente kunnen aanboren. Hiermee kunnen we een nieuw impuls geven aan het gemeenteleven.

2. Als kerk (een blijvende) betrokkenheid op de maatschappij tonen en daardoor iets van de liefde van Christus uitstralen.

Concreet: aanwezig zijn op momenten van maatschappelijk hoog belang (4 mei – herdenking, aantreden van een nieuwe burgemeester,

gemeentelijk overleg e.d.). Maar ook contacten onderhouden met (christelijke) organisaties, die zich toeleggen op de zorg voor senioren, mantelzorg e.d. De samenwerking met andere kerken achten wij ook van hoog belang, niet in de laatste plaats omdat dit een belangrijk signaal naar de samenleving is.

Voorbeelden hiervan zijn het diaconaal platform waarin diaconieën van verschillende kerken samenwerken in Nieuwpoort en in Langerak en de organisatie van de Vakantie Bijbel Week.

3. Tijdens onze erediensten en andere activiteiten de openheid voor gasten, randkerkelijken en buitenkerkelijken stimuleren en bewaren.

Openheid en toegankelijkheid uiten zich onder ander in: tijdens de preek de Bijbelse boodschap in gewoon Nederlands communiceren en het welkom heten van gasten in de afkondiging.

Wij kiezen ervoor om naast openheid en toegankelijkheid de vorm van onze erediensten zo min mogelijk te wijzigen. De diensten behouden voor het grootste gedeelte hun herkenbaarheid voor de gemeenteleden, aangezien de erediensten niet alleen voor rand- en buitenkerkelijken zijn bedoeld, maar ook voor gemeenteleden die gevoed willen worden voor hun dagelijkse geloofsleven. Laagdrempeligheid zal zich dus niet zozeer uiten in de vorm (andere liederen, opzet van de dienst) of de inhoud, maar vooral in het relatiegericht zijn naar de ander toe (duidelijke communicatie, hartelijkheid en betrokkenheid).

30

HET DAGELIJKS LEVEN VAN DE GEMEENTE IN BEELD

In het hier nu volgende zal worden uitgewerkt hoe de gemeente haar leven met God en met elkaar gestalte geeft. Wij beginnen met de beschrijving van de leiding van de gemeente en vervolgens zullen alle aspecten van het gemeente-zijn waarover leiding wordt gegeven de revue passeren.

DE LEIDING VAN DE GEMEENTE

SAMENSTELLING VAN DE KERKENRAAD De samenstelling van de kerkenraad is als volgt:

- de predikant

- vier pastorale ouderlingen (één voor wijk 1, twee voor wijk 2 en één voor wijk 3)

- één ouderling vrijgesteld voor het scribaat

- één ouderling, verantwoordelijk voor het zendings- en evangelisatiewerk

- twee ouderling-kerkrentmeesters

- vier diakenen, waarvan een diaken zich richt op het jeugdwerk van de gemeente.

Naast de twee ouderling-kerkrentmeesters neemt nog een niet-ambtelijk kerkrentmeester zitting in het college van

kerkrentmeesters.

De predikant zal als voorzitter van de kerkenraad fungeren naar de gemeente toe. Tijdens gemeentevergaderingen e.d. zal daarom de predikant (doorgaans) de taak van voorzitter op zich nemen. Tijdens de vergaderingen van de kerkenraad zal echter een andere ambtsdrager (technisch) voorzitter zijn. De predikant wordt tijdens de

kerkenraadsvergaderingen van de taak van voorzitter vrijgesteld, zodat hij zich optimaal op het inhoudelijke aspect van de

vergadering kan richten.

De functieomschrijving van de ouderling bevindt zich in een bijlage achter dit beleidsplan. De functieomschrijving van de diaken is op te maken uit hoofdstuk ‘De diaconale aangelegenheden’.

AANDACHTSPUNTEN VOOR DE TOEKOMST

1. De kerkenraad heeft de taak om geestelijk leiding te geven aan de gemeente, in gehoorzaamheid aan en in verantwoordelijkheid

31

naar haar Here en Heiland. In de afgelopen jaren is gebleken dat de kerkenraad in haar besluitvorming niet altijd consistent is geweest: bepaalde afspraken raakten binnen korte tijd in vergetelheid, plannen werden niet uitgevoerd, of ad-hoc-besluiten werden op een later tijdstip weer

teruggedraaid. Om aan meer solide beleidsvorming te werken, zijn de volgende stappen van belang:

a. Wanneer er door de kerkenraad een belangrijke beslissing moet worden genomen, is het belangrijk om hieraan in tenminste twee, zo nodig drie kerkenraadsvergaderingen aandacht te besteden. Op de eerste kerkenraadsvergadering wordt de vraag / het probleem onder de aandacht gebracht en kort besproken (inventarisatie).

Op de tweede kerkenraadsvergadering - nadat de broeders er thuis over hebben kunnen nadenken of (zo mogelijk) in de gemeente hebben gepolst - wordt de vraag / het probleem

uitgediept. Op de eventuele derde kerkenraadsvergadering wordt een besluit genomen.

Wanneer een belangrijke vraag op korte termijn moet worden beantwoord, is het noodzaak om de kerkenraadsleden voor de kerkenraadsvergadering op de hoogte te stellen van de vraag.

b. Niet over alles hoeft een besluit genomen te worden. Bepaalde zaken mogen ook geparkeerd worden, omdat op een bepaald moment mogelijk andere zaken aandacht vragen.

2. In een gemeente wordt veel gewerkt met vrijwilligers.

Gemeenteleden die zich willen inzetten voor de gemeente zijn een groot goed! Het is belangrijk om op een goede manier met dit vrijwilligerswerk om te gaan. In het verleden zijn mensen wel eens op posten geplaatst, waarop zij niet goed konden functioneren, of zijn mensen voor taken gevraagd waar zij nog niet aan toe waren. Om deze redenen is het belangrijk om vrijwilliger kandidaten voor bijvoorbeeld de jeugdclubs of bepaalde commissies eerst te noemen binnen een

kerkenraadsvergadering. Zuinig zijn op de gemeente betekent ook zorgvuldigheid bij het zoeken naar leidinggevenden en andere vrijwilligers.

Het is daarbij belangrijk dat er voorzichtig wordt omgegaan met nieuw-ingekomen gemeenteleden en gemeenteleden die heel recent belijdenis van het geloof hebben afgelegd. Nieuw-ingekomen gemeenteleden mogen eerst best wel even ‘aarden’ in de

gemeente, voordat zij verantwoordelijkheid binnen de gemeente opnemen. Bovendien is het goed om eerst de nieuwe gemeenteleden te leren kennen en hun gaven en talenten te ontdekken.

Gemeenteleden die recent belijdenis van het geloof hebben afgelegd worden het eerste jaar na hun belijdenis-doen niet op een dubbeltal voor ambtsdrager geplaatst.

3. Het is daarom belangrijk dat de koers van de kerkenraad duidelijk is. Daarom is een goede communicatie tussen kerkenraad en gemeenteleden van het grootste belang.

Onduidelijkheid zorgt voor onnodige onrust. Besluiten van de kerkenraad worden gecommuniceerd in de Zaaier, in DoorDePoort

32

en/of de afgekondigd voorafgaande aan de eredienst. Deze

aandacht voor communicatie is uiteraard ook van belang voor het college van diakenen en het college van kerkrentmeesters.

4. Het is van groot belang dat de kerkenraad naast al de praktische en beleidsmatige zaken die tijdens de

kerkenraadsvergaderingen moeten worden besproken, ook aandacht besteedt aan onderlinge geloofsopbouw en bezinning. Afgesproken is om drie keer per jaar een bezinningsonderwerp tijdens de kerkenraadsvergaderingen te bespreken. De inleiding (meditatie) tijdens de opening van desbetreffende vergadering zal dan kort worden gehouden en de agendapunten beperkt, waardoor er meer ruimte zal zijn voor bezinning en onderling geloofsgesprek.

5. De kerkenraad heeft besloten om alleen in uitzonderlijke gevallen een geschenk als blijk van waardering aan te bieden, wanneer iemand zijn/haar taak neerlegt. Geschenken aanbieden is namelijk een lastig iets: wordt niemand over het hoofd gezien?

Krijgt het ene gemeentelid geen groter geschenk dan het andere gemeentelid? Voor welke werkzaamheden wordt wel en voor welke werkzaamheden wordt niet een ‘afscheidsgeschenk’ gegeven? Het gemeentewerk is bovenal een geschenk dat wij mogen doen, als een lofoffer voor de HEERE en hoeft daarom niet direct

‘beloond’ te worden.

33

DE EREDIENST

Het is de kerntaak van een christelijke gemeente om God te eren. Wij zijn geschapen tot eer van God. Als mensen, geschapen tot Gods eer, leven wij door de adem van de Geest en de geestelijke voeding van Gods Woord. De eredienst, waarin wij God de lof toe zingen en bidden en waarin wij Gods Woord tot ons mogen nemen en de Heilige Geest in al deze dingen in ons midden werkzaam wil zijn, vormt daarom het hart van de gemeente. Vanuit de eredienst vloeien al de andere aspecten van het leven van de gemeente voort. Wij beginnen daarom eerst met een beschrijving van onze erediensten, alvorens wij al de andere aspecten van het leven van de gemeente benoemen.

ALGEMENE OPMERKINGEN

De morgendienst begint om 9.30 uur. De avonddienst om 18.30 uur.

Vijf keer per jaar wordt het Heilig Avondmaal bediend. De data, waarop het Heilig Avondmaal wordt bediend, wisselen. In ieder geval is er altijd een Avondmaalsdienst op Witte Donderdag. In verband met gemeenteleden die vanwege de Avondmaalsdiensten weekendroosters moeten plannen (verpleegkundigen e.d.) wordt ruim van tevoren de Avondmaalsdata in de Zaaier, op de site van onze kerk en op de jaarplanner vermeld.

Er worden jaarlijks zes data vastgesteld waarop de bediening van de Heilige Doop kan plaatsvinden. De doopouders moeten bij de predikant de doop aanvragen voor één van deze data. Mocht er geen dopeling zijn voor de betreffende vastgestelde datum, dan zal er toch speciale aandacht voor de doop zijn in deze dienst om de gemeente toe te rusten met betrekking tot hun doop en te herinneren aan hun doop.

PROFIEL VAN DE EREDIENSTEN

Met onze erediensten bevinden wij ons in de hervormd-gereformeerde traditie: de erediensten worden gekarakteriseerd door een bepaalde mate van soberheid en ingetogenheid. We zingen voornamelijk uit het Psalmboek (oude Berijming, ritmisch) en de Schriftlezing vindt

plaats uit de Herziene Statenvertaling. Naast het zingen van Psalmen zingen wij meestal ook liederen uit de Liedbundel Kerk van

Nieuwpoort. Voor bijzondere diensten is er ook de mogelijkheid om liederen te zingen uit Op Toonhoogte.

De gastpredikanten kunnen één tot enkele liederen opgeven uit de liedbundel. Het is het beleid van de kerkenraad om de

gastpredikanten de mogelijkheid te bieden liederen uit de bundel te laten zingen, maar hen hierin niets te verplichten.

34

In de morgendienst zingen wij voor het begin van de dienst de Psalm of het lied dat

kinderen op de christelijke basisschool in die week hebben

aangeleerd. In de avonddienst zingen wij een lied uit de liedbundel (waarbij wij heel de liedbundel proberen te doorlopen) of een Psalm.

Er is op de kerkenraadsvergadering van mei 2012 besloten om zo nu en dan ook eens een onbekende Psalm te zingen voor het begin van de avonddienst, zodat ook deze liederen uit het boek van de Psalmen niet in de vergetelheid zullen raken.

Op enkele momenten in het jaar wordt er met elkaar koffie gedronken na de diensten. Vaste ‘koffiemomenten’ zijn: opening en sluiting van het winterwerk, de zondag na de VakantieBijbelWeek en

Nieuwjaarsmorgen. Daarnaast is het goed om enkele andere momenten te kiezen om elkaar ook buiten de diensten om op zondag te ontmoeten.

De afsluiting van het winterwerk wordt door de contactcommissie in samenspraak met de predikant georganiseerd.

Voor de opening van het winterwerk wordt het beschikbare materiaal gebruikt van de HGJB.

Als predikant en kerkenraad is het beleid om regelmatig aandacht te besteden aan leer- of themadiensten.

Leerdiensten zijn bedoeld om stil te staan bij en nader te overdenken wat wij nu eigenlijk geloven. In deze tijd waarin heel veel vragen en informatie op ons afkomen, is het uiterst belangrijk om als christen te weten wat wij geloven en waarvoor wij staan. Belangrijke Bijbelse

woorden en begrippen (‘Schepper’, ‘Christus’, verzoening,

‘Kerk’, enzovoort) zullen daarom in de leerdiensten worden besproken en in een kader worden geplaatst. Naast de geloofsinhoud (‘de christelijke leer’) kan tijdens leer- en themadiensten ook aandacht worden besteed aan actualiteiten en bepaalde vragen van jongeren of

volwassenen.

Voor de leerdiensten kunnen de ‘schatten van de Kerk’ worden gebruikt (de Geloofsbelijdenissen, Heidelbergse Catechismus,

Nederlandse Geloofsbelijdenis). Ook kunnen de catechisanten worden betrokken bij het voorbereiden van een leer- of themadienst.

KIND EN EREDIENST

De kerkenraad wil in bepaalde diensten de aandacht vooral op de jeugd van de gemeente richten. Dit is het geval bij de extra kerkdienst die gehouden wordt op, Biddag en Dankdag

(middagdiensten). Deze diensten worden vanaf 2019 afwisselend gehouden onder verantwoordelijkheid van de Hervormde Gemeente Nieuwpoort en de Gereformeerde Kerk in Langerak, samen met de

Hervormde Gemeente van Langerak. Thema en liederen voor deze dienst worden in overleg met de plaatselijke Christelijke Basisschool vastgesteld. Daarnaast wordt ook degene die de godsdienstlessen op de Openbare Basisschool ‘De Knotwilg’ verzorgt hiervan op de hoogte

35

gesteld. Hierbij wordt vaak gebruik gemaakt van materiaal dat de HGJB beschikbaar stelt.

Er is tijdens de zondagmorgen dienst kinderchrèche in het Hervormd Centrum voor kinderen in de leeftijd van 0 tot 3 jaar.

Voor kinderen van 3 tot en met 8 jaar is er kinderkerk in het Havenlicht. De kinderen gaan daar uit de kerk naar toe tijdens het zingen voor de preek. Zij horen een eigen bijbelverhaal en er vindt een verwerking plaats vaak met tekenen, knutselen etc. De kinderen komen tijdens de collecte weer terug in de kerk, dat is nog voor de slotzang.

DE BEDIENING VAN HET HEILIG AVONDMAAL

Het Heilig Avondmaal wordt binnen onze gemeente bediend aan de belijdende leden van de gemeente. Aangezien wij het wel belangrijk vinden dat kinderen ook betrokken worden bij de Avondmaalsdienst is het gebruikelijk dat de predikant wat over het avondmaal vertelt, voordat de kinderen naar de kinderkerk gaan.

Voorafgaande aan de bediening van het Heilig Avondmaal is er een week van voorbereiding. Deze voorbereidingsweek wordt gestart met een eredienst waarin het eerste gedeelte van het klassieke

Avondmaalsformulier wordt gelezen. In de week voorafgaand aan het avondmaal is een bezinningsuur over het avondmaal. Uitzondering is de avondmaalsdienst tijdens Witte Donderdag. De viering op Witte Donderdag valt namelijk in de bedding van het gedenken en het vieren van de gebeurtenissen rond Pasen. Tijdens de voorafgaande zondag wordt dan niet het halve avondmaalsformulier gelezen en wordt het bezinningsuur ingevuld door de evangelisatiecommissie. Er is dan ook geen dankzeggingsdienst. In de week voorafgaande aan de

Avondmaalszondag is er gelegenheid tot censura morum.

Censura morum is letterlijk vertaald ´onderzoek van de zeden’. Eigenlijk is dit in eerste instantie bedoeld voor de kerkenraad zelf. Een gelegenheid om elkaar te bevragen of er iets in de weg staat voor de viering van het avondmaal, die zondag erop. Het censura morum is echter vooral een mogelijkheid voor de gemeente geworden om een weg naar het avondmaal te zoeken, waar die soms niet (meer) is. Dit kan persoonlijk zijn, maar ook tussen mensen onderling. Te denken valt aan persoonlijke geestelijke nood, of bijv. onenigheid tussen personen. De kerkenraad biedt met het censura morum de mogelijkheid om dit kenbaar te maken, zodat er gekeken kan worden hoe de betreffende persoon/personen toch avondmaal zou(den) kunnen vieren.

De avonddienst na de Avondmaalsdienst staat in het teken van de dankzegging op het Heilig Avondmaal.

In de Vijverhof is altijd aansluitend op de Avondmaalsviering in het kerkgebouw eveneens een Avondmaalsviering. Ook op Witte Donderdag zal in de Vijverhof het Heilig Avondmaal worden bediend, aangezien de ouderen dit ondanks het late tijdstip van de dienst zeer op prijs stellen.

36

De Hervormde Gemeente Langerak en de Hervormde Gemeente Nieuwpoort stemmen elk jaar de Avondmaalszondagen met elkaar af, zodat in de Vijverhof het Heilig Avondmaal gezamenlijk kan worden gehouden. De predikanten van de beide gemeenten bedienen om beurten het Heilig Avondmaal in de Vijverhof.

ZINGEN NA DE DIENST

Sinds 2011 is het ‘zingen na de dienst’ weer opgepakt. Zo’n vijf keer per winterseizoen wordt er na de avonddienst een moment

(ongeveer 25 minuten) met elkaar gezongen. Tot lof van onze Heere, maar ook als extra blijk van aandacht voor de kerkradioluisteraars.

Op de zondag van/na de verjaardag van koning Willem Alexander en op de zondag van/na

Bevrijdingsdag zingen wij na de dienst het Wilhelmus.

Op de zondag van/na 31 oktober zingen wij na de dienst ter

herdenking van de Reformatie het eerste couplet van het Lutherlied (‘Een vaste burcht is onze God’).

HUWELIJKSDIENSTEN

Een huwelijksdienst is een eredienst. Naast de predikant behoren ten minste een ouderling en een diaken aanwezig te zijn.

Voor de huwelijkszegen kan gebruikt worden gemaakt van het klassieke huwelijksformulier of het huwelijksformulier zoals opgesteld door ds. Vreugdenhil (Dienstboek ‘leven, zegen, gemeenschap Orde III, p.

730 ev.).

De nadere invulling van de huwelijksdienst wordt door de predikant overlegd met het bruidspaar. Uitgangspunt voor een huwelijksdienst is dat de huwelijksdienst moet aansluiten bij het karakter van onze gemeente, zowel wat betreft de inhoud als ook de vorm van de

eredienst.

Tijdens een huwelijksdienst vindt een collecte plaats voor het werk van de kerkrentmeesters. Deze collecte is bestemd voor de

bestrijding van de ‘onkosten’. Naast deze collecte heeft het

bruidspaar de mogelijkheid om ook een diaconale collecte te kiezen.

Het doel van deze diaconale collecte dient wel in lijn te zijn met het diaconale beleid van de gemeente. In geval van twijfel dient eerst met de diaconie te worden overlegd.

De ouderling van dienst geeft tijdens de eredienst namens de

gemeente aan het bruidspaar een huwelijks-Bijbel. Het bruidspaar mag zelf een voorkeur voor Bijbelvertaling geven.

Voor de huwelijksdienst dient een huwelijkscatechisatie te worden gevolgd. Deze huwelijkscatechisatie wordt door de predikant gegeven.

37

ROUWSAMENKOMSTEN

Een rouwsamenkomst behoeft geen officiële eredienst te zijn (votum en groet, zegen, aanwezigheid van kerkelijke ambten), hoewel de samenkomst in het kerkgebouw kan plaatsvinden. Naast de predikant zal er wel een ouderling aanwezig zijn (namens de gemeente, ter ondersteuning van de predikant), maar hoeft er geen diaken aanwezig te zijn.

De invulling van een rouwsamenkomst wordt door de predikant overlegd

De invulling van een rouwsamenkomst wordt door de predikant overlegd